This page was last updated : 200531.
File size is: 1376 k.
Kwartierstaat Van Schothorst
Generatie 12
NB Het symbool voor een kwartiernummer leidt naar de vader en/of moeder
Refer to these data as:
L. Lapikás,
Kwartierstaat Van Schothorst,
version 11.0,
Muiden, 2017.
© Copyright 2020 : L. Lapikás, Muiden, The Netherlands. No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means, electronic, mechanical, photocopying, recording or otherwise without the prior written permission of the publisher. An exemption is made for genealogical publications provided that adequate reference is being made.
You are here: Louk-Home Genealogy Kwartierstaat Van Schothorst Gen. nr. 12

2048. REIJER ONTHEIJNEN (ook genaamd ONTHEIJN, VAN BITTERSCOTEN, GOERTSEN?), wonende op Groot-Bitterschoten onder Barneveld.[1] tr.[2]

2049. ANTHONIA (THOENE) WILMMSEN VAN WENCKUM.

Rond 1545 is de eigenaar van Bitterschoten Weym van Bloemendael overleden, aanspraak maken Cornelis Harmensen en Reyer Goertsen, zij zeggen de naaste bloedverwanten te zijn van Weym, ook de kelnarij van Putten maakt aanspraak op Bitterschoten. Cornelis Harmens wint maar moet 500 caroliguldens aan Reyer betalen. [3]

2052. JOACHIM OTTEN, heeft land in gebruik,[8] pachter (van de Graaf van Kuilenburg) van Groot Haversteeg te Manen (1575).[9]

2054. JAN WULFERSEN.

2160. HENRICK ARISS, ovl. 1643,[14] krijgt oprukking voor het herengoed "Beterum" te Ede op 11-1-1610, 5-3-1616, 30-4-1622, 28-3-1631, 25-3-1637 [15], tr.

2161. BERENTGEN WOLTERS.

2164. HENDRICK JELISZ HAELBOOM, geb. vóór 1590[16] , ovl. 1631/32[17] , wordt samen met zijn broer Lambert gedagvaard voor het gerecht te Ede door Egbert Jansz (1612), "verburgt" de momberschap van de minderjarige kinderen van zijn overleden broer Lambert (1626), tr.[18] ca. 1600[19] .

2165. NN. Zij erven het herengoed Haelboom van zijn vader en zijn eigenaars (1624-1632).

Het herengoed Haelboom te Bennekom in het Dorp:[20]
9-3-1598 Jelis Haelboom oprukking.
19-4-1610 Jelis Haelboom oprukking, tevens afdracht van holthouwing, op verzoek van zijn zoon Henrick Jeliss Haelboom. N.B. Gelost een half mld. rogge jaarlijks van Grijet Gerrit Jansz dochter.
19-5-1610 Jelis Haelboem consent voor houthouwing (29-4-1611).
4-2-1615 Henrick Jelisz Haelboem consent voor houthouwing (24-4-1615).
15-3-1617 Jelis Haelboem oprukking. N.B. Heeft ingelost van Lubbert Custers 6 schepel.
21-11-1623 Jelis Haelboom, oprukking.
20-11-1624 Henrick Jelissen (Haelboem), investiture en oprukking als erfgenaam van zijn vader. N.B. Heeft de 3/25 delen van Jan Reijnen ingelost.
15-1-1625 Henrick Jelissen consent houthouwing.
7-4-1632 Jan Henricks, investiture en oprukking als erfgenaam van zijn vader Henrick Jelis Haelboom.
12-5-1638 Jan Hendricxen Haelboom oprukking.
etc.

2166. CORNELIS NN, tr.

2167. GRIETGEN GUERT JOCHEMSDR, geb. ca. 1580[25], tr. 2o na 1631[26] CORNELIS ROETERS, geb. ca. 1585[27] , ovl. na 1631[28] , of is hij kw.nr. 2166?

2170. GERRIT WOUTERS (VAN SCHARRENBURG), ovl. 1664-1671,[29] boer, eigenaar en bewoner van Groot Scharrenburg, wednr. van Stoutenburg (1635), tr. 2o 1620 NN, otr. 3o Barneveld geref. 22-11-1635[30] AELTJE JANS VARECAMP (Haverkamp?), ovl. 1664, wed. van Goert Goertsz van Barneveld (van de Glinde), dr. van J(oh)an Varecamp en Hillitgen Gerrits, tr. 1o voor 11-6-1605[31]

2171. MARIE JANSEN (VAN SCHARRENBURG), ovl. vóór 1616.

voeg toe scan VG 15(1990)262 en HV 1/29 + copie

2224. GERRIT GERRITS CRUIMER, geb. verm. voor 1570, ovl. na 1630, tr. vóór 1590[44]

2225. WILHELMKEN TEN BRINCK, geb. vóór 1570,[45]

voeg toe Kw. VG 231

2232. PETER HISSINCK, ovl. verm. Voorst na 1610,[48] parentatie niet bewezen, vermeld in 1610 als "inheemse van Voorst",[49]

2240. JAN CORNELISZ (HOMOET)(¥)[50], geb. ca. 1550, ovl. vóór 1592, eigenaar van de herengoederen 'Den Pas' (oprukking op 28-12-1571) en 'Ritbergh' of 'Ritbroeck' (oprukking op 27-11-1571) in Orden [51]. Zijn erfgenamen worden in 1592 vermeld te Wenum.

COMMENTAAR(¥) Is Reijner Cornelisse Homoet te Apeldoorn ca. 1600 verwant?

voeg toe VG 10(1985)266, KWG en HV 4/631 en 4/639
Schattingslijsten van het Ambt en kerspel Apeldoorn[52]:
Ambt :
1592 : Hoemoetz ergenamen te Wenum, 2 oortjes betaald door uitheemsen in 't kerspel Apeldoorn.[53]
1594 Jan Homoets erfgenamen.[54]
1598 : Wouter Jans Homoet, daarna tot 1606 zijn ergenamen, 2 oortjes.[55]
1619-1621 Wolter Jans Homoets erfgenamen 1619-1621, 2 oortjes.[56]
Op 27-11-1571 bekomt Jan Corneliss Homoet "afdracht en opruckingen vant Heerengoet Ritbroeck off Ritbergh gnt., in Ampt van Apeldoorn, Buirschap Orden" [57].

Op 28-12-1571 bekomt Jan Corneliss Homoet "afdracht en opruckingen vant Heerengoet Den Pas off Egbert van Orden goet gnt., in Ampt van Apeldoorn, Buirschap Orden" [58].

2264. =1120. WOLTER JANS.

2265. =1121. WOUTERTJE LUBBERTS.

2440. DERIC GIJSBERSEN, "met een holten been to Essen op den kleenen top", tr.[59]

2441. TRIJNE TOPS, ovl. Kootwijkerbroek 1637, "mancipi" ?, heeft de keur niet betaald.

2442. JAN MOLLERS, molenaar op de Puurveense molen.[67]

2444. WOLTER RIJCKS, ovl. vóór 1659, pachter van Stromansgoedt te Stroe (1659), tr.

2445. CORNELISKEN HENDRICKS.

Op 26-1-1659 krijgt Rijck Wolters als erfgenaam van zijn vader Wolter Rijcks, investiture en oprukking van het Stromansgoedt te Stroe, groot twaalf mld gesaijs gnt. 't Olde landt, noch 3 mld gsaaija gnt. 't Nije landt. Und op die saelwehr staet een huijs van 5 gebont, berch, schuijrken ende schaepschot. Maer geen opgaende eijekenholt, heeft oeck mede sijne gerexhtigheijt in het Gardermalefeldt van een schaepatraij ende torf te meijen. [68]

2496. LUBBERT AERTS DROST, ovl. 1610-1613, eigenaar van herengoederen te Nunspeet (1606, 1610).

Hullemansgoet te Nunspeet[69] :
De grootte .. etc.
Op 8-12-1610 krijgen Lubbert Aert Drosten en zijn zuster Weijme Aerts oprukking voor het herengoed. De ene helft is op 2-5-1579 verkocht door Henrick, Goert en Johan van Coot, gebroeders, aan zijn ouders Arnt Henricxen Drost en Wobbe, de andere helft wordt nu aan hen getransporteerd door Derick van Hoeckelom, in naam van Joffer Jacoba van Huet.
Op 8-12-1610 krijgt Joffer Jacoba van Huet transport na overdracht door Lubbert Aert Drosten en Weijme Drosten, zijn zuster van de helft, welke tot een bijzonder zaalweer wordt gemaakt, groot 4 mudde roggelants en 30 mld. haverlants.
Het afgesplitse goed heet verder Hullemanserve :
Op 25-6-1639 krijgt Lubbert Aerts Drost oprukking als zoon van zaliger Aert Lubberts Drost en zaliger huisvrouw Merrijken Jansen, zn van zaliger Lubbert Aerts Drost (8-12-1610 transport en oprukking bekomen) met de olderdom en 1/4 part van het halve herengoed van zijn zuster Merrige Aertz Drost, krachtens magescheid d.d. 4-4-1639 tussen hem en zuster en nog twee onmondige kinderen van zijn zaliger ouders.
Op 25-6-1639 krijgen Jan Egbertsz en zijn echtgenote Merrige Aertz Drost investiture en oprukking van zaalweer, het 1/4 part van haverlanden, 1/4 part en het recht van inlossing van het halve herengoed. Krachtens magescheid tussen hen en broer Lubbert Aerts Drost opgericht als de vier kinderen (waarvan twee onmondig) van Aert Lubberts Drost, die erfgenaam was van vader Lubbert Aerts Drost. Lubbert Aerts Drost zal ook het 1/4 part van Merrige Aertz Drost krijgen.
Een herengoed tot Nunspeet [70] :
Op 12-11-1606 krijgt Lubbert Aerts Drost oprukking.
Op 2-9-1613 krijgt Aert Lubberts Drost investiture en oprukking als erfgenaam van zijn vader Lubbert Aerts Drost.

2504. LAMBERT AERTS (TOE WESTENDORP), geb. 1565, ovl. vóór 1632, woonde reeds in de tweede helft van de 16e eeuw in Westendorp, waarschijnlijk als hofmeier op de Emsterhoff,[71] beleend met een herengoed te Westendorp.[72]

Een herengoed te Westendorp: Op 14-6-1606, 13-11-1613, 3-11-1619 en 21-10-1625 krijgt Lambert Aerts oprukking. In 1613 wordt ingelost 5 schepel van Jan van Eems. In 1619 worden ingelost de kindsgedeeltes van zijn broers en zusters Henrick Aers, Jenne Aerts en Geergen Aerts, met uitzondering van het deel van Reijner Aertsz.[73]

2506. HERMAN EGBERTS KOSTERS, parentatie niet bewezen.[87]

2508. J(OH)AN GERRITSEN (VORSTELMAN)(¥), geb. Epe/Schaveren ca. 1570, ovl. Epe/Schaveren voor 2-6-1638, te Epe,[88] tr. ca. 1610

2509. EGBERTGEN LUBBERTS, geb. ca. 1580, ovl. Epe/Schaveren voor 1-9-1652,[89]

COMMENTAAR(¥) NB In Refs. [90] [91] zouden nrs. 2508/2509 moeten zijn Jan Jacobs Vorstelman (ex patre Jacob Jacobs Vorstelman), geb. Epe 1580, tr. Epe 8-9-1616 Nise Werners. ZOEK UIT!

voeg toe HV 514 en 538, 522, vul aan VG 25(2000)292
In "Herengoederen deel IV" wordt gemeld:
20-10-1609 Johan Gerritsz x Egbertgen Lubberts investiture na transport van Derck Averenk.
1-9-1652 Jacob Jans approbatie voor de tuchtiging van zijn vrouw Elisabeth Lamberts.
In 1642 verder approbatie door zijn broer Gerrit Jans x Geertgen Gerrits.

2510. LAMBERT JANSEN BRUIJNIS (BROENISSEN), geb. ca. 1590, ovl. Epe dec. 1637[98], te Epe/Emsterenck, tr. Epe 8-9-1616[99]

2511. GEELE REIJN(D)ERS, geb. Epe ca. 1590.

vul aan VG 25(2000)292

2562. BARTHOLOMEUS SMOLDERS, geb. Turnhout (B), woont in Den Haag. otr. 2o Den Haag 18-10-1626[101] GEERTJE HAYMANS, otr. 3o Den Haag 31-12-1628[102] LEUNTJE MAERTENSDR, tr. 1o [103]

2563. MAEYCKE CORNELIS DIRCKSDR.

2602. MATHIJS BREYNE (BRAINE), geb. vóór ca. 1575, ovl. na 1633, doopget. te Keulen (1608, 1618), wonend op de Rijn (1633), tr. vóór 1600

2603. MARYE DOREMIEUX (D'OREMIEUX), doopget. te Keulen (1600, 1605, 1608). Hij hertr. wellicht voor 1610 Marie Carlier

2608. JORIS ENGELSZ (VAN DER KELDER), geb. ca. 1577, ovl. 1651-1653, afkomstig van IJsenberge (1601), zwart(fustein)verver (1601..1637), burger van Leiden (1630), doopget. (1627..1648), huw.get. (1604, 1641), woont bij de Rijnsburgerpoort (1612), op de Oude Rijn (1616), heeft een ververij op de Langegracht ZZ (1651) die door zijn kinderen in 1657 wordt verkocht, otr. Leiden geref. 23-6-1601 (als Jorys Engelsz, get. voor hem meester Adriaen Imbrechts, en Lucas du Boys, zijn bekende, voor haar Neeltgen Dircxdr, haar bekende),[110]

2609. FRANCHIJNTGEN AERTS (VAN KEGELENBERGH), geb. Antwerpen vóór ca. 1580, beg. Leiden Hooglandse K. 6-4-1646, afkomstig van Antwerpen, huw. get. (1631, 1637), woont op de Langegraft bij de Marepoort (1631), op de Nieuwe Maren (1637).

Bonboeken Leiden:[111]
Een huis op de Mare westeijnde:
21-7-1616: Is met het huijs hier achter aen bij Burgemesters der Stadt Leijden vercoft aen Jooris Engelsche swartverwer van fusteijnen om een rente van 18 gld 15 st ... ... Dese gecass(eerte) renteb(rief) is also vertoont den 21-7-1651.
-----
12-7-1619: Is met het huijs hier achter aen bij Jooris Engelsesz sp(ecialijk) bel(ast) met een weesrenten van 37 gld 10 st sjaers vallende den 11 Julii omme de weeskinderen van Abraham Schuijrmans gewonnen bij Anna Grapseus beijde za(liger) ge(dachtenis).
14-6-1621: Is bij Jooris Engelsche als vooren noch sp(ecialijk) bel(ast) met een weesr(ente) van 18 gld. 15 st sjaers vallende den 11e Junii om Egbert van der Hall, naergelaten soon van Gerrit Egbertsz van der Hall za(liger) ged(achtenis?) gewonnen bij Elijsabeth Goosensdr Wislerin??.
13-9-1622: Is als vooren bij hem noch sp(ecialijk) verbonden voor de bevrijdinge van de borchtochte bij Gerrit Leendertsz borgemr. .... Arentsz straetmaecker voor hem aengegaen in twee distincte obligaties d'eene van dato den 11-10-1612 gepasseert ten behouve van de weeskinderen van Jarom? Claesz ende d'ander de 31-10-1616 ten behouve van Jacob Dirckxe van Bockenberch tsaemen inhoudende een somme van 700 gld.
23-9-1622 doorgehaald: Sijn noch bij hem sp(ecialijk) bel(ast) ten behouve van Wouter Alewijn saeijcooper met een somme van 5? gld te betaelen ... vijff de pae.. 1sten 10e september anno 1623 ... dat telckens met de interest van de on betaelde penningen. Dese gecasseerd is alsv(oren).
7-7-1650 Is met het huijs hier achter aen bij hem noch sp(ecialijk) bel(ast) in de .. losse van 25 gld sjaers vallende in de 7 Julij lvsb? met 300? vevom? Sr..oontd? Jacob van Wesselen? coopman tot Amsterdam.
----
22-6-1651 Is bij Joris Engelsche vercoft aen Jacob L..eets van Velsen om 2335 gld gereet gelt.
Om het stuk tussen de ---- staat een accolade met in margine: dese vier aengehaelde brieven van dato den 12-7-1619, 14-6-1621, 13-9-1622, 7-7-1650 sijn alhier gecass(eer)t vertoont den 16-11-1651
Bonboeken Leiden:[112]
Een huis op de Langegraft ZZ, Bon Nieuwmare: Jooris Engelsesz, alle lasten sijn gecasseert ende darom alhier geroyeert.
17-7-1651: Is bij Jacob Joris vand(er) Kelder als procuratie hebbende van Joris Engelsz sp(ecialijk) bel(ast) met een weesr(ente) van 112 gld. 10 st. vallende de 13e julij om naergelaeten weeskint van Sijmon Pijcjrie? ende Margriete Blancetate, beijde sa(liger) ged(achtenis).
31-8-1651: Is bij Joris Engelsche met de verwerije ende weruwketels daerinne sp(ecialijk) bel(ast) met een losrente van 28 gl. 2 st. 8 p. sjaers vallende den 30e Augusti om het naergelaten weeskint van Pieter Danielsz van Dorp gewonnen bij Maertjen Aelbertsdr van der Houff, losbaer met 350 gl.
11-2-1653: Is bij de kinderen ende erfgenaemen van Joris Engelsz als vooren sp(ecialijk) bel(ast) met een losr(ente) van 125 gl. sjaers vallende den 11e Februarij om de kinderen van Thijmanus Sprongh gewonnen bij Juffr. Beatrix van der Graft, losb(aer) met 2000 gl.
12-5-1657: Is bij Frans Doude, notaris pub(licu)s als curateir over den boedel ende de goederen van Joris Engelsz van der Kelder vercoft aen Cornelis Vinck vrij om 1334 gld. gereet gelts ende is bij willich decreet van vierschare gelevert (vlij?). In margine: sijn twee huijsen. een van de twee huijsen sijn bel(ast).
Vermeldingen in ONA Leiden (tekst nog opzoeken):
1623: Joris Engels [113] Attestatie. Tekst nog doen. Joris Engelsz tekent met een merk in de vorm van een verkort krukkenkruis.
Op 28-9-1630 compareert te Leiden Joris Engelsz, verruwer, burger der stadt Leijden out omtrent 53 jaren, en verklaart ten verzoeke van Philips Woutersz wonende tot Utrecht, dat hij deposant noijt en heeft ontfangen vier tonnen slijp die de requirant volgens zijn register op de erste decembris 1619 voorleden aen requirant soude gesonden hebben, zonder dat hij getuije daer van oock eenich schrijvens heeft ontfangen, in vouge dat hij getuijge van voorseijde vier tonnen slijp egheen kennis ter werelt en es hebbende. Wijders niet tuigende, presenterende hij getuijge tgene vers.... noot ende versocht zijnde voor alle hoven? ende rechtteren met solempnele ede naerder t'affirmeren, van twelck de voorsz. re(uiran)t versocht acte. Aldus gedaen binne deser Stadt Leijden ten comptoire mijns not(ari)s ten dage ende jare alsboven ter presentie van Aert Aertsz van Thol ende Herman de Vries schrijvers als getuijgen hier toe versocht. W.g Joris Engelsz merck: een merk in de vorm van een verkort krukkenkruis, en de getuigen. [114]
In aug/sept 1637 verzoeken de gemeene zwartververs der fusteinnering (Joris Engelsz van de Kelder, Pieter Weescooren, Willem Goderis, Frederick Weuvel, Arent Jansz, Maertge Joris, wed. van Henderiek Nachtegael, Louwijsge Cornelis) aan het gerecht om hun aantal op zeven, te handhaven, nu hun collega Pieter de Smeth onlangs als bancqueroet is vertrocken en bovendien de verfnering sedert de sterfte zoozeer is verminderd, dat het een vierdepaert verscheelt. Het gerecht bepaalt, dat het getal van zeven zwartfusteinververs voorloopig niet zal worden vermeerderd. [115]

2610. CLAES VAN TOL.

2614. NN DE(L) TOMBE.


Fragment des Tombe
Wapen des Tombe: In goud een blauwe keper, die de sohildtop niet raakt, vergezeld van boven van twee vijfpuntige roode sterren en van onderen van een zwarten wassenaar. Helm met blauwgouden wrong en goud-blauwe dekkleeden. Helmteeken : eene vijfpuntige roode ster. Schildhouders : twee omziende rood getongde bruine leeuwen.[128] [129]

Ia. Martin Destombe, tr. Jeanne Descamps. Hieruit:[130] [131]

IIa. Martin des Tombe, geb. Tourcoing 1588, beg. Leiden 16-9-1635, greinreeder, poorter te Leiden 22-10-1627, tr. ca. 1612[132] [133] Marguerite Lamblin (Lamelin), beg. Leiden 21-9-1635, dr. van Denis Lamblin en Francoise des Bonnets. Hieruit (o.a.?):[134] [135]

IIIa. Marti(j)n des Tombe, ged. Tourcoing 16-4-1620, ovl. Leiden 29-11-1669, woont op de Ouwe Chingel (1644, 1656), doopget. (1651), lakenkoopman te Leiden, gouverneur der Laeckenhalle,[136] [137] otr. 1o Leiden geref. 13-1-1644 (get. voor hem Jan Kosson zijn schoonbroer wonend op de Ouwe Chingel, voor haar Jaecquelijne Karelier, haar moeder wonend in de Donckersteech) Marya le Per (Pair), ovl. 1644-1656, afkomstig van Leyden, wonend in de Donckersteech (1644), dr. van Jaecques le Perre en Jaecquelijne Karelier, otr./tr. 2o Leiden Waalse Kerk 1/23-2-1656 (get. voor hem Jaecques le Perre, zijn schoonvader wonend op de Kerckgraft, voor haar Marya de Carpentry, haar schoonmoeder wonend op de Maren) Margarieta le Mere (Maire), ged. Leiden 18-10-1620, ovl. Leiden 19-2-1679,[138] [139] wed. van Pierre de Quien, wonend op de St. Jacobsgraft (1656), huw. get. wonend op de Oude Cingel (1669), dr. van Atitaine? Le Maire en Antoinette Vaillant.

2648. CORNELIS CORNELISZ WAELBOER (ALIAS NIESEN, ALIAS JONGE NIES), ovl. 1641-1646, j.g. (1615) en wednr. (1616) van Ridderkerk, boer aan de Blaak onder Mijnsheerenland onder de jurisdictie van Heinenoord (1627, 1641), huw. get. (1639), otr. 1o Ridderkerk 18-1-1615[140] [141] PIETERTJE BASTIAANSDR, ovl. 1615/16, j.d. van Ridderkerk (1615), otr. 2o Heinenoord 18-1-1616, otr./tr. 2o Ridderkerk 31-1/28-2-1616[142] [143]

2649. LEENDERTGEN (LEENTGEN, LIJNTGEN) WILLEMSDR PENNING, ged. Ridderkerk 20-3-1586 (get. Aert Aertss, Barber Huyghendochter, Maertgen Pieter Huybertsendochter, "altesamen tot Ridderkerck"), ovl. na 1658, j.d. van Ridderkerk (1612), wonende aan de Blaak te Mijnsherenland (1651, 1658), otr./tr. 1o Ridderkerk geref. 4/30-11-1612 AERT CORNELISZ LEEUWENBURG, wednr. van Roocken Aertsdr (huw. 1604, zoon Cornelis Aartsz Leeuwenburg) en van Mariken Jansdr (huw. 1611), bouwman te Ridderkerk, boer aan de Blaak onder Mijnsheerenland (1616).

Vaderlijke goederen van Jacob Aertszn en Roocxkie Aertsdr naerkinderen van za Aert Corneliszn Leeuwenburch 19-3-1626: etc. Hierin Cornelis Cornelisz als stiefvader.
Op 24-4-1627 transporteerde Cornelis Cornelissen Niessen, als man en voogd van Leentgen Willemsendr, wonende onder Mijnsheerenland, aan Wouter Ploenen 2 morgen 225 roeden, voet onder voet gemeen liggend in een perceel van 4 morgen 450 roeden met de weeskinderen van Aert Cornelissen Leeuwenburch onder Nieuw-Reyerwaard int Lange landt, strekkende van de Westzijdtsche Wech tot aan den Crommenwech.[144]
Op 14-5-1632 compareerden Adriaen Willemsen, voor hem zelf, Cornelis Cornelissen Niessen, man en voogd van Leentgen Willemsdr, Lenert Pietersen, man en voogd van Sijtgen Willemsdr, Jacob Ariensen Polderman, man en voogd van Bastiaentgen Willemsdr, en de voornoemde Adriaen Willemsen Penning, als voor deze gelegenheid gekozen voogd van zijn zusters Stijntgen en Pietertgen Willemsdr, gezamenlijk kinderen en erfgenamen van Baeltgen Pietersdr. Zij transporteerden aan (hun broer) Pieter Willemsen Penning zes 7e parten van een "woninge, berch, keeten, boomgaert" etc. met de 4 morgen eigen land waar deze woning op stond, gelegen in Nieuw-Reyerwaard in Willem Harmansen XXVI Mergen, als zijnde de Xle Houve in het dorpscohier. Dit goed strekte van "den oudreyerwaertse grasdijck" tot aan "willaerts dijcxke". Tevens droegen zij zes 7e parten over van de bij deze boerderij behorende huurlanden. [145]
Op 24-6-1641 attesteerde Cornelis Cornelisen Niesen, wonende aen den Blaeck onder de jurisdictie van Heinenoord, over zijn ca. 27 jaar oude dochter Roocken Aerts inzake door Lendert Janssen Cappedijck met diens schuit aangevoerd bier. [146]
Op 16-11-1653 verbindt Leentje Willems, weduwe van Cornelis Corneliszn Waelboer, zich als borge ten behoeve van weduwe en kinderen van sal. Dirck Janszn Bennis voor de ontvangst, die Jacob A. Leeuwenburg van de erfhuiscedulle van genoemde weduwe en kinderen heeft. [147]
Op 7-7-1651 testeert te Dordrecht Leentie Willemsdr, weduwe van zal. Cornelis Corneliszn Jonge nies, wonende aan de Blaeck, als volgt: "sij verclaerde te willen ende begeren dat haren soone Jacob Aertse Leeuwenborch of diens kinderen hebben sul de eene helft van sekere elst hout lants met den aencleve van dijen, tot haeren boedel spetterende, leggende int Oostsomerlant, ende Janneken Cornelis, haer dochter of kinderen, dat die voor haere erfenisse hebben sul de andere helfte van t'voorn elsthoutlant ende dat Roocxken Aertsdr haere andere dochter mede voor haere erfenisse hebben sul de som van seven hondert gld en dat de vordere goederen van haeren boedel bii de voors haere driie kinderen gepart ende geerft sullen worden in driie deelen. Nochtans soo ende onder expresse conditie dat Rooxken Aertsdr van alle deselve goederen maer en sul hebben de tochten haer leven lanck geduiirende en de haere kinderen den eijgendom ende dat oock deselve tochten geduiirende het leven van haeren man nijet en sullen mogen worden vervrempt maer so het gebeurde dat de man van den voorn Rooxken Aertsdr mochte sijn overleden ten tijde van t'overlijden van haer testatrice, so sul de voorn Roocxken Aertsdr mede vrij end franck mogen aenvaerden de voors. erfenisse soo sii dat begeert en anders niet ten eijnde dat de versterfenisse bij de crediteuren van haer ofte haeren man nijet en werde geevinceert ofte oock mede nijet en werden genoten bij de voors. kinderen van de voorn. haeren man. Voogden Jacob Aerts Leeuwenburg en Janneken Cornelis haer dochter". [148]
Op 3-11-1658 testeert te Mijnsherenland Leentje Willemsdr, wed. van Corn. Corn Waelboer, wonende aan de Blaak. Zij verklaart haar kinderen tot haar universele erfgenamen en bij vooraflijvigheid van deze haar kindskinderen "onder conditie nogtans dat Jacob Aerts Leeuwenburg ende sijne tegenwoordige huijsvrouw beijde haer leveslanck geduijren, van het eenderdepart dat hem uit trachte van deses sul aencomen in seeckere Elsthoudtlants, niet meerder sullen trecken ende genieten dan de bladinge en het jaerlijcx suijver incomen van het voorsegde eenderdepart in genoemd Elsthoudtlants, en naa haerluijder beijden doot sal t'voornoemde eenderdepart onbelast comen erven en besterven op den voorn. Jacob Aerts Leeuwenburg zijn kinderen die sij testatrice daartoe institueert en substitueert bij desen". [149]

2688. JACOB (VAN DER JACHT), geb. vóór ca. 1575, alleen bekend uit het patroniem van zijn veronderstelde zoons.

2690. GOVERT PIETERSZ VAN WIJN(¥), geb. ca. 1574, ovl. vóór 22-8-1642, biervoerder (1615), marktschuitvoerder van Maassluis op Delft (1632, 1642), tr. 2o Maassluis 15-1-1636 LIJSBETH EGBERTSDR., wed. van Claes Jansz Hardenbergh. Zij hertrouwt Maassluis 8-10-1642 Willem Dircksz, schoolmeester te Heenvliet en Poortugaal. Hij tr. 1o vóór ca. 1600

2691. TRIJNTJE JACOBSDR VAN VELDEN, geb. vóór ca. 1580, ovl. tussen 22-2 en 21-4-1632.

Wapen Van Velden : Een ovaal schild beladen met een springende eenhoorn op grond, gekroond met een kroon van drie fleurons, waarboven een uitkomende eenhoorn, de staart zichtbaar [188]. Dit wapen komt voor op een grafzerk in de Grote Kerk van Maassluis. In [189] wordt het wapen Van Velden gegeven als : in zilver in klimmende zwarte eenhoorn met gouden hoorn en hoeven. Dit gebeeldhouwde wapen kwam voor op de toreningang van de heerlijkheid Holy te Vlaardingerambacht.


COMMENTAAR(¥) In het notarieel archief Maassluis komt in 1615 en 1617 ook voor: Govert Pieterss Knol, wonend te Delft, pachter van de impost van bieren en consumptie van het zout over Delfland. [190] Kennelijk niet identiek met Govert Pieters van Wijn?
Weeskamer Maassluis:[191]
Govert van Wyn,
29-11-1630 2, f.137v
21- 4-1632 3, f. 24 schuitvoerder, wednr. v. Trijntge Jacobsdr
11- 1-1636 3, f. 25
15- 3-1634 3, f. 58
30- 7-1634 3, f. 60v.
Govert Pieters van Wijn
26- 5-1620 1, f.148
14- 4-1627 2, f. 84
zaliger Govert Pieterss van Wijn 7-10-1642 4, f. 68v marktschuitvoerder
Tryntgen Jacobs van Velde
5- 5-1628 2, f.103
Op 6-7-1615 compareert te Maassluis Govert Prs. Wijn, biervoerder, voor een Attestatie. [192]
Op 8-4-1618 worden "Govert Pietersz en zijn vrouw" genoemd als geref. lidmaten te Schipluiden.[193] Het is niet bewezen of het in dit geval ook bovenstaand echtpaar betreft.

Op 25-7-1629 betaalt de kerkeraad van Maassluis ƒ 36,9,- aan Govert van Wijn "voor 15 halfvaten kleynbier en 2 halfvaten zeven gulden bier, door den Kerkeraad toegeleid aan de metselaers en andere werklieden" (die werkten aan de bouw van de Grote Kerk aldaar) [194].

2694. VOLCKERT VAN ERCKELENS, geb. ca. 1580, ovl. na 1660.

2696. ROMBOUT BESOOYEN(¥), ovl. 1-4-1630, beg. (zerk) Zierikzee St. Lievens-Monsterkerk[213], parentatie niet bewezen.

2702. JACOB CLAESS LEVERSTEIJN, ovl. na 1639, parentatie niet bewezen,(¥) schepen van Maassluis, tr. (verm. vóór ca. 1610)

2703. TANNEKE JOOSTEN, geb. 1592/93, ovl. na 1638, parentatie niet bewezen.(¥)

COMMENTAAR(¥) Volgens Ref. [239] die verder geen bronnen geeft moet dit zijn:

2702. JACOB DIRKS LEVERSTEYN, geb. ca. 1593, ovl. (beg?) Delfshaven 18-11-1629, tr.

2703. AELTJE JOOST ADRIAANSD, geb. ca. 1594, ovl. (beg?) Delfshaven 30-8-1625.

In de volgende akten te Maassluis komen voor:
Jacob Claess Leversteijn Revocatie van een testament 27-10-1636. [240]
Jacob Claess Leversteijn en zijn echtgenote Tanneken Joosten, oud 44 jr, Attestatie 15-5-1637 (geh.m. Tanneken Joosten). [241]
Jacob Claess Leversteijn Attestatie 12-8-1637. [242]
Jacob Claess Leversteijn Codicil 4-10-1637 (oud-schepen van Maassluis). [243]
Jacob Claess Leversteijn en zijn echtgenote Tanneken Joosten, wonend te Maassluis, Testament 6-11-1638. [244]
Jacob Claess Leversteijn Attestatie 9-11-1639 (voogd, won. Maassluis). [245]
Jacob Claess Leversteijn Accoord 31-10-1642 (oud-schepen van Maassluis). [246]

2704. ADRIAEN (ARY) WILLEMS BREUR, geb. 1577, ovl. kort voor 1658, als reder en/of boekhouder gecommitteerde van de visserij (1612),[250] burgemeester (1614-1615) en schepen (1626),[251] koopman (1614..1650), setter (1616) en president schepen (1636-1637),[252] te Maassluis, treedt op als gemachtigde en als medevoogd van de onmondige kinderen van de overleden Cornelis Adriaen Noordergraft en zijn vrouw Pietertgen Pietersdr (1638), [253] vermeld in een groot aantal notariële akten 1614-1643, koopman (1614..1643), oud-burgemeester (1641), oud-schepen (1643), wonend te Maassluis (1614..1643), in 1643 oud 66 jr. gehuwd met Willemtge Adriaensdr, [254] [255] [256] tr. Maassluis 12-2-1612

2705. WILLEM(IJN)TGEN ARYENS (ADRIAENS) (SCHRAM), geb. 1573/74, ovl. na 1643? woont te Maassluis (1641).

vul aan lb 1886.
Weeskamer Maassluis:[257]
Arijen/Adriaen Willems Breur
26-5-1620 1, f.148
3-2-1631 2, f.147v (53 jaar)
3-11-1638 3, f.155
..-..-1644 4, f. 99
..-..-1652 5, f. 52v
2-12-1666 6, f.162v
31-12-1666 6, f.176
Op 21-9-1614 wordt Adriaen Willemss Breur, wonend te Maassluis, gemachtigd door de erfgenamen van Maertgen Dircxdr zaliger, anders genaemt Maertgen Jans. Als erfgenamen worden genoemd: Adriaen Willemss Breur (nomine uxoris), Claes Meess (nomine uxoris), Corn. Corneliss Reus (nomine uxoris) en Corn. Adriaenss. [258]
Op 26-4-1615 wordt hij wederom gemachtigd, als gehuwd met Willemijntge Adriaens, door de erfgenamen van Maertgen Dircxdr zaliger, anders genaemt Maertgen Jans. Als erfgenamen worden genoemd: Cornelis Adriaenss Schram, Willemijntge Adriaens, Maertgen Adriaens en Neeltge Adriaens. [259]
Op 18-10-1621 verkopen Jacob Jacobsz van Bramen, huistimmerman, principaal, Pieter Laurensz, stedesmid te Brielle en Abraham Jacobsz, schrijnwerker, mede aldaar zijn broeders als borgen, aan Adriaen Willemsz Breur een rentebrief. [260]
3 morgen land te Maasland aan de Middelwatering, leenroerig aan de hofstad te Hontshol (nr. 99B) [261]:
19-6-1627: Adriaen Willemsz Broer te Maeslantsesluys na overdracht door Frans Jacobsz.
19-8-1658: Willem Adriaensz Breur bij dode van zijn vader Adriaen Willemsz Breur en draagt het leen over aan Ysack Symonsz van der Meer.
2 1/2 morgen land te Maasland tussen de twee kleine sluisvlieten, leenroerig aan de Grafelijkheid (nr. 25C) [262]:
25-6-1629: Adriaen Willemsz Breur te Maeslandtssluys na overdracht door Pieter Jansz Vervliet.
Op 26-4-1633 belooft te Rotterdam Arijen Willemsz Breur, coopman te Maeslantsluys, dat hij Jan Lambrechtsz Rom, schipper alhier, zal vrijwaren van een borgtocht die hij ten behoeve van Johan Druijven, coopman te Nieupoort zal passeren vanwege het proces, die de laatste in zijn eigen naam zal voeren vanwege zijn houckerboot, die in november 1632 is genomen door capiteyn Jaecques Herron, wonende te Oosteinde. Ook Jan Druijven wordt hiervoor gevrijwaard. [263]
Op 24-6-1633 verklaart Jan Lambrechtsz Rom, schipper, op verzoek van Adryaen Willemsz Breur, coopman te Maeslantsluys, dat in het begin van november 1632 in de herberg het Swijnshooft, requirant samen met Pieter Pietersz Bisschop en Thobias Cornelisz, coopluyden te Maeslantsluys, hem verzocht heeft naar Nieupoort in Vlaenderen te gaan om aldaar voor hen een houckerboot te kopen, waarop Joris Arentsz van Maeslantsluys stierman was. Attestant verklaarde zich daartoe bereid mits hem 70 gulden zou worden betaald voor zijn moeite. Hem zou een wissel op debiteuren van Bisschop en Thobias Cornelisz te Vlissingen in Seelant worden meegegeven om de boot te betalen. [264]
Op 23-6-1636 verkoopt te Rotterdam Hendrick Dircxsz Houfflaecken uit de Wagestraet in Den Hage in het huis 'de Bode van Noordhollandt' 30 paspoorten aan Arien Willemsz Breur en Isaack Symons van der Meer te Maeslantsluys voor 500 gld per stuk. [265]
Op 10-7-1640 draagt te Rotterdam Dirck Ariensen Niese, maeckelaer te Amstelredam, een vordering van 549 gld op Arien Willemsen Breur wonende te Maessluys over aan Cornelis van Hartichvelt, oud-burgermeester. [266]
Op 19-3-1641 verkopen Willem van Couwenhoven, burgemeester, en Jacob Jacobsz Couwenhoven, brouwer, bloedverwanten van de weeskinderen van Huijch Jacobsz van Couwenhoove, met goedvinden van het gerecht en de weesmeesteren van den Briell, aan Gerrit Theunisse Wanesee van den Briele een huis en erf aan de noordzijde van het Marelant in den Briele. Belendingen: aan de zuidzijde Jacob Jacobsz, voerman, aan de oostzijde Lijsbeth Jansdr, weduwe van Corstiaen Claesz, van de straat met een tuintje erachter tot aan de Vest. Belast met 1150 gulden van Adriaen Willemsz de Breur, wonend te Maeslantsluijs. Te betalen 1200 gulden, waarvan 600 contant. Borg voor de koper: Jacob Willemse de Valck. De plaets en het pakhuis dat aan het huis gebouwd is zal nog 3 jaar aan Arij Willemsz Breur verhuurd blijven, voor 36 gulden. Het bij het huis gelegen tuintje is belast met een jaarlijke rente van 6 gulden dat toekomt aan de stad van Den Briel. [267]
Op 11-11-1641 legt Willemtge Adriaensdr, geh. met Adriaen Willemss Breur een getuigenis af.[268]
Op 20-9-1643 legt zij wederom een getuigenis af, dan vermeld als Willemtge Adriaensdr, oud 67 jr., wonend te Maassluis, geh. met Adriaen Willemss Breur, dr. van Arijen Arienss Schram zaliger.[269]
Op 1-12-1643 legt Jan Lambertsz Rom, 59 jaar oud, capiteijn in dienst van de Vereenichde Nederlanden een verklaring af op verzoek van Arien Willemsz Breur, coopman uit Maessluijs. In 1632 heeft hij op verzoek van Pieter Pietersz Bisschop, seijlmaker en Tobias Cornelisz, stierman, en van Breur in Oostende een houcker visboot opgeeist waarin ze samen reders waren, en die opgebracht was naar Oostende. In de herberg "de Moerjaen" in Maessluijs hebben Breur en de anderen hem beloofd de gemaakte kosten van 1500 gulden te vergoeden. Verder zouden Pieter Pietersz Bisschop en Tobias Cornelisz aan Breur beloofd hebben de onkosten te helpen dragen. [270]
Op 22-1-1644 verklaart te Rotterdam Jan Lambrechtsen Rom, capiteyn, 59 jaar, door Arien Willemsz Breur, coopman op Maessluys, in december 1632 in de herberg 't Moeryaenshooft in aanwezigheid van Pieter Pietersz Bisschop, zeylmaecker, en Thobyas Cornelisz, stuyrman, te zijn verzocht schade te verhalen en vrijgave te bewerkstelligen van een op zee door de vijand ingenomen houckervischboot. Hij belooft alle onkosten te vergoeden. Rom heeft voor Raden te Duynkercken getracht vrijgave te verkrijgen, maar is hier niet in geslaagd. [271]
Op 11-5-1644 bekent Willem Bartholomeussen Meyburch, houckmaecker, wonende te Maessluys, 1.200 gulden schuldig te zijn aan Adreaen Willemsen Breur, coopman te Maessluys. [272]
Op 12-9-1650 heeft te Schiedam Arien Willemsz Breur, wonende op Maaslandsluijs, te innen van Pieter Dircxsz van der Houf, wonende in de Lier in de ambachte van Maesland, de somma van 6000 Car. guldens. [273]
Op 12-3-1648 bekennen te Rotterdam Pieter Adriaens Moyman en Jan Claesz van Alphen, beiden wonende te Scheveningen, schuldig te zijn aan Adriaen Willems Breur 3000 gld t.z.v. een geldlening. Leendert Cornelisz Denick wonende te Maassluys stelt zich hiervoor borg. [274]
Op 1-5-1648 koopt Arien Willem Breur een boomgaard achter het huis van Dirck Jasperse "in de vuyck" te Schiedam.[275]
Op 2-3-1649 bekent Arent Dircksz Passer, caes- en buttervercooper in Maeslantssluys, 1.100 carolus gulden schuldig te zijn aan Adryaen Willemsz Bruer, coopman in Maeslantssluys. [276]
Op 24-10-1650 bekent te Rotterdam Huybrecht Meltsert Stael, marckschipper op Rotterdam, en wonende op Maeslantssluys, 4.200 carolus gulden schuldig te zijn aan Adreaen Willemsz Bruere, coopman te Maeslantssluys. [277]
Op 27-4-1653 legt te Schiedam Cornelis Cornelisz Duijn, wonend onder Pernis, op verzoek van Jonkheer Wilhelm van Duijn, Dijkgraaf van Rijderkerck en mede van Cornelis Jansz Olshoorn als mede eigenaars van een zeker buitengors, genaamd Langebackersoort, gelegen omtrent de hoek van de Oude Maas onder Pernis, een verklaring af over het doorgraven en doorsteken van zekere kade gelegen tussen voorn. gors, alsmede de landerijen van jhr. Wilhelm van Duijn en van Cornelis Jansz Olshoorn enerzijds en die van Arijen Willemsz Breur c.s. anderzijds, waardoor het voorn. gors telkens is onder- en overgelopen. Bedoeld doorsteken is geschied op order van Heindrick van Dijck en voorn. Arien Willemsz Breur. [278]
Op 14-3-1664 compareerde te Schiedam Willem Canter, rentmeester, wonende binnen Schiedam, zijnde van competente ouderdom, en verklaarde ten verzoeke van de erfgenamen van wijlen Arijen Willemsz Breur, in zijn leven Coopman op Maessluijs, dat hij attestant goede kennis heeft, dat genoemde Breur in zijn leven voor verscheiden jaren in huur heeft gehad van de ambachtsheren van Langebackersoort seekere buiten gorsinge gelegen aan de Maze tegenover de stad Vlaardingen, en dat de onkosten van het maken en repareren van de rijsdammen, die aan de gorsinge voorschreven zijn gemaakt door genoemde ambachtsheren zijn betaald. [279]

2706. ROC(H)US GERRITSZ VAN POMEREN, geb. vóór ca. 1580, ovl. 1631-1635,[281] poorter van Vlaardingen 28-12-1602,[282] kuiper, keurmeester, visafslager (1622),[283] reder ter hoekvaart, en koopman, lid van het kuipersgilde aldaar (1613), voogd (1618, 1631), verkoopt een obligatie aan Ary Cornelisz Tempelaar (1629), betaalt 6 pond 8 st. verponding voor een huis en schuur aan de Havenplaats, bezit een boomgaard in de Laan van het Liesveld,[284] komt voor op de "Lyste vande Capitalisten (...) die binnen der Steede-Vlaerdinge die duysent gld. ende daerenboven geoordeelt werden gegoet te syn ende geen bouneringe ende doen" (1652),[285] is in 1631 van plan uit Vlaardingen te vertrekken, Zijn naam komt voor op het memoriebord van het kuipersgilde, dat zich bevindt in de Grote Kerk van Vlaardingen, en dat in de kerk opgehangen is in 1613 t.g.v. de stichting van het gilde in 1612.[286]. Hij tr. vóór ca. 1610

2707. AELTIE PELLE, geb. vóór ca. 1590, ovl. 1638-1644.

Westhavenplaats te Vlaardingen met het huis waarin Rocus Gerritsz van Pomeren (kw. nr. 2706) en diens schoonzoon Johannes Villerius woonden. [287]
klik op plaatje(s) om te vergroten
Eerste dubbele 1000e penning Vlaardingen 1622:[288] Rochus Gerritsz. van Pomeren ƒ 8-0-0.
Tweede dubbele 1000e penning Vlaardingen 1622:[289] Rochus Gerritsz. van Pomeren ƒ 8-0-0.
Tweede 200e penning Vlaardingen 1625:[290] Rochus Gerritsz. van Pomeren ƒ 20-0-0.
200e penning Vlaardingen 1628: [291] Rochus Gerritsz. van Pomeren ƒ 20-0-0.
200e penning Vlaardingen 1635:[292] De weduwe van Rochus Gerritsz. van Pomeren ƒ 20-0-0.
200e penning Vlaardingen 1638:[293] Rochus Gerritsz. van Pomerens weduwe ƒ 20-0-0.
200e penning Vlaardingen 1644:[294] De weduwe van Rochus Gerritsz is overleden ende 't goet gestelt op haer kinderen, dient pro memorie.
Weesboek Vlaardingen : 1-12-1618 Gesteld tot voogden van de kinderen van zaliger Maertge Lourisdr, waar vader van is Pieter Bastiaensz, Frans Dirckz Boomgaert en Arijen Cornelisz Crauw voor de dode zijde, en Rochus Gerritsz van Pomeren, kuiper, voor de levende zijde.[295]

Protocol : 11-12-1631 Leendert Fransz Boomgaert, varentman, burger van Vlaardingen, gehuwd met Annetje Pellen, eerder wed. van Joost Jacobsz Slijp, is schuldig aan Rochus Gerritsz van Pomeren, koopman alhier, 335 gld. (oude obligatie van 1-10-1619 200 gld.door Joost Jacobsz Slijp gepasseerd) over gehaalde stoffen voor kleding volgens register. Hij kan niet betalen en verkoopt daarom goederen, huisraad e.d.[296]

Weesboek Vlaardingen : 16-8-1631 Rochus Gerritsz van Pomeren voogd over de kinderen van Cornelis Woutersz, stierman, en wijlen Geertje Arrisdr.[297]
Attestatie d.d. 6-9-1631 Ten versoucke van Rochus Gerritsz: "naedien men schuldich is der waerheijt getuijggenisse te geven bijsonder des versocht sijnde, soo attesteeren wij burgemeesteren ende regierders der stede Vlaerdingen, geleegen in Hollandt op de riviere van de Mase, dat Rochus Gerritsz van Pomeren lange jaren binnen deser stede heeft gewoondt ende gehuwelijckt geweest, weesende sijn principalste negotie de rederije ter houckvaert. Daer beneffens hij oock veelle jaeren alhier bedient heeft den affslach op de visch. In alle handelinge, bedieninge ende ommegang de voorn. van Pomeren hem eerlijcken ende vroom heeft gedragen ende gequeten, soo als een goet burger toestaet ende behoort te doen. Ende naer dien ons bekent is dat sijn vertreck van hier alleen streckt tot beterstaet. Soo versoucken wij burgemeesteren ende regierders voornt. aen allen ende eenen ijegelijcken die desen verthoont sal werden, de voorn. Rochus van Pomeren voor sulcx als voorsz. is te erkennen ende aen te nemen. Daer aen ons vruntschap geschieden sal in kennisse der waerheijt hebben wij onses stedessegel ten zaecke hieronder opgedruckt ende bij den secretaris gedaen teijcken. Opten 06 Septembris anno 1631." [298]
Op 10-6-1644 passeert te Maassluis een akte van Procuratie. Het betreft Aeltgen Pellen zaliger, moeder van Wijvetge Rochusdr van Pomeren en Hester Rochusdr van Pomeren. [299]
17-7-1662: Adriaen Rochusz Kruijck, oud-burgemeester van Vlaardingen, Wijve Rochus, weduwe van zal. Willem Arentsz. Breur, wonend op Maessluijs, Hester Rochus, hvr. van Joris Jansz. 't Voel, in plaetse van hare man, vermits desselfs cranckzinnicheijt, Annitje Rochus, hvr. van Dirck Arentsz. Overschie, jegenswoordich uijtlandich, Gerrit Rochusz. van Pomeren, coopman, mede binnen Vlaardingen, ende noch de voornoemde Adriaen Rochusz. Kruijck als vervangende ende hem sterck makende voor Rochus Jacobsz. van Pomeren, soone van Jacob Rochusz. van Pomeren, zal. ter eenre zijde, ende Sr. Johannis Villerius, coopman, mede wonende alhier, als getrouwt hebbende Maertje Rochus, ter andere zijde, allen tezamen kinderen ende erffgenamen van Aeltje Pelle, hare moeder zal. weduwe ende boedelhoudster van Rochus Gerritsz. van Pomeren, der comparanten vader zal. (er was ook nog een "innocente zuster" Gerritie Rochus) compareren ter afwikkeling van de boedel van hun moeder.[300]

2708. WILLEM JANSZ SCHIM, ovl./beg. Maassluis Grote Kerk 12-5-1635 (op zijn grafsteen de tekst : "Hier lyt begraven/ Willem Jansz Schim/ sterff op ten 12 mey/ van 't iaer 1635" waaronder een huismerk [508]). vermeld als seylmaker (1606)[509], schepen en als reder en/of boekhouder gecommitteerde van de visserij (1615),[510] (1608, 1612, 1620),[511] vermeld in een Akte van cautie 15-7-1615, en een testament 15-1-1616, [512] burgemeester (1622) en kerkmeester (1629)[513] te Maassluis, belender te Maasland (1629,.[514]. koopman te Maassluis, tr. vóór 1611

2709. ANNITGE LEENDERSDR, ovl. na 1636.

Weeskamer Maassluis:[515]
Willem Jans Schim,
31-12-1614 1, f. 16v
29- 2-1616 1, f. 45
21- 9-1618 1, f.107
15-10-1618 1, f.108
26- 8-1620 1, f.158
30- 6-1623 2, f. 16
3- 6-1625 2, f. 48v
26- 1-1626 2, f. 65
20- 2-1627 2, f. 80v
6- 8-1627 2, f. 88v
Op 27-11-1636 passeert te Maassluis een akte van Accoord. Het betreft Annitge Leendersdr, wed. van Wm. Jansz Schim, koopman te Maassluis. Hun zoon is Jan Willemsz Schim. [516]

2710. CLAES JANSZ T(H)OU(W) (VAN DER BURCH)[517], ovl. "ontrent inde Vasten des iaers" 1610, belender te Vlaardingerambacht (1610).[518] tr. (huw. voorw. 19-7-1608)[519]

2711. MARITGE CLAESDR (VERCROFT), geb. vóór ca. 1590, ovl. na 1622, leeft na het overlijden van haar eerste echtgenoot zeer sober omdat haar voogd en stiefvader Pieter Allersz haar "seer cleijne middelen om huijs mede te houden" verstrekte, tr. 2o 1610-1622 ADRIAEN JANSZ VONCK, geb. 1578/79, ovl. na 1629, metselaer (1610..1629).

Op 19-7-1608 worden huwelijksvoorwaarden gemaakt tussen enerzijds Maritgen Claesdr, met haar broeder Pieter Claesz en haar behuwdoom (stiefvader) Pieter Allartsz, en met Cornelis Dircksz van Rijn, Gerrit Jansz Brouck en met Gerrit Jansz, en anderzijds Claes Jansz Touw van der Burch, met Arent Touw Jansz, Willem Jansz Touw, Joris Cornelisz van Vliet, Doe Adriaensz Luck, Pouwels van Dijck Adriaensz en Dirck Symonsz Mostert, zijn broeders, zwager en vrinden. [520]
Op 11-2-1610 constitueert Adriaen Jansz Vonck, metselaar, Willem Nieupoort, procureur te Schiedam. [521]
Attestatie d.d. 17-12-1621 Ten versoucke van Jacob Willemsz Colster van wegen Cornelis Claesz iegenwoordich binnen den Briel in hechtenis: Compareerden Jacob Foppensz, schipper out 52 iaeren, ende Arien Jansz Vonck, metselaer out ontrent 43 iaeren. Ende verclaerden bij eede dat sij wel gekent hebben d'voorn. Cornelis Claesz ende dat d'selve tharen respective huijsen heeft thuijs gelegen ende vandaer lest vertrocken over ontrent twee iaren. Ende mitsdien wel te weten dat nae alle gelegentheden dije sij doen merckten en sagen dat d'selve anders geen goet en hadde om dagelicx van te leven dan hij met sijn handen als arbeijder was winnende. Verclaren voorts dat sij mede seer soberen wierden betaelt van tgunt hij haer van bijwoonen schuldich wiert ende dat sij aenmerckende wel sijn goede genegentheden om te betalen, maer altemets niet komende hem niet lastich vielen. Gevende mede voor redenen van wetenschap, aengevende sijn onvermogen, dat dvoorn. Cornelis Claesz tharen respective huijsen comende logeren, seer weinich off alte weijnich linne, wolle off andere goederen bracht off vuijt conquesteerde, houdende d'selve over zulcx van onvermogen ende geen middelen. Actum den 17-12-1621 ten overstaen van de schout. Was getekend: Louris Ariaensz van der Houve. [522]
Attestatie d.d. 29-5-1622 Ten versoucke van Adriaen Jansz Vonck metselaer als getrout hebbende Maritgen Claes weduwe was van Claes Jansz Coe (sic!): Compareerde Cornelis Meesz bijgenaemt tManneken inde Maen bouman, woonende opte Souteveen out ontrent 57 iaeren. Ende verclaerde bij eede dat hij als debiteur van de custingbrieff, bij hem den 1e Meij 1611 ten behouve van de voorsz Maritgen Claesdr verleden voor de gerechte van Vlaerdinger ambacht, houdende drije duijsent tachtich gulden, over de coope van de landen ende wooninge daerin verhaelt, in volle voldoeninge van de gereede penningen, alle ontrent binnen acht weecken nae date vant verlij betaelt heeft verscheijde partijen aen Pieter Allersz van der Houve bouman in Vlaerdinger ambacht als stijefvader ende gecoren voocht van de voorsz Maritgen Claes, de somme van seventien hondert gulden ende niet aende voorsz Maritgen off ijemant anders. Mitsgaders dienvolgende d'selve betaelde alsdoen gedaen teijckenen te hebben op ten rugge vande voorsz brieff. Gevende voor redenen van wetenschappe dat hij all voor date vant voorsz verlij ten huijse van sijn swager Vrijes Jansz hem Pieter Allersz in minderinge en ter goeder reeckenen van de voorsz gereede penningen, teender somme aentaelde drije hondert gulden ende weijnich dagen daer nae noch twee hondert gulden, seggende bij de selve betalenden geen penningen te willen tellen voort dat hem deposant gelevert soude sijn behoorlijcke opdrachtbrieff. Twelcke eenige dagen daerna geschiede, dat hij dienvolgende op ten dach vant verlij hem Pieter Allersz noch telde soo veel penningen datter noch aende gereede termijn bleef staen ontrent 120 gulden. Verclarende voorts gesien te hebben dat hij Pieter Allersz wtte ontfange penningen datelijck aentaelde eene Grietgen Centen weduwe, ontrent seven hondert gulden ende de resterende 120 gulden daer na betaelt te hebben. Zulcx dat alle de penningen binnen 8 weecken als vooren waren betaelt. Actum ten overstaen van de schout ende ondergeteijckende schepen den 29-5-1622. Was getekend: bij mij Frans Dircxz. [523]
Attestatie d.d. 1-7-1622 Ten versoucke van Arien Jansz Vonck, metselaer, ende Maritgen Claes, sijn huijsvrouwe: Compareerde Neeltge Maertens, huijsvrouwe van Huijch Willemsz, houtsager, out ontrent 53 iaren. Ende verclaerde bij eede dat sij lange tijt harwaerts goede ende familiare kennissie heeft gehadt aen d'voorsz Maritgen Claes ende dat des selffs man Claes Jansz Tou ontrent inde Vasten des iaers 1610, onbehaelt inden iuijsten tijt, overleden is. Ende wel te weten dat sij alsdoen in haer weduwelijcken staet, soberlijcken leeffde ende dagelicx soo tegen haer deposante als anderen de clachten dede van hare seer cleijne middelen om huijs mede te houden, vermits eenen Pieter Allersz, haer stieffvader, voocht van haer requirante, haer soo sober hielt dat mede door haer deposantes persuasien haer geleent is wt medogentheijt bij eene Maritgen Willems, weduwe van Cornelis Jacobsz Cluijver, de somme van ontrent 40 gulden ende dat opte toesegginge van restitutie bij Pieter Allersz gedaen. Verclaert mede dat haer deposante ten tijde voorsz ende inde weduwelijcken staet vande selve Maritgen competeerde 11 stuivers van stijven van cragen, waerom sij menichvuldige moeijten dede, nochtans dselve niet konde krijgen dan van den voorsz Maritgen Willems dwelcke tselve mede verschoot. Verclaert voorts dat sij d'selve Maritgen Willems heeft hooren vermanen dat sij werden gedaen dienste, soo van koocken als anders op haer requirants feeste gehouden doen sij met hem Arien Jansz Vonck was getrout, geen geld had konnen crijgen ende dat sij genootsaackt was geweest daer over te coopen een blau voorschoot twelcke sij doen vertoonde. Actum den 1 Julij 1622. Was getekend: bij mijn (onleesbaar). [524]
Attestatie d.d. 15-5-1623 Ten versoucke van Arien Jansz Vonck: "Hebben Cornelis Willemsz, clockestelder out ontrent 50 jaeren ende Leendert Fransz Boomgaert, out ontrent 38 jaeren, verclaert ende getuijcht waerachtich te sijn dat sijluijden huijden vergadert sijn geweest in de herberge van St. Joris, int geselschap van den requirant ende dat aldaer bij hen deposanten gecomen is Steven Aelbrechtsz Attevelt, cuijper, ende dat de selve onder andere propoosten iegens den voorn. requirant seijde ende hem met smaet woorde verweet in effecte dese woorden, "ghij hebt u vader verraden" Tselve tot meer maelen verhaelende. Actum coram van den ondergeteijckende schepenen den 15-5-1623. Was getekend: Lambrecht Christoffelsz Waelwijck. J. G. Noijkens. [525]
Attestatie d.d. 25-6-1629 Ten versoucke van Ghijsbrecht Cornelisz, kaescooper te Gouda cum socijs, heeft Arijen Jansz Vonck metselaer out 50 jaeren, verclaert ende getuijcht waerachtich te sijn, dat Gerrijt Mathijsz, metselaer overleden binnen deser stede, heeft gehadt een suster genaempt Grietge Thijssen die woonachtich is geweest, eerst te Bodegraven, daer naer tot M..nt ende lest in de Plaet. Ende dat de selve Grietge Thijssendr hadde een dochter die genaemd was Machtelt Pietersdr (niet?) naer haer vader maer naer de moeder bij Gerrit Mathijsz Machtelt Jansdr voor redenen van wetenschappe allegerende dat hij de voorn. Grietge Thijssendr beneffens Gerrit Mathijs die sijn stieffvader was, verschijden malen heeft besocht, ende aldaer gegeten ende gedroncken, ende sulcx de voorn. Machtelt Jansdr seer wel heeft gekent, mitsgaders de voorn. Gerrit Mathijsz dickmael hooren verhalen dat de voorn. Machtelt bijgenaemt was Jans kint naer sijn moeder, ende dat hij haer daeromme oock best gesint hadde. Soe waerlijck moste hem God almachtich helpen. Actum coram. Was getekend: Jacob Jansz Maerlandt. [526]

2712. JAN VAN WAESBERGHE (DE OUDE), geb. Antwerpen 1556, ovl./beg. Rotterdam Grote Kerk 25-5-1626 [527] (graf nr. 104, "Hier leit begraven Jan van Waesberghe out 70 jaeren en sterf 25 Mey 1626", de grafzerk met wapen is bijna ongeschonden bewaard gebleven [528] ), beg. (registratie Weeskamer 31-5-1626 Jan van Waesbergen, wonende op de Markt), lid van het St. Lucasgilde te Antwerpen (1577), in 1583 nog vermeld als boekdrukker in "De Waekenden Haen", vroeger "Het Schild van Vlaenderen" in de Korte Kammerstraat te Antwerpen, boekdrukker en boekverkoper te Rotterdam op de Markt in "De Fame"(¥) (1590-1624),[529] en in het Westnieulant in "De Leeu" te Rotterdam (1590-1626), drukker der Admiraliteit op de Maze en stadsdrukker (1587-1626). Hij gaf ruim 120 werken uit, waaronder theologische, stichtelijke en letterkundige, maar vooral schoolboeken. Via zijn familie had hij ook veel contacten in boekdrukkers en onderwijskringen : zijn schoonzuster Barbara van Bracht was gehuwd met Philips de Grave, boekdrukker, zijn dochter Elisabeth was getrouwd met Felix(II) van Sambix, boekdrukker, en zijn dochter Catharina met Abraham Elsevier, boekdrukker. Zijn schoonzuster Maria van Bracht was gehuwd met Jan van den Velde van Antwerpen, beroemd Frans schoolmeester en calligraaf [530]. "Rotterdam werd decennia lang gedomineerd door het Antwerpse drukkersgeslacht van Waesberghe (1587-1661) dat zich vooral bezighield met het drukken en uitgeven van letterkundige werken en schoolboeken."[531]. Hij is reeds ca. 1587 naar Rotterdam vertroken, aangezien de gereformeerden na de verovering van Antwerpen in 1585 door Parma de stad moesten verlaten. Hij otr. 2o Amsterdam/Rotterdam geref. 23/25-11-1601 (get. Jan du Pire, hare vader/ met attestatie op Amsterdam 9-12-1601), tr. 2e. Amsterdam Nieuwe K. 11-12-1601 [532] CAT(H)ERINA (CATTRIJN, KATELIJN) DU PI(E)RE (DUPIRE, DUPRE), geb. Antwerpen juni 1581, ovl./beg. Rotterdam Grote Kerk 1-3/4-4-1661, woont "16 ans in de Warmoestrate" (1601), dr. van Jan du Pire in de Warmoesstraat in de "Groene Preekstoel" te Amsterdam, (en mogelijk van Anna Gommers, die in 1600 Jan's huisvrouw is[533]), is als Catharina Waesberge doopget. te Leiden (1622), doopget. (1631). Hij tr. 1o Antwerpen (ingezegend door Mr. Isebrandt Balckius, predikant in het "Huis van Aken") 30-6-1585 [534]

2713. MARG(UE)RITE VAN BRACHT (BRECHT), geb. Turnhout [535] , ovl./beg. Rotterdam Grote K. 9/11-7-1600 ("in den hooghen choor") [536] ;(¥) wederdoopster [537], als wed. van Niclaes Soolmans, boekvercoper, vermeld met zwagers en schoonzuster,[538] tr. 1o voor 1585 NICOLA(A)S SOOLMANS(¥), ovl. 1584/85, drukker te Turnhout [539], aangenomen in 1572 als boekverkoper in het St.-Lucasgilde te Antwerpen, drukker te Antwerpen, woonachtig op onser vrouwen Kerchof bij de Lynwaetmerct in Den Gulden Leeu, (1578-1583),[540] vermeld als eigenaar en bewoner (1584) op de Cleyn Kerckhofstraete, boekbinder en poorter, tevens eigenaar van het huis ernaast.[541] Zie Fragment Soolmans voor een mogelijke verwantschap van Nicolaas met een gelijknamig geslacht van vluchtelingen uit Antwerpen dat vanaf eind 16e eeuw in Amsterdam woont.

COMMENTAAR(¥) Registratie bij de Weeskamer 9-7-1600 [542]. ZOEK OP.


COMMENTAAR(¥) "De Faam" had voordien nog als stadhuis dienst gedaan [543].

Drukkersmerken van Nicolaes Soolmans (..-1584/85).
Links: op het titelblad van "Lesepistres dorees et discours salutaires de Don Antoiue de Guevare evesque de Mondonedo", Antwerpen 1577.
Rechts: op het titelblad van "Livre dore contenant la charge des parents. Les preceptes du bon maistre. Le debvoir des enfants et Voffice d'une bonne matrone, compile par Gabriel Meurier, Avesnois. Anvers 1578.
Randschriften: Ingenio Superatur (Hij heeft door vernuft overwonnen)
Bron: Ref. [544] en Ref. [545]

klik op plaatje(s) om te vergroten

Voorpagina van de "Beschryvinghe van de Voyagie om den geheelen Werelt Cloot" door Olivier van Noort, uitgegeven door Ian van Waesberghen (1556-1626) op de Marct in de Fame te Rotterdam.
Bron : brochure "Anno 1590", uitg. drukkerij Van Waesberghe en Van Sijn, Rotterdam
Pagina uit de Keuren der Stadt Rotterdam Anno 1593, betreffende de "Ordonnantie Van de Wees-kamer binnen de Stede van Rotterdam", oorspronkelijk uitgegeven bij Jan van Waesberge (1599-1661), op de Marckt in de Fame, 1593 en herdrukt "na zyn principale" bij Gerrit van Waesberge en Pieter van Waesberge, Ordinaris Drukkers der Stad Rotterdam,1745
Bron : brochure "Anno 1590", uitg. drukkerij Van Waesberghe en Van Sijn, Rotterdam

klik op plaatje(s) om te vergroten
Niclaes Soolmans geeft onder andere uit :
  • CATECHISMUS
    OFTE ONDERWYSINGHE INDE CHRISTELYCKE RELIGIE, WELCKE INDEN GHEREFORMEERDEN EUANGELISCHEN KERCKE ENDE SCHOLEN DER NEDERLANDEN GHELEERT ENDE GHEOEFENT WERT
    Mitsgaders de Christelijcke Ceremonien ende Ghebeden. Met neersticheyt ouersien ende ghecorrigeert door
    GASPARUM VAN DER HEYDEN
    t' Hantwerpen,
    By NICLAES SOOLMANS op onse Vrouwen Kerchof inden gulden Leeu, 1580.
    Met gratie ende Priuilegie. [546]
    Het gebruikte vignet is hetzelfde als dat van Johannes van Waasberge de jonge, zie hieronder.
  • Louis Des Masures, Tragaedies saintes Dauid combattant - Dauid triomphant -Dauid fugitif. Anvers: N. Soolmans; 1582.
  • Philippe Desportes, 1546-1606. Les premieres oeuvres... Anvers: N. Soolmans; 1582.
  • Die twaelf boecken van Aeneas ghenaemt int Latijn Aeneidos, beschreven door...Vergilius Maro. Nu eerst in onser Duytscher talen door Cornelis van Ghistele...overgeset...T'Hantvverpen, by Niclaes Soolmans, 1583.
Jan van Waesberghe betrekt typografisch materiaal van o.a. de Rotterdamse lettergieter Gabriel Guyot (werkzaam 1591-1610), onder meer voor het drukken van "de Psalmen in francois, hebbende daertoe expresse de noten doen gyetten tzijnen grooten costen" (jan. 1611) en voor een Frans-Nederlands woordenboek "met goede bescheydelicke letteren, (...) welke letteren hij Suppliant mede tot synen grooten coste heeft laten maken" (1611/12) [547]. Hij had blijkbaar ook financiële belangen bij de lettergieterij van Guyot, want toen Dirck Fransz op 15-12-1610 deze lettergieterij van de nabestaanden van Gabriel Guyot overnam stelde Jan van Waesberghe zich borg voor de betaling van de koopsom ƒ 500,10,--, tot zekerheid waarvan hij stelt " syn huys ende erve genaempt de Fame staende ende gelegen aen de Marckt deser stede int Westnieulant, belegen van Joosgen Jansdr houtcraemster vooren, de stege van de craenpart van Coolen achter, tsamen aende Oostsyde ende van de stege leggende tusschen dese huysinge ende thuijs van Jan van Deutecom aende Westsijde, streckende voor van de straet tot achter aen Jan Pietersz Dubien, voorts syne andere goederen roerende en onroerende, etc." [548].

De Van Waesberghe's gaven in de loop der jaren talloze schoolboeken uit getuige o.a. Jan van Waesberghe's eigen uitspraak (1611) : "Dat hij suppliant ende synen vader zal. de ghene syn die de fransoische talen met het drucken der Fransoischer ende Nederduytsscher schoelboecken tot behelp aller scholen 40 oft 50 jaeren continuelyck in dese Nederlanden met groote moeyte ende meerder oncosten vervoordert hebben, zoo doer het maecken, vernyeuwinge, verbeteringe ende correctie der zelver boecken" [549].

Op 22-7-1591 verklaart Pieter Cornelisz, schipper, wonende te Delffshaeven, 40 jaar, op verzoek van Jan van Waesbergen, boeckdrucker, uit naam van Hans Soolmans, coopman te Amsterdam, dat hij ongeveer zeven weken geleden met zijn schip genaamd de Fortuijne, komende van Lixbona, tussen Heijssant en de Sourdels, acht Engelse schepen van oorlog is tegengekomen. De overste daarvan werd door het scheepsvolk Millord Kummerlandt genoemd. Deze overste is met wat volk bij hem aan boord gekomen en heeft enige goederen uit zijn schip gehaald. Daaronder twee zakken peepers die door een zekere Jan Vell in Lixbona waren ingescheept om gebracht te worden aan Hans Soolmans(¥). [550].

Op 23-7-1591 verklaart Claes Jacobsz, schipper, wonende te Schijedamme, 30 jaar, op verzoek van Jan van Waesbergen, boockdrucker, uit naam van Hans Soolmans, coopman te Amsterdam, dat hij ongeveer zeven weken geleden met zijn schip, een vlijboote genaamd St. Jacob, komende van Lixbona, tussen Heijssant en de Sourdels, acht engelse schepen van oorlog is tegengekomen. De overste daarvan werd door het scheepsvolk Millord Kummerlandt genoemd. Deze overste is met wat volk bij hem aan boord gekomen en heeft daar enige goederen uit gelicht. Daaronder waren twee zacken peepers en een tonneken gember. Deze waren te Lixbona ingescheept door een zekere Jean Vell, om gebracht te worden naar Hans Soolmans(¥). Ook de brieven en geschriften die door de coopluijden en facteurs te Lixbona waren meegegeven werden in beslag genomen. [551].

COMMENTAAR(¥) Voor Hans Soolmans zie Fragment Genealogie Soolmans.


Op 23-2-1588 testeren "Jan van Waesberge boeckvercoeper ende Margriete van Bracht, geechte man ende wijff, woenende binnen der stede van Rotterdam." Zij legateren aan Maaijcken Roelandtsdr, de moeye van de testateur, Maaijcken, de nicht van de testateur, Leenaert van Waesbergen, de neef van de testateur en Martijntgen van Waesberge, de nicht van de testateur. Voorts worden genoemd Pieter van Bracht, en Maijcken van Bracht en Beijcken van Bracht, broer en zussen van de testatrice. Getuige is de Antwerpse schoolmeester Mr. Art van Meldert. [552].

Op 11-5-1592 testeren "Jan van Waesberge, boeckvercoeper ende Margareta van Bracht" ten tweeden male. Zij benoemen elkaar tot erfgenaam. Zij legateren onder andere aan de armen van de Gereformeerde kerk. Jan van Waesberge legateert verder aan zijn moeder Elisabeth Roelantsz 300 Car. gld, aan zijn tantes Lijntgen Roelants, Marie Roelants en Susanna Roelants 25 Car. gld., aan de dochter van Marie Roelants, genaamd Marie de Raet, aan zijn neef en nicht Leenaert van Waesberge en Elisabeth van Waesberge, en aan zijn nichten Toentgen, Neeltgen, en Jacquemijne(¥), wonende te Zierixzee. Margareta van Bracht legateert aan zusters en broer Barbara van Bracht, Marie van Bracht en Pieter van Bracht, en aan de kinderen van Barbara van Bracht. [553].

COMMENTAAR(¥) Wie deze nichten Toentgen, Neeltgen, en Jacquemijne, wonende te Zierixzee, zijn is vooralsnog onduidelijk.


Op 3-7-1596 compareren Jan van Waesberge, boekverkoper, en echtgenote Margareta van Bracht om te testeren. De akte is niet voltooid, wegens "haastig vertrek van Waesbergen". [554].

Op 27-7-1596 testeren ten derden male "Jan van Waesbergen, boekvercoeper ende Margareta van Bracht, geechte man ende wijff, woenende aen Tmercktvelt Inde Fame binnen deser stede van Rotterdam". Getuige is Jan Janssz, boekvercoeper [555].

Op 17-2-1598 compareren "Jan van Waesberghe, boekverkooper ende Margrieta van Bracht, zijne vrouw, Philips de Grave, boeckverkooper, met Barbara van Bracht, zijne vrouw, ende Jan van den Velde, schoolmeester, met Maria van Bracht, allen woonende tot Rotterdam voor henselven ende hen sterck makende voor Pieter van Bracht, haer broeder, alle kinderen van Pieter van Bracht ende Heyltgen Matheusdr. van Postele, ende oversulcx erffgenamen van Goyvaert van Postele, haer grootvader". Zij machtigen Jan van Eijck, wonende in de Vryheyt van Thurnhout, om voor hen over te nemen het hun competerende gedeelte "in de hoeve, landen, heyde ende weyde daaraen behoorende, genaempt de groote Hoeve, gelegen bij Thurnhout" [556].

Op 8-11-1600 zijn Mr. Hans van den Velde en Philips de Grave "geordonneert voochden over de naegelatene kinderen van Margriete van Bracht, daer vader aff is Jan van Waesbergen, boeckvercoeper alhier" [557].

In 1611 komt Jan van Waesbergen in conflict met Abraham Migoen, "fransoissche schoelmeester" te Rotterdam, die beweert een "nyeuwe aenwysinge van letteren" te hebben "geïnventeert ende gecomponeert" voor de boeken "die in de fransoische scholen der voorsz. Landen geleert wordden" en daaraan het recht meent te ontlenen deze boeken te laten drukken. Jan van Waesberge echter meent allang het octrooi voor het drukken van deze boeken in zijn bezit te hebben, en toont aan dat Migoen's methode helemaal niet nieuw is. Hij herhaalt enkele malen zijn verzoek aan de Staten Generaal om hem voor 10 jaren een dergelijk octrooi te verlenen [558].

Op 13-4-1615 testeren "Jan van Waesbergen den Ouden, boeckvercooper ende Catharina du Piere Jansdr, geechte man ende wijff". Zijn voorkinderen bij Margriete van Bracht te weten Jan de Jonge, Elisabeth, Margriete, Catheline en Pieter ontvangen 3000 Car. gld eens. Universeel erfgenaam zijn zijn nakinderen bij Catherina du Piere : Abraham, Sara, Ysaack, Rebecca, Jacob en Lia [559].

Op 27-8-1616 compareren te Rotterdam Jan van Waesbergen de Jonge, Felix van Sambix als man ende voocht van Elisabeth van Waesbergen, beyde woenende binnen deser stede Rotterdam, d'eersame David van Hogenhuysen, woenende tot Enchuysen, als man ende voocht van Margareta van Waesbergen. Zij ontvangen als kinderen van Jan van Waesbergen de Oude en Margaretha van Bracht uit handen van Jan van Waesbergen de Oude elk 3600 Car. gld "tsuck xx groten Vlaems" conform bovenstaand testament van 1596, en elk nog hun aandeel in de goederen die Sara van Waesbergen, hun zuster, hen nagelaten heeft. Bovendien heeft Jan van Waesbergen de Oude hun elk nog meer dan 300 gld. "tsuck te xl groten Vlaems" gegeven, waarna zij allen verklaren voldaan te zijn. Getuigen zijn Jacques Bornmersom en Jan van Duetekum, plaatsnijder, beide wonende te Rotterdam [560].
Op 3-6-1626 heeft Catarina de Piere (tekent als Caterine du Pire of Dupire), wed. van Jan van Waesbergen den Ouden, een geschil over de verdeling van de nalatenschap van Van Waesbergen den Ouden met Jan van Waesbergen den Jongen, Pieter van Waesbergen, Davidt van Hogenhuysen, man van Margarita van Waesbergen, mede namens Phelix van Sambix, man van Elisabeth van Waesbergen en Abraham Elsevier, man van Catarina van Waesbergen. Hiertoe worden als arbiters benoemd: mr. Antony Willemss, Jan Pieterss van Risoort, mr. Dirck van den Wolff en Leonard Berewouts. Voor deze acte staat een inventaris vermeld ( blz. 158 ), waarin de admiraliteyt, het huis de Turk, het huis de Faem, Abraham Waesbergen en Jan Robbertsen zijn genoemd. [561]
Op 4-6-1626 wordt de boedelinventaris opgemaakt van Jan van Waesbergen de Oude in aanwezigheid van Jan van Waesbergen de Jongen, Pieter van Waesbergen en Davidt van Hogehuysen, echtgenoot van Margaretha van Waesbergen. Erfgenamen zijn Catarina de Piere, zijn weduwe, Jan, Pieter en David van Waesbergen, die gemachtigd zijn, Felix van Sambix, echtgenoot van Elisabeth van Waesbergen en Abraham Elsevier, echtgenoot van Catharina van Waesbergen [562].
Op 12-8-1628 bekent Johannis van Vucht, wonende in de Nieupoort, 300 gld schuldig te zijn aan Catarina du Piere, weduwe van Jan van Waesbergen den Ouden, welk geld hij van Abraham van Waesbergen ontvangen heeft. Als borg treedt Grietge Corssen, schoonmoeder van Van Vucht, op. [563]
Op 30-6-1631 draagt Catrina Dupiere, weduwe van Jan van Waesbergen, alle uitstaande schulden in Brabant en Vlaenderen over, aan haar zoon Pieter van Waesbergen. Volgens machtiging gepasseerd voor Hendrick van Groynbergen, notaris d.d. 8 april verleden. Uitgezonderd is een aanspraak op Pieter van de Manacker. [564]
Op 6-7-1633 benoemt Guilliame van Waesberge, tegenwoordig wonend in Den Briele, tot universeel erfgenaam zijn moeder Catarina Dupier, weduwe van Jan Jansz van Waesbergen. [565]
Op 11-11-1633 machtigt Catharina Dupier, weduwe van Johan van Waesbergen, haar zoon Abraham Waesbergen om voor schepenen alhier aan Hendrick van den Heuvell, coopman, een custingrentebrief van 3.500 gulden haar d.d. 17-5-1631 getransporteerd door Jan Jansz, glaesvercooper, over te dragen. [566]
Op 7-12-1633 machtigt Catharina Dupier, weduwe van Jan van Waesbergen, haar schoonzoon Guilliame de Vijl, zijdeverwer te Amsterdam, om zich garant te stellen voor een borgtocht die Samuel de Nimey, suyckerbacker voor Guilliame de Vijl heeft gesteld t.b.v. 1.500 gulden wegens koop van couchenillie(?). [567]
Kroniekje Cleyburgh 1582-1663:[568]
Aantekening van Sara van Waasbergen: "Ao. 1661 Den 31 Mert is mijn Grootmoeder Catherijna de Pyer weduwe van Zalr. Jan van Waesbergen mijn Grootvader dese wereld overleeft op woensdag avond tot Rotterdam nadatse 8 dagen ziek hadde geweest en was aan haer Eene Zy en haer tong geslagen en is te Rotterdam in de groote Kerk begraven op den 4 april en was 2 maenden jonger als 80 Jaer en heeft al veel in dese bedroefde weereld overbragt."

Drukkersmerk : Een .. tak, de bladeren beladen met letters. Randschrift : Carpe manu, sequetur vincere (...) [569].

Drukkersvignet van Jan van Waesberghe de jonge (1588-??).
Randschrift : Ingenio Superatur (hij heeft door vernuft overwonnen).

klik op plaatje(s) om te vergroten
Op 23-7-1631 benoemen te Rotterdam Gillis Wijnants van Eyck of Gillis Wijnants van der Eck en zijn vrouw Geertruyt Lourisdr van der Houve of Geertruyt Lourisdr van der Hoeck, wonend te Schiedam op het Marcktvelt, elkaar wederzijds tot universeel erfgenaam, met legaten aan het weeskind van Maritgen Lourisdr, haar zuster, vrouw van Jan van Waesbergen, en de kinderen van Josyna Lourisdr, haar zuster, wonend in Den Haege, en zij benoemt tot voogden Jacob van der Houven, en Cornelis van der Houven haar broers. Een en nader meet uitsluiting van de Weeskamer van Schiedam. De langstlevende zal in het bezit blijven van hun beider huis en erf gelegen op het Marcktveld te Schiedam, genaamd de "Drye Bloot Casen". [576]

Op 10-1-1657 testeren opnieuw, nu te Schiedam, Gillis van der Eijck, President-schepen en vroedschap van Schiedam, en zijn vrouw Geertruijt Louris van der Hoeve, wonende te Schiedam. Uit de zeer uitvoerige tekst blijkt nu dat zij tot haar erfgenamen benoemt o.a. voor 1/4 deel Jan van Waseberge, zoon van Maria Louris, haar zuster. [577]

Op 21-11-1667 compareerde te Schiedam, Juffr. Geertruit van der Houve, weduwe van Gillis van der Eijck, in zijn leven burgemeester van Schiedam, en verklaarde gerevoceerd dood en te niet gedaan te hebben zekere codicillaire dispositie op 6-9-1664 gepasseerd voor Gerard van der Wel, notaris tot Delft, verklaarde vervolgens alsnog te approberen en van waarde te houden haar testament op 26-7-1662 gepasserd voor bovengenoemde notaris tot Delft, en heeft zij testatrice bij forme van alteratie en ampliatie nog het volgende bepaald, enz. benoemt tot executeurs van haar testament Sijman van der Vecht, burgemeester van Schiedam, Goosen Cornelisz 's-Gravenhage, raed en oud-schepen van Schiedam, en ds. Lucas Meijsterius, predikant binnen Schiedam. [578]
In deze akte komen blijkbaar ook voor Johan van Waesberge, vader van Gillis van Waesberge. In welke hoedanigheid is uit het regest niet duidelijk.
Op 7-1-1633 testeren Jan van Waesbergen, weduwnaar van Maritgen Laurentsdr, boeckvercooper op 't Steyger in 't huis genaamd de Swarte Clock, en zijn vrouw Anneken Henricxdr Hondius. Zij maken een mutueel testament met voorzieningen voor de kinderen. [579]
Op 9-2-1633 benoemt Jan van Waesbergen, weduwnaar van Maritgen Lourisdr, en nu man van Anneken Henricxdr Hondius, boeckvercooper op 't Steyger, tot voogden over de zoon van zijn eerste vrouw en over zijn nakinderen, Jan Jacobsz, goutsmit, Isaac Abrahamsz, cleermaecker. de Swarte Clock Steyger. Een en ander onder handhaving van zijn testament voor deze notaris d.d. 7-1-1633. [580]
Op 2-4-1633 machtigen Anneken Henricxdr Hondius, weduwe van Jan van Waesbergen, boeckvercoper, wonende op 't Steyger, Jan Jacobsz, goutsmit, en Isaac Abrahamsz, cleermaecker, beiden als voogden over de kinderen van Jan van Waesbergen, Pieter van Waesbergen om in Delft, Haerlem, Leyden, Amsterdam, Gouda, Dordrecht, de debiteuren tot betaling te manen volgens de register door voornoemde Jan van Waesbergen de jonge bijgehouden. [581]
Op 28-5-1633 verklaart Abraham Neringh, boeckvercooper in de Roode Brugge, gekocht te hebben van Anneken Henricxdr Hondius, weduwe van Jan van Waesbergen, 900 exemplaren of boecken van"De emblemata van Jacob Cats". [582]

Ds. Simon Kat

Ia. Ds. Simon Kat (Cat, Cath, Cadt), geb. Zaandam ca. 1630-1635, ovl. (Ceylon?) 1704[804], ingeschreven als student filosofie aan de Universiteit van Leiden 16-5-1651 ("Simon Cat, Serdamensis, 20 (jaar)"),[805] ingeschreven als student theologie aan Universiteit van Heidelberg (D) 20-11-1655 ("Simon Kat, Saenredamo-Batavus),[806] ingeschreven als student theologie aan de Universiteit te Duisburg tussen 3 en 29-5-1657 ("Simon Cat, Batavus, Heidelberga venit, S.S.Theol. stud."),[807] ingeschreven als student theologie aan de Universiteit van Leiden 16-5-1658 ("Simon Cat, Sardamensis, 23 (jaar) sic!)"),[808] werkte als predikant op de vloot (blijkbaar tussen 1658 en 1661), kwam aan boord van het schip Polanen in 1661(¥) in Indië, predikant te Colombo sinds dec. 1669 of jan. 1670, oprichter en rector van het Singalees seminarie aldaar, samensteller van een Hollands-Singalees woordenboek, ging met emeritaat 1700,[809] tr. (verm. ca. 1669)[810] Geertruida de Kouter, geb. Tayoean (Formosa) 1653, reist met haar moeder tussen 1662 en 1665 vanuit Azie terug naar Nederland, en vertrekt met haar stiefvader Pieter van Dielen weer naar Indië,[811] dr. van Jacob (van) de Kouter, onderkoopman in dienst van de VOC, en Susanna Huysman.

COMMENTAAR(¥) Verschillende bronnen melden dat Ds. Simon Kat aan boord van het schip Polanen in 1661(¥) in Indië aankwam. De eerste en enige beschreven reis van het VOC-schip Polanen, gebouwd op de VOC-werf te Amsterdam en in gebruik bij de VOC vanaf 1668 tot het vergaan op 29-4-1670 bij Tuticorin, is die voor de kamer Amsterdam:
vertrek op 21-4-1669 van Texel via Kaap de Goede Hoop (alwaar aankomst 19-9-1669 en vertrek 30-9-1669) naar Ceylon alwaar aankomst op 28-12-1669. Hoe Ds. Simon Kat dus met dit schip in 1661 in Indië gekomen zou zijn is een raadsel, tenzij er een eerder schip Polanen was.

Journal of the Dutch Burgher Union: [812]
SIMON KAT, of Zaandam, had already performed the duties of a naval Chaplain when he was recommended by the Classis of Amsterdam for the Ministry in the Indies. He was sent by the company to Ceylon. In December 1669 or January 1670 he was Predikant at Colombo. There he, though no longer young, set himself the task of mastering the Singalese and Tamil languages. He rendered a great service by compiling a Singalese-Dutch and Dutch-Singalese Dictionary. Pie was also appointed Rector of the Colombo Seminary-an institution in which he had taken a great interest earlier in his career. But he was now far advanced in years and no longer had a strong constitution. He accordingly ceased to preach in 1694 and in 1700 resigned his duties altogether. In 1702 he appears to have asked for permission to go to Batavia. He died, presumably, in Ceylon in the year 1704.
Database of VOC documents:[813]
  • 1676: Particulier briefie vanden eerwaerde predikant Simon Cat dato 17 Maij 1676 uijt Colombo aen haer Eds. tot Battavia geschreven. [814]
  • 1690: Originele missive door den predikant Simon Cat tot Colombo aen de kerckenraet aldaer in dato 15-8-1690. [815]
  • 1690: Consideratien wegens een Singalees seminarium voor de landen van Colombo, Gale, Mature et cetera opgestelt door den predikant Simon Kath in dato 6-8-1690. [816]
  • 1690: Authentique propositie door den eerwaarde dominee Simon Kat aende kerkenraet tot Colombo gedaen in dato 15 Augusti 1690. [817]
  • 1690: Authentique consideratien wegens een Singalees seminarium inde landen van Colombo, Gale en Mature opgestelt door de eerwaarde predicant Simon Kat tot Colombo, gedateert 6 Augusti 1690 aende heer commissaris Van Mijdreght gesonden. [818]
  • 1693: Vertoogh door den predicant Simon Cat overgelevert aen den Ceijlonsen gouverneur Thomas van Rhee en den raed belangende het gebruijck van eenige capittels uijt het oude en nieuwe testament door hem in de Cingalese en Mallabaerse tale overgeset. [819]
  • 1694: Geschrift door den predikant Simon Kat overgelevert aen den gouverneur en raad Thomas van Rhee en den raet op Ceijlon wegens een Hollants en Cingalees alsmede een Cingalees en Hollants woordeboeck onder opsigt van hem te samengestelt gedateert 15-12-1694. [820]
  • 1697: Diverse copie stucken raackende de verschillen tusschen de eerwaarde predicanten Simon Cat en Joannes Ruele over de translaten der Chingalese gebeden aen de kerckenraet tot Colombo door haer beijde overgelevert sedert 28 October tot 28-11-1697 en de resolutien door haer eerwaarde daerop genomen. [821]
  • 1701: Missive van den eerwaarde predikant Simon Cat tot Colombo aen haer Eds. de hooge regeringe tot Batavia geschreven de dato 27-12-1701 (den 5 Februarij 1702 tot Batavia met de Susanna en primo Julij daeraen ter secretarije). [822]
Archief voor de geschiedenis der Oude Hollandsche zending:[823]
  • Synode Alkmaar 1692. Brief Kerkeraad Colombo 5 Februarij 1691.
    Een woordenboek in de Malabaarsche taal, door Ds. Voogt begonnen, door Ds. de Kat vervolgd , had de Commissaris Generaal voor zich laten copieren. Ook was Ds. de Kat begonnen met een Cingaleesch woordenboek op te stellen. Ds. Adr. de Meij, die reeds de zendbrieven van Petrus in het Malabaarsch had vertaald, zal (hopen zij) meer stukken der Heilige Schrift vertalen en ook predikatien in die taal mededeelen.
    Synode Hoorn 1695. Brief Colombo aan de Classis Amsterdam 6 Januarij 1694
    Ds. de Kat houdt zich met een krank ligchaam nog bezig met de voorbereidselen van een Hollandsch-Cingaleesch en Cingaleesch-Hollandsch Woordenboek, dat bijna voleindigd is en waarvan men veel vrucht verwacht.
  • Synode Enkhuizen 1696. Brief Colombo 11-1-1695.
    Ds. Simon de Kat was bezig met het zamenstellen van verscheidene boeken in de nederlandsche en cingaleesche talen ten dienste van het Cingaleesche Seminarie, wat daarin gedaan is kan gezien worden uit zijn bijgaand geschrift. Ds. Ruel predikt in het Portugeesch en leert ook het Cingaleesch, waarin hij al vrij wel gevorderd was.
    .. Ds. de Kat gaat voort met de overzetting in de malabaarsche en cingaleesche talen.
  • Synode Alkmaar 1698 Brief Colombo 1 Februarij 1697
    Ds. de Kat, over de 62 jaar oud, is bezig met een Cingaleesch-Malabaarsch woordenboek op te stellen voor de Cingalesche kweekschool.
  • Brief Colombo aan classis Amsterdam 23 Januarij 1699.
    Ds. Ruell, rector van het Cingaleesch Seminarie, is bezig met het revideren van het overgezette van Ds. de Kat en het overzetten van andere nuttige schriften voor de kweekschool, zoodat die dagelijks toenam.
  • Synode Haarlem 1705. Brief Ds. S. de Kat, Colombo 16-12-1703.
    Zendt eene register van al zijne malabaarsche en cingalesche werken. Klaagt, dat de visitatie in de laatste jaren niet zoo veelmalen en zoo wel gedaan werd als behoorde, wat oorzaak was van het gansche verval van verscheidene scholen, die de heidensche leeraars en paapsche emissarissen ten prooi worden.
  • Synode Woerden 1706. Brief van de Kerkeraad te Columbo aan de Classis van Delft en Schieland.
    Ds. Simon Cat is overleden, hij heeft veel gedaan tot welzijn van de Cingalezen, zoo in "versien over den Bijbel" als in het opsporen van de inlandsche heidensche religie, waarvan zij de stukken in handen hebben, doch die tot nog toe in de scholen niet waren gebruikt.
    Uit dit huwelijk:[824] [825]
  • a. David Kat, ovl. jong.
  • b. Susanna Kat, ovl. jong.
  • c. Eva Kat, ged. Colombo 2-10-1676.
  • d. Simon Kat, ged. Colombo 17-8-1679.

Gustaaf Willem baron van Imhoff (1705-1750), gouverneur generaal van Nederlands Indië (1743-1750).
Schilderij? jaar en schilder onbekend.
Bron : Ref. [893]
Gustaaf Willem baron van Imhoff (1705-1750), gouverneur generaal van Nederlands Indië (1743-1750).
Schilderij? jaar en schilder onbekend.
Bron : Ref. [894]

klik op plaatje(s) om te vergroten
Gustaaf Willem baron van Imhoff reisde over het hele eiland Ceylon, waarvan alleen de kust in handen van de VOC was, en maakte een einde aan de heersende onrust. Hij wist een goede verstandhouding met Narendra Simha, de Sinhala koning van Kandy op te bouwen. Van Imhoff was een vooruitstrevend man die in Sri Lanka herinnerd wordt als een van de betere en welwillende VOC-gouverneurs. Hij voerde bijvoorbeeld in 1737 het gebruik van de drukpers in en in de jaren daarna verschenen er voor het eerst gedrukte geschriften in het Sinhala, o.a. een christelijk gebedenboek en een geloofsbelijdenis. Later zou ook een Sinhalese grammatica het licht zien. Imhoff liet ook voor het eerst kokospalmen planten op het eiland. Later zou een groot deel van de kust een onderbroken aanplant van deze boomsoort te zien geven. Koning Narendra Simha was getrouwd met een prinses van Madura en met zijn dood op 24-5-1739 werd hij opgevolgd door zijn zoon Sri Vijaya Rajasimha, die door velen eerder als een Nayakkar Malabar (Tamil) gezien wordt dan een Sinhalees. Imhoff toont zich in zijn geschriften verbaasd omdat de Sinhala's meestal neerkijken op de Tamils. Dit is de eerste vermelding van de controverse tussen Tamil en Sinhala. Imhoff is bezorgd dat de Zuid-Indische connecties van de nieuwe koning een bedreiging vormen voor het Hollandse handelsmonopolie. Hij ziet er echter ook een mogelijkheid tot verdeel- en heerspolitiek in en stelt de VOC voor de tegenstelling tussen Tamils en Sinhalezen uit te buiten om het Rijk van Kandy te verdelen. Zij zien daar echter niet veel in, omdat de VOC niet graag bij weer een intern conflict betrokken raakt. Dat kost maar geld. Geld werd er aan de kaneelhandel veel verdiend maar toch stond Ceylon (kunstmatig en met opzet) als verliespost op de begroting, omdat deze winst namelijk in de algemene rekening van de VOC verdween. Zo werd Van Imhoff als alle gouverneurs van het eiland voor spilzucht behoed.[895]

Op 12-3-1740 werd Van Imhoff opgevolgd als gouverneur van Ceylon door Willem Maurits Bruininck en vertrok hij naar Batavia. Hij raakte daar al gauw betrokken bij een groot schandaal. De zittende gouverneur-generaal Adriaan Vackenier maakte zich grote zorgen over het zich almaar uitbreidende aantal Chinezen rond Batavia. Hij wilde daar verandering in brengen en probeerde een aantal van hen naar elders (de Kaapkolonie) te verschepen. Al gauw ging het gerucht dat zij, eenmaal buitengaats, overboord gezet zouden worden en ontstond er een gevaarlijke opstand. Valckenier richtte daarop een grote slachting aan onder de Chinezen waarbij duizenden omgebracht werden. Van Imhoff maakte zich al snel bij Valckenier gehaat door het niet met zijn beleid eens te zijn. Hij werd gearresteerd en naar Nederland verscheept. Daar aangekomen deed hij het voorkomen of Valckenier de grote boosdoener was. Hij werd geloofd en tot Gouverneur-Generaal benoemd. Valckenier trad daarop af en Johannes Thedens nam korte tijd het gouverneur-generaalschap waar.[896]

Op reis naar zijn nieuwe post in Batavia deed Van Imhoff in 1743 de Kaapkolonie aan. Ook daar trof hij problemen aan: vele burgers trokken steeds verder het binnenland in en waren daar verstoken van enig onderwijs of zielzorg. Hij deed de aanbeveling om meer dominees uit Nederland te laten komen om te voorkomen dat de burghers geheel van het vaderland zouden vervreemden.[897]

In mei 1743 nam hij het gezag in Batavia over van Thedens en kon meteen aan de slag omdat er nog een opstand woedde als gevolg van de moord op de Chinezen. Ook een aantal Javaanse vorsten probeerden uit de verwarring een slaatje te slaan. Van Imhoff maakte snel een eind aan de chaos en ging voortvarend aan het werk. Er kwam voor het eerst een postkantoor in Batavia. Hij stichtte Buitenzorg (Bogor). Er kwam een Latijnse school, een ziekenhuis en een krant. Hij pakte de opiumhandel aan en hield van 24 maart tot 9-6-1746 een inspectietocht over het hele eiland. Er kwamen ook bestuurlijke hervormingen, er werd een landraad ingeteld in Semarang en de handel werd gedeeltelijk vrijgesteld ook voor particulieren. Er waren echter ook tegenslagen. Het schip Hofwegen, voor anker op de buitenrede van Batavia, werd door bliksem getroffen en explodeerde. De lading bevatte zes ton zilver en vele andere waardevolle goederen ter waarde van zo'n ƒ 600.000,- (circa 270.000 euro), een heel kapitaal voor die dagen.[898]
Van Imhoffs voortvarendheid bracht hem ook veel vijanden. Hij trachtte zijn gezag over Java verder uit te breiden door te stoken in de dynastieke aangelegenheden van een aantal Javaanse vorsten en raakte zo betrokken bij de Derde Javaanse Successieoorlog. Dit was evenzeer een ramp voor het Nederlandse gouvernement. Van Imhoff was zeker niet van schuld vrij te pleiten omdat hij weinig diplomatiek en met weinig respect voor de plaatselijke gebruiken te werk gegaan was. Hij besefte dat zelf ook en besloot af te treden. De VOC had echter zo snel geen opvolger die de moeilijke situatie op Java over kon nemen en dwong hem tot zijn dood in 1750 op zijn post te blijven. Zo moest hij aanzien dat veel van zijn verworvenheden weer tenietgingen.[899]
Als gouverneur-generaal van Nederlands Indië verbeterde Gustaaf Willem baron van Imhoff de hygie\:ne-situatie, nam proeven met kolonisatie van Europese boeren, stichtte in Batavia een nieuw hospitaal, een Latijnse school, een seminarie tot opleiding van predikanten, een postkantoor, een bank van lening, een Academie de Marine, bracht enige jaren de eerste krant van Batavia uit (Bataviasch Nouvelles), richtte een socie\:teit op ter bestrijding van de opiumsmokkel en ontwierp modellen van sneller zeilende schepen. De Luthersen kregen van hem voor het eerst gelijke rechten met de hervormden. De meeste van zijn nieuwe instellingen werden echter na enige tijd ongedaan gemaakt of raakten in onbruik. Hij bouwde zijn buitenverblijf in het koelere Buitenzorg, dat later tot office\:le ambtswoning werd van de gouverneur generaal. Zijn ontactisch optreden was een van de oorzaken van het begin van de Derde Javaanse Successieoorlog, die leidde tot de opsplitsing van Mataram en van de Grote Bantamse Opstand.[900]

Fragment Van Sambix

Ia. Felix van Sambix (de Oude), geb. Antwerpen 1553, ovl./beg. Delft Oude Kerk 11/14-6-1642 ("Felicx van Sambicx, franchoise schoolmeester"), afkomstig uit Antwerpen, schoolmeester en schrijfmeester (kalligraaf) te Delft, wordt schoolmeester in 1571, vertrekt, na publicatie van zijn eerste boek in 1585, in 1586 naar Delft,[930] wordt op 1-6-1589 door de Vroedschap te Delft gemachtigd om daar "franchoische en duytsche schoele" te mogen houden,[931] werkt vervolgens tot zijn dood als franchoise schoolmeester te Delft, verwierf op kerstavond 1589 in Rotterdam de eerste plaats in de Prix de la Plume Couronnée,[932] fungeerde, behalve als schoolmeester, ook als schoonschrijver, met de titel "très expert écrivain, maitre de la plume couronnée à Delft",[933] woonde op de Verwersdijk te Delft (1594, 1638),[934] tr. 1o vóór ca. 1575 NN, beg. 8-7-1594[935], otr./tr. 2o Delft geref. 20/20-11-1594 Anneke (Annetghen) Coninx, beg. Delft Oude K. 16-6-1641 (als "huisvrouw van Mr. Felix van Sambix"), jongedochter, afkomstig uit Etten bij Breda, wonend op de Oude Delff (1594).

Felix van Sambix (de Oude) (~1553-1642) op 66-jarige leeftijd.
Gravure door Willem Jacobszoon Delff, naar een schilderij van Michiel Janszoon van Mierevelt.
Datering: 1619.

klik op plaatje(s) om te vergroten
    Uit zijn eerste huwelijk(¥) (van Sambix-NN):

    COMMENTAAR(¥) Ursele van Sambix x Jan Joosten, schoolmeester te Brielle laten op 31-12-1595 een kind dopen te Brielle.[936] Zij zou een dochter van Felix van Sambix de Oude kunnen zijn.
    Uit het eerste of tweede huwelijk van Felix van Sambix de Oude:
  • c. Philippe van Sambix, geb. vóór ca. 1600, ovl. na 1629 (1632-1642)? filiatie niet bewezen, doopget. (1621), opperkoopman bij de VOC (1629).
    Op 24-12-1632 verklaart Arend Harmans van Rotterdam, oud 37 jaar, op verzoek van mr. Felix van Sambix, wonende te Delft, dat Phillipus van Sambix, oppercoopman, in januari 1629 naar Oostindien is gegaan met het Wapen van Delft, waarop hij, Arend Harmans, onderstierman was. Vervolgens zijn zij met het Wapen van Hoorn van Batavia naar de kust van Carmandel gevaren, waar Fillips Sambix bij de rede van Pallicatti met ander scheepsvolk met een bootje is uitgevaren, dat door de berning is omgeslagen. Hierbij is zijn zak goud, inhoudend drie en twintig realen van achttien in zee geraakt. De Raet van Indien heeft hem echter vrijgesteld van restitutie of vergoeding. [943]
  • d. NN van Sambix, beg. Delft Nieuwe K. 14-1-1633 (zoon van mr. Felicx Sambix), deze zoon zou mogelijk Philippe kunnen zijn indien die teruggekeerd is uit Oost-Indië.
  • e. Susanna Felicx van Sambicx, beg. Delft Oude K. 18-10-1642, innocent (1642).
  • f. Anneke (Anna) Phelicx van Sambix, geb. vóór ca. 1625, beg. Delft Oude K. 18-8-1668, doopget. te Delft (1635), te Delfshaven (1643), woont te Delft (1642).
  • g. Maria Phelix van Sambix, geb. vóór ca. 1625, beg. Delft Oude K. 14-5-1669, als Maria van Sambix doopget. te Delfshaven (1643), woont te Delft (1642).

IIa. Felix van Sambix (de Jonge), geb. Antwerpen ca. 1573, ovl. na 1655[944], is als Felix van Sambix (Sambeec) (de jonghe) werkzaam als boekdrukker en boekverkoper te Delft (1609-1610) in de Pepersteegh waar de "Voghel Phenix" uithangt, te Rotterdam op 't Steyger (1610-1613) waar de "Bybel" uithangt, in de "Gulden Moelen" op de Steyger (1614), en op 't West-nieulandt (1617), en te Delft (1626-1644) in de Pepersteegh waar het "Vergulde Schrijfboeck" uithangt, [945] [946] [947] treedt op als voogd voor zijn vrouw (1616, 1626), doopget. (1629), get. in een not. akte te Delft (1638), gaat verm. na de dood in 1648 van zijn vrouw bij zijn dochter Elisabeth van Sambix en schoonzoon David Lopez de Haro in Leiden wonen,[948] tr. Rotterdam geref. 9-7-1606 Elisabeth (Lijsbeth) van Waesbergh(e), geb. Rotterdam 9-4-1589, beg. Delft Oude K. 7-11-1648 (huisvrouw van Felicx van Sambick, bouckvercooper), dr. van Jan van Waesberghe (de Oude) en Margareta van Bracht (zie kw. nr. 2712 ).

Op 28-1-1614 testeren te Rotterdam Felix van Sambix, boeckvercoeper, en zijn vrouw Elisabet Jansdr van Waesbergen, wonend in de Gulden Moelen op de Steyger. Zij benoemen elkaar tot erfgenaam. Hun kinderen krijgen met hun 18e jaar een bedrag van 200 gulden samen. [949]
Op 19-5-1639 bekent Isaack van Waesbergen 125 gld geleend te hebben van Felix van Sambix te Delft. [950]
Drukkersmerk in 1612 den fenix uit zijn asch verrijzende, met de zinspreuk "Rara avis in terra Phoenix".[951]
    Uit dit huwelijk:[952]
  • a. Elisabeth (van) Sambix, geb. vóór ca. 1610, jongedochter, wonend in de Pepersteeg (1629), doopget. te Leiden (1632, 1658), otr./tr. Delft geref. Nieuwe Kerk/Oude Kerk 1/18-4-1629 David Lopez (Lopeesz) de Haro, ovl. na 1679, j.m. wonend te Leiden (1629), is als David Lopez buurtheer van de buurt 't Nieuwe Rijk van Pallas te Leiden (benoemd 13-6-1641 tot 1646 wegens vertrek),[953] genoemd als mogelijke voogd in het testament van zijn zwager Johannes van Sambix (1679), vermeld als boekdrukker te Leiden 1635-1663, wonend "prope Scholam Trivialem (bij de Grote School)" (1635), naast de Academie (1637), in de Klocksteegh (1645), [954] doopget. (1635).
  • b. Felix van Sambix, ged. geref. Delft Oude K. 12-11-1625 (get. Pieter van Waesbergen, Susanna van Sambix, Annetgen Hondius, moeders naam niet genoemd), ingeschreven als student 3-2-1645 ("Felix a Sambix, Coll(egii Ordinum) al(umnus)") en als student theologie 11-4-1650 ("Felix a Sambix, Delphensis, 24 (jaar)") aan de Universiteit van Leiden,[955] [956] kennelijk degene "van wien vermeld staat, dat hij als predikant uit het vaderland vertrokken was en voor overleden gehouden werd, aangezien men in geen 20 jaren iets van hem vernomen had."

IIIa. Johannes (Jan) van Sambix (Sambeecq, Sambecx), ged. geref. Delft Oude K. 5-3-1629 (get. Abraham van Waesbergen), j.m. (1649), boekverkoper wonend op het Rapenburch (1649), als Johannes (Jean) van Sambix werkzaam als boekdrukker te Leiden (1650-1664) in de Korte Dief-steegh,[957] te Utrecht (1660-1662) over 't Stadthuys,[958] waar hij de drukkerij van zijn neef Johannes van Waesberghe overnam,[959] en te Amsterdam (1677, 1690) waar de "Aigle d'Or" uithangt, [960] mogelijk ook onder pseudoniem van de Elzeviers werkzaam, [961] otr. Leiden geref. 25-6-1649 (niet gecompareerd, attestatie overgebracht), otr./tr. 1o Delft schepenen/geref. Nieuwe Kerk 19-6/11-7-1649 Jantje (Jannitg(i)en) Jacobs Dijcxhouck, ovl. na 1679, j.d. wonend te Delft (1649), tr. 2o Maria NN.

Jean Sambix (le Jeune)is werkzaam als boekdrukker te Leiden (1665-1699) waar de "Sphere" uithangt. [962] Is hij Johannes of mogelijk zijn zoon?
Op 25-5-1679 compareren te Utrecht Johannes van Sambix, boeckvercoper, en zijn echtgenote Johanna van Dyxhoeck, wonend te Utrecht in de Corte St Jansstraet. Zij benoemen de langstlevender tot voogd over de onmondige kinderen, en tot medevoogden David Lopes de Hare wonend te Leyden, en Franciscus Laboinder wonend te Delft. [963]
    Uit zijn eerste huwelijk (van Sambix-Dijcxhouck) drie kinderen :[964]
  • a. Elisabeth van Sambix.
  • b. Maria van Sambix, mogelijk identiek met Maria van Sambix, beg. Amsterdam Oude Kerk 11-1-1672 (Maria van Sambix uijt de Halsteegh, ƒ 15,--).
  • c. Anna (van) Sambix, geb. 1655/56, woont in een van de huizen van de Ham in 't Agterom te Delft (1678).
    Op 12-5-1678 leggen Aeltgen Jacobs, bejaarde dochter, 50 jr, en Anna Sambix, 22 jr., beiden wonende in een van de huizen van de Ham in 't Agterom te Delft, een verklaring af ter zake van Jacob Jacobsz Overheul dat wijlen Annetgen Corsdr van Diemen, de zuster van zijn vrouw was de huur betaalde aan Jan Mol, mr. Smith in 't Agterom, aldaar ook inwoonde Teuntge de steentelster. Mede compareren als geburen, Lysbeth de Spinster, Corsjen Jacobs, zuster van de voorn. Aeltgen Jacobs en Arjaantje Andriesdr, huisvrouw van Abraham Pietersz. [965]
    Uit zijn tweede huwelijk (van Sambix-NN):[966]
  • d. Felix van Sambix, "van wien echter verder niets vermeld staat".

2714. FRANCOIS (FRANCISCO) CORNELISZ (DE) LA VIA (VYA) (LAVIA, DELAVIA), ovl. Enkhuizen 27-5-1652 [967], bank van leninghouder te Enkhuizen, [968] tr. vóór 1602

2715. CORNELIA BAT(T)IBOIS, ovl. na feb. 1628 [969],[970]. doopget. (1639 als Cornelia de la Via), Volgens Ref. [971] zou zij heten Cornelia FERRARIS sic!. Er zou een geslacht Battibois bestaan van bank van leninghouders te Hoei (Belgie) [972].

Francois de la Via, bank van leninghouder te Enkhuizen, verzoekt in 1624 in een tot de Gereformeerde Synode gericht verzoekschrift om te worden toegelaten tot het Heilig Avondmaal(¥). Hij motiveert dit o.a. met de omstandigheid dat hij de surplusgelden(¥) aan de eigenaars uitkeerde of zo deze niet opkwamen aan de armen. Deze bedragen liepen soms op tot ƒ 800,--. In 1625 wordt op zijn verzoek afwijzend beschikt op grond van regels uitgevaardigd in 1581 te Middelburg [973].


COMMENTAAR(¥) Zijn verzoek is illustratief voor de geïsoleerde kerkelijke positie die de bank-van-leninghouders in de 17e eeuwse Noordelijke Nederlanden innamen.
Enerzijds wordt op de Algemene Synode te Middelburg (1581) op de vraag of het stichtelijk was dat de huisvrouwen en dienstknechten der Lombarden tot het Avondmaal zouden worden toegelaten, door de Synode geantwoord dat de huisvrouwen mogen worden toegelaten, indien zij verklaren dat de handel van hun echtgenoot hen mishaagt en indien zij "eenvoudig en vroom" zijn, maar de dienstknechten zullen niet worden toegelaten zolang zij in dienst van de Lombard blijven, aangezien zij de vrijheid hebben om een andere betrekking te kiezen.
Anderzijds zijn er rond 1600 in vrijwel alle nederlandse steden banken van lening gevestigd met al dan niet openlijke goedkeuring van de plaatselijke magistratuur. Er speelde zich in de 17e eeuw vervolgens een juridisch-theologisch debat af over politieke gewenstheid en de juridische toelaatbaarheid van de banken van lening en over de kerkelijke status van de lombardhouders (van oorsprong meestal Italianen uit Lombardije). Met name het rentepeil - oorspronkelijk tussen ca. 50 en 100 % per jaar, later op last van de locale overheden teruggebracht naar 10 tot 20 % - was voorwerp van een uitvoerige strijd, die tegen het eind van de 17e eeuw in het voordeel van de tafelhouders eindigde [974].


COMMENTAAR(¥) surplusgeld = verkoopgeld van een pand - lening - rente - kosten van de verkoop
Grafzerken in de Westerkerk te Enkhuizen:[975]
Middenkapel: nr. 442. 1614. Lavia
Op 25-4-1630 bevestigen Pieter van Waesbergen en zijn vrouw Catharina La Via of Lavia of Delavia, schuldig te zijn aan mr. David van Hoogenhuyse een bedrag van 1.200 gulden en verbinden als zekerheid hun vordering groot 3.000 gulden op Franchois Cornelisz de La Via te Enckhuysen. [976]
Op 26-1-1647 compareerde te Schiedam Charel Lavia, Tafelhouder in de bank van lening binnen Schiedam, en verleende acte van procuratie aan Johan Wilsoets, notaris en procureur binnen Schiedam, om uit zijn comparants naam zich te begeven naar Purmerent, en aldaar te lichten en te vorderen copie authentyeq van de testamente bij zijn comparants vader en moeder, Francisco Lavia en juff. Cornelia Batibois, op 2-11-1642 gepasseerd voor notaris Jan Jacobsz. Grebber tot Purmerend. [977]
Op 22-10-1660 compareerde te Schiedam Francoijs la Via, wonende binnen Schiedam, zoon van wijlen Charles la Via, met nog andere erfgenamen, en verleenden acte van procuratie aan notaris Jacob Bollaert, die zich terstond moet begeven naar Enkhuizen, en daar te innen en te ontfangen een vijfde part van de somma van 2400 pond (f), aan hen comparanten gelegateerd volgens het testament van wijlen Francoijs la Via en Cornelia Batibois, hun grootvader en grootmoeder. [978]

2716. WILLEM ADRIAENSZ VAN DIJCK(¥).

2717. RIJCKGEN PETERSDR VAN NOORT(¥), beg. Utrecht 23-5-1625, koopvrouw in granen.

COMMENTAAR(¥) Is hij mogelijk verwant aan Merrigen Ariaen van Dijcksdr, tr. Utrecht RK St. Jacob juni 1560 Pons Splintersz? [1080].


COMMENTAAR(¥) Is zij verwant aan :
Alidt Fredericksdr van Noort, overluid ten Dom Utrecht 22-1-1593 [1081], ex patre Frederick van Noort, pander in den hove van Utrecht, woonde bij Clarenburch ald., ovl. na 15-7-1597, tr. (1) voor 17-10-1562 Antonie Antonis Schaeyendr, ovl 1575, beg. Utrecht Buurk. [1082]?
Dirck Aelbertsz van Noort woont te Utrecht, tr. voor 1586 Sophia Gijsberts.[1083]
Jan Willemsz van Schayck, bakker te Utrecht, ovl. na 1535, tr. 1o Hubertge Willemsdr van Noort, vol voor 1529, dr. van Willem van Noort, ovl 1503/04 en Alijt NN, ovl. voor 1525, tr 2) voor 1535 Hannigen NN, ovl na 1560.[1084] Op 9-9-1529 begeert Jan Willemsz van Schayck scheiding van Hubertgen zijn vrouw's zaliger erfgenamen.[1085] Op 5-11-1532 vertegen Willem Jansz van Schayck en Aert Jansz vanSchayck van de erfenis van zaliger hun moeder Hubertgen ten bate van Jan Willem van Schayck, hun vader.[1086]

2718. HARMEN HARMENSZ VAN RAMSDONK, ovl. Utrecht voor nov. 1618, otr./tr. Utrecht schepenen/RK 24-9/1-10-1603

2719. SOPHIA WILLEM AERTS SOEST(EN), beg. Utrecht 14-4-1645, woont te Utrecht (1603).

2720. JAN DE RIDDER(¥), ovl. ca. 1616, afkomstig van Brugge (1590), kammer (1590), drapier (1591), is op 16-11-1591 een van de ondertekenaars van een verzoek van een aantal "schamele drapiers" aan het gerecht van Leiden om de "loydaegen van de saeyen ende greynen" te wijzigen. [1092] otr. Leiden geref. 13-1-1590 (get. van de bruidegom Jan Date, zijn bekende, afkomstig van Iperen, en Jan Clavijs, zijn bekende, afkomstig van Doornic, get. van de bruid Grietgen Roelensdr, haar bekende)

2721. JANNETJE NN, beg. mogelijk Leiden Pieters Kerk 6-3-1609 (de huisvrouw van Jan de Ridder op Levendaal), afkomstig van Cassel (1590), tr. 1o voor 1590 ADRIAEN GELEMAN. In 1611 is Jan de Ridder eigenaar van een huis in de Zwijnhoornsteeg bon Noord-Rapenburg te Leiden.

COMMENTAAR(¥) Hij is mogelijk verwant aan Jacob de Ridder, passementmaker uit Engeland, die op 21-6-1593 te Leiden wordt doodgeslagen door Joost van Ackeren, saaivolder, die daarvoor op 1-6-1594 wordt veroordeeld tot levenslange verbanning[1093].
Ook is hij mogelijk verwant aan Aert Willemszn de Ridder, die een huis bezit te Leiden (24-5-1551).[1094]
Voorts worden in de periode 1576-1603 als poorters te Leiden genoemd :[1095]
Claes de Ridder, Anthony de Ridder uit Artois, Glaude de Ridder uit Armentieres, Jacques de Ridder, zn. van Anthony de Ridder, en Vincent de Ridder.

Vermeldingen in ONA Leiden (tekst nog opzoeken):
1613: Jan de Ridder [1096]
1616: Jan de Ridder [1097]
1618: Jan de Ridder [1098]

Fragment De Ridder
Houdt het onderstaande verband met kw.nr. 2720 Jan de Ridder?

I

Ia. Jan (de Ridder), alleen bekend uit het patroniem van zoon Abraham.

Het is onbekend of de onderstaande drie vermeldingen op de bovenstaande Jan de Ridder betrekking hebben.

Jan de Ruder, drapier is medeondertekenaar van een Request d.d. 2-6-1588 van 42 drapiers, inhoudende verzoek aan burgemeesters, schepenen en raad van Leiden om het reeden van heerensaaien niet te verbieden, maar te beperken. Verzoeken voorts te bepalen, dat voortaan slechts voor den verkoop mag woorden gesponnen [1099]
Op 5 en 12-12-1591 staat het gerecht van Leiden een verzoek toe van enkele "schamele drapiers" onder wie Jan de Ridder over de "loydaegen van de sayen ende greynen". [1100]
Register van getouwen of gewannen te Leiden in 1602:
n° 525 Jan de Rudder met 1 smal en 2 dubble getouwen [1101]
    Uit hem (o.a.?) de broers:[1102]


II

IIa. Nicolaas de Ridder, geb. Leiden ca. 1585,[1104] vanuit Leiden gekomen in 1624 naar Middelharnis.[1105]

      Uit hem:
    • 1. Jan de Ridder.
    • 2. Abraham de Ridder.

IIb. Abraham Jansz de Ridder, geb. Leiden vóór ca. 1590, ovl. na 1638, saeywercker en j.m. van (Leyden 1611). woont in de Veldensteeg te Leiden (1613), schoolmeester in Zoeterwoude (1622), kwam eveneens in 1624 naar Middelharnis, schoolmeester (1626), koster, voorzanger en chirurgijn te Middelharnis,[1109] wednr. van Suzanna van Boonstrate (1627), schoolmr ende chijrurgijn in Middelhernisse (1627), wednr. laetst van Grietje Cornelisdr wonende in Sommelsdijk (1638), doopget. te Sommelsdijk (1660, 1662, 1673!?), otr. 1o Leiden geref. 8-4-1611 (get. zijn vader Jan Ridder, en haar moeder Grietgen van Boonstrate (lees: Margarita Cramers vrouw van Charles van (de) Boonstrate ),[1110] Suzanna van Boonstra(te), ovl. april-okt 1627, j.d. van Leyden (1611), doopget. te Leiden (1627), dr. van Chaerle van de(r) Boonstrate, schoolmeester, en van Margarita Cramers (huw. Leiden 1585),[1111] otr./tr. 2o Sommelsdijck/Middelharnis geref. 14/31-10-1627[1112] Grietje Cornelisdr (van) Hage (de Bage), geb. te Dordrecht, wed. van Jacob Jaspersz van Dort woonende in Sommelsdijck (1627), otr./tr. 3o Middelharnis geref. 26-8/26-9-1638 (geen vrouws naam genoemd?) Maria Franchoyse van Geelbergen, geb. vóór ca. 1620, mogelijk dr. van Frans van Geelbergen, schoolmeester van Middelharnis, die in 1619 weigerde de akte te ondertekenen waarin trouw werd beloofd aan de door de Synode te Dordrecht vastgestelde belijdenisschriften.[1113]

Hoofdgeld Zoeterwoude 1622:[1114]
Abraham de Ridder, schoolmr en Susanna van Bonstraten (!) syn huysvrouwe met Jan, Grietgen en Sara hare kinderen. Item Nelletgen Cramers haer moye, in margine: Nelletgen is innocent en onvermogent .
ONA Leiden:[1115]
Op 1-2-1626 compareert Barent Barentsz droochscheerder out omtrent 30 jaren ende Jorijs Arentsz mede droochscheerder out omtrent 29 jaren. Zij leggen een verklaring af (TEKST nog lezen!). Getuige is o.a. Abraham de Ridder, schoolmr. in Middelharnis (wat deed die in Leiden, staat er iets interessants in de verklaring?).
    Uit zijn eerste huwelijk (de Ridder-van Boonstra) 3 kinderen (Jan, Grietgen en Sara) in leven 1622:
  • a. NN de Ridder, beg. Leiden 1-9-1613 ("kind van Abraham de Ridder in de Veldensteeg").
      Uit dit huwelijk (o.a.?):
    • 1. Justus van Reede, ged. geref. Sommelsdijk 7-6-1657 (get. Paulus de Ridder en Engeltje Joosendr).
  • d. Sara de Ridder, geb. vóór 1622.
    Uit zijn tweede huwelijk (de Ridder-van Hage) kinderen gedoopt te Middelharnis:[1116] onder wie
  • e. Jacobus Abrahamse de Ridder, geb. 1627- ca. 1630, ovl. na 1676, j.m. van Middelharnis en woonende aldaer (1655), wednr. van Arentge Gijsbrechts woonachtich in de Nieuwe Tonge (1659), doopget. (1676), otr. 1o (Nieuwe Tonge?) 26-1-1655 Arentje Gijsbrechts, wed. van Claes Leendertse Michiel, otr. 2o (Nieuwe Tonge?) 7-3-1659 Ariaentje Goverts van Bijstrate, j.d. van Zevenbergen woonachtich in de Nieuww Tonge.
    "Ik heb twee huwelijksakten gevonden in Nieuwe Tonge, plus de doop van een zoon Govert van Abraham de Ridder in 1662 waarbij Suzanna Jans de Ridder getuige is."[1117]
    Uit zijn derde huwelijk (de Ridder-van Geelbergen) (o.a.?):
  • f. Antony de Ridder, geb. ca. 1638,[1118], volgt IIIb.


III

IIIa. Isaak Claesz de Ridder, geb. Leiden 1605[1119] , beg. Sommelsdijk 16-1-1667[1120] , landbouwer, gezworene van het Oudeland van Sommelsdijk 1650-1665,[1121] [1122] doopget. (1660, 1662), tr. Sommelsdijk[1123] ca. 1630[1124] Sara Pauwels, geb. Nieuwe Tonge ca. 1605, beg. Sommelsdijk 8-1-1674[1125] of 16-11-1667[1126] , doopget. (1660, 1665) als Saartje Pauwels de Ridder.

IIIb. Antony de Ridder, geb. ca. 1638,[1128], mogelijk identiek met Anthonij de Ridder, tr. vóór 1674 Margrita Leenders.

IIIc. Jan de Ridder, geb. vóór 1622, (verm. identiek met mr. Johan de Ridder doopget. 1667, 1669, 1675? 1678?. CHECK) tr. vóór 1643[1129] Jannetje (de Ridder); is dit wel de eigennaam van de vrouw?

      Uit dit huwelijk (o.a.?):
    • 1. Johannis Casteleyn, ged. geref. Sommelsdijk 25-12-1667 (get. mr. Johan de Ridder, Joost Jansen de Ridder,, Jannetje Jans de Ridder, Lijntje Jans de Ridder).
    • 2. Abraham Casteleyn, ged. geref. Sommelsdijk 1669? (inschrijving na 14-9-1670: "dit onderstaande kindt moet gestelt werden voor den jaere 1669", get. mr. Johan de Ridder, Leendert Casteleyn, Jannetje Jans de Ridder, Grietje Abrahams de Ridder).
    • 3. Baltazar Castelijn, ged. geref. Sommelsdijk 11-2-1674 (get. Adriaen Baltensen Castelijn, Barbara Castelijns, Anneke Castelijns).
    • 4. Johanna Casteleijn, ged. geref. Sommelsdijk 27-10-1675 (get. mr. Jansen de Ridder (!), Lijntje Jans de Ridder, Dirckje Wouters, Ariken Bout).
    • 5. Jacobus Castelijn, ged. geref. Sommelsdijk 2-2-1678 (get. Johan de Ridder (Gerrit van Osten, Maria van Kerckhoven, Anna de Haen).
  • b. Joost Jansen de Ridder, doopget. 1667 filiatie niet bewezen
  • c. Jannetje Jans de Ridder, doopget. 1667, 1669 filiatie niet bewezen
  • d. Lijntje Jans de Ridder, doopget. 1667, 1675 filiatie niet bewezen
    Uit dit huwelijk:
  • a. Lidia de Ridder, ged. geref. Sommelsdijk 21-10-1663 (get. Jaques Verhulp, Lidia NN), ovl. jong?
  • b. Isaack de Ridder, ged. geref. Sommelsdijk 22-3-1665 (get. Nicolaes de Ridder, Paulus de Ridder, Sara Paulusdr, Dirckje Woutersdr).
  • c. Lydia Abrahams de Ridder, ged. Sommelsdijk 20-9-1671,[1132] j.d. (1705), tr.[1133] Willem Jacobsz Cooman, ged. Dirksland 27-9-1676, j.m. wonend in het regtsgebied van Dirksland (1705), wednr. van Jannetje Jans de Jonge (1707), zn. van Jacob Tijsse Cooman en Geertje Jacobs Ruygrock.[1134] Hieruit verder nageslacht bekend.
  • d. Jacob de Ridder, ged. geref. Sommelsdijk 28-1-1674 (get. Anthony Jacquesen Verhulp, Maria Jacquesen Verhulp).
  • e. Nicolaes de Ridder, ged. geref. Sommelsdijk 28-3-1676 (get. Isak Claessen de Ridder (wie is dat?), Anneken Claes, Arjaenje Groenendijcken).
  • f. Sara de Ridder, ged. geref. Sommelsdijk 2-3-1678 (get. Pieter Tichelman, Anneken Claes, Dirckje Wouters).
    Uit dit huwelijk:
  • a. Mary de Ridder, ged. geref. Sommelsdijk 15-8-1660 (get. Jacob Bane, Nicolaes Spanuyt Maetje Tins, Lijsbeth Klaesen Tinsdr).
  • b. Wouteryna de Ridder, ged. geref. Sommelsdijk 9-11-1662 (get. Paulus en Abraham de Ridder, Maetje Baane).
  • c. Sara de Ridder, ged. geref. Sommelsdijk 21-12-1664 (get. Isaack de Ridder, Cornelis Jacobsen van de Schoor, Jaques Mattheusen Verhulp, Sara Paulusdr, Ariaentje Jaques Verhulp).
  • d. Rebbecca de Ridder, ged. geref. Sommelsdijk 30-1-1667(get. Nicolaes de Ridder, Anna van Dijcke).
  • e. Isaack de Ridder, ged. geref. Sommelsdijk 23-11-1670 (get. Pauwels de Ridder, Abraham de Ridder, Saertje Pauwels, Ariaentje Jansdr).


IV

IVa. Nicolaas Isaaks de Ridder, geb. Sommelsdijk?, ovl. Middelharnis 1670, landbouwer, wonende te Middelharnis,[1135] doopget. (1665, 1667), tr. Middelharnis geref. 27-6-1653[1136] Adriaantje Groenendijk, geb. Dirksland (?), doopget. (1676), dr. van Jan Matheusz Groenendijk, landbouwer te Sommelsdijk,[1137] en van Willemtje Arendsdr van Goudswaard.[1138] Hieruit verder nageslacht bekend.[1139] Zij tr. 2o Middelharnis 25-1-1673[1140] Barend Jansz Brasil, ovl. 1673 en tr. 3o Middelharnis 21-12-1673 [1141] Cornelis Reijniersz Verton, wednr. van Hester Theunisse.

IVb. Paulus de Ridder, geb. vóór ca. 1635, ovl. na 1679, doopget. (1657, 1659, 1662, 1665, 1671, 1679), tr. vóór 1660 Cathelijntje Cornelisdr Coomans.

2722. Ds. FRANS JANSZ PIT (FRANCISCUS PYTHIUS (Pithius, Piteus, Pierens 'of Pieters)), geb. Gent (B) vóór ca. 1565, ovl. tussen 15-12-1599 en 3-7-1600, wordt beroepen naar Moerkerke (B) in Vlaanderen maar dat zal of van korte duur geweest zijn of niet doorgegaan,[1142] woont te Sandwich (GB) (1581),[1143] ingeschreven als student letterkunde aan de Universiteit van Leiden 15-11-1581 ("Franciscus Pythius", Gandavensis"),[1144] wordt als eerste predikant in 1584 beroepen te Alphen aan de Rijn, woont te Alphen aan den Rijn, (remonstrants[1145] ) predikant aldaar (1584-1600),[1146] volgens Ref. [1147] (1585 tot zijn dood in 1597), tr. ca. 1583[1148]

2723. MACHTELT CHRISTOFFELSDR VAN LANGERAK, geb. vóór ca. 1565, ovl. na 8-4-1611, huw get. (1608, 1611).

Wapen Langerak: Op goud een rode klimmende leeuw, getongd en genageld van blauw, met over de borst een zilveren barensteel van drie hangers.[1149]
De houding van Franciscus Pythius tegenover Petrus Hyperphragmus of Pieter Overhage anders gezegd: Pieter de Zuttere, die in 1595 naar Alphen is gevlucht, komt hem op een ernstige vermaning te staan van de Zuid-Hollandse synode van 1596, omdat hij de afgezette predikant te Alphen heeft laten prediken. In 1598 protesteert de kerkenraad van Alphen tegen het omstreden beroep van de Alphense predikant Franciscus Pythius naar Woerden.[1150]
Op 15-12-1599 testeren Frans Jansz Pit, predikant te Alphen, ziek zijnde, en zijn huisvrouw Machteltgen Christoffelsdr van Langerak. De langstlevende zal alles erven, zowel de goederen in Holland als in Vlaanderen. De langstlevende zal wel gehouden zijn hun kinderen te onderhouden. Bij hertrouwen van de langstlevende gaat de helft van de goederen over op de kinderen. Een oude vrouw, genaamd Machtelt Rochusdr, zal haar leven lang bij hen mogen blijven women in het kleine huisje bij de dijk. [1151]
Op 3-7-1600 verkoopt Machteltgen Christoffelsdr van Langerak, weduwe van Frans Jansz Pit, in zijn leven predikant te Alphen, met haar voogd Dirck Jansz, schoolmeester te Alphen, aan Huibert Roelen, wonende te Alphen bij de Gouwsluis, een koopbrief van 6 morgen land in Alphen, gelegen tussen het dorp en Gouwesluis. [1152]
Op 19-2-1601 transporteert Machteltgen Christoffelsdr van Langerak, aan Jan Lijclaesz, wonende te Koudekerk, een koopbrief met zes transfixen van een huis en erf, gelegen in het Zuideinde van Alphen. [1153]
Op 19-8-1601 verkoopt Machteltgen Christoffelsdr van Langerak aan Dirck Jansz Mulder, schoolmeester te Alphen, een schuur met een erf, gelegen achter het huis van Dirck Jansz, voor 77 gld. 10 st. [1154]

2724. DAVID JANSZ CAPERMAN, geb. vóór ca. 1575, ovl. 1627/28,[1194] treedt op als borg voor zijn broer Dirk (1598..1606) en voor anderen (1623..1627), schepen van Geervliet (1599..1608), binnenlands hoogheemraad van Putten (1607), belender te Geervliet (1607), bij de Herenstraat (1614), met bruikwaar (1616), borgemr. van Geervliet (1624..1627), [1195] tr. 2o [1196] ARIAENTJE PIETERS, tr. 3o voor 1625 CLAESYE PIETERSZ, ovl. na 1638, geref. lidmaat op belijdenis te Geervliet 28-12-1625, belendster (1631), woont als zijn weduwe (1638) op de Kay te Geervliet [1197]. Hij tr. 1o voor 1599[1198]

2725. MACHTELT CORNELIS, geb. vóór ca. 1580, ovl. vóór 28-7-1608 [1199].

Op 12-2-1599 bekent David Jansz Caperman, schepen, aan zijn schoonvader Cornelis Maartensz een schuld van £ 1000 wegens koop van een huis (belend o. Cornelis Maartensz huis en erf, w. het gasthuis met het stadhuis, n. 's heren weg). Geroyeerd in 1615. [1200]
Op 15-12-1605 verzekert David Jansz Caperman pp. voor ? t.b.v. Paulus van Beresteijn te Delft een schuld van ƒ 4000 op: - het gerechte part van land in Guldeland, zijnde 11 G tiendvrij; - 5 G aan de Deurlo (belend het erf van Cornelis Cornelisz Bakker); - een derde part van 16 G in het Noordeland, belast met 17 tot 18 stv. erfpacht per gemet en per jaar; - 3 G wei aan de Zeugeweg; - 3 ½ G aan de Dankertseweg; - 5 G genaamd de Lange Vijf Meten (belend: Leendert Pietersz); - 2 G in de Indercamp (belend de Bronckhorsten); - 4 G 100 R aan de Polderweg (belend de jonge Baertwijk); - 2 G (belend het weeshuis in Den Haag); - ? aan de Conijndijk - ? - 6 G 57 R in Oud Hoenderhoek (belend de Hoenderhoeksedijk), belast met een erfpacht van de helft in ƒ 50 en nog met 7 stv. en een blank per gemet per jaar; - een derde van een vierde part in 6 G 269 R in Nieuw Hoenderhoek met de gevolgen (belend de jonge Jacob Jacobsz) en van 1 G 95 R (belend Herman Jacobsz); - ? - ? Aan het slot van de akte vermeld Floris van Rijn en Joost van Rijn. [1201]
Op 5-8-1606 transporteren Hendrik Jansz wonende op de Conijndijk en Philip Huijgen wonende te Spijkenisse aan David Jansz Caperman twee delen van 4 G land in het Noordelandeken. [1202]
Op 7-5-1608 transporteert David Jansz Caperman, mede-schepen, aan Paulus van Beresteijn zijn twee delen in dijk en gors, gemeen met Hendrik Jansz, eertijds behorende tot de gevolgen van 4 G toekomende deels de erfgenamen van Aartje Cuijpers, deels aan Leendert Pietersz Romeijn. [1203]

Op 7-5-1608 transporteert Hendrik Jansz wonende aan de Conijndijk aan Paulus van Beresteijn zijn derde deel in dijk en gors, gemeen met David Jansz Caperman, als in voorgaande akte. [1204]
Op 7-5-1608 transporteert Hendrik Jansz wonende aan de Conijndijk aan David Jansz Caperman 4 lijnen land in Noordeland (belend z. de Noorddijk, w. de weeskinderen van David Jansz, n. de achterdijk, o. verkoper). In marge: niet gepasseerd. [1205]

Op 7-5-1608 transporteert Hendrik Jansz aan de Conijndijk met Pieter Harmensz mede aldaar als borg aan David Jansz Caperman 4 lijnen in het Noordeland (belend z. de Noorddijk, w. de weeskinderen van David Jansz, n. de Achterdijk, o. koper). Land is belast met 20 stv. per gemet en per jaar t.b.v. de Grafelijkheid en Arie van Egmond. [1206]
In de periode 1616-1619 komen voor in ORA Geervliet:[1207] Lenaert Adriaens, gehuwd met Aerjaentje Pieters en Davit Janse Caperman, gehuwd met Nelligje Pieters.
Op 28-3-1624 transporteert Jacob Boot als curator in de boedel van Frans Cornelisz Bakker aan (de kinderen van) David Jansz Caperman geprocreëerd bij Ariaantje Pieters en die van Lenaart Ariens geprocreëerd bij Nelletje Pieters(¥) - 2 ½ G teelland in Oud Markenburg op kaartnr. 141 (belend z. en n. voornoemde kinderen, w. de Hogelandseweg, o. de vronen) - 8 ½ G land met gevolgen in Nieuw Noordeland (belend z. de Noorddijk, w. Crijn Dirksz, n. de nieuwe dijk met aanwas en de Maas, o. de kinderen voornoemd). [1208]

COMMENTAAR(¥) De formulering van de familierlaties is hier nogal onduidelijk. Bovendien zijn de echtgenoten hier andersom dan in de hiervoorgaande akte.
Op 16-8-1628 bekent Jacob Cornelisz Cuijper, timmerman te Geervliet, aan de weduwe van David Jansz Caperman een schuld van ƒ 230 wegens koop van een huis en erf buiten de Landpoort te Geervliet. Borgen Cornelis Jansz burgemeester en Jan Cornelisz wagenmaker. [1209]
Op 12-10-1629 bekent Jacob Ariens Coelbier, tegenwoordig te Geervliet, schepen, aan de weduwe van David Jansz Caperman een schuld van ƒ 3400 wegens koop van een huis, schuur en berge aan de Hoogstraat (belend n. de straat, o. huis en erf van Claasje Pieters, z. 's heren weg, w. het stadhuis) met nog een grote schuur en berg in de Kerkstraat (belend o. de straat, z. huis en erf van Jan Joosten, raaiende 'van den duijsendrop ter halven sloope opten roosenboom en so regt op naar 's Herenpad en weg ten westen', n. weg en straat). Belasting op het huis 15 stv. erfpacht t.b.v. de grafelijkheid. Van een belasting van ƒ 3 rente op het woonhuis van Jan Joosten en de schuur in de Kerkstraat komt een derde deel ten laste van koper. [1210]
Op 18-8-1630 bekent Jacob Ariens Coelbier, schepen, aan de erfgenamen van David Jansz Caperman een schuld van ƒ 133 wegens koop van de helft in een schuur, berg en wel terzijde de Nieuwstraat, belast met ƒ 2.10.- op de halve schuur en recht van doorgang naar de wel voor Dirk Jansz Caperman. [1211]

2740. = 5380. PIETER GOVERTSZ VAN WIJN.

2742. = 5382. JACOB CORNELISZ VAN VELDEN.

2744. GERRIT (BOCXHOORN), geb. vóór ca. 1550, alleen bekend uit het patroniem van zijn zoon.

2748. AREND GYSBRECHTSZ, ovl. Naaldwijk 1584-1612, parentatie niet bewezen, tr.

2749. ANNETJE CORNELISDR, ovl. na 1612, parentatie niet bewezen.

Register van de Heilige Geest te Naaldwijk:
Op 18-5-1582 verklaren Lenairt Huygensz en Phillips Anthoniusz, gezworenen te Naaldwijk, dat Arent Gysbrechtsz verkoopt aan de Heilige Geest een rente van 7 gulden, 16 stu 1. o., verzekerd op 5 hond land in een kamp van 3 morgen, belend ten oosten : de carthuisers buiten Delft met vier morgen, ten westen: het huis van het kapittel, waarin vroeger de deken woonde, ten noorden: de Naaldwijkse vaart) ten zuiden: het land van Joris Courtsz, gekocht van de erfgenamen van Dirck Deym. Bezegeld door Jacob Fyck Adriaensz, baljuw en schout van Naaldwijk. [1226]

2752. JAN LUCASZ(¥), geb. vóór ca. 1585, tr. vóór ca. 1605

2753. NN, betaalt als wed. van Jan Lucas ƒ 3 hoofdgeld (1622) als eigenaar van een huis aan de Vest in de tuin, bewoond door 1 vrouw en 1 kind. [1233]

COMMENTAAR(¥) Op 17-8-1586 wordt te Dordrecht gedoopt Lucas, zn. van Lucas Jansz en een niet genoemde moeder. Zou deze Lucas Jansz ook de vader zijn van Jan Lucasz?

2768. BARTHOLOMEUS TARGIER (TERSIER, TARSIER), geb. Doopsgez. Dordrecht vóór ca. 1585, ovl. Dordrecht doopsgez. 4-6-1636, afkomstig van Dordrecht, twijnder wonend te Haarlem (1607), koopman te Dordrecht, betaalt in 1626 als Bartholomeus Tresiers £ 6,-- 1000e penning te Dordrecht voor een huis opte Tollebrugge,[1234] tr. 2o voor 1636 SARA HENDRIKSDR, ovl. Dordrecht doopsgez. 20-4-1679, (die hertr. als zijn wed. Dordrecht Doopsgezind 10-4-1639 Cornelis Dirksz van Oosterwijk, zie kw. nr. 5547 sub f), otr. 1o Leiden schepenen 24-8-1607 (get. Abraham Lambrechtsz, zijn schoonvader, en Jacob de Ruyssscher, zijn bekende, en Janneken de Ruysscher, haar moei)

2769. SUSANNEKEN DAM(M)A(N)S(¥), geb. Leiden vóór ca. 1590, ovl. Dordrecht voor 1636, afkomstig van Leiden.

COMMENTAAR(¥) Zij is mogelijk verwant aan :
* Claes Willemsz, afkomstig van Enckhuysen, woont te Leyden, schilder otr./tr. Leiden (schepenen) 21-8/26-9-1615 Marytgen Dammans, afkomstig van Leyden
* Theophilus Damman, in 1591 eigenaar van een huis op de Pieterskerkgracht bon Over 't Hof te Leiden

In de uitvoerige serie van handelsbrieven aan Jan Van den Gevel Sr. te Antwerpen bevindt zich een brief van Bartholomeeus Tergier uit Dordrecht gedateerd 1623. [1235]
Weeskamer Dordrecht: extract van het testament van Bartholomeus Tergier en Sara Hendriksdr, echtelieden, gepasseerd voor notaris Sijmon Muijs te Dordrecht op 24-5-1636. Gecollationeerd op 25 sept. 1636. Bartholomeus Tergier heeft tot voogden over zijn voorkinderen, verwekt in zijn eerste huwelijk, benoemd zijn broer Jochem Tergier, benevens Mels Gijsbrechtsz en Jan Cornelisz. [1236]
In de boedelinventaris van wijlen Bartholomeus Tergier, koopman, echtgenoot van Sara Henricxdr (28-8-1636) worden o.a. de volgende schilderijen genoemd : Een schilderij van Abraham en Hagar, Drie freuytagien, Een Lust hooffken. [1237]

2770. JOACHIM AERTS VAN GENT, geb. Tiel, ovl. 1622-1626, schrijnwerker, op 8-4-1611 met zijn broer Dirck van Gent in een acte genoemd [1239]), betaalt als Jochem Ariens ƒ 3 hoofdgeld (1622) als eigenaar van een huis aan de Nieuwe Haven, bewoond door 1 man, 1 vrouw, 1 kind, [1240] burger van Dordrecht, tr. vóór ca. 1610

2771. (T)ANNEKEN JANS, ovl. na 1649 (mogelijk als Tanneke Jans, dienares, ovl. Dordrecht doopsgez. 16-12-1655), betaalt in 1626 als de weduwe van Joachum Aertsse, schrijnwercker £ 2,-- 1000e penning te Dordrecht voor een huis in het Vijffde Quartier beginnende opten houck van de Houtsteijger in de Cannecoopersbuijrt tot in de Houttuijn aen weder zijde,[1241] huw. get. (1640..1649).


Het weeshuis der Doopsgezinde Collegianten de Oranjeappel aan de Keizersgracht bij de Huidenstraat te Amsterdam.
Naar een tekening uit 1675.
Bron: Ref. [1247]
Willem Sieverts (1643-1688) was medoprichter en regent van dit weeshuis.

klik op plaatje(s) om te vergroten

Frontpagina van een boekje met gedichten "Ter Bruyloft van Joachim van Gent en Susanna van Loon, Vereenight binnen Utrecht 4/14 Junij 1682". Bijdrage van C(ornelis) van Bracht (leraar der doopsgezinde gemeente Dordrecht 1689 - 1716[1262]) aan dit boekje, waaruit blijkt dat Joachim van Gent al eerder een "Vrouw ten grave sach dalen".
klik op plaatje(s) om te vergroten
.

2772. JACQUES (JACOB) TER(U)WE(N), geb. ca. 1589[1263], ovl. Dordrecht doopsgez. 20-7-1636 ("Jaques Teruwe, hier een Dienaer int Woort"), zijdekramer, j.m. (1614), wonende te Dordrecht (1636), betaalt ƒ 6 hoofdgeld (1622) als eigenaar van een huis aan de Steegoversloot, bewoond door 1 man, 1 vrouw, 3 kinderen, 1 vrouw personeel, [1264] betaalt in 1626 als Jaeques Terwe, zijdecramer, £ 5 1000e penning te Dordrecht voor een huis in het Sevenste Quartier (beginnende van de steijger over 't Steechoversloot tot aen't Mertvelt aen wederzijde),[1265] knoopmaker, dienaar in het Woord bij de Vlaamsche Doopsgezinde gemeente te Dordrecht, (13-9-1626 tot 20-7-1636) [1266] [1267] tekende de Dordtse Confessie in 1632,[1268], huw. get. (1632), otr. Dordrecht gerecht 23-10-1614 (get. Hendrick Teruwen, en Gooltge Jansdr, huisvrouw van Cornelis Jansz)

2773. JANNETJE CORNELISDR, ovl./beg. Dordrecht doopsgez. 9/12-11-1648 ("Jannechge Cornelis, weduwe van Jaques Teruwe"), huw. get. (1616), winkelierster te Dordrecht.[1269]

Op 29-9-1600 wordt vermeld Jacob Jacobsz. Terwen, omstreeks 11 jaar oud, daar moeder af is Heyltgen Prins.[1270]
Op 28-10-1648 testeert Janneke Cornelisdr, weduwe van Jacques Terwen. Zij noemt haar gehuwde zonen: Jacques en Cornelis Terwen. Zij legateert aan Hendrik Terwen, haar jongste zoon, 600 car. gl., en aan haar dochter Trijntje Terwen en aan haar zoon Tennis (Anthony) Terwen legateert zij elk 200 car.gld.[1271]
Op 23-6-1649 wordt de inventaris opgemaakt van de goederen van zaliger Janneke Cornelisdr, weduwe van Jacques Terwen. De boedel wordt gedeeld door de kinderen Jacques, Cornelis, Anthony, Hendrik en Trijntje Terwen. Anthony Terwen neemt de winkelgoederen over, bestaande uit lint, zijde en knopen.[1272]

Geschilderd portret van Adriaen Braets, echtgenoot van Maria van der Graeff, door Jacobus Leveck (1634-1675).
(Olie op?) doek, 92,5 x 71,5 cm
Datering: 1664
Locatie: Dordrechts Museum
Geschilderd portret van Maria van der Graeff (1643-1702), echtgenote van Adriaen Braets, door Jacobus Leveck (1634-1675).
(Olie op?) doek, 92 x 70,5 cm
Datering: 1664
Locatie: Dordrechts Museum

klik op plaatje(s) om te vergroten


COMMENTAAR(¥) Vermoedelijk een eerder huwelijk (dan de vermelde huwelijken in 1660 en 1684) is:
  • d. Henderick Jaques Ter(u)wen, geb. Dordrecht vóór ca. 1625, jongman geboortig van Dordrecht en wonende te Utrecht (1650), otr./tr. Dordrecht gerecht/doopsgez. 14/31-7-1650 (get. Jan Matthijsz Balen, zijn aangetrouwde oom, en Maria Terwe haar behuwd nicht) Griettie (Margaretha) Klaes van Vianen, doopget. te Amsterdam (1686), jonge dochter van Dordrecht (1650).
      Uit dit huwelijk:
    • 1. Nicolaas Terwen, geb. Amsterdam 1658/59, ovl. vóór 1708, zijdeverver, in 1694 aan de drank, verkwistend, insolvent enz., otr. Amsterdam geref. 17-4-1683 Aafje (Aeffie, Aagje) van Bronchorst, geb. Amsterdam 1664/65, beg. Amsterdam Oude Kerk 17-2-1739, wordt lidmaat van de doopsgezinde Gemeente Bij 't Lam en de Toren te Amsterdam 3-2-1686 door doop (get. Margriettie van Vianen). doopget. (1697..1714), dr. van Dr. Hendrick van Bronchorst en Aefien Agger. Uit verklaringen voor notaris N. van Loosdrecht blijkt, dat in 1694 Nicolaas niet alleen insolvent was, maar tevens geregeld dronken, dat hij zijn vrouw bedreigde, een "dissoluut" en ongebonden leven leidde en met kaartspelen grote sommen geld verloor. Overigens was Aafje's leven moeilijk. Een van haar twee overlevende dochters, Josina Terwen, leed bij tijden aan "mania of dolligheyt", zo erg, dat ze in 1727 opgesloten moest worden. Voorzover bekend stierven al haar kinderen ongehuwd, haar zoon Jacob Terwen bekleedde een eenvoudige positie als tweede boekhouder van de timmerwerf van de O.I. Compagnie.[1344]
        Uit dit huwelijk (o.a.?):
      • aa. Josina Terwen, ovl. ongehuwd, leed bij tijden aan "mania of dolligheyt", zo erg, dat ze in 1727 opgesloten moest worden.[1345]
      • bb. Jacob(us) Terwen (Tarwe), ovl. ongehuwd, tweede boekhouder van de timmerwerf van de Oost-Indische Compagnie, wordt lidmaat van de doopsgezinde Gemeente Bij 't Lam en de Toren te Amsterdam 7-5-1713 door doop (get. Aagje van Bronkhorst, Govert Loten). doopget. (1714).
      • cc. Aafie Terwe, filiatie niet bewezen, wordt lidmaat van de doopsgezinde Gemeente Bij 't Lam en de Toren te Amsterdam 18-11-1714 door doop (get. Aafie van Bronkhorst, Jacobus Terwe).
  • d. Hendrick Terwen, otr. Dordrecht 24-2-1658 Margriet Ariensdr v.d. Wijngaart.
      Uit dit huwelijk (o.a.?):
    • 1. Catelijna Terwen, ged. geref. Dordrecht 23-3-1659.
Op 3-3-1658 en opnieuw op 22-8-1658 doen Hendrick Terwen en Rochus Jansz Backer blijkbaar examen om toegelaten te worden als prediker bij de Doopsgezinde Gemeente te Dordrecht. Beiden worden beide malen geweigerd. [1346]
Op 16-5-1679 compareren Cornelis Teruwe, Anthonij Teruwe en Hendrick Teruwe, burgers van Dordrecht, erfgenamen van wijlen Jan Cornelisz Vijgenboom, hun oom en executeurs van het testament van Jan Cornelisz Vijgenboom en diens echtgenote Maria Jacobsdr Metschert. Compareren mede Jan Smith en Jan van Rixtel, getrouwd met Maria Smits, wonende te Amsterdam, voor 2/3 parten erfgenaam van Maria Jacobsdr Metschert, resp. hun tante en behuwd tante. Comparanten verklaren, dat bij de deling en scheiding van de boedel, nagelaten door Vijgenboom en Metschert, aan Hendrick Teruwen is toebedeeld een huis over de brug bij het Bagijnhof naast de gracht, staande tussen de gracht en het huis van Michiel van der Kesel, door Vijgenboom "nieuw getimmerd" en naderhand door hem en zijn vrouw bewoond, in welk huis zij ook zijn overleden. De overige comparanten verklaren, dat zij en hun mede-erfgenamen gecompenseerd zijn met andere goederen uit voornoemde nalatenschap. [1347]
Op 29-3-1690 leidt Hermanus Erkelens Hendrick Terwe in als knaap in de Munt van Holland te Dordrecht, wegens overlijden van Gerrit van Eysden. Op 21-3-1690 dient Harmen Erkelens daartoe een verzoek in en 27-3-1690 verklaren zijn broeders Gosewijnis Erkelens en Jacob Erkelens hiermee accoord te gaan.[1348]

2774. PIETER VAN DE POEL, tr. vóór ca. 1625

2775. ANNECHIEN PIETERS VAN ERVERVELT, ged. (wellicht Dordrecht geref. sept. 1600 als onbenoemd kind van Peeter Hendrixsz (van Ervervelt) en Tanneken (van) Hulsen.

2778. ISAAC GERRITSZ CUYP, geb. Dordrecht, ovl. Dordrecht 1634, passementwerker, betaalt als Isack Geerits ƒ 4 hoofdgeld (1622) als eigenaar van een huis aan de Vriesestraat, bewoond door 1 man, 1 vrouw, 2 kinderen, [1374] betaalt in 1626 als Ysaack Gerrits, cadewercker, £ 1,-- 1000e penning te Dordrecht voor een huis in in de Vriesestraet,[1375] tr.

2779. (J)ANNEKEN BALTENS VAN HORICK, ovl./beg. Dordrecht 1/14-1-1650, doopsgez. Kb 10-1-1650 ("Janneken Baltens, weduwe van Isack Geeritsz), huw. get. (1641).

2780. CHRISTOFFEL (DARTHER) GERRITSZ TIRION (TIERJON), geb. 1605, ovl. Rotterdam 1653 [1376], afkomstig uit Belgie, mogelijk Gent, waar in 1585 Pieter Tryon doopsgezind is, of uit de omgeving van Luik, waar de oorspronkelijke naam Thierry geweest zou zijn [1377], tr. Rotterdam 1-4-1623

2781. JEANNE ANTOINE.

2796. GERRIT (HULS(T)MAN)?, alleen bekend uit het patroniem van zijn zoons:


Begin van de beschrijving van het huis en interieur van Andreas Hulstman Jansz en Elisabeth Balen Maththijsdr te Dordrecht.
Bron: G.D.J. Schotel C. Rochussen, D. Van der Kellen, Het Oud-Hollandsch huisgezin der zeventiende eeuw, Haarlem, 1867.

klik op plaatje(s) om te vergroten

2812. (SE)BASTIAEN JANS(SEN)(¥), als arbeider, wonend op de stede van de heer van Loon, vermeld op de 'Lijst van personen met bezittingen die minder waard zijn dan 2000 gulden' te Loon op Zand (1665),[1396] tr. Loon op Zand RK 25-1-1629[1397]

2813. CATHARINA JANSDR.

COMMENTAAR(¥) Een mogelijk eerdere huwelijken van hem zouden kunnen zijn: Sebastiaen Janssen, afkomstig van Loon op Zand, otr./tr. Loon op Zand RK 22-1-1611 (met attestatie van de kapelaan aldaar ), otr./tr. Sprang geref. 23-1/7-2-1611 Janneke Jans, jongedochter van Sprang.
Sebastiaen Janssen, afkomstig van Loon op Zand, otr. Sprang geref. 10-1-1614 (attestatie om te Loon op Zand te trouwen) Janneken Laurens, van Sprang.

2814. CORNELIS PEETERSZ (DE) (LEEUW(EN)) (ook Leeuwen Smit)(¥), geb. vóór ca. 1590[1404], ovl. na afkomstig van Sprang (1612, 1626), smit (1613), en burgemeester te Sprang, woonde te Loon op Zand (1636),[1405] tr. 1o voor 1611 JENNEKE CORNELISDR (LUIJCAS), ovl. nov/dec 1612, otr./tr. 2o Sprang geref. 22-12-1612/6-1-1613 (als Cornelis Peetersz Leeuwen Smit, wednr. van Jenneke Cornelisdr) ANNEKE GIJSBRECHTS (PETERS PACHTER[1406]), geb. vóór ca. 1595, ovl. 1623-1626, j.d. van Besoyen, tr. 4o 1635-1636? (hiaat trouwboek Sprang 1630-1640) JOOSTJE JANSDR TALEN, otr./tr. 3o Sprang/Besoyen geref. 3/18-9-1626(als Cornelis Petersen Leeu, wednr. van Anneken Gijsbers),[1407]

2815. EMMICKEN (GEERTRUIKEN, ADRIANCKEN?) CORNELIS, geb. verm. Besoyen, ovl. 1635-1636?, tr. 1o voor 1626 PAULUS CREIJNEN.

COMMENTAAR(¥) Is er verband met Jan Thonis de Leeu, met 7 personen inwoners van 's-Grevelduin-Capelle (1599).[1408]
of met Tonis Jansz de Leeuw, ovl. Capelle (NB) voor 1580, tr. Janneke NN, ovl. Capelle 1584/85.[1409]

ORA Sprang: Reeckening bewijs ende reliqua voor Lucas Corneliss als vocht van het kint van Cornelis Peeterss Leeu bij Janneken Corneliss Lucas, 8-5-1628. (is vermoedelijk 18-5-1628) [1410]
ORA Sprang: Reeckening ende bewijs van Cornelis Peeterss Leeu als vocht vande kinderen van Lucas Corneliss bij Maeijken Flooren, 18-5-1628. [1411]
ORA Sprang: Scheijdinge ende deelinge aengebrocht bij Huijbrecht Claess x Jenneken Driess ter eenre ende Maeijken Peeterss x Tonis Andriess geassisteert met Peeter Andriess de Widt, swager, ende Cornelis Peeterss Leeu, broeder, ter andere zijde van een geseet ende huijsinge etc hen aengecomen van hun ouders, 23-5-1628. [1412]
ORA Sprang: Rekeninge bewijs ende reliqua voor Luijcas Cornelis als vader ende voocht ende Cornelis Peterss Leeu als toesiender van sijn kijnt bij Maeijken Floriss, 20-2-1629. Volgt nog een lijstje met besittingen. [1413]
ORA Sprang: Copie. Volgens de acte van condemnatie in date den 28-11-1627 mbt tot een huijs bij de weduwe van Tonis Adrjaen Lambertss ende Marten Willemss soo wil Marten het huijs nu vercopen. Het huijs wordt gecocht door Cornelis Pieterss Leeu. Er hebben zich diverse persoenen gemeld die nog geld tegoed hebben, 16-2-1630. [1414]
ORA Sprang: Dat voor ons gecomen ende gecompareert is Cornelis Peeterss Leeuw ende heeft overgegeven aen Tonis Handrickss Smit een geseth mette timmeringen, 16-2-1630. [1415]
Op 7-6-1666 testeren (of wordt testament geexecuteerd?) te Sprang Cornelis Peeterssen Leeuw en Joostjen Jansdr Talen, echtelieden. De bezittingen worden verdeeld over drie groepen : eerste groep : 1) Cornelis Corten als man van Heijltjen Cornelis Leeu, 2) Corstiaen Wouters als man van Engel Cornelis Lee, tweede groep : 3) Anna Cornelisdr Leeu, wed. van Gerrit Woutersen, 4) Floor Huijbertsz als man van Pieternella Cornelis, 5) Jan Bastiaensz Suethout als man van Teunisken Cornelis Leeu, derde groep : 6) de kinderen van Peeter Cornelis Leeu, 7) Peeter Cornelis Leeu.[1416]

2820. JAN JANSEN, ovl. na 1636[1423].

2822. JAN JANSSEN, ovl. na 1636[1424].

2832. MAES EVERTSEN VAN VELTHUYSEN, geb. vóór ca. 1605, ovl. 1651, pachter van 'Velthuijs' (1633-1651), tr. vóór ca. 1630[1426]

2833. GRYETJEN EVERTS, geb. vóór ca. 1610, van Ede-Veldhuizen.

2840. CORNELIS VAN DER MEIJDEN,[1428]

2844. REM REMMERTSEN (DE OUDE), ovl. vóór 1633, schoolmeester te Veenendaal.[1429]

2912. NN (WALRAVEN) / (VAN STEENHUIJS), geb. vóór ca. 1595. Hij is mogelijk[1431] een bastaardzoon van Walraven van Steenhuys, Heer van Oploo (zie kw. nr. 5824 )


Walraven van Steenhuisen
De volgende personen, die op enig moment de achternaam Walraven(s) van Steenhuisen en variante schrijfwijzen dragen, zouden zuster en broer van bovengenoemde Guillaume en Ludolph kunnen zijn

A
  • c. Anneken (Anna) Walravens van Steenhuijse, geb. vóór ca. 1625, ovl. na 1664, diende voor haar eerste huwelijk bij de ambtman van Grave (=toentertijd Ludolph van Steenhuijs), j.d. van Oploo (1644), verzorgt haar oude schoonvader Elias Jansen, waarover later oneigheid ontstaat (zei akten), neemt na het overlijden van haar eerste man diens stadsbodeschap over, otr. 1o Deventer en otr./tr. 1o Grave geref. 9/29-4-1644 (zij als Anneken van Steenhuijsen, met bruiloft op het kasteel residentie van de ambtman te Grave) Gerrit (Gerard) Elias, ovl. 1654-1662, j.m. van de Grave, soldaet onder den heer van Oplo (1644), in leven stadsbode op Den Haag, treedt geregeld op in akten als bode der stad Grave (1646, 1654), zn. van Elias Jans(en), otr. 2o Grave geref. 2-8-1662 (zij als Anna van Steenhuisen, wed. van Gerrit Elias in sijn leven stadsbode, met attestatie naar 's-Gravenhage) Pieter van Sanen, weduwnr. van 's-Gravenhage (1662), stadsbode op Den Haag (1664), woont te Grave (1663).
    Op 2-9-1662 wordt de inventaris opgemaakt van de goederen van Gerrit Elias, in leven stadsbode op Den Haag, die door zijn weduwe Anneken van Steenhuijse in tocht worden bezeten en bij hun mondigheid zullen overgaan op hun kinderen Elias Gerrits, Agnees Gerrits, Marij Gerrits, Anna Gerrits en Gerardus Gerrits. Onder meer het derde part van het huis in de Kerkstraat, aan de ene zijde naast het huis en erf van de erfgenamen van Willem van der Hagen genaamd De Valck en aan de andere zijde en voor en achter aan de gemene straat, nu in tocht bezeten door Elias Jans. Getuigen Johan de Blanchevoije, Adam Roelen en Hendrick Thonis. [1444]
    Op 20-11-1663 machtigt Pieter van Sanen, stadsbode op Den Haag, als echtgenoot van Anneken Walravens van Steenhuijse, Reijnier de Haen, notaris en procureur voor de hoofdbank van Cuijk in zijn processen aldaar en i.h.b. zijn processen tegen Jan Elias en Marten Hoeffaers. Getuigen zijn Jacob Tijssen en Fran(coi)s Daniels. [1445]
    Op 18-6-1664 machtigt Pieter van Sanen stadsbode op 's-Gravenhage mr Peter van Haps IUD om te Cuijk beroep in te stellen tegen de uitspraak dd 9 juni in de zaak tussen hem als pander contra Jan Elias en Anthonij Vincent q.q. Getuigen: Abraham van der Banck en Bartel Hendrix. [1446]
    Op 20-9-1664 verklaren Simon Verhoeven, Johan Dorpman (tekent Dorpmans) en Isaack Hendrix (tekent Henderijcx) gezworenen, op hun ambtseed, op verzoek van dr. Peter van Haps als lasthebber van Peter van Sanen, stadsbode op 's-Gravenhage dat verzoekers echtgenote Anneke van Steenhuijse altijd te goeder naam en faam bekend heeft gestaan, zowel ten tijde van haar eerste huwelijk met Gerrit Eliass, in leven stadsbode op 's-Gravenhage, als ten tijde van haar weduwstaat, als tot heden toe, dat zij het bodeschap na het overlijden van haar man tot tevredenheid heeft bekleed, voornoemde Anneke van Steenhuijs heeft wijlen haar mans vader Elias Janssen toen deze bij haar woonde verzorgd als was zij zijn eigen dochter. Zij weten dit omdat zij haar goed kennen. Toen Elias ten huize van Anneken woonde, woonde de eerste comparant er in de buurt en kwam hij er dagelijks over huis. Getuigen Arnolt Ceelen, scholtis te Overasselt, en Aert Adriaens. [1447]
    Op 4-11-1664 verklaren Ariaen Willems Verschuijren bakker oud ca 50 jaar en Metien Ansems (tekent met een merk) oud ca 72 jaar, op verzoek van Pieter van Sanen stadsbode op 's-Gravenhage dat zij wijlen Elias Jans goed hebben gekend en dat de echtgenote van verzoeker deze Elias Jans in zijn hoge ouderdom en gebrekkigheid heeft bijgestaan alsof zij zijn eigen kind was, dat zij zo vriendschappelijk met de oude man zijn omgegaan dat hij, die eigen baas wilde blijven, ons (comparanten?) de sleutels van zijn kisten en kasten heeft toevertrouwd en tevens enig zilverwerk in bewaring heeft gegeven dat zijn kinderen hebben teruggehaald, dat hij ook enig zilverwerk had verkocht. Aan de eerste comparant verkocht hij diverse keren koren van zijn land zonder dat de echtgenote van verzoeker daar bij was. Getuigen: Simon Verhoeven en Seger Elie Cluijt, gezworenen. [1448]
    Op 4-11-1664 verklaart Johanna Hendricx van Vaelen, oud 23 jaar, op verzoek van Pieter van Sanen, stadsbode op 's-Gravenhage, dat zij bij leven van wijlen Elias Jansen zowel voor als na de dood van haar man anderhalf jaar bij de echtgenote van verzoeker heeft gediend en gewoond als dienstmaagd. Zij was ingehuurd om bij afwezigheid van de echtgenote van verzoeker voor Elias Janssen te zorgen, zij heeft dit gedaan, zo, dat zij soms wel tot vier keer toe 's nachts moest opstaan om de oude man te helpen. Het kostte haar zoveel moeite, dat zij voor tweemaal zoveel loon niet nog eens hetzelfde zou willen doen. Zij deed het t.b.v. de echtgenote van verzoeker en is door deze ook ten volle betaald. Getuigen: Simon Verhoeven en Seger Elie Cluijt, gezworenen. [1449]
    Op 6-11-1664 verklaart Mattijs van Breugel (tekent zelf Brugel) oud ca. 50 jaar, op verzoek van Anneken van Steenhuijse echtgenote van Peter van Sanen dat hij verschillende keren en i.h.b. toen verzoekster trouwde met wijlen Gerrit Elias van wijlen Elias Jans, vader van wijlen deze echtgenoot van verzoekster had gehoord: ik heb mijn zoons vrouw bij haar huwelijk beloofd dat zij met mijn zoon zo lang ik leef in mijn huis mag inwonen zonder huur te betalen, comparant weet dit omdat hij ter bruiloft is geweest die plaatsvond op het kasteel residentie van de ambtman bij wie verzoekster had gediend. Getuigen Bernt Caspers en Jacob Caspers. [1450]
      Uit haar eerste huwelijk (Elias-van Steenhuijsen):[1451]
    • 1. Elias Gerrits, ged. geref. Grave 21-1-1645, (in 1662 in leven en onmondig).
    • 2. Johanna Gerrits, ged. geref. Grave 31-8-1646, ovl. jong? (niet genoemd in 1662).
    • 3. Agnees Gerrits, ged. geref. Grave 24-3-1649, (in 1662 in leven en onmondig).
    • 4. Mechelijn Gerrits, ged. geref. Grave 8-2-1651, ovl. jong? (niet genoemd in 1662).
    • 5. Marij Gerrits, (in 1662 in leven en onmondig)
    • 6. Anna Gerrits, (in 1662 in leven en onmondig)
    • 7. Gerardus Gerrits, (in 1662 in leven en onmondig)


B
  • b. Engelbert Walraven van Steenhuijse, rector van de Latijnse school te Boxtel (1649).
    10-2-1649: Bericht van de SG (?) aan de hoog- en laagschout van 's-Hertogenbosch met opdracht 'dat gij de paepsche rectoren in de voorn. meijerije in onsen naem ende van onsentwegen haere pretense diensten sult hebben op te seggen als sijnde seer schadelijck voor de opgemelte reformati'’. Genoemd wordt Engelbert Walraven van Steenhuijse rector van de Latijnse school te Boxtel die zegt in dienst te zijn van de graaf van Bassigny. [1452]

2916. NN MICHELS (of MICHAEL NN?).

COMMENTAAR(¥) wat is het verband met:
Michael N.N., schoolmeester, x Anna N.N. laten een kind dopen: Johannes, ged. RK Sambeek (Boxmeer) 6-5-1646 (get. Johannes Petri Vet(?), Adriaen Tylens, Hillegunda Steenhuis afkomstig van Grave).

2928. PETER NOLENS (DE JONGE), ovl. 1630-1638, burger van Roermond, tr.[1481]

2929. MARIA NELIS, ovl. na 1644, vermeld als wed. van Peter Nolens op de "Lijste van alle schipperburgers der stadt Ruremonde, die servies zullen moeten betalen" (11-2-1644). [1482]

Peter Nolens de Jonge verkoopt aan Mechtild Geurten, het dochtertje van Job Geurten en zijn zuster Anna Nolens op 2-12-1625 zijn aandeel in een hof gelegen te Caastert en geheten "de Briestermolenhof" [1483].
In een verklaring dd. 22 -2-1644, afgelegd voor de schepenbank van Eisden blijkt dat "Peter Noelens vaeder vanden selven Geurt (Nolens) is geweest maesschipper hebbende met sijnen scip ende coopmanschappen de rivere vandie Maese op ende affgevaeren soo aen de stadt van Luyck gelyck aen andere steeden gecocht, geladen, vercocht ende ontladen, oock al paiselyck ende vreedelyck tot synen sterffdach toe"[1484].
Op 6-6-1630 vertolde Peter Noelens de Jonge "opverdich buerger van Ruremonde" 50 zakken zout en 3 tonnen teer [1485], op 1-4-1638 wordt Maria Nelis reeds als weduwe van Peter Noelens vermeld, maar het scheepvaartbedrijf van haar man heeft zij voortgezet blijkens de "Declaratie van de Naemen der Schipperen van Venlo ende Ruremonde, ende derselve qualificatie tot hunne Burgerschap, waerdoor sij tott nochtoe den vrijdom op de drij Geldersche Tollen op ordonnantie van mijn Heeren deser Cameren genootten hebben". In deze lijst komen voor: "Maria Nelis, weduwe Peter Nolis (Nolens) van outs tott outs ingeboeren Burgers van Ruremunt hunne wooningh soo sij verclaert gestaen buijtten die Brugh Poorth. Peter Nolis (Nolens) haeren soen door redenen voorschreven hem den voorschreven vrijdom aengebooren" [1486].

2930. JAN VISSCHERS.

Op 27-7-1617 wordt Jan Visschers, van Eijsden, burger van Roermond. [1488]
Handelingen van de magistraat te Roermond : Op 19-7-1618 beklagen Jan Visschers, Thomas Potdor en Bartholomeus Craen, die het burgerschap verkregen hebben, zich dat zij geen tolvrijheid genieten te Kessel, Batenborch enz. De Raad antwoordt, dat zij ook niet deden, wat voorgeschreven was, nl. een kamer huren om vuur en rook te laten opgaan. De magistraat kan hen niet helpen. [1489]

2934. JAN CLOENS, geb. vóór ca. 1615, ovl. na 1675, afkomstig uit Eisden, vermeld als Jan Clouns op de "Lijste van alle schipperburgers der stadt Ruremonde, die servies zullen moeten betalen" (11-2-1644), [1491] maasschipper, grootburger van Nijmegen 28-5-1655, ontburgerd op eigen verzoek 20-1-1675,[1492] otr. Dordrecht 10-8-1636, (of volgens Ref.[1493] otr. Dordrecht 10-1-1638 ??)

2935. AELTJE (ALETTA) MELSERS, ovl. na 1674.

In 1693 procedeert voor de Schepenbank Breust : Teuwis Spits als schatheffer tegen de erfgenamen van Jan Clouns en de erfgenamen van Jan Frambachs, over een reële schat. [1494]

Ongeplaatst fragment Kloens
Jan Kloens, geb. vóór ca. 1595, ovl. 2-10-1691, woonde over de Houtenbrug te Dordrecht, tr. vóór 1615[1555] NN Libert, ovl. 27-9-1690. Zij testeerden 20-11-1685.
    Uit dit huwelijk:[1556]
  • a. Pieter Kloens, geb. Eysden 1615, ovl. na 1690, wordt op 3-12-1643 als Peter Clouns, Maesschipper, burger van Roermond. [1557] was in 1690 Achtraad te Dordrecht, doch bedankte wegens zijn hoogen ouderdom, tr. Dordrecht 4-2-1646[1558] Elisabeth Corstiaensdr van Oost, dr. van van Christiaan van Oost en NN Boeyen.
      Uit dit huwelijk (Cloens-Melsers) geboren [1559] :
    • 1. Johan Kloens, geb. vóór ca. 1655, ovl. Dordrecht 31-10-1701, meester-munter van de Grafelijkheids Munt te Dordrecht, koopman, wordt als aangeslagen in de 2de klasse (koffie/theegeld ƒ 12,--) voor de betaling van "Impost op de consumptie van coffij, thee, chocolate, sorbeth, born-water, limonade en andere drancken met water gemenght" (1698),[1560] testeert 27-8-1697 voor Nots. Adriaan Hagoort,[1561] tr. Dordrecht 7-4-1676[1562] [1563] Jacoba van Marees (de Marez), beg. Dordrecht Grote Kerk 27-9-1690, afkomstig van Haarlem.
      Op 1-9-1694 krijgt Anthony Repelaer, oud-burgemeester van Dordrecht, toestemming om de (munt-meesters)plaats over te dragen aan Jan Cloens, burger te Dordrecht, die 15-11-1694 proef en eed doet.[1564]
      Uit dit huwelijk:[1565]
      • aa. Josina Kloens, geb. (Dordrecht?) 6-12-1676 (?),[1566] ged. geref. Dordrecht 8-12-1677, ovl. Dordrecht 5-11-1768, tr. l) Dordrecht 29-5-1698[1567] Mr. Gerard Muys, die te Dordrecht bij de Beurs woonde, tr. 2o Zwijndrecht 29-6-1721[1568] Willem Kloens, ged. Nijmegen 10-9-1679 (get. Frans Jansen, Christiaan Backus en Berber Kloens) en ged. Dordrecht 11-9-1679, ovl. Dordrecht 11-1-1780 (oud 100 jaren en 4 maanden), koopman te Dordrecht, zn. van P(i)eter Cloens en Christina (Catrijn) Backus (zie hieronder).
        Uit dit huwelijk:
        • aaa. Jacoba Muys, tr. NN de Vries, kinderloos overleden.
        • bbb. Geertruida Muys, ovl. ongehuwd Aug. 1741.
      • bb. Elisabeth (elders Christina) Kloens, tr. 31-1-1713[1569] Simon (Adriaan) de Vries.
        Uit dit huwelijk:[1570]
        • aaa. Simon (Adriaan) de Vries, rentmeester der domeinen te Braque en van de oude domeinen te Oosterhout, tr. 1o [1571] NN Sonnemans, afkomstig van Leiden, waarbij geen kinderen, tr. 2o [1572] NN van Gilst.
        • bbb. Jacoba Susanna Sophia (elders J. Johanna S.) de Vries, tr.[1573] Mr. George Willem Halungius, baljuw, drossaard en kastelein van Oosterhout, waarbij 2 kinderen.
      • cc. Pieter Kloens, ged. Dordrecht 24-11-1679, ovl. 26-5-1744 )ongehuwd), beg. Dordrecht Grote kerk 1-6-1744, meester-munter te Dordrecht, doet 2-2-1703 de meesterproef, gezworene 1721-1727, provoost 1732-1743, testeert 26-4-1744 voor Nots. Bartholomeus van der Star.[1574]
      • dd. Johan Kloens, ged. Dordrecht 24-7-1682, ovl. Dordrecht Oct. 1750 (ongehuwd), beg. Dordrecht Grote Kerk 14-10-1750, evenals zijn vader en broeder meester-munter te Dordrecht, doet 11-9-1744 de meesterproef, test. 26-4-1744 voor Nots. Bartholomeus van der Star.[1575]
      • ee. Mattheus Kloens, ovl. ongehuwd Jan. 1738.
    • 2. Pieternella Kloens, geb. (Dordrecht?/Maastricht?) 28-8-1648, ged. Maastricht, ovl. Dordrecht 15-4-1702, beg. Grote K. aldaar op het koor, tr. Dordrecht 19-9-1679[1576] Adriaan Op de Camp, geb. aan de Roer 1-2-1639, ovl. Dordrecht 5-9-1714, beg. Grote K. aldaar op het koor, koopman en ouderling te Dordrecht, wednr. van Maria van Boedonck, zn. van Adriaan Op de Camp en Ida Op de Camp.
        Uit dit huwelijk nageslacht.
    • 3. Christiaan Kloens, geb. Dordrecht 28-4-1651, ovl. (Dordrecht?) 13-2-1725, koopman te Dordrecht, betaalt op 20-8-1716 ƒ 100:0:0 Familiegeld wonend te Dordecht in wijk 3 beginnend tegen over de Gravestraet.[1577]
    • 4. P(i)eter Cloens, geb. Dordrecht 4-10-1653[1578], ovl. 15-1-1728.
    • 5. Johanna Kloens, geb. 12-1-1659, ovl. 1743, tr. 1o (Dordrecht?) 28-1-1693[1579] Martinus Kloens, geb. 25-4-1655, zn. van Jan Kloens en Barbara Paradijs (zie hieronder), tr. 2o 24-5-1706[1580] Johan van den Santheuvel, geb. 18-10-1658, ovl. 12-5-1717, zn. van Hendrik van den Santheuvel en Johanna Repelaer.
        Uit haar eerste huwelijk (Kloens-Kloens) :[1581]
      • aa. Jan Kloens, geb. (Dordecht?) 1-4-1694, ovl. ongehuwd (Dordrecht?) Oct. 1738, commandeur der brandweer te Dordrecht.
      • bb. Elisabeth Kloens, ovl. (Dordrecht?) Aug. 1743.
    • 6. Dr. Mr. Arnold Kloens, geb. Dordrecht Nov. 1662, ovl. ongehuwd (Dordrecht?) 30-11-1743, promoveerde in 1692 tot J.U.D., was mansman van den Hove en hooge Vierschaar van Zuid-Holland en Achtraad te Dordrecht.
  • b. Jan Jansz Kloens, geb. vóór ca. 1635, ovl. na 1672, veertigraad te Dordrecht in 1672, koopman (1692), tr. vóór 1655[1582] Barbara Paradijs, verm. dr. van Maerten Paradijs en van Aeltgen van Tricht.
    In de boedelinventaris van Johan Cloens, koopman, echtgenoot van Barbara Paradijs (8-1-1692) worden o.a. de volgende schilderijen genoemd : Vier Conterfeytsels vande kinderen Memorie, inde Kamer beneden, Twee jdem Droochslootjes 18--, Een droochsloot, inde Voorsael. [1583]
      Uit dit huwelijk:[1584]
    • 1. Martinus (Maerten) Kloens, geb./ged. geref. Dordrecht 25/28-4-1655, zie hierboven.
    • 2. Aeltge Cloens, ged. geref. Dordrecht 2-8-1656, ovl. jong?
    • 3. Johannes Kloens, ged. geref. Dordrecht 8-8-1658.
    • 4. Aeltje Cloens, ged. geref. Dordrecht 25-2-1660.
    • 5. Johanna Cloens, ged. geref. Dordrecht 11-9-1664. .ckear

      Volgens Ref. [1585] is er ook een Jurjen Cloens x Ester Maessen (Vermasen), waaruit
  • a. Catharina Cloens, ged. Nijmegen St. Stevensk 25-6-1639 (get. Casper Steenberg, Margriet Joosten en Hermken Appels), beg. Nijmegen 30-4-1696.
    "De vier roeden had Petermans ontvangen van Peter Pierboum van Caestert, o.a. ter betaling van huis en hof die Pierboum in 1595 van Petermans had gekocht.[1586] De ruiling werd aangegaan met Giele de Laitre, gehuwd met Trijne Clouijns, van Oost.[1587]

2936. = 2928. PETER NOLENS (DE JONGE).

2937. = 2930. MARIA NELIS.

2938. LAMBERTUS TERFS, tr.

2939. MARIA NN.

In 1600 procedeert voor de Schepenbank Breust : Meycken Pueskens tegen Lambrecht Terffs over de eigendom van een hof. [1588]

2940. PETRUS FRAMBACH, geb. ca. 1595, ovl. 1636, tr. vóór 1621

2941. ANNA (AGNES) COEMANS, ovl. na 1673, tr. 2o Breust 7-1-1640[1594] THEODORUS (DIRCK) BRAE(C)K(EN), ovl. 1665?.

In 1665 procedeert Derick Braecken voor de Schepenbank Breust tegen Peter Blanckerts c.s. over een grondrente. [1595]
In 1665 procedeert Agnes, weduwe van Derick Braecken voor de Schepenbank Breust tegen het Kapittel van St.-Maarten uit Luik over een kapoen (appel in Luik). [1596]
vul aan copie + Paquay

3008. JAN TEUNISZ VAN DER WIEL, geb. ca. 1610, ovl. 1660-1662, tr. ca. 1640 (zij als wed. van Pieter Pietersz Backer),[1609]

3009. ANNEKEN AERTSDR VINCK, geb. ca. 1615, ovl. 1672-1682, betaalt als wed. van Jan Teunisz van der Wiel, en erfgenaam van Cornelis Tonis van der Wiel 45 pond 200e penning te Sliedrecht 1667,[1610] tr. 1o PIETER PIETERSZ BACKER.

vul aan akte 23,24 NL

3016. CORNELIS GERRITSZ, geb. ca. 1605, tr. NN.

3018. CLAES DIRKS VAN CRIMPEN, tr. Ottoland 2-9-1634[1628]

3019. ANNEKE JANS CORPORAEL.

3020. JAN PIETERSSEN WEERT, tr.[1630]

3021. MARICHJEN THUENES.

3136. PETER HILLEBRAN(D)TS, geb. vóór ca. 1590, ovl. na 1642? voor 1655, bij eerste huwelijk saliger Hillebrant van Munster nagelaten sone wonende met Jacob van Salingen in de Dieserstraet (1615), bij tweede huwelijk saliger Hillebrandt van Munsters nagelaten sone wonende vor die Camperpoorte (1618), tr. 1o Zwolle geref. 4-5-1615 HADEWICH GERITS, geb. vóór ca. 1595, bij huwelijk saliger Gerit Geritsen nagelaten dochter en dienstmaecht van Wijnolt Greve (1615), tr. 2o Zwolle geref. 8-12-1618 ANNA AUGUSTINUS, saliger Augustinus ter Mollen nagelaten dochter, dienstmaget van Johan Knoppert (1618).

3138. JAN DERCKSEN, geb. vóór ca. 1575, bij huwelijk Derck Claesen sone in de Sassenstraet (1600), tr. Zwolle geref. 25-10-1600

3139. HEIJLTIEN JANS, geb. vóór ca. 1580, bij huwelijk zaliger Jan Arentsen dochter in de Roggestraet (1600).

3340. ALBERT (VERHOEFF?).

3344. BERNHARD PALTHE(¥), geb. Bentheim (D) voor 1541, ovl. (kort ?) na 1577, in dienst van de Graaf van Bentheim (D), vermeld 1569-1577,[1632] tr. vóór 1567

3345. JUTTE VAN DELDEN, beg. Bentheim (D) 4-11-1597 (als Jutt Palthen [1633]), vermeld in 1583-1597.

Op 4-5-1576 vindt voor het gericht te Uelsen een verkoop plaats tussen de graaf van Bentheim, voor wie als keurnoot optreedt Bernard Palthe, en den edelen Balthasar van Dedem, voor wie als keurnoot optreedt de Bentheimsche "Burgmann" Johann von Bevern. [1634]


COMMENTAAR(¥) Wie is Bernhardus Palthe (Gildehusanus), ondertekenaar van de Verpflichtung auf den Heidelberger Katechismus, 1617.[1635]

3380. CAREL VAN MIDDACHTEN, geb. 1525, ovl. ca. 1592,[1639] heer van Hervelt, is voogd van zijn overleden broeder Hendrik van Middachten, ridder, oudsten zoon van Thonis van Middachten, heer van Middachten.[1640]

3388. HUGO VAN BEVERVOORDEN, geb. vóór ca. 1565, hofrichter te Ootmarsum.[1642]

3390. JASPER BENNINKS, geb. vóór ca. 1565, rentmeester van Nijenhuis (Neuenhaus bij Ulsen), tr. vóór ca. 1590[1644]

3391. ALEIDA HOEFSLAG(¥), geb. vóór ca. 1570.

COMMENTAAR(¥) Volgens Ref. [1645]: Aleida Hoefslag, tr. 1603 Gerhard Bennink, rentmeester te Neuenhaus 1600, 1617.
Mogelijk een tweede huwelijk?

3392. LAURENS LASONDER, geb. Enschede 1578-1583, ovl. vóór 1626, smid te Enschede Stad, tr. 1o [1647] [1648] TRIJNE OELEN, geb. 1550-1600, tr. 3o voor 1612[1649] [1650] CHRISTINA (STIJNE) COST, geb. Enschede 1597-1600, ovl. Enschede na 1654, dr. van Geerd Cost en Aale NN (zie kw. nr. 27145 sub b/6). Zij hertr. na 1626 Lambert Brouwer (zie kw. nr. 13570 sub b). Hij tr. 2o voor 1607[1651]

3393. MARGARETA (GRIETE) COST, geb. 1570-1585, ovl. 1604-1612, woonde te Enschede Stad.


Koppel vuursteenpistolen gemaakt door Gerrit Lasonder jr. (Utrecht 1710-1720).
Thans (2004) in het Legermuseum te Delft.
Foto: Casper van Bruggen, bruikleen Rijksmuseum Amsterdam.

klik op plaatje(s) om te vergroten

3394. LUCAS BECKER, geb. 1568-1577, ovl. na 1606, burgemeester van Enschede,[1685] verm. identiek met Lucas Beckers, vermeld op de lijst van schutters te Enschede (1646),[1686] tr. vóór ca. 1610[1687]

3395. WENDELA TICHELS, geb. 1550-1580, ovl. na 1595.

3400. ROTGER STROYNCK, geb. Delden 1565-1590, ovl. Delden 1627, koopman in graan (1623, 1626), herbergier (1626), kerkmeester (1618) en burgemeester (1626) te Delden, tr. Delden ca. 1605 (verm. als wednr.)

3401. JENNEKEN HELMICHSDR(¥), geb. Delden 1585-1591, ovl. 1671-1673, zet na Rotgers dood de herberg te Delden voort. In 1664 wordt het ouderlijk huis door de kinderen verkocht. Zij treedt op als wed. van Rotger Stroynck in een rechtszaak tegen Fenna Morrinck wier voorouders hypotheek hadden gegeven op "seckere gronden" (1627). Zij tr. 2o Delden voor 1630 JAN TEN MIDDENDORP, wiens huis te Delden tesamen met 120 andere afbrandt op "Hemelvaerts avent 1655", en die optreedt in rechtszaken (1658, 1670) en goederen verkoopt (1671).

COMMENTAAR(¥) Omstreeks 1570 is er sprake van Johan Helmichs te Delden [1721]. Is hij mogelijk haar broer?

3402. J(OH)AN (TOE/TEN) WAGEL(A)ER(¥), geb. Enschede Stad 1550-1580, ovl. Enschede Stad 1637-1643, schoenmaker, treedt op voor het schoenmakersgilde (1618) [1731], burgemeester van Enschede (1629) [1732], herbergier aan de Markt te Enschede (de herberg "de Swaene" wordt later door zijn zoon Lodewijk Wagelaer voortgezet), brouwer te Enschede Stad, [1733] tr.

3403. HARBERT DE LAER, geb. Enschede Stad 1570-1585, ovl. Enschede Stad na 1647.

COMMENTAAR(¥) Hij is mogelijk verwant aan :
Berendt ten Wageler, die in 1618 nalatig is bij het betalen van "enige mudden rogge jarlix", waarmee zijn huis belast is [1734].
Ghert de Waegheler, die in 1531 zijn huis aan de markt te Enschede terugkrijgt [1735].
Gert to Wageler, die ƒ 0,7,8 verponding betaalt (1601) voor 2 scepel gesei 1 dach grasz meyens, liggende buiten der stadtwigbolt in de Twickeler Marcke [1736].
Hermen Wagelaer, die een gedicht maakt (1638).[1737]
Hendick ten Waegelaer, vermeld op de lijst van schutters te Enschede (1646).[1738]
Werner to Wageler, belender te Enschede (1650).

Stadgericht Oldenzaal d.d. 13-6-1622:[1739]
Erschennen Albertus de Laer borgermeister tho Enschede, geaßistiert mett die huißfr van Jan ten Wageler unnd begert van die H. Borgermeisteren umb redelicke moverende oirsaecken datt haer E. believen will gerichtelicken die loeßkundigingh tho mogen doen ahn Johan Roeßen van die summe van twee hundert dalers tho bethalen up naestkumpstigen Christmißen luidt gegevener obligatien gerechtlichen verschrijvinge, twekcke mijn heeren Borgermeisteren also ahngenommen te willen geschien Dijt vorgaende vorß Johannen Roesen voergeleeßen sijnde nijmpt sulxc voer bekandt, unnd secht datt hie gelickfals begerende up Engelbert Pijnninck als principael tho mogen geschien, vann gelicke summe, die hie hem schuldich ijs.

3404. = 3394. LUCAS BECKER.

3405. = 3395. WENDELA TICHELS.

3406. DERK JORISSEN, geb. Enschede Stad 1590-1615, ovl. Enschede Stad 1650-1653, burgemr. te Enschede (1637),[1762] woonde te Enschede Stad,[1763] vermeld op de lijst van schutters te Enschede (1646),[1764] [1765] tr.[1766]

3407. ANNA COST, geb. Enschede Stad 1600-1610, ovl. Enschede Stad na 1661.

3416. =3392. LAURENS LASONDER.

3417. =3393. MARGARETE COST.

3456. DERICK RERINCK, geb. vóór ca. 1550, beleend met Rederinck (1570), burgemr. van Doesburg ca. 1600.[1773]

==== BELENINGEN ====
Dat gued "to Redering", in groten : die hofstat ende 35 maldersaets hoges lants, to gueder maten. Item een weidemait, schiit an Mennynck, geheiten "Rederinx-weidemait". Item 1 stuck beneven Widenstraet, geheiten "Rederinx slach". Item 1 slageken in den Ongevoirde. Ende 1½ slegekijn in den Eketghoir, myt al des gudes tobehoir, als dat leget in den kirspel van Hengel, to 5 marcken.[1774]
Oct. 1417 : Ailbert Redering. Hulder is Henric Redering.
11-12-1420 : Ailbert Redering, mondig, doet zelf den eed, na doode van zijn oom en hulder Henric.
27-5-1468 : Johan Rederinck Aelbertsz.
23-1-1495 : Derick Rederinck na doode van zijn vader Johan.
12-12-1517 : Johan Rederinck, onmondig, na doode van zijn vader Derick, en na verzuim. Derick Putzeller, rentmr. van het land van den Berge, is hulder.
30-1-1560 : Idem doet zelf den eed, en lijftocht zijn vrouw Elisabeth Ridders.
11-4-1570 : Derick Rerinck, na doode van zijn vader Johan.

3464. J(OH)AN PAUWEN, ovl. tussen 21-5-1631(1635?) en 12-8-1639[1781], voogd (1615), gegoed te Lochem, o.m. in de Pauwenmate[1782], tr. 1o Lochem 4-7-1585[1783] URSULA ROTGERS, ovl. 1595?-1605[1784], wed van Johan Seinen, (bij tr. vermeld als Ursula Seinen), tr. 2o voor 2-6-1606[1785];(¥)

3465. MARGRIET (GRYETTE) WITBECKER(S), ovl. na 24-5-1654[1786], als Jan Pauen vrow Grite doopget. (1608), deed belijdenis te Lochem in 1609[1787], testeerde als wed. te Lochem 12-8-1639[1788], is in 1644 lam en impotent, tr. 1o Lochem geref. 27-12-1596 (get. Lambert ten Berenpass, Jacob Schaelen, Arndt Koester) [1789] HELMICH WOLTERSZ TEN PERENPAS (BERENPAS), ovl. 1596-1606, schoenmaker te Lochem[1790], doet belijdenis 22-10-1626.

COMMENTAAR(¥) Het is niet onmogelijk dat Johan Pauwen nog een keer getrouwd is geweest : in het trouw boek van Lochem vinden we :
16-3-1591 Johan pauwen des poertyrs soen und Anna van graess.
Dit zou dan betekenen dat ursula Rotgers in 1590/91 overleden is. Bij de dopen van zijn kinderen staat helaas alleen de vader Johan Pauwen vermeld en geen moeder.


COMMENTAAR(¥) Wat is het verband met Johan Pauwen Stevensz, tweede (stads)roededrager van Zutphen (1652-1662). [1791]

9-5-1605 : magescheid: 2-6-1606, 2-3-1612, Jan Pauwen geeft hun kinderen een koeweide in de Pauwenmate.[1792]
10-6-1608: Jan Pauwen en Margriet Witbeckers kopen twee koeweiden op de Mollenmate en 5 schepel bouwland in de Zijden Enck onder Lochem .[1793]
12-2-1620 : Jan Pauwen en Margriet Witbeckers verkopen een molder geseys op Zijden Enck .[1794]
21-8-1625 : Jan Pauwen en Margriet Witbeckers testeren en lijftochten elkaar in hun huis en hof in de Walderstraat te Lochem , koeien, varkens, zaad.[1795]
3-3-1628: Johan Pauwen en zijn h.v. Griete verkopen een koeweide op de Pagenkoppele.[1796]
21-5-1631 : Jan Pauwen en Margriet Witbeckers verkopen een koeweide op de Pauwenmate.[1797]
18-1-1635 : Johan Pauen e.a. treden op namens het schoenmakersgilde[1798]
12-8-1639 : Margriet Witbeckers testeert als weduwe, zij kan niet gaan maar is van goed verstand.[1799]
13-10-1643 : Margriet Witbeckers sluit met toestemming van haar zoon Jan Pauwen en met Arndt Witbeckers genaamd Koster als haar momber een alimentatie contract met haar zoon Hendrik Pauwen.
22-11-1644 : Arndt Witbeckers genaamd Koster was haar momber toen zij "lam en impotent" zijnde, een stuk bouwland op de Sijden Enck transporteerde.[1800]
24-5-1654 : Jan Pauwen als volmr. van Griete Witbeckers wed. van wijlen Jan Pauwen (volmacht Steenderen 19-5-1654) transporteert aan de Eerw. en Hooggeleerde Johannus Ludovicus Olmius, predikant alhier en zijn h.v. Margrieta Garverdinck de halfscheid van de hoijerscamp.[1801].

3466. EGBERT VAN VREDEN (TE NIJKAMP), ovl. na 1646, door zijn huwelijk bouwman op Nijkamp in Klein Dochteren,[1811] otr./tr. Lochem/Klein Dochteren 31-12-1609/... ("Egbert van Vreden Rikelens son to Vreden unde Agnes Nikampt dochter van Herman Nykampt in klene zidt Duchtere gecoppeliert"),[1812]

3467. AGNES NIJKAMP, deed geloofsbelijdenis te Lochem in 1618 als Agnes te Nijkamp, vrouw van Egbertt te Nijekamp[1813].

3-11-1646 : Opgave voor de verponding van 1649 : Egbert Nijkamp, eigenaar van Jor.Keppel: gesaey 8 molder half tiendbar, hofland 1 schepel, 14 koeweiden, betaalt voor huis hof en weiden 54 dlr.[1814]

3468. JAN WYLLE(C)KES (WILKES)(¥), ged. verm. Lochem geref. 12-7-1590 ("gedoept Willeken van Embdens Soen"), ovl. na 1655, doopget. (1614..1623), otr. 2o Lochem geref. 6-6-1625 (als wednr. van Oletgen Elprinck) GRIETE LAMERTS (OP DEN PAEL), ovl. na 1655, j.d. van Lamert Jansen op den Pael te Verwolden, otr./tr. 1o Lochem/Zutphen geref. jan 1612/5-1-1612 (als zoon van Willem van Emden te Lochem)

3469. AELTKEN (ALKYNN) ELBERINCK, geb. vóór ca. 1590, ovl. 1622-1625, dr. van Berndt Elberinck te Nahayss.

COMMENTAAR(¥) Is er verband met Willem en Coenraedt Anthonissen Willekes, ca. 1620 te Voorst.[1815]

Johan Willekes en zijn h.v. 5-1-1630[1816] en 31-5-1630[1817]
Jan Willekes en zijn h.v. Grietien, 14-5-1655[1818]

3488. NN BRETHOUWER, geb. vóór ca. 1580.

3500. WIJNE GERWIJNSZ, geb. ca. 1586, ovl. vóór 1643, woont te Aalten (dorp).

3520. JOHANN(ES) WESTENBERG, ovl. 1580 aan de pest[1856], priester en vicaris te Bentheim (1554-1566). rector en professor te Bentheim.[1857] Volgens Ref. [1858] is zijn afstamming niet verder duidelijk. Wel worden in de graafschap Bentheim reeds vanaf 1489 naamdragers Westenberg gevonden. De Bauerschaft "ton Westenberghe" wordt reeds in 1369 en 1372 in oorkonden genoemd. Volgens Ref. [1859] echter een zn. van Wesselus Westenberg en Maria Elisabeth Werninks. Hij tr. vóór 1571

3521. MERRICKE NN, ovl. Bentheim 1601, genoemd als wed. van Herrn (=Geistliche) Johann Westenberg die blijkbaar na de invoering van de reformatie in de graafschap Bentheim tot de nieuwe leer was overgegaan en getrouwd. Zij betaalt (1595) rente aan de Bentheimer Armenkasse van wie zij een som geld had geleend met als onderpand haar "hausz und hofff alhie zu Bentheim bei Johan Stoltenkamps und Lambert Schlüters behausung belegen".[1860]

3522. Ds. JOHANNIS (JOANNISZ) SUTORIS (SCHOEMAKER)(¥), volgens Ref. [1904] afkomstig uit een aanzienlijk geslacht van Etisburen, gelegen in Munsterland, onder de stad Rheine, ingeschreven als student filosofie en theologie aan de Universiteit van Franeker 30-6-1591 ("Joannes Joannis Sutoris, Neukirckhensis Hassus")[1905] predikant te Oehne [1906], Johannis Sutoris, Neohusensi et Velthusensis administer,[1907] ondertekenaar van ..(vul aan).,[1908] tr. vóór 1567

3523. ALEIDA DE GRAEFF (VAN GRAES?), geb. vóór ca. 1550.
Sutor / Sutoris
kele fragmenten Sutor(is) waarvan het verband met kwartier nr. 3522 onbekend is.

Dr. Joannes Sutorius, gemachtigde van Maurits graeff tot Bentheim.[1909]

Rudolphus Sutor, predikant te Meeden 1601-1605, ovl. na mei 1605.[1910] leerling van Prof. Dr. Conradus Vorstius, hoogleraar te Steinfort, onder wie hij op 29-7-1598 voor de tweede maal disputeert de Nominibus DEI,

Magdalena Sutoris, tr.[1911] Ds. Jan (Johannes) Dalhof, ingeschreven als student theologie aan de Universiteit van Groningen 10-12-1658 ("Johannes Dalhof, Northornia Westp."),[1912] predikant te Ulsen, zn. van Jan Dalhof, burgemeester van Northorn en Christina Kestringh.[1913]

Ds. Johannes Sutorius, geref. predikant te Dalen (1600-1602). [1914]

Ds. Menco Sutor (Onensis), geb. vóór ca. 1575, ovl. Geerdsweer 1639, predikant te Freepsum (1600/01-1605), Nordhorn (Bentheim) (1605-1624), Logumer Voorwerk (1624-1632), Geerstweer (1632-1639),[1915] tr.[1916] [1917] Leentje (Magdalena) Toxopaeus, geb. Larrelt (Ost-F) ca. 1602, ovl. Larrelt (1658), woont van 1640-1658 "in de kleine Pastorie behuisinge" te Larrelt, dr. van Ds. Lubbertus Toxopaeus, predikant te Larrelt, en Geeske Johans Fewen[1918] vermoedelijk een zoon van dit echtpaar is

Hermann(us) Sutorius/Sartorius, geb. 1618/19?, ovl./beg. Oosterhuisen/Hinte (Ost-F.) 1655 ("36? jaar oud"), ingeschreven als student theologie aan de Universiteit van Groningen 25-4-1640 ("Hermannus Sartorius, Bentheimico-Gildhausensis-Westphalus"),[1919] komt op 23-12-1640 als studiosus met attestatie van Groningen naar Geerstweer.[1920] predikant te Gandersum 1642-1655 (D) (bevestigd op 3-10-1642),[1921] tr.[1922] [1923] Hajcke Lubberti Toxopaeus, geb. Larrelt (Ost-F) ca. 1619, ovl. 5-4-1704, beg. Hinte (Ost-FF), dr. van Ds. Lubbertus Toxopaeus, predikant te Larrelt, en Geeske Johans Fewen[1924]

3528. ALBERT SLUITER(S) (SLÜTER)(¥), geb. ca. 1558, ovl. 1631-1641,[1975] vermeld als Albert Sluter op de lijst van geref. lidmaten te Borculo opgemaakt 26-9-1616 en kort daarna op 6-10-1616 aanwezig "bey dem dische dez Heren Jesu Christi" aldaar, doopget. (1627, 1631), vermeld als "Albert Slüter, gewesene provisor" op de lijst van geref. lidmaten te Borculo opgemaakt anno 1631, vermeld als overleden man in de Informatiën en kondschappen stad- en landgericht Borculo (1641),[1976] burgemr. van Borculo,[1977] provisor (gasthuis- of armmeester) van de stad Borculo (voor 1631), [1978] door graaf Otto van Limburg Stirum belast met het toezicht op kerkelijke zaken in de heerlijkheid Borculo,[1979] leeft nog 1653 volgens Ref. [1980]. tr. 2o voor 1631[1981] MECHTELT BONTART (BOCKSTARTZ), ovl. na 1631, is in 1631 doopgetuige als richtersche ende vrou Sluters, tr. 1o [1982]

3529. MARIA TELMANS, ovl. 1616-1631, vermeld als "Albert Sluter, Maria, sein frouw, obiit" op de lijst van geref. lidmaten te Borculo opgemaakt 26-9-1616 en kort daarna op 6-10-1616 aanwezig "bey dem dische dez Heren Jesu Christi" aldaar.

COMMENTAAR(¥) Wie is Jacob Sluijter, burger van Zutphen 25-6-1624.[1983]

3530. JACOB SAAL(E)KIN(C)K, vermeld in de lijst van geref. lidmaten te Neede, opgemaakt in de jaren 1624-1655, brouwer,[2027] en korenhandelaar,[2028] had een bierbrouwerij en graanhandel tegenover de kerk in Neede, [2029] eigenaar van een huis in het dorp Neede (1650),[2030] tr. vóór ca. 1605[2031]

3531. SWENNE KREMER.

3532. GERRIT WIJGINCK, geb. ca. 1575-1569, ovl. 1612-1626, afkomstig uit Vreden in Munster, burger te Vreden (1610),[2032] tr. vóór 1602[2033]

3533. AELKEN (AELTJE, ELSKE) GEVERS, geb. vóór ca. 1580, ovl. na 1654, afkomstig uit Vreden in Munster, woont te Eibergen (1639, 1641), tr. 2o voor 1635 (1631?) DERRICK ABBINCK, ovl. vóór 1635 (1631?),[2034] mogelijk zn. van Derck (Diederich) Abbing te Vreden,[2035] en wellicht identiek aan Dieterich Abbinck die op 5-4-1625 Vreden ontvluchtte.[2036]
Een AELKEN GEVERS otr. 3o Deventer 19-8-1655 met attest op Zutphen (zij als wed. van Borculo in de Lange Bisschopsstraat, hij als wednr. te Zutphen),[2037] WILLEM JANS, wednr. te Zutphen (1655). Is zij kw. nr. 3533 of een dr. van Michiel Gevers?

Een Gerrit Wyginck en zijn vrouw Stine hebben een woning bij het Rathaus te Vreden.[2038] Is dit kw. nr. 3522 of mogelijk zijn vader?
Op 27-6-1587 geeft Steffen Jansen een volmacht aan onder andere Gerrit Wyginck om al zijn zaken binnen en buiten de stad Zutphen te behartigen.[2039] Wederom mogelijk de vader?
Op 31-7-1602 verkoopt Johan Elderinck, burgemeester van Groenlo, namens Thomas Middeldorp en zijn vrouw Alheidt van Buerst aan Gerrit Wyginck en zijn vrouw Aelken hun "erfe und goet Grevinck, mit huijs und hoff, und twie bijliggende und daerthoe behoerende cavensteden, die eine Buerser Hagen, die andere de lijftucht, daer Goissens Evert up verstorven is", in de buurschap Meddo met als begrenzingen mit einer sijdt ant guet Haeffken, mit der ander sijdt ande Walfaerdt gelegen, mit einen ende anden Snippe, mit den anderen ende ant Hasenfelt schietende." Bij het goed Grevinck gaat het om het erve, dat later (ca. 1700) wordt gesplitst in twee erven, respectievelijk Alefs en Essenhuis geheten. Bij de genoemde akte in 1602 werden tevens verkocht "twie thenden, ider van 9 schepell spilkorn, so uth Sybinck und Gerverdinck jarlicks up dach Blasy" verschijnen. Met "dach Blasy" wordt hier bedoeld Blasius episcopus = 3 februari.[2040]
Op 18-1-1610 is sprake van Albert Marienborg, Herman Redigher en Garrit Wyginck, burger te Vreden, over een schuld van Marienborg aan Wyginck.[2041]
Op 20-7-1610 wordt Gerrit Wyginck burger te Vreden genoemd.[2042]
Op 5-3-1612 procedeert Garrit Wyginck tegen Geerdt Bollen den jongen.[2043]
Op 12-6-1612 heeft en/of bewoont Gerrit Wickinck het huis aan de Korte Hofstraat te Zutphen dat in 1642 door zijn erfgenamen verkocht wordt.[2044]
Op 8-7-1626 wordt de weduwe Wyginck vermeld die op dat moment van Herman Grievinck Thonyszoon de pachter op Grevinck, nog 150 daler pacht tegoed heeft.[2045]
Op 28-5-1629 kopen de vier zonen van wijlen Gerrit Wyginck, te weten Hendrick, Gerhardt, Johan en Gerrit (ook wel Govert genoemd), Wyginck het erf und guedt Walfahrt in Meddehoe van Coene ter Walfahrt en zijn vrouw Hermken, waarbij overigens enkele stukken bouwland van de verkoop worden uitgesloten.[2046]
Aeltien Gevers is vermoedelijk al weduwe van Derck Abbinck voor 24-5-1631, omdat een zekere Aeltien Gevers op die dag samen met Jurriaan van Gescher gemachtigd wordt in een Zutphense acte om zaken te doen in Vreden, waar zij burgers zijn. Zij wordt hier zonder echtgenoot vermeld en aannemelijk is dat het om dezelfde Aeltje Gevers gaat.[2047]
Op 15-6-1632 wordt overgedragen aan "die weduwe van zal. Gerrit Wyginck und haeren erven' een stuk hooiland bij Winterswijk, in het buurtschap Meddo, dat eerst in gebruik was bij Coene ter Walfart.[2048]
Op 20-9-1632 "Erschenen Rotger van Graes, undervoogt thoe Wenterswick, als volmr. van Jurgen Haselbroecks voer sich und als gevolm. van Vijt und Herman Joesten gebroederen und Luinmeken(?) Joosten haer suster, voorts van Jan Joosten ..., sone und mede erfgenaem van Joost Smit van Wenterschwick, die bekande in namen und van wegen sijnes principalen verkoft te hebben an Elsken Gevers, wedtwe sal. Gerrit Wygincks, haer kinder und erven, twie stucken groenlandts, die Colcks maet und Benge maetken gnt., an und negst den anderen inden kerspel Wenterswick buerschap Meddehoe, mit eener sijdt an koeperen guedt ten Walfahrdt, mitter ander an Theinck Maet und die Vaeltrijt in haren bepalingen gelegen, mit eenen ende oick ant Walfahrdt, mitten anderen an Hermelinck goor schietende, gestalt zij dieselve van haren olderen Joost Smit und Hendersken ten .... sijn angeervet. [2049]
Op 12-2-1635 is er een geschil tussen de weduwe van Derick Abbinck en de voogden over de kinderen uit haar eerste en tweede huwelijk, over de nalatenschap "der eerste en tweede eheluiden". Afgesproken wordt dat na het overlijden van de moeder "beijder ehekinderen in alle vaderlicken en moederlicken goederen beyder ehe gelyckelick erven sollen".[2050]
Op 17-1-1639 verkopen Henrick Mentinck en Joost Volmer in namen und als volmr.s van Geesken Arents, weduwe van Jasper Dappers, aan Aelken Gevers, weduwe van Derick Abbinck, tegenwoordig woonende te Eibergen, het "van dat erff und guedt Boinck und die catenstede Camphuijs, beijde inden kerspel Wenterswick buerschap Medehoe gelegen mit derselven toebehoer und gerechticheit".[2051]
Op 3-1-1639 : Erschenen Henrick Mentinck und Joost Volmer in namen und als Volmachtigers van Geesken Arents weduw wijlen Jasper Dappers, und exhibierden een Volmacht onder der Stadt van Deventer Segel und Secretarij Ass: Strockel handt, versoeckende dieselve den Protocolle woortlicken t'inserieren, und bekanden krafft derselver volmacht in nahmen harer Principalen inde Volmacht gespecificiert und derselver erven voer eene walbetaelte summa geldes rechtes steden ewigen und onwedderroeplicken erffkoops avergelaten und verkofft te hebben, averlieten und verkofften hiermitt und in krafft deses, ahn Aelken Gevers, weduwe van zal. Derick Abbinck und haren erven dat Erff und Guedt Boinck und die Catenstede Camphuijs beijde inden Kerspell Wenterschwick Buerschap Medehoe gelegen mit derselven toeboehoer und gerechticheit voor doorschlechtich kummerfrij, deses in qualiteit der volmacht hiernae beschreven gecediert und uthgegaen daerop mit hant halm und monde vertegen, wahrschap und vestnis gelaefft nae landtrechte und Inholdts der Volmacht sonder exception und argelist. Volgt den inholdt obgemelter Volmacht:
Wij Burghermeesteren, Schepen ende Raedt der Stadt Deventer tuigen openbaer certificierende voorde gerechte waerheit in ende vermitz desen dat voor ons gecompareert ende erschenen sijn d' Erbare Geesken Arents, weduwe wijlen onse Mede Raedts Verwandt Burgermeester Jasper Dapper, g'assistiert door den E. Joan van Warckell haren schoonsoon ende verkoren mombar als eigenaersche voor de gerechte helffte, voorts Henrick Oistendarp onse Mitburger voor hem selffs ende als Man ende Mumbar van Jannitgen Nijlandts daervoor hie cavierde de rato, voor een derde part in de wederhelffte, mitsgaders Gerritz Arents oock Burger alhier mede voor hem selffs ende in namen und van wegen Gertken Kluppels sijne huijsfrouwe, als oock wegen den drien noch onmondigen Kinderen van Jacob van Souten tot Harderwijck bij Jannitgen Cluppels zal. ehelijck verworven, daervoor hie respectivelick tot allen tijden gelaefde in toe staen, als t'samen uittet Erffhuijs van zal. Burgermeester Henrick Cluppel bij Maeggescheit, onder anderen, vercregen een gelijck derdepart, und eintlick Joan Dapper insgelijken voor hem selven ende sich sterk makende voor sijnen afwesenden broeder Gerrit Dapper, beijde wonende tott Rotterdam. Daerbeneffens Jacob Hoijer tot Drosten woonachtich oock voor sich selffs ende als Man en de Mombar van Agnes Dappers daervoor als mede voor Catharina, Gertgen ende Aeltgen Dappers sijne schoonsusteren alle Kinderen ende erffgenamen van zal. Gerrit Dappers en Agnes Suijren, dewelcken te samen toebehoort het derde ende leste derdepart zaliger Jan Dapper ende Jacob Hoijer sampt ende besonder ende een voor all sich ingelaten en mitz desen de ratio gecaviert. Ende kanden hiermede ende crafft deses, inder bester en bestendigster forma ende maniere van rechten geconstituiert ende volmachtich gemaeckt tho hebben tho waren, Henrick Mentinck tott Bredevoort ende Joost Volmer tott Wenterschwick, Gevende denselven volcomen macht, authoriteit en de sunderlinge beveell om in namen ende vanwegen constituenten ende derselver respective erffgenamen, voor alsodane anparten als hiervoren gementioniert, ende mede voor eene somma geldes, daervan sie hen respectivelick nae eenes Jederen verhaelde quota offte andeele, bedanckten goeder betalinge, den lesten penninck metten eersten, tott behoef ende erffdomelicken eigendom der eerbare Aeltgen Gevers, weduwen van zal. Derck Abbinck, tegenwoordigh woonende tott Eibergen, ende haren erffgenamen, eeuwichlick ende Erfflick daer ende sulx behoren sall, te transporteren, cederen ende optedragen, haren constituenten bes her tho in manieren voorgeschreven gemeen gewesene Erve ende goet Boijnck genambt, ende die Catenstede Camphuis, beide mit oiren toebehoeren olden ende nijen rechte ende gerechtichei-den int Kerspell van Wenterschwick Buerschap Medeho in de Graeffschap Zutphen in hare respective bepaling gelegen, voor een vrij allodiael ende eijchelick goet, met geenen tienden beswaert, dan allene met roet ende onroet, gelijck onder ende boven, Soe ende als constituenten alle t'selve recht ende vredelick gepossidiert ende beseten und volgens dien den twieden Februarij Anno den vj C achtendertich vercofft hebben, Brederen inholdts eener Coop=soedulen ten dage ende jare voorschreven opgericht ende ten wedersijden onderteickent ende ons in originali gerichtlick vertoont, Oversulx na gedane cessie ende transportbrieven in forma toe doen depescheren der constituenten personen en de goederen voor die evictie in plaetze van waer offte waerschap te verbinden ende voorts generalick alles ende ingelix te doen ende te laten wes die noitdruft ende coustume locaal erforderen mogte ende constituenten selffs persoonlick present sijnde, enichsins souden connen mogen ende behoiren te doen: Alwaart oock schoon soe datter naerder offte specialer bevell dan hierinne geexpressert van node mogte wesen. Welcke Constituenten den voornoemden oiren Constitueerden in ende over all sampt ende elx int besonder ten besten mitz desen willen hebben gegeven, Oock met macht om des noot, enen anderen te mogen substitueren. Belovende voor goet, vast, angenaem ende van werden te holden ende te doen holden alles wes in Saecken voorschreven nae rechtes behoiren gedaen ende geeffectuert sall worden onder Verbandt als nae rechte. Sonder argelist. In Waerheits oirkundt Stadts Secreet Segell beneden op het spatium van desen gedruckt. Gegeven inden jare sestijnhondert negen ende dertich den derden Januarij. Was versegelt ende onderschreven: Ass.Strockell, Secret. [2052]
Op 14-2-1639 Erschenen Jan Haeffkens die bekande voor sich sijner huijsfrouwen und Erven, oprechter wetlicker schuldt schuldich te sijn Aelken Gevers, wed: van zal. Derick Abbinck und haren erven die Summa van sestich Dall.: hollants, voor welcke vorschr. Summa hij Haeffkes gemelte Aelken Gevers offt derselver erven vermits desen geset ende gestellt een stuck Bowlandts die Ileberges Bre genant Inden Kerspell Wenterschwick Buerschap Medehoe gelegen, omtrent van twie schepel geseij, welck vorschreven stuck jae(r )lix beseijen und regieren, waervan Sie Aelken vorss. offt erven Acht jaeren nae den anderen volgende dit 1639 Jaer eerst beginnende tott het jaer 1646 incluis toe wannehr die derde garve voor den Landtheer eerst affgetrocken, het gewass mitten stroo sall heffen und boeren. Und die gemelte sestich dall: hiermede doot, quijt und betaelt sijn.. Alles dennoch bij veronderpandongh sijner gueder sonder exception und argelist. [2053]
Op 10-10-1639 bekent Henrick Sijbinck "voor sich und sijnen erven rechter wetlicker schuldt schuldich der wedtwen Aelheit Gevers die summa van 49 dall., herkomende van verstaenen thynden, gelaeffde daer van tegens anstaende Meij 1640 d'halfte und die andere halfscheidt in twie naestvolgende jahren gewisslick und onfeilbaer te betalen, bij veronderpandongh aller sijner gereiden und ungereiden goederen und peen van reeale und parate executie, als of die selve mit allen rechten daervoor ingewonnen und uthgesleten wahren."[2054]
Op 15-4-1641 Erschenen die Weledell und Gestrengen Detherick Philips van Wilich, Heer tott Praestinck, In nahmen und als Volmachtiger des oock Weledelen und Gestrengen heren Herman van Diepenbroeck Heer tott Bulderen, daervan genoechsame Volmacht voor Engelbert Schmele Richtern der Stadt Coesfeldt onder gemeltes Heren Richters Segell in dato den Achtundtwintichsten Februarij Sestijnhondert Een und Viertich onder des Notarij Joannis Ronneboems handt voorbrachte, die bekande In nahmen sijns heren Principalen Constituenten und sijn WolEdl. Erven voor eene walbetaelte summa geldes rechtes steden ewigen und onwedderroeplicken erffkoops avergelaten und verkofft te hebben an die Ervest und Wolfurnehme oock Ehrbare und Thuegentsame Henrichen Willinck Lisabeth Hardes eheluide, Michael Gevers und Aelken Gevers, weduwe Wigincks respective burger und inwonner tott Wenterschwick, Zutphen und Eibargen, und haren rechten erven sijns heren Constituenten Drie frie Erven und goederen, alss nemblick Gielinck, Möller und Menninck genant inden Kerspell Wenterschwick Buerschap Corle mit allen daertoe gehoerigen olde und nije gerechtigheiden in hare bepalongen gelegen, niet daervan uhtgesondert, voor doorschlechtich kummerfrij, uhtgesondert van oldes daeruhtgaende beswaer. Deses in qualiteit voorss.erfflick gecediert und uhtgegaen, daerop mit hant, halm und monde vertegen, wahrschap, verner und beter verschrijvongh, oock speciale wahrschap voor eviction, und erffvestnis gelaefft nae Landtrechte, Bij veronderpandongh sijnes Heren Principalen Erff und goederen, so voell deren daertoe van noeden in wes heren landen dieselve gelegen und antetreffen wehren. Sonder exception und argelis [2055]
Op 8-5-1645 Erschenen Jr. Adrian van Eerde ten Pleckenpoell die bekande voor sich und sijnen erven voor eene walbetaelte summa geldes rechtes steden ewigen und onwederroeplicken erffkoops avergelaten und verkofft te hebben an die Erbaren Aeltgen Gevers und haren erven een stuck Landes die Stoltenborch genant, omtrent tijn schepel geseij groot, inden Kerspell Wenterschwick Buerschap Korloe gelegen, onder het goedt Debbinck gesortiert gewesen, mit den eenen ende schietende anden groenen Wegh, mitten anderen an die roeijstege, mit eener sijdt an Lenssinck, mitter ander an Geerdes Landt gelegen, mit dessen toebehoer und gerechtigheit voor doorschlechtich ende mit gienen tienden, diensten, Voegdesgarven off Portiersgarven, noch enigen uhtganck beswaert, deses erfflick gecediert ende uhtgegaen. Daerop mit hant, halm und monde vertegen, wahrschap verner und beter verschrijvongh und vestnis gelaefft nae Landtrechte, Bij veronderpandongh Sijner goeder. Sonder exception und argelist. [2056]
Op 7-3-1646 verkopen "Hans Henrick de Swicker ende juffr. Anna van Olthuys eheluiden" twee erven, een goede brouw(erij) en middelhuis gelegen in de buurtschap Brammelerbroeck bij Nede aan "Arent Marrienborch en Aeltien Gevers eheluiden mitsgaders Aeltien Gevers weduwe Wygincck ende Abbincx en haer respectieve erfgenamen.[2057] In het kerspel Neede, buurschap Brammelo bezit de weduwe Wyginck met Arent Marienborgh het erf Middelhuis.[2058]
Op 25-6-1646 machtigt "Aelken Gevers weduw Abbincks" haar zoon Govert Wygincks inzake een zekere Henrich Holtman.[2059]
Op 8-12-1648 treedt Lambert Abbinck op namens zijn moeder Aeltijn Gevers, weduwe Wyginck' tegen Jan Kamphuis uit Meddo inzake een bedrag van 68 gulden en 17 stuivers.[2060]
Op 10-4-1649 hebben Jan ter Woort en Gertruidt Bolandt, ehelieden, "avergelaten en verkoft aan Aelken Gevers, wed. Abbink, en haere erven, sodane stedigheid van eenen halven rijder off 24 stuyver als haer jaerlix uht den erf unde goede Aleffs goedt genant, inden kerspel Wenterswick, buhrschap Medehoe, is competeerende en toebehoerende geweest. [2061]
Uit het verpondingskohier van circa 1650 blijkt het familiebezit (waarvoor Govert Wijginck als eigenaar wordt genoemd) in Meddo te bestaan uit de hoeven Grevinck, Hagens, Gosens, then Waltvaert, Boijnck aen die Loerdijck en Kamphuis, twee stukken groenland de Colcks maet en Benge maetken, en tienden uit Sybinck en Gerverdinck. Bovendien blijkt de weduwe Wyginck op dat moment nog eigenaresse te zijn van erve Mollers in de buurschap Corle onder Winterswijk.[2062]
Aelken Gevers komt nog tot circa 1655 in de archieven voor. Voor het Hof van Gelre is zij partij in een tweetal civiele processen. Het eerste proces [2063] speelt in de jaren 1648-1651. De tegenpartij is Warner Rump namens zijn pachters Henrick en Bernt Nienhuys. Tussen een mathe van Nienhuys en de Camphuyses camp, van welke laatste de weduwe Wyginck eigenaresse is, is gelegen "een steghe die de selve beijde van den anderen separiert ende scheijdet". Het geschil draait er om wie van beide partijen gerechtigd is op de steghe te maaien en hout te houwen. In december 1647 machtigt Aelken Gevers o.a. haar zonen Henrick en Govert Wyginck en Lambert Abbinck om voor haar op te treden. Lambert zal dan dus meerderjarig moeten zijn.
Het tweede proces [2064] speelt in 1654. Tegenpartij zijn hier de Ripperda's op Buurse voor hun pachters Jan ter Slippe en Dries toe Vaeltrijdt wegens vermeend recht om over grond van de weduwe Wyginck "plaggen van den steengroefven" naar "Esselincks bouwlandt of elders" te brengen.

3536. NN (ZUM KOTHEN), parentatie niet bewezen.

3544. = 3528. ALBERT SLUITER.

3546. = 3530. JACOB SAALKINK.

3547. = 3531. SWENNE KREMER.

3564. NN VAN MARHULSEN(¥), tr. vóór 1615

3565. NN, ovl. na 1654? namens wie haar zoon Gosen van Marhulsen in 1654 procedeert.

3568. = 3532. GERRIT WIJGINCK.

3569. = 3533. AELKEN GEVERS.

3580. ESKEN TE WINCKEL[2170], ged. Lochem 30-10-1588, ovl. 1616-1656, doopget. (1610), j.m. te Duchteren (1614), als opvolger van zijn vader bouwman op "Winckel", tr. Lochem geref 1-1-1614[2171]

3581. CATHARINE (TRIJNE) ZWEFERINCK, ged. Lochem geref. 16-2-1595, ovl. na 1657, j.d. te Duchteren (1614), wordt soms ook Trijne toe Winckel genoemd, tr. 2o voor 1656 [2172] DERCK ENDERINCK(¥), ovl. na 1657.

COMMENTAAR(¥) Zou hij zijn
Derick, ged. geref. Lochem 28-4-1610 als zn. van Allert Margensterne, "wont op Enderinck", en Aelken sien vroue, (get. Derck Stralman).

Op 2-12-1656 maken Derck Enderinck en zijn huisvrouw Trijne toe Winckel, laatstgenoemde geassisteerd met Nicolaus Wussinck, een dispositie. Hun kinderen zijn Esken Enderinck en zijn halve broeders en zuster met name: Lammert toe Winckel, Henrick toe Winckel en Mechtelt toe Winckel. Esken Enderinck zal het aangekochte land van Clein Enderinck, in Groot Duchteren gelegen, behouden. Zij wordt ook Trijntje Sweverinck genoemd. Tot voogd en momber over Esken Enderinck wordt gesteld Nicolaus Wussinck. [2173]
Op 25-5-1657 transporteren Derck Enderinck en zijn huisvrouw Trijne Sweverinks aan Hendrick Sweverinck en zijn huisvrouw Grietjen Lendrincks en aan Alert Sweverinck en zijn huisvrouw Effse Lenderinck. [2174]
Op 10-11-1657 geven Derck Enderinck en zijn huisvrouw Trijne toe Winckel een schuldbekentenis aan Lucas van Lennick en zijn huisvrouw Jenneken van Lijnt. [2175]
zoek op RA Scholtambt Lochem, vrijw. zaken f73, d.d. 4-10-1627 en f71, d.d. 2-12-1656
vul aan ppp 11/255/62

3582. NN (CLUMPERS).

3616. TEUNIS (THONNIS) GERRITSZ TEN CATE, geb. Borne ca. 1575, ovl. Borne ca. 1642 (voor nov. 1643), coopman te Borne, vermeld 1610-1642, veelal als lakenverkoper [2188], tr. ca. 1600 [2189]

3617. MARIA (VAN CALCAR?), geb. (Vreden?) ca. 1580, ovl. Borne ca. 1650 [2190].

voeg toe aanvullingen familieblad
Theunis ten Cate ondertekent op 10-10-1612 met 14 andere doopsgezinden in Twente, waaronder zijn broer Hendrik, een request aan de Regeering van Deventer, waarin verzocht wordt om de beloofde godsdienstvrijheden te eerbiedigen [2191].

"20-4-1640 sint Tonis Ten Kaete ende Tonis Gerritsen van Borne als borgen vor een Mennisten leeraar genoemt Riecke t'Gronninge gebannen en die hier in Twente vermaninge gedaen geaccordiert voor twie summen van twie hondert Car. gld. Deze Broecke betaelt." [2192].
Register van de 500ste penning Borne 1675 [2193]
"Bij apostille van de Gedeputeerden van den - 16 (of 15) Octob: 1680 op de requeste van Lambert ten Cate, Gerrit Teunis, Tonnis Gerrits ten Cate, Ditmar Wijnant, Tonnis Stevens en Jan Tonnis, is verstaan dat deselve Supplianten haren 500sten penn: over een somme van 11600 gl. Zal worden vermindert, te beginnen met den jare 1677."

3632. PIETER HESSELIN(C)K, geb. Bocholt 1589, ovl. Deventer 1670, bombazijnwerker te Deventer [2233], tr. Deventer 1617 [2234]

3633. BERENDJE ALOFS.

3640. BEREND ALBERT LUBBERTS KREMER, tr.[2258]

3641. HEILKE EDEN.

3644. HENDRIK VAN CALCAR (CALCKER), geb. Vreden (Westfalen) ca. 1580, ovl. verm. na 22-3-1659, koopman te Vreden, vlucht op beschuldiging van wederdoperij in juli 1612 naar Burgsteinfurt (Westfalen), burger (1616) en koopman in het "Houcks oder Kalckers hauss" in de Hahnenstrasse naast de Kalkersteg te Burgsteinfurt, wijkt kort na 14-6-1633 uit naar Deventer, machtigt zijn zoon Mattheus van Calcar voor schepenen van Deventer op 16-6-1642 (inzake de erfenis van zijn tante Maria Jacobsdr van Hummel, wed. van zijn oom Jan van Calcker), tr. Vreden ca. 1605[2261]

3645. KATARINA (VAN) HACKENBROCK, geb. waarsch. Vreden vóór ca. 1585, ovl. vóór 16-6-1642, vermeld te Burgsteinfurt 25-1-1633.

De Hackenbroicks zegelen in 1608 met een boom.[2262]
"Unter den Vredener Emigranten ist am bekanntesten Henrich van Calcar (Kalcker) geworden. Er erwarb in 1616 das Burgerrecht und wohnte laut der Kontributionsliste von 1617 in dem Hause Hahnenstrasse 16, welches in 1609 durch den gräflich Bentheimschen Rentmeister von Rheda Eberhard Houck und Seine Frau Anna Magdalena Beifang in Renaissancestil erbaut worden war. (...) Noch lange nach seinem Wegzuge von Steinfurt wurde es in 1648 in einem Verzeichnis der durch den Krieg ruinierten Häuser als das Houcks- oder Kalckers Haus bezeichnet, und noch heute heisst die kleine Gasse bei diesem Hause die Kalkarstiege.
Henrich van Calkar muss ein wohlhabender Mann gewesen sein, denn er wurde in den Kontributionslisten zum Höchstsatze angeschlagen, konnte Privatpersonen Geld leihen und bei der Einquartierug von 1627 auch der Stadt Geld vorschiessen. Am 28-9-1619 hatte er seinen Vermietern E. Houck und Frau 300 Reichstaler in specie geliehen, und dafür hatten ihm die Vermieter ihr an Seine Wohnung anstossendes grosses Haus auf den Bütkamp (NO 3) anstatt der Zinsen zum Bewohnen eingetan. Als die zahlreichen Mennisten sich weigerten Wachtdienst zu leisten und an den militärischen Ubungen der Burger teilzunehmen, entstanden zwischen ihnen und dem Rat Streitigkeiten, bei denen H. v. Calkar als Führer seiner Glaubensgenossen auftrat (Ratsprotokoll vom 18. Nov. 1622). In den folgenden Kriegsjahren musste er für den Abwesenden, zu Rheda wohnenden Vermieter Houck wegen des Hauses auf dem Bütkamp 49 Rthlr. Kontribution bezahlen, und der Aufenthalt in Steinfurt wurde ihm durch die Kriegsbeschwerden so verleidet, dass er Seine Wohnung kündigte und anderswohin zu ziehen beschloss. Houck und Frau waren aber nicht imstande, ihm das Kapital zu 300 Reichstaler nebst den ausgelegten 49 Reichstalern zurückzuzahlen, und deshalb setzten sie ihm am 18. Juli 1627 ihr Haus auf den Bütkamp für 3494 Rt. zum gerichtlichen Unterpfande, damit er es weiter vermieten und von dem Einwohner die Zinsen seiner Forderung erhalten könne. Er musste also in Steinfurt bleiben, und hier erscheint er noch am 14. Juni 1633 als Zeuge in einem Notariatschein. Wahrscheinlich wird er ebenso wie sein Schwager J. von Kernebeck erst nach der Verwüstung der Stadt in 1633 verzogen sein und zwar nach Deventer." [2263]

3646. BEREND HENDRIKS VAN DELDEN, geb. Deventer 3-10-1596 [2267], ovl. Deventer 13-4-1663, mandenmaker te Deventer, tr. vóór 1637[2268]

3647. OEDEKEN HERMANS, geb. vóór ca. 1620, ovl. Deventer 22-7-1663.

3650. GEERT EGBERTS, geb. Gieten[2272], "schuitenschuver", tr. Groningen 3-9-1626[2273]

3651. BIEUWE NN, tr. 1o [2274] REIJNER ALBERTS.

3656. ME(E)RTEN (MARTEN) JANS(Z) (WODDE), geb. Noordbroek vóór ca. 1610[2275], ovl. 1651-1659(¥), wordt als Meerten Jans geref. lidmaat te Noordbroek met attestatie van att. van Oterdum 6-12-1668, tr. Noordbroek geref. 23-10-1631[2276]

3657. HILLE REIJNDTS, geb. Noordbroek[2277], wordt als Hille, huijsvrouwe van Merten Jansz geref. lidmaat op belijdenis te Noordbroek 8-6-1634.

COMMENTAAR(¥) Een Meerten Jansz treedt op (1668, 1670, 1676, 1677) als voogd over de moederloze kinderen van Jan Meertens (kw. nr. 1828) en Lijsabeth Tonnis. Dit is dus kennelijk niet de bovenstaande Meerten Jansz kw. nr. 3556. Zou er nog een ander Meerten Jans zijn te Noordbroek rond die tijd? In aanmerking komen:
Meerten Jans tr. Noordbroek geref. 23-6-1667 Swaentien Harmens
Meerten Jans tr. Noordbroek geref. 20-6-1669 Etien Gerrits.
Of en hoe zijn verwant zijn is vooralsnog onbekend.

Op 21-6-1659 is Hille Reijents, wed. van Meerten Jans schuldig aan Cornelis Fockes, Tidde Edskes en Jan Berents voormonden en voogden over de kinderen van Gerrit Peters en Hindricktien 100 d(aalder). [2278]

3658. TONNIS NN (TONNIS?), tr. vóór ca. 1635[2280]

3659. FENNA DERKS, ovl. vóór 1677.

Noordbroek 12-3-1677: Aijolt Clasen en Jantje Tonnis (ehel.), met de voogden over wijlen Jan Meertens kinderen bij Lizabeth Tonnis, te weten, Siert Harmens, Meerten Jans en Roelf Andries, maken een akkoord betreffende de nalatenschap van wijlen Fenne Derks, als moeder van Jantje Tonnis en bestemoeder van pupillen voorschreven. Ayolt Clasen en Jantje is toebedeeld: - Een brief over Jan Reerts 75 car. gld., - Een brief over Folchert Gerrits 100 car.g1d., - Een brief over Otje Harmens 150 car. gld., - Een brief over Edzart Clasens 52 car.g1d., - Een brief over Berent Geerts 21 car.g1d. - Een brief over Doe Jans 400 car. gld. zijnde de helft van 2 brieven van 800 car. gld. De voogden is toebedeeld: - Een brief over Doe Jans 400 car. gld., - Een brief over Tidde Jan Luilefs 100 car. gld., - Een brief over Cornelis Freerks 150 car. gld., - Een brief over Eltje Frericks 200 car. gld., - Drie deimt land in Siddeburen.

3660. ERASMUS OTTENS, geb. vóór ca. 1570, ovl. 1637-1641[2281], woont op de Korengast, tr. ca. 1595[2282]

3661. LUTGERT TIACKES, geb. vóór ca. 1575, ovl. na 1647[2283].

26-10-1623: Doortocht van de Brunswijkse troepen in Noordbroek. Jerassmus Ottens (levert?) 4 personen 4 peerden. [2284]

3662. EVERT EVERTS, geb. Wagenborgen, ovl. Wagenborgen voor 25-6-1642[2292], woont op de Zomerdijk onder Heveskes,[2293] tr. 2o wellicht (huwelijkscontract Winschoten 2-10-1654) WIJE BOELENS, tr. 1o

3663. HEBEL NN, ovl. vóór 25-6-1642[2294].

3666. SANDER HARMENS, geb. vóór ca. 1635, otr. (h.c. Westerlee 3-3-1656) en tr. 1661[2296]

3667. TALLE IPES, geb. vóór ca. 1635, parentatie niet bewezen.

Op 24-4-1650 verklaren Sander Harmens en Talle schuldig te zijn aan Doedo Nannes voormond, Albert (Elst?) sibbevoogd, Jann Datens vv over de kinderen Hemmo en Tammo van zal. Ipo Boelens en Mette, 106 daler. [2297]
Op 22-2-1656 verkopen Dode Nannens, Albert Elst en Jann Datens, voormonden en voogden over de kinderen van zal. Ipo Boeles en Mette, en zwager Bauwke Renses, Jan Dates, ook namens de andere zwager Willem Sickens, aan Sander Harmens en Talle Ipes, ondertrouwde personen, bij uitspraak van kerkvoogd Peter Storm, Lubbert Hindricks en Peter Goes, het huis van zal. Ipo Boeles en Mette nagelaten voor 725 gld. [2298]
Op 3-3-1656 wordt te Westerlee een huwelijkcontract gesloten tussen Sander Harmens en Talle Ipes. Voor de bruidegom getuigen: Gepke Harmens, zijn moeder, Claes Harmens zijn broeder, Harmen Hindricks vedder, Claes Claesens en Jan Jansens. Voor de bruid getuigen: meester Willem Sickes, haar zwager, Laurents Ipes, haar broeder, Boelo Ipes en zijlvest Jan Datens. [2299]

3668. JAN NN, geb. vóór ca. 1640.

3880. Ds. GERLACUS HABBONIS (HABBEN, HABBEMA), ovl. 1629[2300] , beg. in de kerk te Deersum[2301] , afkomstig uit Oostfriesland, ingeschreven als student te Heidelberg 21-10-1584 ("Gerlachius Habbonius, Frisiae Orientalis") en als student theologie te Franeker 19-10-1587 ("Gerlacus Habonius, Phrysicus Orient. theol. stud."),[2302] predikant te Berlikum (ca. 1590-1595), (in de Synodale acten van 1590 wordt gemeld, dat hij te Berlikum onlangs in dienst was getreden) vertrokken naar Deersum niet later dan in 1595, predikant te Deersum en Poppingawier (ca. 1595-1629),[2303] tr.[2304] [2305]

3881. LIEFKE CLAESDR POTTER.

Gerlacus Habbonis is wellicht een zoon van de predikant Habbo (1663) te Wigboldsbur in Oostfriesland, of van Habbo Okjuis te Twinlum en Uplewert in Oostfriesland en wellicht een kleinzoon van Gherhardus Habbonis te Leer in Oostfriesland, die in 1520 student te Rostock was. [2306] Hij is mogelijk ook verwant met Gabbe Jouckes Habbema, secretaris van de grietenij West-Dongeradeel (158O-1604), wonend te Holwerd en getrouwd met Magdalena Vos.[2307]

Wapen Habbema : Gedeeld : I. in goud de halve Friese adelaar van sabel, II. doorsneden: a. in keel drie zilveren lelies (1,2), b. in zilver drie rode stenen potten met drie voeten en twee xen (2,1). [2308] Volgens Kits Nieuwenkamp, heeft Nicolaas Habbema (zie a) het oorspronkelijke lelienwapen van zijn geslacht met het pottenwapen van zijn Dokkummer moeder heeft vermeerderd. Andere bronnen melden dat het veeleer zo zal zijn, dat Nicolaas Habbema, het wapen van zijn moeder niet kennende, het pottenwapen van Sjoerd Sjoerds Potter, burgemeester van Dokkum, heeft overgenomen. [2309]

3936. TIEPCKE BROERS BUMA, ovl. Folsgare voor 12-7-1614, boer (1601 en 1613) en kerkvoogd (1605) te Folsgare. Hij is vermoedelijk een kleinzoon van Tiepke Broers Buwama, die in de Sneker Recesboeken wordt genoemd (23-6-1512). Hij tr. 1o NN NN, tr. 2o

3937. ANCKE HOUCKES, ovl. na 1617, die in 1617 wordt genoemd als zijn weduwe ald.

3948. SIBLE IDTSZN REEN, geb. 1549/50, ovl. 31-1-1610, boer, tr. vóór ca. 1590[2316]

3949. ANTKE WATZEDR REEN, geb. 1563/4, ovl. 15-2-1613, tr. 1o vóór ca. 1590[2317] Frans Gerlofszn. Sible en Antke bezaten en bewoonden Reenstra Sate te Lutkewierum.

3952. WIEGER WIEGERS, geb. vóór ca. 1585, ovl. na 1621 parentatie niet bewezen(¥), wordt mogelijk als Wyger Wygers geref. lidmaat te Leeuwarden op belijdenis 12-4-1618.

COMMENTAAR(¥) Zijn voornaam volgt uit het patroniem van zijn veronderstelde zoons, zijn patroniem uit de voornaam van zijn veronderstelde vader. Hij lijkt niet dezelfde persoon als
Wieger Wiegers, ovl. vóór 1651, tromslager afkomstig van Emden, otr./tr. Leeuwarden geref. 14-2/4-3-1607 Trijn Jacobs, afkomstig van Leeuwarden. wier boedelinventaris op 3-12-1651 te Leeuwarden wordt opgemaakt door als wed. van Wijger Wijgers. Hij laat te Leeuwarden geref. dopen (bij geen van de dopen een moedersnaam genoemd): 1) Claes, 20-9-1609, 2) Focke, 12-9-1610, 3) Ansck, 25-9-1612, 4) Jencke, 30-5-1624, 5) Jencke, 9-10-1625, 6) Gerryt, 16-12-1627, 7) Alcke, 18-11-1629.

In 1621 verkoopt W. Wijgers aan W. Wijtses een huis in de Rochebrunesteeg (of: Bontemanssteeg) te Leeuwarden.[2320]

3964. P(I)ETER CRANS, geb. vóór ca. 1575, brouwer en hopman aan de Brugstraat te Groningen,[2322] [2323] als Peter Crantzien, hopman in Bruggestrate geref. lidmaat op belijdenis te Groningen maart 1616,[2324] uit wie volgens Manuscript Crans in 1664 nog 23 ((achter)klein)kinderen in levenzijn, otr. Groningen 22-4-1598 (met attestatie ... moeder Joan..dr.),[2325] [2326]

3965. MYIE REMMERS.

3966. GEERT HESSELS (SAMPLONIUS), geb. ca. 1586, ovl. 1645-1656, vermeld als kleermaker en als koopmansbode in de Groot-Consentboeken van Leeuwarden (1580-1680), [2336] wordt als Geert Hessels op 7-12-1604 geref. lidmaat te Leeuwarden op belijdenis, snijdersgesel, afkomstig van Leeuwarden (1609), stadskoopmansbode van Leeuwarden op Amsterdam, otr./tr. Leeuwarden 7/25-1-1609[2337]

3967. IMKE (IMPCK) KIENESDR (KIENIS), geb. Groningerlant bij Groot Auwert, ovl. 1656-1665, verkoopt op 12-6-1656 als Impcke Kienes, wed. Geert Hessels, stadskoopmansbode van Leeuwarden op Amsterdam, tesamen met haar kinderen, waaronder Hesselus Samplonius en Johannes Samplonius het door hen bewoonde huis "de Witte Vos" in de Grote Hoogstraat.[2338].

In 1620 verkoopt J. Auckis aan G. Hessels een huis in de Slotmakersstraat te Leeuwarden (Niaarnemer: L. Buwes).[2339] [2340] [2341]
In 1620 verkopen S. en G. Hessels aan H. Dircx een huis in de Amelandsstraat te Leeuwarden.[2342]
In 1624 verkoopt C. Crants aan G. Hessels een huis in de Bollemanssteeg te Leeuwarden.[2343]
In 1627 verkoopt S. Doedes-Tijebbes aan G. Hessels een huis in de Oldegalileen te Leeuwarden.[2344] In 1633 verkoopt G. Hessels aan W. Willems een huis in de Oldegalileen te Leeuwarden.[2345]
In 1638 verkoopt S. Steffens aan G. Hessels een huis in de Grote Hoogstraat te Leeuwarden.[2346]
In 1642 verkoopt G. Hessels aan Ti. Piers een huis in de Molenaarscamp in de Groot Schavernek te Leeuwarden.[2347]
In 1645 verkoopt G. Hessels aan H. Jongh een huis in de Hoeksterkerkhof te Leeuwarden.[2348]
In 1665 verkopen Hesselus Samplonius en Johannes Samplonius en hun broers en zusters een huis in de Nieuwesteeg, door hun ouders Geert Hessels en Impcke Kienes metter dood ontruimd 13-2-1665. [2349]

3968. EPE HERES, geb. vóór 1543, ovl. 1596-1602, landbouwer op Bonnemasate te Witmarsum (tot 1578) en op Rysselaerdt te Lollum (vanaf 1578), tr. vóór 1570[2375]

3969. BAUCK RIENCKSDR, geb. vóór ca. 1550, ovl. na 1602, afkomstig van Witmarsum.

3970. CORNELIS TYSZ, tr. vóór ca. 1605

3971. AEFF EPEDR.

3980. GERLOF FRANSEN BAERDT, ovl. 1604-1627 vermeld o.a. 1559, leeft 1604, wordt in december 1567 ingeschreven als burger van Franeker als Gellef Frans, tr. 1o voor 1567 JAEYTS RUYRTSDR, zij zijn echtelieden te Salwerd (1581). tr. 2o na 1581

3981. BAUCK RIENCKSDR, ovl. Salwerd kort voor 19-11-1627, als zijn weduwe.

4008. Ds. PETRUS (PYTER) PAULI EN(N)EMA, geb. 1619/20, ovl. 16-11-1656 (volgens grafsteen[2379] [2380] ), parentatie niet bewezen, afkomstig van Harlingen (1643, 1645), van Pingjum (1649), ingeschreven als student filosofie aan de Universiteit van Leiden 25-6-1643 ("Petrus Pauli Ennema, Harlinganus, 23 (jaar)"),[2381] ingeschreven als student theologie aan de Universiteit van Franeker 18-10-1645 ("Petrus Pauli Ennema, Harlinganus"),[2382] theologie candidaat (1645), werd in 1645 tegelijk met Regnerus Lolleï beroepen naar Kimswerd, maar aangezien in "de classis de stemmen gelijk stonden, werd eene beslissing door 't lot voorgeslagen, waarmede de partij van Regnerus Lolleï geen genoegen nam", vervolgens appelleerde en won op de Deputaten Synodi, beroepen en geapprobeerd 23-4-1646 als predikant te Pingjum,[2383] [2384] otr. 2o Leeuwarden gerecht 11-8-1649 (derde procl. 26-8-1649) BINTIE TONIS, geb. vóór ca. 1630, tr. 1o Harlingen geref. 24-8-1645

4009. AELTIE TYEPKES ABBEMA, geb. vóór ca. 1625, ovl. 1647-1649.

4010. AG(G)E ANDRIES BRUINIA, geb. 1614/15, ovl. 6-10-1688, beg. Franeker Martinikerk, vroedsman (1663-1681),[2386] en burgemeester (1664-1666) van Franeker ,[2387] tr. vóór 1645?

4011. TEETSKE HANSES (WALPERT), geb. 1614/15, ovl. 10-12-1679, beg. Franeker Martinikerk.

Grafstenen Martinikerk Franeker:[2388]
Anno 1679 den 10 december is overleden Teetske Hanses gewesene huisfrou van Agge Andris out 64 iaren hier begraven.
Anno 1688 den 6 october is overleden Agge Andries out int 73 iaer en is hier begraven.

4048. ROMCKE ROMCKES, woont te Sneek (1630), wordt in april 1630 ingeschreven als burger van Sneek als Romcke Romckes, afkomstig van Harlingen, otr./tr. Sneek geref. 12/28-1-1630

4049. TRYNTIE (TRI(J)NCKE) CLAESES, mogelijk ged. geref. Sneek 9-10-1608 als dr. van Claes Jacops en Pytke NN, woont te Sneek (1630).

4054. CLAES LUBBERTS, tr. vóór 1636

4055. SUSANNA CLAESSES.


Referenties van de gegevens van generatie 12 staan ook hier
Referenties Kwartierstaat Van Schothorst --- Generatie 12 ( 2393 refs.)
Referenties voorafgegaan door het ⇒ symbool verwijzen naar (aanklikbare) externe url's waarvan alleen het laatste deel van de naam wordt vermeld.
Verkorte verwijzingsvormen voor veelgebruikte literatuur
  • Eur-Stam-VIII = Europäische Stammtafeln, Neue Folge Bd. VIII Schwennike, Herausgabe 1980
  • Hagenbeek = ⇒ hagenbeek-013280-flodrop-gframeset.htm?hagenbeek-013280-flodrop-g.htm
  • Herckenrode1865 = Nobiliaire des Pays-Bas et du comte de Bourgogne (2, deel 2) M. de Vegianos d'Hovel (1724-94). Bewerkt door baron J. v. Herckenrode (1865).
  • Schmelzer2014 = W. Schmelzer, Genealogie Van Steenhuys, 2014
  • Steinen1749 = Johann Diederich von Steinen, Westphälischen Geschichte Volume 1(1755) p. 665 e.v.
  • Uil2015 = Huib Uil, De scholen syn planthoven van de gemeente. Het onderwijs in Zeeland en Staats-Vlaanderen, 1578-1801, Bergschenhoek, 2015, ISBN 978-90-820494-7-3, ⇒ onderwijsgevendeninzeeland.wordpress.com
  1. Spaen, Rep. Gelricum II, oork. 21.Reg. keurmedigen, 1614-6.Leenreg. Huis Scherpenzeel, 141.49.St. arch. Munster, MSC. 1-126, pag. 8-12.RAG'land, schatting, inv.nr.686.3N.C. Kist, 1854, pag.139.
  2. Mededeling A.J.W. van Voorthuijsen, Nederwoud, 2005
  3. Mededeling A.J.W. van Voorthuijsen, Nederwoud, 2005
  4. Register keurmedigen, l.c.. nr. 1607-5
  5. E. L. Steinmeier, Register van overleden keurmedigen van de Kelnarij van Putten 1389-1681, Barneveld, 1993
  6. E. L. Steinmeier, Register van overleden keurmedigen van de Kelnarij van Putten 1389-1681, Barneveld, 1993
  7. E. L. Steinmeier, Register van overleden keurmedigen van de Kelnarij van Putten 1389-1681, Barneveld, 1993
  8. VG 20(1995)214
  9. VG 15(1990)235
  10. RAG, Veluwe, inv. nr. 313 Ede f6r, geciteerd in VG 15(1990)232
  11. VG 15(1990)232
  12. VG 20(1995)214
  13. VG 15(1990)232
  14. Kw. VG 26
  15. VG ....
  16. VG 16(1991)158
  17. Ter Maat, l.c.
  18. Ter Maat, l.c.
  19. VG 16(1991)158
  20. Herengoederen Veluwe dl. 1, n° 54
  21. Ter Maat, l.c.
  22. Ter Maat, l.c.
  23. Ter Maat, l.c.
  24. Ter Maat, l.c.
  25. VG 16(1991)158
  26. Ter Maat, l.c., en VG 16(1991)158
  27. VG 16(1991)158
  28. VG 16(1991)158
  29. VG 15(1990)262, 25(2000)270
  30. zie ook VG 15(1990)262
  31. VG 15(1990)262 en Kw. VG, VG 25(2000)270
  32. VG 15(1990)262
  33. VG 15(1990)264
  34. VG 15(1990)264
  35. Kw. VG 24
  36. zie ook VG 15(1990)266
  37. VG 15(1990)266
  38. VG 15(1990)268
  39. VG 15(1990)268
  40. VG 15(1990)268
  41. VG 15(1990)268
  42. zie ook VG 15(1990)262
  43. je
  44. VG 15(1990)43
  45. VG 15(1990)43
  46. VG 5(1980)14
  47. AR inv. no. 1533 f564/565
  48. VG 10(1985)266, 15(1990)43
  49. VG 10(1985)268
  50. VG 6(1981)148
  51. zie Herengoederen dl.4 nr.660
  52. Schattingslijsten Apeldoorn, l.c.
  53. Schattingslijsten Apeldoorn, l.c., p6
  54. Schattingslijsten Apeldoorn, l.c., p13
  55. Schattingslijsten Apeldoorn, l.c., p14
  56. Schattingslijsten Apeldoorn, l.c., p629
  57. RAGld, AR inv. nr. 1551 f310
  58. RAGld, AR inv. nr. 1551 f311
  59. P.M. op den Brouw, Keurmedigen van de Kelnarij Putten, p189
  60. P.M. op den Brouw, Keurmedigen van de Kelnarij Putten, p189
  61. P.M. op den Brouw, Keurmedigen van de Kelnarij Putten, p189
  62. P.M. op den Brouw, Keurmedigen van de Kelnarij Putten, p189
  63. P.M. op den Brouw, Keurmedigen van de Kelnarij Putten, p189
  64. P.M. op den Brouw, Keurmedigen van de Kelnarij Putten, p189
  65. P.M. op den Brouw, Keurmedigen van de Kelnarij Putten, p189
  66. P.M. op den Brouw, Keurmedigen van de Kelnarij Putten, p189
  67. Op den Brouw, l.c., p189
  68. VG 22(1997)246
  69. Herengoederen Veluwe, l.c., p332
  70. Herengoederen Veluwe, l.c., p315
  71. VG 33(2008)#3,30
  72. VG 23(1998)262
  73. VG 30(2005)3/51
  74. VG 33(2008)#3,32
  75. VG 33(2008)#3,32
  76. VG 33(2008)#3,32
  77. VG 30(2005)5/21
  78. VG 30(2005)3/50
  79. VG 33(2008)#3,32
  80. VG 30(2005)5/21
  81. VG 30(2005)3/49
  82. VG 30(2005)5/21
  83. VG 33(2008)#3,32
  84. VG 33(2008)#3,32
  85. VG 33(2008)#3,32
  86. VG 33(2008)#3,32
  87. VG 25(2000)290
  88. VG 24(1999)249
  89. ⇒ wh.vosselman
  90. VG 30(2005)5/21
  91. VG 30(2005)3/61
  92. ⇒ wh.vosselman
  93. VG 25(2000)290
  94. VG 26(2001)58
  95. VG 24(1999)63
  96. VG 24(1999)249
  97. VG 24(1999)249
  98. VG 30(2005)5/22
  99. VG 30(2005)5/22
  100. VG 24(1999)249
  101. Prom. 15, p203
  102. Prom. 15, p203
  103. Prom. 15, p203
  104. Braime
  105. Balenghion
  106. Braime
  107. Marie Doremieux
  108. Picavet
  109. Posthumus, Bronnen tot de geschiedenis van de Leidsche textielnijverheid 1333-1795, 's-Gravenhage, 1910
  110. zie ook GN 37(1982)118
  111. GA Leiden, Bonboeken, arch. nr. 501A, inv. nr. 6628, 92v
  112. GA Leiden, Bonboeken, arch. nr. 501A, inv. nr. 6628, f210v
  113. RAL, ONA Leiden, Nots. Jan Mote, Archiefnr. 506, inv. nr. 284, akte nr. 088, web 168
  114. GA Leiden, ONA, Nots. Foijt Ghijsbertsz van Sijp, Arch. nr. 506, inv. nr. 168, f106
  115. Posthumus, Bronnen tot de geschiedenis van de Leidsche textielnijverheid 1333-1795, 's-Gravenhage, 1910
  116. ⇒ walle
  117. RAL, ONA Leiden, Nots. Pieter de Oosterlingh, Archiefnr. 506, inv. nr. 371, akte nr. 051
  118. RAL, ONA Leiden, Nots. Frans Doude, Archiefnr. 506, inv. nr. 635, akte nr. 017
  119. RAL, ONA Leiden, Nots. Jacob Jansz de Haes, Archiefnr. 506, inv. nr. 467, akte nr. 21 nov
  120. RAL, ONA Leiden, Nots. Jacob Jansz de de Haes, Archiefnr. 506, inv. nr. 474, akte nr. 16 aug
  121. RAL, ONA Leiden, Nots. Jacob Jansz de Haes, Archiefnr. 506, inv. nr. 482, akte nr. 13 jan
  122. RAL, ONA Leiden, Nots. Jacob van der Laan, Archiefnr. 506, inv. nr. 1092B, akte nr. 022
  123. RAL, ONA Leiden, Nots. Johan Snoek, Archiefnr. 506, inv. nr. 1219, akte nr. 042
  124. Posthumus, Bronnen tot de geschiedenis van de Leidsche textielnijverheid 1333-1795, 's-Gravenhage, 1910
  125. ONA Leiden, Nots. C. Verruyt, Reg. 710, no. 27., gecit. in Posthumus, Bronnen tot de geschiedenis van de Leidsche textielnijverheid 1333-1795, 's-Gravenhage, 1910
  126. RAL, ONA Leiden, Nots. Jan Mote, Archiefnr. 506, inv. nr. 284, akte nr. 032 en 088
  127. Posthumus, Bronnen tot de geschiedenis van de Leidsche textielnijverheid 1333-1795, 's-Gravenhage, 1910
  128. NA 6(1908)503
  129. NA 16(1918)79
  130. NA 6(1908)503
  131. NA 16(1918)79
  132. NA 6(1908)503
  133. NA 16(1918)79
  134. NA 6(1908)503
  135. NA 16(1918)79
  136. NA 6(1908)503
  137. NA 16(1918)79
  138. NA 6(1908)503
  139. NA 16(1918)79
  140. OV 53(1998)606
  141. OV 53(1998)605
  142. OV 53(1998)606
  143. OV 20(1965)79
  144. OV 53(1998)605
  145. OV 53(1998)605
  146. OV 53(1998)605
  147. OV 20(1965)79
  148. GA Dordrecht, ONA, Nots. Giisbert de Jager, (Prot. No. 46 Fol. 71), gecit. in OV 20(1965)81
  149. ONA Mijnsherenland, Nots. Chr. Maeskant, d.d. 3-11-1658, gecit. in OV 20(1965)81
  150. R.A. Heinenoord E XIV-13
  151. OV 20(1965)81
  152. OV 20(1965)81
  153. OV 20(1965)81
  154. OV 20(1965)81
  155. ONA Mijnsherenland, Nots. Chr. Maeskant d.d. 6-8-1656, gecit. in OV 20(1965)81
  156. OV 20(1965)79
  157. OV 20(1965)79
  158. Weesboek Ridderkerk No. 1, d.d. 19-3-1626, gecit. in OV 20(1965)78
  159. IPEREN
  160. OV 20(1965)80
  161. IPEREN
  162. IPEREN
  163. .R.A. Heinenoord E IV-3, gecit. in OV 20(1965)80
  164. R.A. Heinenoord E XIV -4-, gecit. in OV 20(1965)80
  165. R.A. Heinenoord E XIV-5, No. 11, gecit. in OV 20(1965)80
  166. R.A. Heinenoord E. XLV-5, gecit. in OV 20(1965)80
  167. zie ook IPEREN
  168. IPEREN
  169. IPEREN
  170. OV 20(1965)80
  171. IPEREN
  172. R.A. Heinenoord E. XLV-5, gecit. in OV 20(1965)80
  173. Blokboek der Morgentalen van 1682 (Heerlijkheidsarchief Mijnsheerenland inv. nr. 39), gecit. in OV 36(1981)120
  174. Genealogie Van der Jagt, Maassluise Tak
  175. GA Vlaardingen, ONA Maassluis, Nots. Adriaen de Bije, inv. nr. 9, no.1108
  176. Genealogie Van der Jagt, Maassluise Tak, www.famvanderjagt.nl
  177. Genealogie Van der Jagt, Maassluise Tak, www.famvanderjagt.nl
  178. Genealogie Van der Jagt, Maassluise Tak, www.famvanderjagt.nl
  179. Genealogie Van der Jagt, Maassluise Tak, www.famvanderjagt.nl
  180. GA Vlaardingen, ONA Maassluis, Nots. Adriaen de Bije, inv. nr. 12, no-1826
  181. Genealogie Van der Jagt, Maassluise Tak, www.famvanderjagt.nl
  182. Genealogie Van der Jagt, Maassluise Tak, www.famvanderjagt.nl
  183. Genealogie Van der Jagt, Maassluise Tak, www.famvanderjagt.nl
  184. Genealogie Van der Jagt, Maassluise Tak, www.famvanderjagt.nl
  185. Genealogie Van der Jagt, Maassluise Tak, www.famvanderjagt.nl
  186. Genealogie Van der Jagt, Maassluise Tak, www.famvanderjagt.nl
  187. GA Vlaardingen, ONA Maassluis, Nots. Adriaen de Bije, inv. nr. 5, no. 56
  188. Bijl, l.c.
  189. Jb CBG 19(1965)202 e.v.
  190. GA Vlaardingen, ONA Maassluis, Nots. Otto de Roij, inv. nr. 5488, f93 en f154
  191. GA Maassluis, Index Weeskamer Maassluis 1614-1700, Inv. nrs. 1 t/m 9
  192. GA Vlaardingen, ONA Maassluis, Nots. Otto de Roij, inv. nr. 5488, f88
  193. 20(1964)399
  194. Mastenbroek, l.c., p103
  195. NL 98(1981)345
  196. Bijl, l.c.
  197. NL 98(1981)345
  198. GA Schiedam, O.N.A. inv. no.: 769 blz.: 453
  199. GA Schiedam, O.N.A. inv. no.: 754 blz.: 199
  200. RA Maassluis, inv. nr. 175, 256, gecit. in NL 98(1981)348
  201. RA Maassluis, inv. nr. 175, gecit. in NL 98(1981)348
  202. NL 98(1981)345
  203. OV 11(1956)18
  204. Prometheus IX
  205. RA Maassluis, inv. nr. 154, d.d. 6-11-1643, gecit. in NL 98(1981)350
  206. GA Schiedam, ONA passim
  207. zie ook NL 98(1981)345
  208. Mededeling J. de Kloe te Zaltbommel, 1995
  209. Mededeling J. de Kloe te Zaltbommel, 1995
  210. Mededeling J. de Kloe te Zaltbommel, 1995
  211. Mededeling J. de Kloe te Zaltbommel, 1995
  212. Mededeling J. de Kloe te Zaltbommel, 1995
  213. NL 13(1985)43
  214. Bijl, l.c.
  215. zie ook OV 22(1967)100
  216. GA Rotterdam, ONA, Notaris Arnout Wagensvelt, inv. nr. 143 aktenr. 411 blz 777
  217. Not. Heyn van Vliet, Maassluis no. 54931. gecit. in OV 22(1967)103
  218. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 757, blz. 783
  219. GA Maassluis, Index Weeskamer Maassluis 1614-1700, Inv. nrs. 1 t/m 9
  220. GA Maassluis, Index Weeskamer Maassluis 1614-1700, Inv. nrs. 1 t/m 9
  221. zie ook OV 22(1967)100
  222. OV 22(1967)100
  223. GA Maassluis, Index Weeskamer Maassluis 1614-1700, Inv. nrs. 1 t/m 9
  224. Not. v. Aller no. 635, fol. 130, gecit. in OV 22(1967)100
  225. Not. Dirck Meestlers no. 863 fol. 149, gecit. in OV 22(1967)100
  226. Not. no. 952, fol. 7357551, gecit. in OV 22(1967)100
  227. NAGH 6(1948)231 en 7(1949)9,23
  228. Blom, l.c.
  229. Keukenmeester, l.c.
  230. NAGH 6(1948)231 en 7(1949)9,23
  231. RA Maassluis, LIV, 156, p242
  232. GA Maassluis, Index Weeskamer Maassluis 1614-1700, Inv. nrs. 1 t/m 9
  233. Bijl, l.c.
  234. Bijl, l.c.
  235. GA Maassluis, Index Weeskamer Maassluis 1614-1700, Inv. nrs. 1 t/m 9
  236. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 768, blz. 1397
  237. GA Maassluis, Index Weeskamer Maassluis 1614-1700, Inv. nrs. 1 t/m 9
  238. Nav 96(1955)88
  239. ⇒ 6719
  240. GA Vlaardingen, ONA Maassluis, Nots. Niclaes van der Houff, inv. nr. 5489, no. 63
  241. GA Vlaardingen, ONA Maassluis, Nots. Niclaes van der Houff, inv. nr. 5489, no. 87
  242. GA Vlaardingen, ONA Maassluis, Nots. Niclaes van der Houff, inv. nr. 5489, no. 99
  243. GA Vlaardingen, ONA Maassluis, Nots. Niclaes van der Houff, inv. nr. 5489, no.108
  244. GA Vlaardingen, ONA Maassluis, Nots. Niclaes van der Houff, inv. nr. 5489, no.156
  245. GA Vlaardingen, ONA Maassluis, Nots. Niclaes van der Houff, inv. nr. 5489, no.193
  246. GA Vlaardingen, ONA Maassluis, Nots. Heijnrick van Vlijet, inv. nr. 5490 no.255
  247. zie ook NL 98(1981)352
  248. NL 98(1981)352
  249. NL 98(1981)352
  250. NAGH 6(1948)231 en 7(1949)9,23
  251. Blom, l.c.
  252. A. Bijl Mz., De Nederlandse Convooidienst, Den Haag, 1951
  253. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 89 aktenr. 425
  254. NA, ONA Maassluis, Nots. Otto de Roij, passim
  255. NA, ONA Maassluis, Nots. Niclaes van der Houff, passim
  256. NA, ONA Maassluis, Nots. Heijnrick van Vlijet, passim
  257. GA Maassluis, Index Weeskamer Maassluis 1614-1700, Inv. nrs. 1 t/m 9
  258. NA, ONA Maassluis, Nots. Otto de Roij, inv. nr. 5488, f54
  259. NA, ONA Maassluis, Nots. Otto de Roij, inv. nr. 5488, f79v
  260. R.A. Maassluis 1896 LIV-45, fol. 38v gecit. in NL 72(1955)117
  261. OV 27(1972)239
  262. OV 25(1970)91
  263. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 85 aktenr. 297 blz 585
  264. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 93 aktenr. 217 blz 342
  265. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 150 aktenr. 747 blz 1141
  266. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 169 aktenr. 91 blz 145
  267. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Hofflant, inv. nr. 263 aktenr. 38 blz 67
  268. NA, ONA Maassluis, Nots. Heijnrick van Vlijet, inv. nr. 5490, nr. 147
  269. NA, ONA Maassluis, Nots. Heijnrick van Vlijet, inv. nr. 5490, nr. 343
  270. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arent van der Graeff, inv. nr. 331 aktenr. 359 blz 731
  271. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 95 aktenr. 238 blz 390
  272. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 86 aktenr. 321 blz 614
  273. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 770, blz. 559
  274. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 154 aktenr. 32 blz 63
  275. OV 21(1966)464
  276. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 87 aktenr. 119 blz 232
  277. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 87 aktenr. 174 blz 335
  278. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 770, blz. 1080
  279. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 761, blz. 1029
  280. NA, ONA Maassluis, Nots. Adriaen de Bije, passim
  281. zie ook Prometheus IV, p202
  282. ISIS VLAARDINGEN
  283. ORA Vlaardingen, inv. nr. 150, Certificatie en Attestatieboek, akte nr. 67 folio 33 d.d. 16-06-1622
  284. OV 28(1973)157
  285. Nav. 77(1928)18
  286. M.C. Sigal Jr., Genealogische en Heraldische gedenkwaardigheden in en uit de Groote Kerk te Vlaardingen, Vlaardingen, 1926
  287. OV 28(1973)155
  288. OA Schiedam inv. nr. 1443
  289. OA Schiedam inv. nr. 1444
  290. OA Schiedam inv. nr. 1445
  291. OA Schiedam inv. nr. 1447, 200e penning anno 1628
  292. OA Schiedam inv. nr. 1450, 200e penning
  293. OA Schiedam inv. nr. 1451, 200e penning
  294. OA Schiedam inv. nr. 1453, 200e penning anno 1644
  295. H. den Boer et al., Vlaardingse geslachten, dl. II, vanf ca. 1500-1750, Vlaardingen, 1996, citeert : ASV inv. nr. 2755, p39
  296. H. den Boer, l.c., NAV inv. nr. 4 p152
  297. H. den Boer, l.c., ASV inv. nr. 275 p139v
  298. ORA Vlaardingen, inv. nr. 150, Certificatie en Attestatieboek, akte nr. 190 folio 77 d.d. 06-09-1631
  299. GA Vlaardingen, ONA Maassluis, Nots. Heijnrick van Vlijet, inv. nr. 5490 no.397
  300. Prot. 15/119, nots. Hendrik de Man, Vld., gecit. in OV 28(1973)129, e.v.
  301. OV 28(1973)157
  302. OV 28(1973)129, e.v.
  303. NA, ONA Maassluis, Nots. Heijnrick van Vlijet, inv. nr. 5490, nr. 397
  304. Civ. Rol ORA Vlaardingen 34, 11 oct. 1666, gecit. in OV 28(1973)159
  305. G.A. Vlaardingen, ORA inv. nr. 73, fol. 280, gecit. in OV 46(1991)405
  306. Nav. 77(1928)18
  307. OV 28(1973)129, e.v.
  308. H. den Boer, Vlaardingse geslachten van ca. 1500 tot 1750, Vlaardingen, 1986
  309. OA Schiedam inv. nr. 1453, 200e penning anno 1644
  310. OA Schiedam inv. nr. 1454, 200e penning anno 1646
  311. OA Schiedam inv. nr. 1455, 200e penning anno 1652
  312. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 153 aktenr. 289 blz 417
  313. OV 28(1973)159
  314. OV 28(1973)159
  315. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 779, blz. 587
  316. Mededeling L.J. Heinsbroek te Schiedam, 2006
  317. Wap. 15(1911)193, e.v.
  318. zie ook OV 28(1973)129, e.v.
  319. Nav. 77(1928)18
  320. Mededeling L.J. Heinsbroek te Schiedam, 2006
  321. OA Schiedam inv. nr. 1453, 200e penning anno 1644
  322. OA Schiedam inv. nr. 1454, 200e penning anno 1646
  323. OA Schiedam inv. nr. 1455, 200e penning anno 1652
  324. Civiele Rol nr. 32, ORA Vlaardingen, 3 apr. 1662
  325. Civ. Rol. ORA Vlaardingen 34, 1 mrt. 1666, gecit in OV 28(1973)159
  326. OV 28(1973)159
  327. OV 28(1973)159
  328. GA Schiedam, ONA inv. no. 781 blz. 1073
  329. GA Schiedam, ONA inv. no. 764 blz. 675
  330. Mededeling L.J. Heinsbroek te Schiedam, 2006
  331. Mededeling L.J. Heinsbroek te Schiedam, 2006
  332. ONA Schiedam 764/619
  333. Mededeling L.J. Heinsbroek te Schiedam, 2006
  334. GA Vlaardingen, ONA, Nots. J. Braat, d.d. 3-3-1721
  335. GA Vlaardingen, ONA, Nots. M. de Vooght, inv. nr. 29
  336. Mededeling L.J. Heinsbroek te Schiedam, 2006
  337. Mededeling L.J. Heinsbroek te Schiedam, 2006
  338. ORA Vlaardingen, inv. nr. 150, Certificatie en Attestatieboek, akte nr. 223 folio 86v. d.d. 18-07-1635
  339. ORA Vlaardingen, inv. nr. 150, Certificatie en Attestatieboek, akte nr. 229 folio 88 d.d. 06-10-1635
  340. ORA Vlaardingen, inv. nr. 150, Certificatie en Attestatieboek, akte nr. 240 folio 91v. 23-07-1636
  341. ORA Vlaardingen, inv. nr. 150, Certificatie en Attestatieboek, akte nr. 243 folio 92v. d.d. 7-08-1636
  342. GA Schiedam, ONA inv. nr. 748 blz 2035
  343. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 506
  344. OV 28(1973)129, e.v.
  345. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jacob Duyfhuysen jr, inv. nr. 207 aktenr. 213 blz 322
  346. ⇒ villerius.html
  347. ISIS Vlaardingen
  348. zie ook OV 28(1973)129, e.v.
  349. ⇒ villerius.html
  350. OV 28(1973)129, e.v.
  351. ISIS Vlaardingen
  352. Wap. 15(1911)193, e.v.
  353. OV 28(1973)129, e.v.
  354. H. den Boer, l.c., passim
  355. zie ook GN 43(1988)481
  356. OV 28(1973)129, e.v.
  357. OA Schiedam inv. nr. 1454, 200e penning anno 1646
  358. OA Schiedam inv. nr. 1455, 200e penning anno 1652
  359. ⇒ villerius.html
  360. ⇒ obp.tanap.net, NA 1.04.02 fonds 7661, bna 2, p125 - 128
  361. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 791, blz. 273
  362. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 791, blz. 283
  363. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 791, blz. 289
  364. Arsip Nasional Wilayah, Djakarta, ⇒ induk.htm
  365. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 795, blz. 293
  366. ISIS Vlaardingen
  367. zie ook ISIS Vlaardingen
  368. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 765, blz. 1149
  369. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 795, blz. 1077
  370. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 709
  371. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, passim
  372. ⇒ villerius.html
  373. ISIS Vlaardingen
  374. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1034
  375. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1078. 1079
  376. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1077
  377. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer:48, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1080
  378. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer:48, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1081
  379. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 790, blz. 535
  380. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer:48, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1119
  381. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1259
  382. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1260
  383. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1263
  384. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 809, blz. 127
  385. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 809, blz. 167
  386. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1266
  387. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1509
  388. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1510
  389. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1627
  390. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1772
  391. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1773
  392. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1776
  393. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1777
  394. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1774
  395. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1775
  396. ⇒ villerius.html
  397. ⇒ villerius.html
  398. ⇒ villerius.html
  399. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1370
  400. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1371
  401. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1406
  402. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1425
  403. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1528
  404. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1791
  405. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 1069
  406. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1800
  407. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1839
  408. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1877
  409. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1882
  410. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1884
  411. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1886
  412. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1920
  413. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 1150
  414. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1952
  415. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1954
  416. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1955
  417. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1957
  418. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1991
  419. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 2049
  420. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 2059
  421. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 2081
  422. ⇒ villerius.html
  423. ⇒ villerius.html
  424. ⇒ villerius.html
  425. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1442
  426. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1560
  427. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1541
  428. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1543
  429. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1561
  430. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1562
  431. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1563
  432. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1564
  433. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1575
  434. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1616
  435. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1734
  436. ⇒ villerius.html
  437. ISIS Vlaardingen
  438. zie ook ⇒ villerius.html
  439. ⇒ villerius.html
  440. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 869
  441. ⇒ villerius.html
  442. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1409
  443. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1410
  444. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1421
  445. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1423
  446. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1426
  447. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1427
  448. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1429
  449. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1476
  450. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 928
  451. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 954
  452. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1561
  453. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1562
  454. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1563
  455. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1564
  456. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1626
  457. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1628
  458. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1636
  459. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1706
  460. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1733
  461. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1738
  462. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1740
  463. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1807
  464. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1848
  465. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1973
  466. ⇒ villerius.html
  467. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1726
  468. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1728
  469. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Toegangsnummer: 048, Ambacht Spijkenisse en Braband, Regesten van transportregisters, nr. 1788
  470. ⇒ voc.websilon.nl
  471. ⇒ villerius.html
  472. ⇒ villerius.html
  473. ⇒ villerius.html
  474. ⇒ villerius.html
  475. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 790, blz. 369
  476. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 790, blz. 413
  477. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 790, blz. 775
  478. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 790, blz. 863
  479. Stadsarchief Vlaardingen, ONA, Archief: 0218, Nots. Jacobus Braet akte: 16-132, d.d. 24.09.1705
  480. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 791, blz. 381
  481. ⇒ villerius.html
  482. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 795, blz. 737
  483. OV 61(2006)66
  484. OV 61(2006)66
  485. OV 61(2006)66
  486. Stadsarchief Vlaardingen ISIS
  487. RAV en NAV passim
  488. RAV en NAV passim
  489. Wap. 15(1911)193, e.v.
  490. ASV 35-11, 27v
  491. ASV 44-64, 74
  492. ASV 44-76
  493. RAV 70-153v
  494. Den Boer, l.c., RAV inv. nr. 99 p176v
  495. OV 46(1991)126
  496. Stadsarchief Vlaardingen ISIS
  497. ORA Vlaardingen, inv. nr. 150, Certificatie en Attestatieboek, akte nr. 210 folio 82v. d.d. 27-02-1635
  498. ORA Vlaardingen, inv. nr. 150, Certificatie en Attestatieboek, akte nr. 244 folio 93 d.d. 12-09-1636
  499. Nav. 3, blz. 159, OV 46(1991)128
  500. Den Boer, l.c. RAV inv. nr. 120, p 110
  501. OA Schiedam inv. nr. 1453, 200e penning anno 1644
  502. OA Schiedam inv. nr. 1455, 200e penning anno 1652
  503. Stadsarchief Vlaardingen ISIS
  504. OA Schiedam inv. nr. 1453, 200e penning anno 1644
  505. OA Schiedam inv. nr. 1454, 200e penning anno 1646
  506. OA Schiedam inv. nr. 1455, 200e penning anno 1652
  507. OV 28(1973)158
  508. Bijl, l.c.
  509. OV 43(1988)578
  510. Bijl, Convooidienst, l.c.
  511. NAGH 6(1948)231 en 7(1949)9,23
  512. NA, ONA Maassluis, Nots. Otto de Roij, inv. nr. 5488, f92 en f113
  513. OV 25(1970)91,93
  514. OV 25(1970)93
  515. GA Maassluis, Index Weeskamer Maassluis 1614-1700, Inv. nrs. 1 t/m 9
  516. GA Vlaardingen, ONA Maassluis, Nots. Niclaes van der Houff, inv. nr. 5489, no. 76
  517. Prom. IX
  518. OV 48(1993)429,430
  519. OV 54(1999)132
  520. GA Delft, ONA 1540: 19-7-1608
  521. ORA Vlaardingen, inv. nr. 147, Procuratieboek van de Vierschaar, akte nr. 561 folio 57 d.d. 11-02-1610
  522. ORA Vlaardingen, inv. nr. 150, Certificatie en Attestatieboek, akte nr. 47 folio 22v. d.d. 17-12-1621.
  523. ORA Vlaardingen, inv. nr. 150, Certificatie en Attestatieboek, akte nr. 44 folio 21 d.d. 29-05-1622
  524. ORA Vlaardingen, inv. nr. 150, Certificatie en Attestatieboek, akte nr. 69 folio 34 d.d. 01-07-1622
  525. ORA Vlaardingen, inv. nr. 150, Certificatie en Attestatieboek, akte nr. 91 folio 44 d.d. 15-05-1623
  526. ORA Vlaardingen, inv. nr. 150, Certificatie en Attestatieboek, akte nr. 162 folio 66v. d.d. 25-06-1629
  527. zie ook Bloys van Treslong Prins, ZH, l.c.
  528. van Waesberghe, l.c.
  529. J.A. Gruys en J. Bos, Adresboek. Nederlandse drukkers en boekverkopers tot 1700, Den Haag,1999
  530. Briels, l.c., passim
  531. J.G.C.A. Briels, De zuidnederlandse immigratie 1572-1630, ...
  532. van Waesberghe, l.c.
  533. NL 94(1977)133)
  534. Briels, l.c.
  535. Briels, l.c.
  536. van Waesberghe, l.c.
  537. van Waesberghe, l.c.
  538. Schepen Arch. Antwerpen, SR 384 f165, gecit. in GN 54(1999)584
  539. van Waesberghe, l.c.
  540. Olthoff
  541. GN 54(1999)583
  542. Rotterdam inv. 51 Weeskamer Rotterdam , index nummer nr. 268, f65 v
  543. van Waesberghe, l.c.
  544. G. Van Havre, Marques Typographiques des Imprimeurs et Libraires Anversois, Uitg. nr. 14 Maatschappij der Antwerpsche Bibliophilen, Antwerpen, 1884
  545. Olthoff
  546. ⇒ Heydanus.html
  547. Briels, l.c. p124
  548. Briels, l.c. p299
  549. Briels, l.c. p125
  550. GA Rotterdam, ONA, Nots. J. Symonsz, dl. 3, Aktenummer/Blz. 196/254
  551. GA Rotterdam, ONA, Nots. J. Symonsz, dl. 3, Aktenummer/Blz. 197/255
  552. GA Rotterdam, ONA, Nots. J. Symonsz, dl. 2, f12r
  553. GA Rotterdam, ONA, Nots. J. Symonsz, dl. 3, f415
  554. GA Rotterdam, ONA, Nots. J. Symonsz, dl. 5, Aktenummer/Blz. 42/82
  555. GA Rotterdam, ONA, Nots. J. Symonsz, dl. 5, f45v
  556. GA Rotterdam, ONA, Nots. J. Symonsz, dl. 6, f36
  557. GA Rotterdam, WK dl. 545 nr. 778
  558. ARA, Staten Generaal, inv. nr. 7475
  559. GA Rotterdam, ONA, Nots J. Symonsz, dl. 19, f312
  560. GA Rotterdam, ONA, Nots. W. Jacobsz, dl. 55, f425r
  561. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 147 aktenr. 67 blz 160
  562. GA Rotterdam, ONA, Nots. A. Kieboom, dl. 147, f66r
  563. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 147 aktenr. 303 blz 721
  564. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas v.d. Hagen, inv. nr. 108 aktenr. 174 blz 297
  565. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Hofflant, inv. nr. 256 aktenr. 170 blz 265
  566. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Hofflant, inv. nr. 256 aktenr. 221 blz 354
  567. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Hofflant, inv. nr. 256 aktenr. 237 blz 384
  568. Kroniekje Cleyburgh 1582-1663, GN 54(1999)258 e.v.
  569. Briels, l.c. passim
  570. Burggraeve, l.c. p99
  571. van Waesberghe, l.c.
  572. J.A. Gruys en J. Bos, Adresboek. Nederlandse drukkers en boekverkopers tot 1700, Den Haag,1999
  573. zie ook Burggraeve, l.c. p100
  574. Marijke Donkersloot-de Vrij, Repertorium van Nederlandse Kaartmakers, Utrecht, 2003
  575. NP 15(1925)142
  576. GA Rotterdam, ONA, Nots. Willem Jacobsz, inv. nr. 69 aktenr. 24 blz 84
  577. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 777, blz. 317
  578. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 762, blz. 1171
  579. GA Rotterdam, ONA, Nots. Willem Jacobsz., inv. nr. 71 aktenr. 7 blz 28
  580. GA Rotterdam, ONA, Nots. Willem Jacobsz., inv. nr. 71 aktenr. 20 blz 1633
  581. GA Rotterdam, ONA, Nots. Willem Jacobsz., inv. nr. 71 aktenr. 46 blz 186
  582. GA Rotterdam, ONA, Nots. Willem Jacobsz., inv. nr. 71 aktenr. 72 blz 280
  583. Burggraeve, l.c. p100
  584. GA Rotterdam, ONA, Nots. Willem Jacobsz, inv. nr. 71 aktenr. 6 blz 25
  585. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 150 aktenr. 535 blz 849
  586. GA Utrecht, Nots. H. van Capel, inv.nr. U71a1, aktenr. 172, d.d. 05-07-1668
  587. GAA, Transportakten voor 1811; NL-SAA-21620357
  588. GAA, Transportakten voor 1811; NL-SAA-21620462
  589. GAA, Transportakten voor 1811; NL-SAA-21622283
  590. Burggraeve, l.c. p100
  591. Burggraeve, l.c. p100
  592. Burggraeve, l.c. p99
  593. Burggraeve, l.c. p99
  594. Burggraeve, l.c. p99
  595. NP 41(1955)170
  596. ⇒ drukkers.library.uu.nl
  597. NP 41(1955)170
  598. NP 41(1955)170
  599. GN 28(1973)86
  600. NP 41(1955)170
  601. GN 28(1973)86
  602. ONA Dordrecht 10, f. 705
  603. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 84 aktenr. 230 blz 591
  604. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 84 aktenr. 231 blz 593
  605. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 78 aktenr. 220 blz 433
  606. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 84 aktenr. 305 blz 778
  607. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 78 aktenr. 283 blz 538
  608. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 78 aktenr. 287 blz 549
  609. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 78 aktenr. 285 blz 542
  610. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 140 aktenr. 407 blz 658
  611. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 92 aktenr. 396 blz 396
  612. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 134 aktenr. 369 blz 524
  613. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas v.d. Hagen, inv. nr. 120 aktenr. 26 blz 52
  614. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 134 aktenr. 392 blz 560
  615. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 132 aktenr. 228 blz 517
  616. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 137 aktenr. 265 blz 383
  617. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 132 aktenr. 232 blz 527
  618. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 97 aktenr. 119 blz 273
  619. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 89 aktenr. 177 blz 281
  620. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 149 aktenr. 273 blz 466
  621. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 149 aktenr. 454 blz 791
  622. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 135 aktenr. 4 blz 4
  623. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 85 aktenr. 286 blz 564
  624. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 135 aktenr. 13 blz 15
  625. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 145 aktenr. 75 blz 138
  626. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 145 aktenr. 78 blz 143
  627. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 86 aktenr. 16 blz 36
  628. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 181 aktenr. 83 blz 210
  629. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 175 aktenr. 65 blz 91
  630. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 181 aktenr. 93 blz 236
  631. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 168 aktenr. 7 blz 8
  632. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 175 aktenr. 90 blz 121
  633. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 169 aktenr. 6 blz 9
  634. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 169 aktenr. 8 blz 12
  635. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Hofflant, inv. nr. 263 aktenr. 372 blz 534
  636. GA Rotterdam, ONA, Nots. Gerrit van der Hout, inv. nr. 280 aktenr. 6 blz 14
  637. Nav. 27(1877)310
  638. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 154 aktenr. 332 blz 526
  639. zie ook Nav. 27(1877)310
  640. ⇒ drukkers.library.uu.nl
  641. GA Utrecht, Nots. H. van Capel, inv.nr. U71a1, aktenr. 172, d.d. 05-07-1668
  642. ⇒ ~verma508
  643. ⇒ drukkers.library.uu.nl
  644. zie ook ⇒ ~verma508
  645. GAA, Transportakten voor 1811; NL-SAA-21652647
  646. zie ook ⇒ ~verma508
  647. Mededeling B. Van Komen te Gent, 1995
  648. Haags Gemeentearchief, Toegangsnummer: 0203-01, Kerkeraad hervormde gemeente, Index ingekomen attestaties, 1576-1620 (inv.nr. 262), ⇒ www.archieven.nl
  649. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jacob Duyfhuysen jr, inv. nr. 235 aktenr. 196 blz 373
  650. zie ook Mededeling B. Van Komen te Gent, 1995
  651. zie ook E.B.F.F. Wittert van Hoogland, De Nederlandsche Adel, Den Haag, 1913 p781
  652. J.A. Gruys en J. Bos, Adresboek. Nederlandse drukkers en boekverkopers tot 1700, Den Haag,1999
  653. ⇒ walle
  654. zie ook Mededeling B. Van Komen te Gent, 1995
  655. J.A. Gruys en J. Bos, Adresboek. Nederlandse drukkers en boekverkopers tot 1700, Den Haag,1999
  656. ⇒ www.janvanhout.nl
  657. ⇒ www.janvanhout.nl
  658. ⇒ www.janvanhout.nl
  659. zie ook Wittert van Hoogland, l.c.
  660. Wittert van Hoogland, l.c.
  661. zie ook Wittert van Hoogland, l.c.
  662. zie ook Wittert van Hoogland, l.c.
  663. NL 11(1893)67
  664. zie ook Mededeling B. Van Komen te Gent, 1995
  665. Wittert van Hoogland, l.c.
  666. Mededeling B. Van Komen te Gent, 1995
  667. NL 71(1954)38
  668. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jacob Duyfhuysen jr, inv. nr. 235 aktenr. 201 blz 385
  669. zie ook Wittert van Hoogland, l.c.
  670. ⇒ walle
  671. Burggraeve, l.c. p99
  672. Burggraeve, l.c. p99
  673. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 147 aktenr. 303 blz 721
  674. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 144 aktenr. 48 blz 98
  675. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 144 aktenr. 54 blz 110
  676. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 148 aktenr. 753 blz 1162
  677. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 179 aktenr. 23 blz 45
  678. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 168 aktenr. 179 blz 229
  679. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 179 aktenr. 33 blz 65
  680. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 98 aktenr. 217 blz 545
  681. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas v.d. Hagen, inv. nr. 120 aktenr. 108 blz 218
  682. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 149 aktenr. 464 blz 806
  683. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jacob Duyfhuysen, inv. nr. 43 aktenr. 11 blz 21
  684. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Hofflant, inv. nr. 256 aktenr. 188 blz 294
  685. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Hofflant, inv. nr. 256 aktenr. 221 blz 354
  686. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas v.d. Hagen, inv. nr. 121 aktenr. 14 blz 37
  687. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas v.d. Hagen, inv. nr. 121 aktenr. 15 blz 39
  688. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 165 aktenr. 134 blz 221
  689. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jacob Cornelisz van der Swan, inv. nr. 185 aktenr. 258 blz 339
  690. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jacob Cornelisz van der Swan, inv. nr. 185 aktenr. 395 blz 495
  691. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 138 aktenr. 232 blz 371
  692. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Hofflant, inv. nr. 257 aktenr. 184 blz 281
  693. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jacob Cornelisz van der Swan, inv. nr. 185 aktenr. 321 blz 409
  694. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jacob Cornelisz van der Swan, inv. nr. 185 aktenr. 324 blz 412
  695. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Hofflant, inv. nr. 257 aktenr. 327 blz 517
  696. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Hofflant, inv. nr. 257 aktenr. 330 blz 522
  697. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas v.d. Hagen, inv. nr. 111 aktenr. 12 blz 20
  698. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas v.d. Hagen, inv. nr. 111 aktenr. 15 blz 24
  699. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 175 aktenr. 43 blz 63
  700. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jacob Duyfhuysen jr, inv. nr. 196 aktenr. 63 blz 115
  701. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 145 aktenr. 75 blz 138
  702. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 145 aktenr. 78 blz 143
  703. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 181 aktenr. 82 blz 206
  704. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 181 aktenr. 83 blz 210
  705. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 175 aktenr. 65 blz 91
  706. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 181 aktenr. 93 blz 236
  707. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 168 aktenr. 7 blz 8
  708. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 175 aktenr. 90 blz 121
  709. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az, inv. nr. 97 aktenr. 164 blz 381
  710. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 168 aktenr. 70 blz 102
  711. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 152 aktenr. 24 blz 49
  712. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 153 aktenr. 112 blz 163
  713. zie ook Burggraeve, l.c. p100
  714. Burggraeve, l.c. p99
  715. ANF 13(1900)8
  716. Kroniekje Cleyburgh 1582-1663, GN 54(1999)258 e.v.
  717. Kroniekje Cleyburgh 1582-1663, GN 54(1999)258 e.v.
  718. Kroniekje Cleyburgh 1582-1663, GN 54(1999)258 e.v.
  719. ANF 13(1900)8
  720. Kroniekje Cleyburgh 1582-1663, GN 54(1999)258 e.v.
  721. Kroniekje Cleyburgh 1582-1663, GN 54(1999)258 e.v.
  722. Kroniekje Cleyburgh 1582-1663, GN 54(1999)258 e.v.
  723. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas v.d. Hagen, inv. nr. 108 aktenr. 77 blz 139
  724. ANF 13(1900)8
  725. GA Rotterdam, ONA, Nots. Gerrit van der Hout, inv. nr. 300 aktenr. 23 blz 155
  726. Kroniekje Cleyburgh 1582-1663, GN 54(1999)258 e.v.
  727. ANF 13(1900)8
  728. Kroniekje Cleyburgh 1582-1663, GN 54(1999)258 e.v.
  729. ANF 13(1900)8
  730. ANF 13(1900)8
  731. ANF 13(1900)8
  732. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 762, blz. 847
  733. ANF 13(1900)8
  734. Kroniekje Cleyburgh 1582-1663, GN 54(1999)258 e.v.
  735. Album Studiosorum Academiae Rhenotraiectinae, 1636-1886, Utrecht, 1886
  736. Album Promotorum Rijksuniversiteit Utrecht 1815-1936, Leiden, 1963
  737. zie ook ANF 13(1900)8
  738. ANF 5(1888)173
  739. Kroniekje Cleyburgh 1582-1663, GN 54(1999)258 e.v.
  740. Kroniekje Cleyburgh 1582-1663, GN 54(1999)258 e.v.
  741. J.A. Gruys en J. Bos, Adresboek. Nederlandse drukkers en boekverkopers tot 1700, Den Haag,1999
  742. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas v.d. Hagen, inv. nr. 127 aktenr. 29 blz 53
  743. GA Rotterdam, ONA, passim
  744. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 97 aktenr. 119 blz 273
  745. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 89 aktenr. 177 blz 281
  746. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 79 aktenr. 324 blz 1074
  747. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 81 aktenr. 14 blz 45
  748. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 149 aktenr. 351 blz 588
  749. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 149 aktenr. 454 blz 791
  750. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 135 aktenr. 4 blz 4
  751. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 85 aktenr. 286 blz 564
  752. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 135 aktenr. 13 blz 15
  753. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jacob Duyfhuysen, inv. nr. 43 aktenr. 11 blz 21
  754. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas v.d. Hagen, inv. nr. 121 aktenr. 14 blz 37
  755. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas v.d. Hagen, inv. nr. 121 aktenr. 15 blz 39
  756. GA Rotterdam, ONA, Nots. Anthony Huysman, inv. nr. 342 aktenr. 36 blz 79
  757. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 148 aktenr. 753 blz 1162
  758. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 168 aktenr. 40 blz 58
  759. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 179 aktenr. 23 blz 45
  760. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 168 aktenr. 179 blz 229
  761. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 179 aktenr. 33 blz 65
  762. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 179 aktenr. 38 blz 71
  763. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 168 aktenr. 70 blz 102
  764. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 94 aktenr. 216 blz 371
  765. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 179 aktenr. 33 blz 65
  766. GA Rotterdam, ONA, Nots. Nicolaas Vogel Adriaansz, inv. nr. 159 aktenr. 39 blz 100
  767. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Hofflant, inv. nr. 263 aktenr. 372 blz 534
  768. Burggraeve, l.c. p100
  769. zie ook Burggraeve, l.c. p100
  770. zie ook Burggraeve, l.c. p100
  771. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 773, blz. 1561
  772. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 148 aktenr. 741 blz 1145
  773. GA Rotterdam, ONA, Nots. Adriaan Kieboom, inv. nr. 149 aktenr. 182 blz 326
  774. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Hofflant, inv. nr. 256 aktenr. 237 blz 384
  775. GAA, Transportakten voor 1811; NL-SAA-21581199
  776. GAA, Transportakten voor 1811; NL-SAA-21583791
  777. Burggraeve, l.c. p99
  778. Wap. 1(1897)118
  779. zie ook Burggraeve, l.c. p99
  780. zie ook Wap. 1(1897)118
  781. GA Rotterdam, ONA, passim
  782. Jb. CBG 56(2002)55
  783. Jb. CBG 56(2002)55
  784. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az, inv. nr. 86 aktenr. 87 blz 164
  785. Wap. 1(1897)118
  786. Jb. CBG 56(2002)55
  787. Wap. 1(1897)118
  788. Jb. CBG 56(2002)55
  789. Wap. 1(1897)118
  790. Jb. CBG 56(2002)55
  791. Wap. 1(1897)118
  792. Jb. CBG 56(2002)55
  793. Wap. 1(1897)118
  794. GA Rotterdam, ONA, Nots. Gerrit van der Hout, inv. nr. 313 aktenr. 20 blz 32
  795. Jb. CBG 56(2002)55
  796. Jb. CBG 56(2002)55
  797. Jb. CBG 56(2002)55
  798. Jb. CBG 56(2002)55
  1. Jb. CBG 56(2002)55
  2. Jb. CBG 56(2002)55
  3. Arsip Nasional Wilayah, Djakarta, ⇒ induk.htm
  4. Jb. CBG 56(2002)55
  5. JDBU 2(1909)176
  6. Van Troostenburg de Bruijn
  7. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  8. J. de Wal, Nederlanders, en personen, die later met Nederland in betrekking stonden, studenten te Heidelberg en te Genève, in: Hand. en Med. Mij. der Ned. Letterkunde 1865; en Nederlanders, studenten te Heidelberg, 1886
  9. Album studiosorum universitatis Duisburgensis, Düsseldorf, Nordrh.- Westf. Haupstaatsarchiv, Bestand Universität Duisburg Nr.172, ⇒ duepublico.uni-duisburg-essen.de
  10. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  11. Van Troostenburg de Bruijn
  12. Jb. CBG 56(2002)55
  13. Wap. 1(1897)118
  14. JDBU 8(1915)31
  15. ⇒ databases.tanap.net
  16. NA, fonds 1.04.02, nr. 1321 sectie Ceylon, p 857
  17. NA, fonds 1.04.02, nr. 1470 sectie Ceylon, p1237 - 1239
  18. NA, fonds 1.04.02, nr. 1470 sectie Ceylon, p1217 - 1236
  19. NA, fonds 1.04.02, nr. 1479 sectie Ceylon, p460 - 461
  20. NA, fonds 1.04.02, nr. 1479 sectie Ceylon, p473 - 493
  21. NA, fonds 1.04.02, nr. 1525 sectie Ceylon, p1369 - 1387
  22. NA, fonds 1.04.02, nr. 1544 sectie Ceylon, p 982 - 991
  23. NA, fonds 1.04.02, nr. 1591 sectie Ceylon, p1128 - 1210
  24. NA, fonds 1.04.02, nr. 8915 sectie Ceylon, p508 - 542
  25. J. A. Gothe, Archief voor de geschiedenis der Oude Hollandsche zending, 1884, ⇒ archiefvoordege01gothgoog
  26. Jb. CBG 56(2002)55
  27. Nav. 51(1901)305
  28. Wap. 1(1897)118
  29. Database van VOC documenten, ⇒ databases.tanap.net
  30. NA 1.04.02 1259 cey 2798 - 2801
  31. NA 1.04.02 1259 cey 2802 - 2815
  32. NA 1.04.02 1278 cey 2052 - 2062
  33. NA 1.04.02 1304 cey 319 - 332
  34. NA 1.04.02 1313 cey 286 - 293
  35. NA 1.04.02 1313 cey 297 - 308
  36. NA 1.04.02 1316 cey 205 - 220
  37. NA 1.04.02 1321 cey 827 - 832
  38. NA 1.04.02 1321 cey 832 - 833
  39. NA 1.04.02 1329 cey 1282 - 1287
  40. NA 1.04.02 1333 301 - 306
  41. NA 1.04.02 1333 mla 484 - 488
  42. NA 1.04.02 1343 mla 471 - 474
  43. NA 1.04.02 1349 mla 1487 - 1490
  44. NA 1.04.02 1352 bta 281 - 376
  45. NA 1.04.02 8985 mla 30v - 31v
  46. NA 1.04.02 1379 mla 2459 - 2463
  47. NA 1.04.02 1396 mla 774
  48. NA 1.04.02 1397 bng 124 - 127
  49. NA 1.04.02 8443 bng 1 - 26
  50. Arsip Nasional Wilayah, Djakarta, ⇒ induk.htm
  51. Wap. 1(1897)118
  52. ⇒ obp.tanap.net
  53. ⇒ obp.tanap.net
  54. ⇒ jg-van-mierop
  55. Wap. 1(1897)118
  56. ⇒ jg-van-mierop
  57. ⇒ jg-van-mierop
  58. ⇒ jg-van-mierop
  59. NA 1.04.02 1435 bng 329 - 335
  60. NA 1.04.02 1435 bng 337
  61. NA 1.04.02 1435 bng 340 - 341
  62. Arsip Nasional Wilayah, Djakarta, ⇒ induk.htm
  63. NA 1.04.02 8171 mks 121 - 226
  64. NA 1.04.02 8989 mla 126 - 171
  65. NA 1.04.02 7981 bna1 11 - 32
  66. Arsip Nasional Wilayah, Djakarta, ⇒ induk.htm
  67. Wap. 1(1897)118
  68. Wap. 1(1897)118
  69. Database van VOC documenten, ⇒ databases.tanap.net
  70. Database van VOC documenten, ⇒ databases.tanap.net
  71. NA 1.04.02 8918 cey 903
  72. Arsip Nasional Wilayah, Djakarta, ⇒ induk.htm
  73. Database van VOC documenten, ⇒ databases.tanap.net
  74. NA 1.04.02 8593 bng 181 - 182
  75. NA 1.04.02 8369 bng 155 - 156
  76. NA 1.04.02 8369 bng 157 - 159
  77. NA 1.04.02 8369 bng 88 - 90
  78. NA 1.04.02 8735 bng 1 29 - 33
  79. Wap. 1(1897)118
  80. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  81. F. Nagtglas et al., De algemeene kerkeraad der Nederduitsch-Hervormde Gemeente te Middelburg van 1574-1850, Middelburg, 1860, ⇒ books.google.nl
  82. Wap. 1(1897)118
  83. ⇒ nl.wikipedia.org
  84. ⇒ vandermerwede.net
  85. ⇒ voc.websilon.nl
  86. ⇒ nl.wikipedia.org
  87. NA 41(1948)12
  88. ⇒ I.htm
  89. ⇒ vanimhoff.html
  90. NA 41(1948)12
  91. NA 41(1948)12
  92. ⇒ vandermerwede.net
  93. ⇒ KNIL.php?IDknil=K4214
  94. ⇒ vandermerwede.net
  95. ⇒ I.htm
  96. ⇒ vandermerwede.net
  97. ⇒ nl.wikipedia.org
  98. ⇒ nl.wikipedia.org
  99. ⇒ nl.wikipedia.org
  100. ⇒ nl.wikipedia.org
  101. ⇒ nl.wikipedia.org
  102. ⇒ I.htm
  103. Wap. 1(1897)118
  104. Database van VOC documenten, ⇒ databases.tanap.net
  105. NA 1.04.02 8822 cro 2 266 - 275
  106. Jb. CBG 18(1964)55
  107. Jb. CBG 18(1964)55
  108. ⇒ kwartieren-marres.htm
  109. Jb. CBG 18(1964)55
  110. ⇒ 292.nl.html
  111. Wap. 1(1897)118
  112. ⇒ voc.websilon.nl
  113. Arsip Nasional Wilayah, Djakarta, ⇒ induk.htm
  114. ⇒ voc.websilon.nl
  115. NA 1.04.02 9128 kpg 1 29 - 35
  116. Wap. 1(1897)118
  117. Wap. 1(1897)118
  118. Database van VOC documenten, ⇒ databases.tanap.net
  119. NA 1.04.02 8812 cro 106v - 108r
  120. NA 1.04.02 1438 cro 1165 - 1170
  121. NA 1.04.02 1438 cro 1242 - 1243
  122. NA 1.04.02 8814 cro 165v - 167r
  123. NA 1.04.02 8814 cro 96v - 100v
  124. Arsip Nasional Wilayah, Djakarta, ⇒ induk.htm
  125. Burggraeve, l.c. p100
  126. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Hofflant, inv. nr. 256 aktenr. 170 blz 265
  127. GA Rotterdam, ONA, Nots. Gerrit van der Hout, inv. nr. 317 aktenr. 172 blz 169
  128. Burggraeve, l.c. p101
  129. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 760, blz. 963
  130. zie ook Burggraeve, l.c. p101
  131. zie ook Burggraeve, l.c. p101
  132. wikipedia: Frans:
  133. NNBW dl. 5, ⇒ www.dbnl.org
  134. ⇒ 042.html
  135. NNBW dl. 5, ⇒ www.dbnl.org
  136. zie ook OV 56(2001)457
  137. NNBW dl. 5, ⇒ www.dbnl.org
  138. Nav. 43(1893)78
  139. Uil2015
  140. Uil2015
  141. ⇒ meer035lett01_01_0030.htm
  142. Uil2015
  143. Uil2015
  144. ⇒ meer035lett01_01_0030.htm
  145. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 141 aktenr. 322 blz 491
  146. NNBW dl. 5, ⇒ www.dbnl.org
  147. J.A. Gruys en J. Bos, Adresboek. Nederlandse drukkers en boekverkopers tot 1700, Den Haag,1999
  148. ⇒ druks.htm
  149. Nav. 12(1862)91
  150. Willem Frijhoff en Marijke Spies, Dutch Culture in a European Perspective: 1650, hard-won unity, Assen, 2004
  151. ONA Rotterdam, Nots. Jacob Symonsz, inv. nr. 18, Aktenummer/Blz. 112/371
  152. ONA Rotterdam, Nots. Jacobus Delphius, inv. nr. 371, Aktenummer/Blz. 170/283
  153. NNBW dl. 5, ⇒ www.dbnl.org
  154. zie ook Nav. 12(1862)150
  155. ⇒ walle
  156. J.A. Gruys en J. Bos, Adresboek. Nederlandse drukkers en boekverkopers tot 1700, Den Haag,1999
  157. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  158. J. E. Kroon, Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1875-1925, Leiden, 1925
  159. J.A. Gruys en J. Bos, Adresboek. Nederlandse drukkers en boekverkopers tot 1700, Den Haag,1999
  160. J.A. Gruys en J. Bos, Adresboek. Nederlandse drukkers en boekverkopers tot 1700, Den Haag,1999
  161. Willem Frijhoff en Marijke Spies, Dutch Culture in a European Perspective: 1650, hard-won unity, Assen, 2004
  162. J.A. Gruys en J. Bos, Adresboek. Nederlandse drukkers en boekverkopers tot 1700, Den Haag,1999
  163. ⇒ druks.htm
  164. J.A. Gruys en J. Bos, Adresboek. Nederlandse drukkers en boekverkopers tot 1700, Den Haag,1999
  165. GA Utrecht, ONA, Nots. J. van Almeloveen, inv.nr. U73a1, aktenr. 19, d.d. 25-05-1679
  166. Nav. 12(1862)150
  167. GA Rotterdam, ONA Delfshaven, Nots. Johannes Waerts, inv. nr. 3848 aktenr./blz.nr 16/115
  168. Nav. 12(1862)150
  169. Gen. Van der Meulen
  170. voor zijn test. zoek NA Purmerend 4237 f159 Nots. J. Grebber
  171. Gen. Van de Meulen
  172. zie ook Jb. CBG 23(1969) en 24(1970) passim, voor dit echtpaar
  173. NL 76(1959)347
  174. Mededeling M.C. de Haan te Veldhoven
  175. Veegens, l.c.
  176. J.D. Veegens, De banken van leening in Noord-Nederland tot het einde der achttiende eeuw, Proefschrift, Universiteit van Leiden, Rotterdam, 1869
  177. Thijs Postma, Graven van de Sint Gommarus, Grootebroek, 2010
  178. GA Rotterdam, ONA, Nots. Arnout Wagensvelt, inv. nr. 134 aktenr. 369 blz 524
  179. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 757, blz. 107
  180. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 753, blz. 175
  181. o.a. mededeling M.C. de Haan te Veldhoven
  182. D.A. Wittop Koning, Bijdrage tot reconstructie album studiosorum illustre school of gymnasium te Harderwijk, in: Gelders Oudheidkundig Contactbericht (1980) nr. 86.
  183. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  184. zie ook mededeling M.C. de Haan te Veldhoven
  185. zie ook Herlevend Verleden, l.c.
  186. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  187. NL 76(1959)347
  188. mededeling M.C. de Haan te Veldhoven
  189. NL 76(1959)347
  190. NL 76(1959)347
  191. mededeling M.C. de Haan te Veldhoven
  192. ⇒ kwartierstaat-hans-flipse
  193. Jb CBG 24(1970)296
  194. Jb. CBG 24(170)296
  195. GN 43(1988)313
  196. ⇒ vocopvarenden.nationaalarchief.nl
  197. ⇒ vocopvarenden.nationaalarchief.nl
  198. zie ook NL 76(1959)347
  199. NL 76(1959)347
  200. ⇒ genealogie-van-der-veen
  201. ⇒ genealogie-van-der-veen
  202. ⇒ kwartierstaat-hans-flipse
  203. ⇒ genealogie-van-der-veen
  204. ⇒ vocopvarenden.nationaalarchief.nl
  205. ⇒ vocopvarenden.nationaalarchief.nl
  206. ⇒ zeebrieven.html
  207. ⇒ vocopvarenden.nationaalarchief.nl
  208. ⇒ genealogie-van-der-veen
  209. ⇒ genealogie-van-der-veen
  210. ⇒ vocopvarenden.nationaalarchief.nl
  211. Thijs Postma, Graven van de Sint Gommarus, Grootebroek, 2010
  212. ⇒ genealogie-van-der-veen
  213. ⇒ kwartierstaat-hans-flipse
  214. Thijs Postma, Graven van de Sint Gommarus, Grootebroek, 2010
  215. Jb. CBG 23(1969)310
  216. Jb. CBG 23(1969)310
  217. Jb. CBG 23(1969)310
  218. Jb. CBG 23(1969)310
  219. Jb. CBG 23(1969)310
  220. Jb. CBG 23(1969)311
  221. Jb. CBG 23(1969)311
  222. Jb. CBG 24(1970)260
  223. ⇒ vocopvarenden.nationaalarchief.nl
  224. ⇒ vocopvarenden.nationaalarchief.nl
  225. zie ook Bloys van Treslong Prins, NH, l.c.
  226. OA Schiedam inv. nr. 1448
  227. OA Schiedam inv. nr. 1449
  228. OA Schiedam inv. nr. 1450, 200e penning
  229. OA Schiedam inv. nr. 1451, 200e penning
  230. OA Schiedam inv. nr. 1452, Haarstede- of Schoorsteengeld Schiedam 1644
  231. OA Schiedam inv. nr. 1453, 200e penning anno 1644
  232. OA Schiedam inv. nr. 1454, 200e penning anno 1646
  233. OA Schiedam inv. nr. 1455, 200e penning anno 1652
  234. ORA Schiedam inv. nr. 603, Nr. 227 folio 44v. d.d. 30-07-1631
  235. ORA Schiedam inv. nr. 603, Nr. 257 folio 50v. d.d. 13-12-1632
  236. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az., inv. nr. 86 aktenr. 16 blz 36
  237. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jan van Aller Az, inv. nr. 86 aktenr. 25 blz 53
  238. GA Rotterdam, ONA, Nots. Gerrit van der Hout, inv. nr. 269 aktenr. 33 blz 61
  239. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 755, blz. 412
  240. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 757, blz. 107
  241. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 757, blz. 409
  242. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 776, blz. 819
  243. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 759, blz. 695
  244. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 770, blz. 1544
  245. O.N.A. inv. no. : 776 blz. : 697
  246. O.N.A. inv. no. : 776 blz. : 699
  247. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 753, blz. 175
  248. GA Schiedam, ONA, inv. nr. XXX, blz. YYY
  249. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 771, blz. 916
  250. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 772, blz. 81
  251. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 781, blz. 101
  252. GA Schiedam, O.N.A. inv. no.: 779 blz.: 225
  253. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 781, blz. 535
  254. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 773, blz. 691
  255. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 779, blz. 531
  256. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 756, blz. 927
  257. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 776, blz. 149
  258. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 776, blz. 437
  259. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 776, blz. 551
  260. GA Schiedam, O.N.A. inv. no.: 770 blz.: 1544
  261. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 772, blz. 81
  262. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 753, blz. 175
  263. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 760, blz. 1327
  264. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 761, blz. 1
  265. GA Schiedam, O.N.A. inv. no.: 781 blz.: 21
  266. GA Schiedam, O.N.A. inv. no.: 781 blz.: 27
  267. GA Schiedam, O.N.A. inv. no.: 772 blz.: 1572
  268. GA Schiedam, O.N.A. inv. no.: 781 blz.: 29
  269. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 773, blz. 61
  270. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 762, blz. 335
  271. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 762, blz. 395
  272. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 779, blz. 221
  273. GA Schiedam, O.N.A. inv. no.: 779 blz.: 225
  274. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 762, blz. 795
  275. ORA Schiedam inv. nr. 604, Nr. 42 folio 17 d.d. 11-11-1666
  276. ORA Schiedam inv. nr. 604, Nr. 41 folio 16v. d.d. 11-11-1666
  277. GA Schiedam, O.N.A. inv. no.: 781 blz.: 489
  278. GA Schiedam, O.N.A. inv. no.: 781 blz.: 491
  279. GA Schiedam, O.N.A. inv. no.: 779 blz.: 357
  280. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 772, blz. 81
  281. GA Schiedam, ONA, inv. nr. 773, blz. 691
  282. Jb CBG 15(1961)214
  283. GN 36(1981)389
  284. GN 42(1987)397
  285. Prom. 13, p195
  286. NL 113(1996)84 e.v.
  287. GA Utrecht I, 703
  288. GA Utrecht I, 704
  289. NL 58(1940)150
  290. NL 58(1940)150
  291. NL 58(1940)150
  292. NL 58(1940)150
  293. NL 58(1940)150
  294. Posthumus, Bronnen tot de geschiedenis van de Leidsche textielnijverheid 1333-1795, 's-Gravenhage, 1910
  295. H.M. van den Heuvel, De Criminele Vonnisboeken van Leiden, 1533-1811, Leiden, 1978
  296. OV 29(1974)249
  297. Desreumaux, l.c.
  298. RAL, ONA Leiden, Nots. Claes van der Laen, Archiefnr. 506, inv. nr. 88, akte nr. 014
  299. RAL, ONA Leiden, Nots. Jan van Kuyck, Archiefnr. 506, inv. nr. 119, akte nr. 106
  300. RAL, ONA Leiden, Nots. Foijt Ghijsbertsz van Sijp, Archiefnr. 506, inv. nr. 157, akte nr. 135
  301. Posthumus, Bronnen tot de geschiedenis van de Leidsche textielnijverheid 1333-1795, 's-Gravenhage, 1910
  302. Posthumus, Bronnen tot de geschiedenis van de Leidsche textielnijverheid 1333-1795, 's-Gravenhage, 1910
  303. Posthumus, Bronnen tot de geschiedenis van de Leidsche textielnijverheid 1333-1795, 's-Gravenhage, 1910
  304. VZS 95(1996)246
  305. Zeeuws Kwartierstatenboek, p191
  306. VZS 95(1996)246
  307. VZS 95(1996)246
  308. VZS 95(1996)246
  309. GN 32(1977)76
  310. Mededeling Hanneke Okkenhaug, 2020
  311. VZS 95(1996)246
  312. zie ook VZS 95(1996)246
  313. Jb. CBG 11(1957)179
  314. zie ook VZS 95(1996)246
  315. Nav. 46(1896)81
  316. Wap. 13(1909)244
  317. ELO, ONA Leiden, archiefnr506, Nots. Adriaen Claesz. Paedts, 1613-1644, inv.nr 186, aktenr. 32
  318. Mededeling Hanneke Okkenhaug, 2020
  319. Mededeling Hanneke Okkenhaug, 2020
  320. Mededeling Hanneke Okkenhaug, 2020
  321. VZS 95(1996)246
  322. GN 32(1977)76
  323. GN 32(1977)76
  324. GN 39(1984)285
  325. VZS 95(1996)246
  326. GN 39(1984)285
  327. GN 32(1977)76
  328. GN 39(1984)285
  329. VZS 95(1996)246
  330. Mededeling Hanneke Okkenhaug, 2020
  331. Mededeling Hanneke Okkenhaug, 2020
  332. Mededeling Hanneke Okkenhaug, 2020
  333. Zeeuws Kwartierstatenboek, p19
  334. VZS 33(1981)295
  335. VZS 33(1981)295
  336. VZS 33(1981)295
  337. Zeeuws Kwartierstatenboek, p109
  338. Zeeuws Kwartierstatenboek, p109
  339. GN 39(1984)285
  340. GN 32(1977)76
  341. Zeeuws Kwartierstatenboek, p109
  342. GN 32(1977)71
  343. GN 32(1977)71
  344. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p185
  345. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p185
  346. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  347. NL 67(1950)241
  348. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p186
  349. Nav. 57(1908)220
  350. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p185
  351. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p19
  352. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p185
  353. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p185
  354. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p185
  355. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p185
  356. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p185
  357. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p186
  358. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  359. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  360. Dominees.nl
  361. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  362. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p186
  363. Dominees.nl
  364. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p186
  365. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p186
  366. S. en J.Luchtmans, Archief voor kerkelijke geschiedenis, dl. 7, Leiden, 1836
  367. ANF 7(1890)77
  368. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p186
  369. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  370. Groenewegen, geciteerd in Utrechtse Parentelen, dl. 6, p186
  371. Dominees.nl
  372. S. en J.Luchtmans, Archief voor kerkelijke geschiedenis, dl. 7, Leiden, 1836
  373. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p186
  374. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  375. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p186
  376. GA Leiden, Stads-Arch.-II, inv. nr. 4024
  377. S. en J.Luchtmans, Archief voor kerkelijke geschiedenis, dl. 7, Leiden, 1836
  378. Utrechtse Parentelen, dl. 6, p186
  379. GA Rotterdam, ONA, Nots. Balthasar Bazius, inv. nr. 431, aktenr./blz. 95/131
  380. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  381. Nav. 57(1908)220
  382. Nav. 57(1908)220
  383. SAVP, toeg. nr. 150 Hervormde Kerk Zwartewaal
  384. Nav. 57(1908)220
  385. ANF 7(1890)78
  386. Nav. 57(1908)220
  387. S. en J.Luchtmans, Archief voor kerkelijke geschiedenis, dl. 7, Leiden, 1836
  388. ANF 7(1890)78
  389. Staten van Holland na 1572, 1178, f189 18-1-1658 gecit. in Utrechtse Parentelen, dl. 6, p188
  390. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jacob Duyfhuysen jr, inv. nr. 235, aktenr./blz. 138/263
  391. Staten van Holland na 1572, 1178, f211 27-11-1662 gecit. in Utrechtse Parentelen, dl. 6, p188
  392. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jacob Duyfhuysen jr, inv. nr. 235, aktenr./blz. 138/263
  393. GA Rotterdam, ONA, Nots. Jacob Duyfhuysen jr, inv. nr. 223, aktenr./blz. 41/125
  394. ONA Brielle 1024 2-5-1695, gecit. in Utrechtse Parentelen, dl. 6, p188
  395. Staten van Holland na 1572, 1778-A f45 6-5-1695, gecit. in Utrechtse Parentelen, dl. 6, p188
  396. zie ook Prometheus II/2e. dr
  397. zie ook F. van Hoorn, Geervliet 600 jaar stad, Geervliet, 1980
  398. Prometheus II/2e. dr
  399. OV 7(1952)16
  400. zie ook Prometheus II/2e. dr
  401. Prometheus II
  402. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 34
  403. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 164
  404. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 201
  405. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 211
  406. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 212
  407. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 214
  408. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 222
  409. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, stukken betreffende de bemoeiingen met boedels en nalatenschappen nr. 351
  410. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 419
  411. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 466
  412. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 480
  413. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 506
  414. Prometheus II/2e. dr
  415. OV 5592000)371
  416. Prometheus II/2e. dr
  417. Prometheus II/2e. dr
  418. Prometheus II/2e. dr
  419. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 252
  420. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 440
  421. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 673
  422. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 441
  423. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 472
  424. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 473
  425. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 486
  426. Streekarchief Voorne-Putten en Rozenburg, Stad Geervliet, Regesten Transportregisters nr. 487
  427. OV 34(1979)214
  428. Jb. OV 1961, p38
  429. Onze Voorouders III, p311
  430. Onze Voorouders III, p311
  431. Onze Voorouders III, p311
  432. Onze Voorouders III, p311
  433. Onze Voorouders III, p311
  434. OV 48(1993)426
  435. Dordrecht, Kohier van het hoofdgeld 1622, ⇒ www.regiodiep.nl
  436. GA Dordrecht, Register 1000e penning van Dordrecht (1626), nr. 3, inv. 3975, ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  437. Detailinventaris van de Insolvente boedel Van de Gevel - Van Ophoven - Van Ems, 1619-1699. Antwerpen, 1999, ⇒ www.felixarchief.be
  438. GA Dordrecht, Weeskamer inv. 19, f. 61v en 62, gecit. in ⇒ www.uwpassieonline.nl
  439. GA Dordrecht, ONA, inv. nr. 98, d.d. 28-8-1636, ⇒ d-compu.dyndns.org
  440. zie ook NP 5(1914)336
  441. Jb. CBG 3(1949)85
  442. Dordrecht, Kohier van het hoofdgeld 1622, ⇒ www.regiodiep.nl
  443. GA Dordrecht, Register 1000e penning van Dordrecht (1626), nr. 3, inv. 3975, ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  444. zie ook NP 5(1914)336
  445. GAA, Transportakten voor 1811; NL-SAA-21731170
  446. zie ook NP 5(1914)336
  447. Jb. Amstelodamum 18(1920)50
  448. zie ook NP 5(1914)336
  449. Jb. Amstelodamum 18(1920)50
  450. NP 5(1914)336
  451. NP 5(1914)336
  452. Archiefdienst Kennemerland, DEPOT 44/000833
  453. NP 5(1914)336
  454. NP 5(1914)336
  455. NP 5(1914)336
  456. GA Utrecht, ONA 34-4, Nots. H. van Zuylen, inv. nr. U048a004, akte nr. 229-2
  457. ⇒ predikanten.htm
  458. ⇒ predikanten.htm
  459. Gildenarchieven Dordrecht, inv. 8, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  460. SA Dordrecht, DTB 78, f37, d.d. 20-2-1649
  461. GA Dordrecht, ONA, inv. nr. 87, d.d. 12-2-1648, ⇒ d-compu.dyndns.org
  462. GA Dordrecht, ONA, inv. nr. 197, d.d. 26-11-1668, ⇒ d-compu.dyndns.org
  463. ⇒ default.asp?action=deepLink&database=ChoiceArtists&%250=32515
  464. ⇒ predikanten.htm
  465. NL 100(1983)494
  466. Dordrecht, Kohier van het hoofdgeld 1622, ⇒ www.regiodiep.nl
  467. GA Dordrecht, Register 1000e penning van Dordrecht (1626), nr. 3, inv. 3975, ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  468. NL 100(1983)494
  469. ⇒ predikanten.htm
  470. Menn. Encycl., l.c., sub voce Terwen
  471. NL 100(1983)494
  472. Stadsarch. Dordrecht no. 2449, fol. 27 v. Register der renten van des kapitale leningen
  473. ONA Dordrecht no. 87, fol. 302. Nots. J. Schoormans
  474. ONA Dordrecht no. 99, fol. 305. Nots. J. Schoormans
  475. Nav 80(1931)280
  476. NL 100(1983)494
  477. SA Dordrecht, DTB 78, gecit. ⇒ www.uwpassieonline.nl
  478. NL 100(1983)494
  479. ONA Dordrecht, inv. nr. 42, f52, d.d. 3-3-1645, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  480. GN 54(1989)380
  481. ORA Dordrecht inv. 784, f16v, d.d. 29-3-1663, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  482. GA Dordrecht, ONA, inv. nr. 368, d.d. 16-4-1677, ⇒ d-compu.dyndns.org
  483. ⇒ action=deepLink&database=ChoiceArtists&%250=38125
  484. ONA Dordrecht inv. 591, f289, d.d. 8-10-1696 , gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  485. ONA Dordrecht, inv. 592, f399, d.d. 25-10-1697, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  486. Nav 80(1931)281
  487. NL 77(1960)149
  488. GA Dordrecht, Archief nr. 3, inv. nr. 3990
  489. GA Dordrecht, ORA, inv. 797, Folionummer 47, Aktenummer 1
  490. The Mennonnite Encyclopaedia, p699
  491. ORA Dordrecht, inv. 644, akte 4, f13, d.d. 19-1-1705, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  492. ONA Dordrecht, inv. nr. 504, d.d. 26-3-1709, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  493. ONA Dordrecht, notaris E. Venloo, inv. nr. 509, d.d. 22-4-1719, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  494. ONA Dordrecht, notaris E. Venloo, inv. 509, d.d. 26-5-1719, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  495. A.M.L. Hajenius, Dopers in de Domstad, Hilversum 2003
  496. St. Her. 11(1999)21
  497. GA Dordrecht, Archief 3, inv. nr. 3989
  498. Nav 80(1931)281
  499. NL 21(1903)166
  500. GA Dordrecht, Archief nr. 3, inv. nr. 3508 en 3509, Verponding
  501. Mr. P.C. Bloys van Treslong Prins, Genealogische en Heraldische Gedenkwaardigheden in en uit de kerken der provincie Zuid-Holland, Utrecht, 1922
  502. ONA Dordrecht, inv. nr. 506, akte 36, d.d. 25-5-1713, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  503. ONA Dordrecht, 507, akte 28, d.d. 21-5-1715, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  504. NL 21(1903)166
  505. GA Dordrecht, Archief nr. 3, inv. nr. 3988, Impost coffij etc.
  506. GA Dordrecht, Archief nr. 3, inv. nr. 3990
  507. zie ook NL 74(1957)47
  508. zie ook NL 43(1925)94
  509. The Mennonnite Encyclopaedia, p699
  510. NL 100(1983)494
  511. NL 74(1957)47
  512. ONA Dordrecht, inv. 84, f160, d.d. 31-8-1644, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  513. ORA Dordrecht inv. 791, f. 35v
  514. ONA Dordrecht, inv. 642, akte 10, d.d. 22-1-1703, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  515. Nav 80(1931)282
  516. GA Dordrecht, Archief nr. 3, inv. nr. 3988, Impost coffij etc.
  517. ORA Dordrecht, inv. 644, akte 4, f13, d.d. 19-1-1705, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  518. GA Dordrecht, Archief 3, inv. nr. 3989
  519. GA Dordrecht, Archief nr. 3, inv. nr. 3990
  520. Dordrecht, Kohier van de verponding 1731, ⇒ www.regiodiep.nl
  521. Dordrecht, Kohier van de verponding 1731, ⇒ www.regiodiep.nl
  522. Mr. P.C. Bloys van Treslong Prins, Genealogische en Heraldische Gedenkwaardigheden in en uit de kerken der provincie Zuid-Holland, Utrecht, 1922
  523. A.M.L. Hajenius, Dopers in de Domstad, Hilversum 2003
  524. GA Dordrecht, Toegangsnummer: 786, Polder Wieldrecht
  525. GA Dordrecht, ORA inv. 80, d.d. 30-6-1693 gecit. in ⇒ www.uwpassieonline.nl
  526. ONA Dordrecht, 507, akte 28, d.d. 21-5-1715, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  527. GA Dordrecht, ONA inv. 509, akte 9, gecit. in ⇒ www.uwpassieonline.nl
  528. GA Dordrecht, ORA, inv. 813, f. 132v e.v. gecit. in ⇒ www.uwpassieonline.nl
  529. GA Dordrecht, ONA, Nots. B. van Gelsdorp, inv. 691, akte 101, f. 352 e.v., gecit. in ⇒ www.uwpassieonline.nl
  530. GA Dordrecht, ORA, inv. 817, f. 22r en 22v, gecit. in ⇒ www.uwpassieonline.nl
  531. GA Dordrecht, ORA inv. 817, f. 820, f. 21v, gecit. in ⇒ www.uwpassieonline.nl
  532. GA Dordrecht, Archief nr. 3, inv. nr. 3508 en 3509, Verponding
  533. Dordrecht, Kohier van de verponding 1731, ⇒ www.regiodiep.nl
  534. Dordrecht, Kohier van de verponding 1731, ⇒ www.regiodiep.nl
  535. Dordrecht, Kohier van de verponding 1731, ⇒ www.regiodiep.nl
  536. Dordrecht, Kohier van de verponding 1731, ⇒ www.regiodiep.nl
  537. Dordrecht, Kohier van de verponding 1731, ⇒ www.regiodiep.nl
  538. Dordrecht, Kohier van de verponding 1731, ⇒ www.regiodiep.nl
  539. Dordrecht, Kohier van de verponding 1731, ⇒ www.regiodiep.nl
  540. GA Dordrecht, Toegangsnummer: 786, Polder Wieldrecht
  541. The Mennonnite Encyclopaedia, p699
  542. GA Dordrecht, ORA, inv. 817, f. 22r en 22v, gecit. in ⇒ www.uwpassieonline.nl
  543. GA Dordrecht, Archief nr. 3, inv. nr. 3988, Impost coffij etc.
  544. NL 100(1983)494
  545. Jb. CBG 10(1956)56
  546. GN 21(1966)162
  547. GN 21(1966)162
  548. ⇒ predikanten.htm
  549. ORA Dordrecht inv. 791, f. 35v
  550. Jb. CBG 10(1956)56
  551. GA Dordrecht, Archief 3, inv. nr. 3989
  552. Archief NH gemeente Dordrecht, inv. 9, f. 250, d.d. 24-3-1689, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  553. ONA Dordrecht, notaris Huijbert van Wetten, inv. 739, akte 28, f79, d.d. 18-3-1711, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  554. GA Dordrecht, Toegangsnummer: 786, Polder Wieldrecht
  555. ONA Dordrecht, notaris B .van Gelsdorp, inv. 690, akte 149, f682, d.d. 18-12-1728, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  556. ORA Dordrecht inv. 817, f205, d.d. 28-9-1734, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  557. Stadsarchief Dordrecht, ORA, Arch. nr. 9, Inv.nr. 821, f164v, Aktenr. 1
  558. Stadsarchief Dordrecht, ORA, Arch. nr. 9, Inv.nr. 821, f165, Aktenr. 1
  559. GA Dordrecht, Toegangsnummer: 125, Collectie van bescheiden met betrekking tot de familie Repelaer en aanverwante geslachten
  560. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  561. ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  562. P.C. Molhuysen, Album Promotorum Academiae Lugduno Batavae 1575-1812, 's-Gravenhage 1913-1924
  563. ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  564. Dordrecht, Kohier van het hoofdgeld 1622, ⇒ www.regiodiep.nl
  565. Nav 80(1931)280
  566. Nav 80(1931)280
  567. GA. Utrecht. Nats. F. Zwaardecroon
  568. GA. Utrecht. Nots. G. Houtman
  569. Nav 80(1931)283
  570. NL 81(1964)337
  571. NL 81(1964)337
  572. NL 81(1964)337
  573. GAU, Nots. P. Leechburch , Utrecht, inv.nr.U97a7, aktenr. 141, d.d. 07-12-1694
  574. Nav 80(1931)283
  575. Nav 80(1931)283
  576. Dordrecht, Kohier van het hoofdgeld 1622, ⇒ www.regiodiep.nl
  577. GA Dordrecht, Register 1000e penning van Dordrecht (1626), nr. 3, inv. 3975, ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  578. Menn. Encycl., l.c., sub voce Tirion
  579. Menn. Encycl., l.c., sub voce Tirion
  580. zie Menn. Encycl., l.c., sub voce Tirion
  581. GA Schiedam, O.N.A. inv. no.: 897 blz.: 465
  582. S. Blaupot ten Cate, Geschiedenis der Doopsgezinden in Holland, Zeeland, Utrecht, Gelderland,... dl. II Amsterdam, 1847
  583. Nav. 81(1932)123
  584. Nav. 81(1932)123
  585. Nav. 81(1932)123
  586. Nav. 81(1932)123
  587. Nav. 81(1932)123
  588. Nav. 81(1932)123
  589. Nav. 81(1932)123
  590. zie ook Tijdschr. 1340, 6(1992)140
  591. ONA Dordrecht, notaris J. Hellu, inv. 342, d.d. 12-10-1678, gecit. in ⇒ www.andredenhaan.ismijnpassie.nl
  592. Nav. 81(1932)123
  593. Nav. 81(1932)123
  594. Nav. 81(1932)123
  595. Nav. 81(1932)123
  596. GA Dordrecht, Archief 3, inv. nr. 3989
  597. Nav. 81(1932)123
  598. Regionaal Archief Tilburg, Arch. nr. 1232 Archief Dorpsbestuur Loon op Zand, inv. nr. 603, ⇒ www.regionaalarchieftilburg.nl
  599. Mededeling C. H. Soethout te Kerkrade, 1997
  600. Mededeling C. H. Soethout te Kerkrade, 1997
  601. Regionaal Archief Tilburg, Arch. nr. 781, RA Loon op Zand, inv. nr. 78, f40v, 41, ⇒ www.regionaalarchieftilburg.nl
  602. Regionaal Archief Tilburg, Arch. nr. 781, RA Loon op Zand, inv. nr. 79, f 172, ⇒ www.regionaalarchieftilburg.nl
  603. Regionaal Archief Tilburg, Arch. nr. 781, RA Loon op Zand, inv. nr. 82, f22, ⇒ www.regionaalarchieftilburg.nl
  604. Regionaal Archief Tilburg, Arch. nr. 781, RA Loon op Zand, inv. nr. 82, f22v, ⇒ www.regionaalarchieftilburg.nl
  605. Regionaal Archief Tilburg, Arch. nr. 781, RA Loon op Zand, inv. nr. 82, f112, ⇒ www.regionaalarchieftilburg.nl
  606. Prom. 12, p69
  607. Prom. 12, p69
  608. Prom. 12, p69
  609. zie ook Prom. 12, p69
  610. GN 47(1992)465
  611. Prom. 12, p79 en Prom. 15, p277
  612. Sprang, ORA, Protocol van transport en obligaties, 1628 - 1631, f 2r, ⇒ www.doekefkes.nl
  613. Sprang, ORA, Protocol van transport en obligaties, 1628 - 1631, f 3v, ⇒ www.doekefkes.nl
  614. Sprang, ORA, Protocol van transport en obligaties, 1628 - 1631, f 4v, ⇒ www.doekefkes.nl
  615. Sprang, ORA, Protocol van transport en obligaties, 1628 - 1631, f 62v, ⇒ www.doekefkes.nl
  616. Sprang, ORA, Protocol van transport en obligaties, 1628 - 1631, f 144r, ⇒ www.doekefkes.nl
  617. Sprang, ORA, Protocol van transport en obligaties, 1628 - 1631, f 146r, ⇒ www.doekefkes.nl
  618. RA Sprang, f218 d.d. 7-6-1666, volgens Mededeling C.H. Soethout te kerkrade, 1997
  619. zie ook Mededeling C.H. Soethout te Kerkrade, 1997
  620. zie ook Mededeling C.H. Soethout te Kerkrade, 1997
  621. zie ook Mededeling C.H. Soethout te Kerkrade, 1997
  622. zie ook Prom. 12, p60
  623. zie ook Mededeling C.H. Soethout te Kerkrade, 1997
  624. zie ook Prom. 12, p60
  625. zie ook VG 16(1991)145
  626. VG 16(1991)145
  627. VG 16(1991)143
  628. ⇒ kwartierstaatfrits.htm
  629. ⇒ kwartierstaatfrits.htm
  630. VG 25(2000)360
  631. ⇒ kwartierstaatfrits.htm
  632. VG 25(2000)360
  633. Mededeling W. Schmelzer, Genealogie Van Steenhuys, 2014
  634. Zoeklicht zonder grenzen, 1990
  635. Nav. 84(1935)120
  636. BHIC, ONA Grave, Toegangsnr. 7041, inv. nr. 260, akte nr. 925
  637. BHIC, ONA Grave, Toegangsnr. 7041, inv. nr. 260, akte nr. 932
  638. BHIC, ONA Grave, Toegangsnr. 7041, inv. nr. 260, akte nr. 938
  639. BHIC, ONA Grave, Toegangsnr. 7041, inv. nr. 260, akte nr. 941
  640. BHIC, ONA Grave, Toegangsnr. 7041, inv. nr. 260, akte nr. 994
  641. BHIC, ONA Grave, Toegangsnr. 7041, inv. nr. 260, akte nr. 1039
  642. BHIC, ONA Grave, Toegangsnr. 7128, inv. nr. 11, akte nr. 50
  643. BHIC, ONA Grave, Toegangsnr. 7041, inv. nr. 261, akte nr. 173
  644. BHIC, ONA Grave, Toegangsnr. 7041, inv. nr. 261, akte nr. 175
  645. BHIC, ONA Grave, Toegangsnr. 7041, inv. nr. 261, akte nr. 469
  646. BHIC, ONA, Grave, Toegangsnr. 7128, inv. nr. 9, akte nr. 30
  647. BHIC, ONA, Grave, Toegangsnr. 7128, inv. nr. 10, akte nr. 5
  648. BHIC, ONA, Grave, Toegangsnr. 7128, inv. nr. 11, akte nr. 36
  649. BHIC, ONA, Grave, Toegangsnr. 7128, inv. nr. 11, akte nr. 21
  650. BHIC, ONA, Grave, Toegangsnr. 7128, inv. nr. 11, akte nr. 10
  651. BHIC, ONA, Grave, Toegangsnr. 7128, inv. nr. 11, akte nr. 11
  652. BHIC, ONA, Grave, Toegangsnr. 7128, inv. nr. 11, akte nr. 7
  653. zie ook NL 20(1902)118
  654. BHIC, Archief Classis 's-Hertogenbosch, Toegangsnr. 254
  655. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 332, blz. 061
  656. BHIC, Raad van Brabant, 1586 - 1811, Civiele procesdossiers 1678 - 1707, inv. nr. 788.2187, ⇒ www. archieven.nl
  657. BHIC, Raad van Brabant, 1586 - 1811, Civiele procesdossiers 1678 - 1707, inv. nr. 788.2447, ⇒ www. archieven.nl
  658. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 335, blz. 015
  659. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 334, blz. 159
  660. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 334, blz. 160
  661. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 336, blz. 024
  662. BHIC, 7016 Dorpsbestuur Sambeek, 1308-1810, 4. Archief van de kosters en schoolmeesters van Sambeek, akte nr. 305
  663. BHIC, 7016 Dorpsbestuur Sambeek, 1308-1810, 1. Archief van de schepenen en regenten van het dorp Sambeek, akte nr. 140
  664. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 334, blz. 153
  665. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 334, blz. 274 -275
  666. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 334, blz. 175
  667. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 334, blz. 198
  668. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 334, blz. 201
  669. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 336, blz. 033
  670. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 336, blz. 110
  671. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 334, blz. 160
  672. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 336, blz. 114
  673. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 336, blz. 187
  674. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 336, blz. 225
  675. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 337, blz. 077
  676. BHIC, Schepenprotocollen, Sambeek, Toegangsnr. 7040, inv. nr. 334, f138v
  677. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 336, blz. 018
  678. BHIC, Schepenprotocol Vierlingsbeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 288, blz. 018
  679. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 336, blz. 221
  680. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 336, blz. 279
  681. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 337, blz. 008
  682. BHIC, Schepenprotocol Sambeek, Toegangsnummer:7040, inv. nr. 337, blz. 046
  683. Limb. Leeuw 8(1960)120
  684. Limburg's jaarboek 1903, 1904, 1905
  685. RAL; L.v.O 5327 (Eisden, gichten 1614-1630).
  686. RAL; L.v.O. 5133 (Eisden, gerechtelijke attesten).
  687. GA Venlo; portef. 118, nr 931.
  688. GA Venlo; portef. 384, nr 2227.
  689. RAL; L.v.O. 5203 (Eisden, civ. gedingen 1595-1601).
  690. Limburg's jaarboek 1910, p. 19-46, ⇒ roermond-burgers-1562-1793.htm
  691. Limburg's jaarboek,...
  692. Limburg's jaarboek 1903, 1904, 1905
  693. Limburg's jaarboek 1903, 1904, 1905
  694. Kwartierstatenboek VVG, Barneveld, 1988, VVG025
  695. Mededeling Johan de Heij, 2016
  696. RA Limburg, Processen van de Schepenbank Breust
  697. Hamers, l.c.
  698. Hamers, l.c. p 243
  699. Paquay, l.c.
  700. Paquay, l.c.
  701. Mededeling Johan de Heij, 2016
  702. Hamers, l.c.
  703. Hamers, l.c. p 242
  704. GN 55(2000)211
  705. 8(1891)240
  706. Hamers, l.c. p243
  707. Hamers, l.c. p 206
  708. ANF 8(1891)240
  709. ANF 8(1891)240
  710. Kwartierstatenboek I, VVG, 1988
  711. ANF 8(1891)240
  712. J.G. Frederiks, Nederlanders, Studenten te Herborn
  713. Kwartierstatenboek I, VVG, 1988
  714. ⇒ www.dominees.nl
  715. zie ook ANF 8(1891)240
  716. Kwartierstatenboek I, VVG, 1988
  717. NL 40(1922)382
  718. Kwartierstatenboek I, VVG, 1988
  719. S.J. Fockema Andreae en Th. J. Meijer, Album Studiosorum Academiae Franekerensis I, Franeker, 1968
  720. ⇒ www.dominees.nl
  721. NP 1(1910)150
  722. NL 31(1913)383)
  723. NL 21(1903)197
  724. NL 25(1907)53
  725. ANF 8(1891)240
  726. Arch. NH Gemeente Nijmegen, nr. 526-529
  727. Gelders Archief, ORA Land tussen Maas en Waal, inv.nr. 73, nr. 5
  728. Gelders Archief, Gelderse Landdagsrecessen 1581-1798, bloknr. 0012, inv. nr. 0S29, f265, 266
  729. Album Studiosorum Academiae Rhenotraiectinae, 1636-1886, Utrecht, 1886
  730. Album Promotorum Academiae Rheno-Trajectinae 1636-1815, Utrecht, 1936
  731. ANF 5(1888)90
  732. Hamers, l.c. p 206
  733. Hamers, l.c. p 242
  734. NL 21(1903)197
  735. Hamers, l.c. p 206
  736. Hamers, l.c. p 242
  737. Hamers, l.c., p206
  738. Hamers, l.c. p 242
  739. Paquay, l.c.
  740. Jb. CBG 5(1951)170
  741. Hamers, l.c. p 242
  742. Hamers, l.c. p 207
  743. GA Dordrecht, Archief nr. 3, inv. nr. 3988, Impost coffij etc.
  744. NL 21(1903)197
  745. GA Dordrecht, Archief 3, inv. nr. 3989
  746. GA Dordrecht, Archief nr. 3, inv. nr. 3990
  747. Limburg's jaarboek 1903, 1904, 1905
  748. GN 46(1991) 218
  749. ONA Dordrecht, archief 20, nr. 634, gecit. in ⇒ www.uwpassieonline.nl
  750. NL 21(1903)197
  751. Hamers, l.c. p 206,207
  752. Paquay, l.c.
  753. Paquay, l.c.
  754. GA Dordrecht, ONA, inv. nr. 570, d.d. 27-8-1699, ⇒ d-compu.dyndns.org
  755. GA Dordrecht, Archief nr. 3, inv. nr. 3990
  756. NL 21(1903)197
  757. NL 21(1903)197
  758. NL 21(1903)197
  759. Limburg's jaarboek 1910, p. 19-46, ⇒ roermond-burgers-1562-1793.htm
  760. NL 21(1903)197
  761. NL 21(1903)197
  762. GA Dordrecht, Archief nr. 3, inv. nr. 3988, Impost coffij etc.
  763. Jb. CBG 5(1951)170
  764. NL 21(1903)197
  765. Jb. CBG 5(1951)170
  766. Jb. CBG 5(1951)170
  767. NL 21(1903)197
  768. NL 21(1903)197
  769. NL 21(1903)197
  770. NL 21(1903)197
  771. NL 21(1903)197
  772. NL 21(1903)197
  773. NL 21(1903)197
  774. NL 21(1903)197
  775. NL 21(1903)197
  776. Jb. CBG 5(1951)170
  777. Jb. CBG 5(1951)170
  778. NL 21(1903)165
  779. GA Dordrecht, Archief 3, inv. nr. 3989
  780. NL 21(1903)197
  781. NL 21(1903)197
  782. NL 21(1903)197
  783. NL 21(1903)197
  784. NL 21(1903)197
  785. GA Dordrecht, ONA, inv. nr. 395, 8-1-1692, ⇒ d-compu.dyndns.org
  786. NL 21(1903)197
  787. NL 21(1903)197
  788. RAL, Breust, Overdrachtsre-gisters,inv. nr. 10, fol. 108 en 109,30-5-1600 en RAL, LvO 5324, fol. 246,30-5-1600.
  789. GN 50(1995)360
  790. RA Limburg, Processen van de Schepenbank Breust
  791. Paquay, l.c.
  792. Limb. Leeuw 8(1960)121
  793. Paquay,l.c.
  794. Paquay, l.c.
  795. RAL, Breust, Overdrachtsregisters, inv. nr. 10, fol. 107,29-5-1600, gecit in GN 50(1995)360
  796. Paquay, l.c.
  797. RA Limburg, Processen van de Schepenbank Breust
  798. RA Limburg, Processen van de Schepenbank Breust
  1. Mededeling Paul Frambach, 2002
  2. Paquay, l.c.
  3. GN 50(1995)354
  4. GN 50(1995)354
  5. GN 50(1995)354
  6. RA Limburg, Processen van de Schepenbank Breust
  7. GN 50(1995)354
  8. GN 50(1995)355
  9. GN 50(1995)356
  10. GN 50(1995)354
  11. GN 50(1995)363
  12. Mededeling Paul Frambach, 2002
  13. NL 102(1985)25
  14. OV 51(1996)726
  15. NL 102(1985)25
  16. NL 102(1985)25
  17. NL 102(1985)25
  18. RA Sliedrecht 1185/50
  19. RA Sliedrecht 1185/65
  20. OV 40(1985)669
  21. Rechterlijk Archief Sliedrecht inv.nr. 1185, fol. 97
  22. Rechterlijk Archief Sliedrecht inv.nr. 1120
  23. Rechterlijk Archief Sliedrecht inv.nr. 1120
  24. Rechterlijk Archief Sliedrecht inv.nr. 1120
  25. GN 60(2005)622
  26. OV 40(1985)669
  27. Rechterlijk Archief Sliedrecht inv.nr. 1181
  28. OV 40(1985)669
  29. GN 57(2002)459
  30. CD Zeeuws Kwartierstatenboek, kwartierstaat Neuteboom
  31. ⇒ bertdelange
  32. ⇒ bertdelange
  33. ⇒ bertdelange
  34. ⇒ bertdelange
  35. ⇒ bertdelange
  36. NL 46(1928)146, Van Wimersma Greidanus, l.c., p141
  37. GN42(1986)232, Van Wimersma Greidanus, l.c., p141
  38. NL 46(1928)147
  39. Jb. Bentheim 127(1993)54
  40. NL 46(1928)146
  41. Abels. l.c.
  42. Van Wimersma Greidanus, l.c., p141
  43. NL 90(1973)227
  44. Her. Bib. 8(1881)15
  45. NL 90(1973)227
  46. Wap. 2(1898)264
  47. Wap. 2(1898)264
  48. Wap. 2(1898)264
  49. NL 99(1982)478
  50. Wap. 2(1898)264
  51. Zorn, l.c.
  52. ⇒ twentebestand
  53. Zorn, l.c.
  54. ⇒ twentebestand
  55. Zorn, l.c.
  56. Zorn, l.c.
  57. ⇒ twentebestand
  58. Zorn, l.c.
  59. ⇒ twentebestand
  60. Zorn, l.c.
  61. Zorn, l.c.
  62. Zorn, l.c.
  63. Mededeling Bas de Vries, 2008
  64. GA Utrecht, Nots. W.J. van Overmeer, inv. nr. U174a1, aktenummer 7, d.d. 18-1-1723
  65. Mededeling Bas de Vries, 2008
  66. Mededeling Bas de Vries, 2008
  67. Mededeling Bas de Vries, 2008
  68. Mededeling Bas de Vries, 2008
  69. Mededeling Bas de Vries, 2008
  70. Zorn, l.c.
  71. Zorn, l.c.
  72. Zorn, l.c.
  73. Zorn, l.c.
  74. Zorn, l.c.
  75. ⇒ twentebestand
  76. ⇒ twentebestand
  77. ⇒ twentebestand
  78. Zorn, l.c.
  79. zie ook Zorn, l.c.
  80. GAA, Transportakten voor 1811; NL-SAA-21631109
  81. GAA, Transportakten voor 1811; NL-SAA-21577135
  82. GAA, Transportakten voor 1811; NL-SAA-21635955
  83. GAA, Transportakten voor 1811; NL-SAA-21587385
  84. GAA, Transportakten voor 1811; NL-SAA-21639581
  85. GAA, Transportakten voor 1811; NL-SAA-21577557
  86. GAA, Kwijtscheldingen
  87. GAA, Transportakten voor 1811; NL-SAA-21644934
  88. zie ook Zorn, l.c.
  89. ⇒ twentebestand
  90. Vereniging Oudheidkamer Twente, SE163, ⇒ www.oudheidkamertwente.nl
  91. ⇒ twentebestand
  92. ⇒ twentebestand
  93. Zorn, l.c.
  94. ⇒ twentebestand
  95. ⇒ twentebestand
  96. ⇒ twentebestand
  97. ⇒ twentebestand
  98. ⇒ twentebestand
  99. Vereniging Oudheidkamer Twente, GEL18, ⇒ www.oudheidkamertwente.nl
  100. ⇒ twentebestand
  101. ⇒ twentebestand
  102. ⇒ twentebestand
  103. ⇒ twentebestand
  104. ⇒ twentebestand
  105. ⇒ twentebestand
  106. ⇒ twentebestand
  107. Zorn, l.c.
  108. ⇒ twentebestand
  109. ⇒ twentebestand
  110. ⇒ twentebestand
  111. ⇒ twentebestand
  112. E.D. Eijken, Repertorium op de Overstichtse en Overijsselse leenprotocollen, 1379-1805, Zwolle, 1995, nr. 331
  113. ⇒ twentebestand
  114. ⇒ twentebestand
  115. L.C.H. Strubberg (Ed.), Overysselsch advysboek, behelzende merkwaardige zo consultatoire als decisoire advysen en sententien, van veele voornaame rechtsgeleerden in Overyssel, Campen, 1784, ⇒ www.earlydutchbooksonline.nl
  116. ⇒ twentebestand
  117. ⇒ twentebestand
  118. ⇒ twentebestand
  119. ⇒ twentebestand
  120. ⇒ twentebestand
  121. ⇒ twentebestand
  122. ⇒ twentebestand
  123. ⇒ twentebestand
  124. ⇒ twentebestand
  125. Rekening van Gosen van Raesfelt de jonge, Drost van Twenthe, over de jaren 1567-1572, Enschede, 1982
  126. ⇒ twentebestand
  127. ⇒ twentebestand
  128. ⇒ twentebestand
  129. ⇒ twentebestand
  130. ⇒ twentebestand
  131. Vereniging Oudheidkamer Twente, SE163, ⇒ www.oudheidkamertwente.nl
  132. ⇒ twentebestand
  133. ⇒ twentebestand
  134. HCO Zwolle, ORA Landgericht Oldenzaal, toegang 65.1, inv. nr. 6
  135. Elderink, l.c., p336
  136. Elderink, l.c., p335
  137. ⇒ twentebestand
  138. Elderink, l.c., p442
  139. Benthem, l.c., p56
  140. Verpondingsregister Twenthe 1601, l.c.
  141. ref....?
  142. Vereniging Oudheidkamer Twente, SE163, ⇒ www.oudheidkamertwente.nl
  143. HCO Zwolle, ORA Stad Oldenzaal, toegang 65.1, inv. nr. 58
  144. zie ook ⇒ twentebestand
  145. Benthem, l.c., Elderink, l.c., passim
  146. Vereniging Oudheidkamer Twente, SE163, ⇒ www.oudheidkamertwente.nl
  147. Vereniging Oudheidkamer Twente, GE07, ⇒ www.oudheidkamertwente.nl
  148. Zorn, l.c.
  149. ⇒ twentebestand
  150. ⇒ twentebestand
  151. ⇒ twentebestand
  152. Album Studiosorum Academiae Groninganae, Groningen, 1915
  153. D.G. van Epen, Album Studiosorum Academiae Gelro-Zutphanicae 1648-1818, 's-Gravenhage, 1904
  154. O. Schutte, Het Album Promotorum van de Academie te Harderwijk, Arnhem. 1980
  155. Elderink, l.c., p337
  156. Vereniging Oudheidkamer Twente, SE163, ⇒ www.oudheidkamertwente.nl
  157. ⇒ twentebestand
  158. ⇒ twentebestand
  159. zie ook ⇒ twentebestand
  160. zie ook ⇒ twentebestand
  161. zie ook ⇒ twentebestand
  162. ⇒ twentebestand
  163. ⇒ twentebestand
  164. ⇒ twentebestand
  165. ⇒ twentebestand
  166. Elderink, l.c., p334
  167. ⇒ twentebestand
  168. Vereniging Oudheidkamer Twente, SE163, ⇒ www.oudheidkamertwente.nl
  169. Benthem, l.c., p130
  170. ⇒ twentebestand
  171. ⇒ twentebestand
  172. ⇒ twentebestand
  173. Elderink, l.c., p...
  174. ⇒ twentebestand
  175. Zorn, l.c.
  176. ⇒ twentebestand
  177. Jb. CBG 21(1967)26
  178. A.P. Van Schilfgaarde, Register lenen Huis Bergh, Arnhem, 1929, p168-169
  179. NL 102(1985)116
  180. NL 102(1985)116
  181. RAG, ORA Richterambt Doesburg, Civiele Procesdossiers Inv.nr. 30 , pnr. 3,/ Archiefblok: 0144, ⇒ www.genealogiedomein.nl
  182. Dr. J.J.S. Baron Sloet en Dr. J.S. van Veen, Register op de Leenaktenboeken van het Vorstendom Gelre en Graafschap Zutphen, Arnhem, 1917
  183. Jb. CBG 21(1967)26
  184. Jb. CBG 21(1967)26
  185. NL 104(1987)310
  186. NL 104(1987)310
  187. NL 104(1987)310
  188. zie ook NL 104(1987)310
  189. NL 104(1987)310
  190. NL 104(1987)310
  191. NL 104(1987)310
  192. NL 104(1987)310
  193. zie ook NL 104(1987)310
  194. NL 104(1987)310
  195. Stads- en Streekarchief Zutphen, ORA Zutphen, inventaris
  196. RA Stad Lochem inv. nr. 248 akten d.d. 9-5-1605, 2-6-1606
  197. RA Stad Lochem inv. nr. 248 akten d.d. 10-6-1608
  198. RA Stad Lochem inv. nr. 249 akte d.d. 12-2-1620
  199. RA Stad Lochem inv. nr. 250 21-8-1625
  200. RA Stad Lochem inv. nr. 251f 105v, d.d. 3-3-1628
  201. RA Stad Lochem inv. nr. 252 f23v d.d. 21-5-1631
  202. RA Stad Lochem inv. nr. 252 f176
  203. RA Stad Lochem inv. nr. 253 f126v d.d. 12-8-1639
  204. RA Stad Lochem, inv. nr. 254 f51
  205. RA Stad Lochem inv. nr. 255 f29v d.d. 24-5-1654
  206. RA Stad Lochem, inv. nr. 254 f75v
  207. NL 104(1987)308
  208. Regesten Lochem RAGld, inv. nr. 255 f31v
  209. Regesten Lochem RAGld, inv. nr. 2555 f87
  210. ORA Scholtambt Lochem, Protocol van Opdrachten en Vestenissen, inv. 133, f. 90
  211. RA Stad Lochem inv. nr. 50 f9v d.d. 23-5-1678
  212. NL 104(1987)308
  213. Regesten Lochem RAGld, inv. nr. 258 f85v
  214. Regesten Lochem RAGld, inv. nr. 258 f55
  215. VWG p271
  216. zie ook NL 104(1987)310
  217. NL 104(1987)310
  218. Arch. Staten van het kwartier van Zutphen en hun gedeputeerden, 297 f110v
  219. Mensema, Rep. Leenregisters St. Lebuinus, l.c.
  220. Regesten Lochem RAGld, inv. nr. 251 f174
  221. Regesten Lochem RAGld, inv. nr. 251 f197v
  222. Regesten Lochem RAGld, inv. nr. 255 f41v
  223. ⇒ index.htm
  224. Volontaire Protocollen Bredevoort, passim, ⇒ www.heerlijkheidbredevoort.nl
  225. ⇒ index.htm
  226. ⇒ index.htm
  227. ⇒ index.htm
  228. Volontaire Protocollen Bredevoort 1639-1640, f60
  229. RA Bredevoort inv. Nr. 418 f15v
  230. RA Bredevoort inv. Nr. 418 f16v
  231. Rekenbueck 1674 van Kerckmeester Guert Evers van de Aaltensche Kercke inv.nr. 210, ⇒ Inleiding%20kerkrekeningen.pdf
  232. ⇒ index.htm
  233. Volontaire protocollen van Bredevoort
  234. OTGB 16(1999)141
  235. Acta Consistorij Altensis ab Anno 1645, transcriptie, Hans Ligterink, 2011
  236. OTGB 17(2000)68
  237. OTGB 16(1999)141
  238. ref
  239. OTGB 16(1999)141
  240. Acta Consistorij Altensis ab Anno 1645, transcriptie, Hans Ligterink, 2011
  241. ⇒ index.htm
  242. Henk Ruessink, gecit. in ⇒ index.htm
  243. OTGB 17(2000)68
  244. Acta Consistorij Altensis ab Anno 1645, transcriptie, Hans Ligterink, 2011
  245. RAG, ORA Ordinair Protocol nr 234, deel 1662-1669, folio 1v
  246. ⇒ index.htm
  247. ORA Wisch 0209, invnr 327, folio 8R
  248. ⇒ index.htm
  249. ⇒ index.htm
  250. Vol. Protocollen Rechterlijk Archief Bredevoort
  251. OTGB jan. 83
  252. Vol. Protocollen Rechterlijk Archief Bredevoort (Notities Dr. Das, Bibliotheek Winterswijk
  253. ⇒ Inleiding%20kerkrekeningen.pdf
  254. ⇒ index.htm
  255. ⇒ index.htm
  256. ⇒ index.htm
  257. Acta Consistorij Altensis ab Anno 1645, transcriptie, Hans Ligterink, 2011
  258. ⇒ Inleiding%20kerkrekeningen.pdf
  259. ⇒ Inleiding%20kerkrekeningen.pdf
  260. Nav. 14(1864)211
  261. Nav. 14(1864)211
  262. xxx
  263. Nav. 14(1864)211
  264. Jahrbuch Bentheim 75(1972)28
  265. Abels, l.c.
  266. NP 31(1945)362
  267. Nav. 14(1864)211
  268. NP 31(1945)362
  269. NP 31(1945)362
  270. NP 31(1945)363
  271. NP 31(1945)363
  272. NP 31(1945)363
  273. NP 31(1945)363
  274. NP 31(1945)363
  275. NP 31(1945)363
  276. NP 31(1945)363
  277. NP 31(1945)363
  278. NP 31(1945)363
  279. NP 31(1945)363
  280. NP 31(1945)363
  281. NP 31(1945)363
  282. NP 31(1945)363
  283. NP 31(1945)364
  284. NP 31(1945)364
  285. NP 31(1945)364
  286. NP 31(1945)364
  287. zie ook NP 31(1945)364
  288. zie ook NP 31(1945)364
  289. NP 31(1945)364
  290. O. Schutte, Het Album Promotorum van de Academie te Harderwijk, Arnhem. 1980
  291. zie ook NP 31(1945)373
  292. GA Zwolle, Toegangsnummer: 700B, Stadsarchief van Zwolle 1230-1813, deel II, 2.2.9.3.3.4., ⇒ www.archieven.nl
  293. zie ook NP 31(1945)373
  294. NP 31(1945)373
  295. NP 31(1945)373
  296. NP 31(1945)364
  297. ⇒ walraven.html
  298. ⇒ walraven.html
  299. zie ook ⇒ walraven.html
  300. ⇒ walraven.html
  301. Album Studiosorum Academiae Groninganae, Groningen, 1915
  302. ⇒ walraven.html
  303. NP 31(1945)373
  304. ⇒ walraven.html
  305. ⇒ walraven.html
  306. zie ook NP 31(1945)364
  307. NP 31(1945)363
  308. Nav. 14(1864)211
  309. S.J. Fockema Andreae en Th. J. Meijer, Album Studiosorum Academiae Franekerensis I, Franeker, 1968
  310. Abels, l.c.
  311. Jb. Bentheim 127(1993)54
  312. ref
  313. Snuif, l.c. p 93
  314. Achterop, l.c.
  315. ANF 16(1903)541
  316. Album Studiosorum Academiae Groninganae, Groningen, 1915
  317. ANF 16(1903)541
  318. A.J. van der AA, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden
  319. E.F. Harkenroth, Geschiedenissen behoorende tot de moederkerke in Emden en Oost-Friesland ..., Harlingen, 1726
  320. E.F. Harkenroth, Geschiedenissen behoorende tot de moederkerke in Emden en Oost-Friesland ..., Harlingen, 1726
  321. GN 27(1972)203
  322. GN 27(1972)203
  323. Album Studiosorum Academiae Groninganae, Groningen, 1915
  324. E.F. Harkenroth, Geschiedenissen behoorende tot de moederkerke in Emden en Oost-Friesland ..., Harlingen, 1726
  325. ⇒ gandersum.html
  326. ⇒ toxopeus.htm
  327. GN 27(1972)203
  328. GN 27(1972)203
  329. Jb. Bentheim 131(1997)83 e.v.
  330. ⇒ kweekvijver
  331. Jb. Bentheim 131(1997)83 e.v.
  332. Jb. Bentheim 131(1997)83 e.v.
  333. Jahrbuch Bentheim, 127(1993)50 e.v.
  334. Jahrbuch Bentheim, l.c., 1971, p109
  335. Nav. 34(1884)112
  336. Jahrbuch Bentheim, 127(1993)50 e.v. en 131(1997)83 e.v.
  337. GN 18(1963)109
  338. NL 92(1975)270
  339. Nav. 34(1884)112
  340. Nav. 34(1884)112
  341. Maandelyke uittreksels, of Boekzaal der geleerde waerelt, Deel 47, Amsterdam, 1738
  342. ⇒ www.dominees.nl
  343. Ds. T.A. Romein, Naamlijst der predikanten, sedert de hervorming tot nu toe in de hervormde gemeenten van Friesland, Leeuwarden, 1886-1888
  344. Nav. 34(1884)112
  345. NP 6(1915)348
  346. Album Studiosorum Academiae Groninganae, Groningen, 1915
  347. NL 90(1973)229
  348. ANF 16(1903)540
  349. NP 6(1915)348
  350. Nav. 7 (1857)139
  351. NP 63(1977)284
  352. Album Studiosorum Academiae Groninganae, Groningen, 1915
  353. Nav. 7 (1857)139
  354. NP 63(1977)284
  355. NP 63(1977)284
  356. NP 63(1977)284
  357. NP 63(1977)289
  358. Album Studiosorum Academiae Groninganae, Groningen, 1915
  359. Nav. 7 (1857)139
  360. NP 6(1915)348
  361. NP 63(1977)289
  362. NP 63(1977)286
  363. ⇒ www.neomagus.nl
  364. ⇒ collcart
  365. Album Studiosorum Academiae Rhenotraiectinae, 1636-1886, Utrecht, 1886
  366. Album Studiosorum Duisburg
  367. NL 92(1975)272
  368. Album Studiosorum Academiae Groninganae, Groningen, 1915
  369. NL 92(1975)272
  370. Nav. 7 (1857)139
  371. ANF 3(1886)262
  372. NP 63(1977)286
  373. Album Studiosorum Academiae Groninganae, Groningen, 1915
  374. Wessel Friedrich Visch, Geschiedenis van het Graafschap Bentheim, Zwolle, 1820
  375. NP 63(1977)241
  376. Album Studiosorum Academiae Groninganae, Groningen, 1915
  377. Jb. Bentheim 131(1997)83 e.v.
  378. ⇒ thesaurus.cerl.org
  379. zie ook H. Sluiter, Genealogie Sluiter, Apeldoorn, 1998
  380. ORA Borculo, inv. nr. 20, d.d. 28-6-1641 en 19-7-1641, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  381. Nav. 50(1900)420
  382. ⇒ WillemSluiterpagina.htm
  383. v. Gorcum, l.c.
  384. v. Gorcum, l.c.
  385. zie ook H. Sluiter, Genealogie Sluiter, Apeldoorn, 1998
  386. H. Sluiter, Genealogie Sluiter, Apeldoorn, 1998
  387. Burgerboek Zutphen, l.c.
  388. H. Sluiter, Genealogie Sluiter, Apeldoorn, 1998
  389. H. Sluiter, Genealogie Sluiter, Apeldoorn, 1998
  390. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 234, ƒ 3, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  391. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 235, ƒ 2, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  392. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 112, ƒ 2, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  393. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 333, ƒ 7, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  394. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 335, ƒ 20, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  395. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 123, ƒ 8, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  396. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 46, ƒ 11, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  397. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 277, ƒ 5, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  398. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 278, ƒ 3, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  399. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 138, ƒ 2, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  400. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 49, ƒ 11, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  401. NL 80(1963)381
  402. Abels, l.c.
  403. Vol. Protocollen Breedevoort, 1634, f35, gecit. door Mededeling Betty Radstok, 2007
  404. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 112, ƒ 2, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  405. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 35, ƒ 29, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  406. J.C. van Slee, De Illustre School te Deventer 1630-1878, 's-Gravenhage, 1916
  407. Album Studiosorum Academiae Groninganae, Groningen, 1915
  408. Abels, l.c.
  409. zie ook Mededeling Betty Radstok, 2007
  410. Abels, l.c.
  411. ⇒ dph.htm
  412. Abels, l.c.
  413. GN 31(1976)348
  414. ORA Borculo, inv. nr. 105, Klad van het stadgerichtssignaat, d.d. 3-7-1654, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  415. zie ook H. Sluiter, Genealogie Sluiter, Apeldoorn, 1998
  416. ORA Borculo, inv. nr. 20, d.d. 20-6-1659, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  417. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 246, f3, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  418. ORA Scholtambt Lochem, Protocol van Opdrachten en Vestenissen, inv. 133, f. 58v
  419. ORA Scholtambt Lochem, Protocol van Opdrachten en Vestenissen, inv. 133, f. 58v
  420. H. Sluiter, Genealogie Sluiter, Apeldoorn, 1998
  421. zie ook H. Sluiter, Genealogie Sluiter, Apeldoorn, 1998
  422. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 114, f2, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  423. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 237, f8, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  424. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 121, f2, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  425. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 123, f1, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  426. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 335, f34, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  427. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 125, f4, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  428. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 134, f3, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  429. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 139, f2, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  430. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 140, f3, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  431. van der Aa, l.c.
  432. Nav. 50(1900)420
  433. ⇒ WillemSluiterpagina.htm
  434. Verpondingskohier 1650, l.c.
  435. H. Sluiter, Genealogie Sluiter, Apeldoorn, 1998
  436. 12
  437. RA Heerlijkheid Borculo, inv.nr. 64. Opgave te Walvaart
  438. RA Heerlijkheid Borculo, inv.nr. 396 f. 153r-v (12 februari 1635)
  439. Mededeling E. Roscam Abbing te Nijmegen, 1999
  440. K. Scholz, 'Zur Geschichte der Gegenreformation in Vreden. Quellenstucke zu den Jahren 1624/1625', in: Geschichte vor stadt und Stift Vreden in 17. und 18. Jahrhundert' Heimatverein Vreden 7, Vreden 1977, p. 55
  441. Mededeling E. Roscam Abbing te Nijmegen, 1999
  442. In Fu\"rstlich Salm-Salm'schen Archiv te Anholt, in het archief op het slot Wassenburg. Hier bevindt zich het archief van het Stift Vreden (getypte afschriften). Acte 1580-1590. Opgave Te Walvaart.
  443. RA stad zutphen, inv.nr. 498. Opgave Te Walvaart
  444. R.A. Bredevoort, inv. nr. 64, fol. 79, gecit. in OTGB (1999)15
  445. RA Stad Zutphen, inv.nr. 507. Opgave Te Walvaart
  446. RA Stad Groenlo, inv.nr. 43. Opgave Te Walvaart
  447. RA Heerlijkheid Bredevoort, inv.nr. 74, f. 36v.
  448. RA Heerlijkheid Bredevoort, inv.nr. 402. Opgave Te Walvaart
  449. R.A. Bredevoort, inv. nr. 3999 fol. 38, gecit. in OTGB (1999)15
  450. R.A.Bredevoort, inv. nr. 402, fol. 37, gecit. in OTGB (1999)15
  451. RA Stad Zutphen, inv. nr. 515, 24 mei 1631. Opgave te Walvaart
  452. RA Stad Zutphen, inv.nr. 515. Opgave Te Walvaart
  453. R.A. Bredevoort, inv. nr. 405, fol. 37, gecit. in OTGB (1999)15
  454. R.A. Borculo, inv. nr. 396, fol. 153, gecit. in OTGB (1999)16
  455. RA. Bredevoort, inv. nr. 411, fol. 3, ook gecit. in OTGB (1999)16
  456. ⇒ www.heerlijkheidbredevoort.nl, Volontaire protocollen Bredevoort, d.d. 3-1-1639, f4
  457. ⇒ www.heerlijkheidbredevoort.nl, Volontaire protocollen Bredevoort, d.d. 14-2-1639, f11
  458. RA Bredevoort, inv.nr. 100, f170r
  459. ⇒ www.heerlijkheidbredevoort.nl, Volontaire protocollen Bredevoort, d.d. 15-4-1641, f22
  460. ⇒ www.heerlijkheidbredevoort.nl, Volontaire protocollen Bredevoort, d.d. 8-5-1645, f57v
  461. RA Heerlijkheid Borculo, inv.nr. 399 (7 maart 1646)
  462. Brief van B.H.M. te Vaarwerk, Eibergen 4 april 1994 aan E.W. Roscam Abbing. En verder bezit volgens dezelfde brief de Weduwe Wyginck in de buurschap Mallem de Otten mate, die bestaat uit twee koeweiden.
  463. RA Heerlijkheid Bredevoort, inv.nr. 107, f. 129v.
  464. RA Heerlijkheid Bredevoort, inv.nr. 109, f. 258r.
  465. RA Bredevoort, inv.nr. 416, f31v
  466. OTGB (1999)16
  467. Hof Gelre, inv. nr. 5296, nr. 78, gecit in OTGB (1999)16
  468. Hof Gelre, inv. nr. 5342, nr. 24, gecit. in OTGB (1999)16
  469. Archief de Graafschap III.1 van juli 1946, gecit in OTGB (1999)16
  470. RA Heerlijkheid Bredevoort, inv.nr. 100. Opgave Te Walvaart
  471. RA Heerlijkheid Bredevoort, inv.nr. 102. Opgave Te Walvaart
  472. Protocol der Kentenissen van Zutphen
  473. R.A. Bredevoort, inv. nr. 476, gecit. in OTGB (1999)17
  474. RA Bredevoort, inv.nr. 431
  475. OTGB (1999)18
  476. OTGB (1999)18
  477. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 266, f3, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  478. Streekarchivariaat Regio Achterhoek, Stadsbestuur Groenlo, Toegangsnummer: 138, Akten, gepasseerd voor burgemeesters en schepenen, ⇒ www.archieven.nl
  479. R.A. Bredevoort, inv. nr. 431, gecit. in OTGB (1999)18
  480. R.A. Groenlo, inv. nr. 46, fol. 601, gecit in OTGB (1999)18
  481. R.A. Groenlo, inv. nr. 46, fol. 641, gecit in OTGB (1999)18
  482. OTGB (1999)18
  483. NL 47(1929)319
  484. NL 47(1929)287
  485. Stadsrekeningen van Groenlo 1661 -1748
  486. NL 47(1929)383
  487. NL 47(1929)287
  488. Streekarchivariaat Regio Achterhoek, Stadsbestuur Groenlo, Toegangsnummer: 138, Akten, gepasseerd voor burgemeesters en schepenen, ⇒ www.archieven.nl
  489. RAG, Archief van de Staten van het Kwartier Zutphen, inv. nr. 349, f440v
  490. RAG, Archief van de Staten van het Kwartier Zutphen, inv. nr. 448 f31v
  491. NL 47(1929)319
  492. NL 47(1929)319
  493. RA Bredevoort, inv.nr. 448, f117v
  494. RA Bredevoort, inv.nr. 446, f181v
  495. RA Bredevoort, inv.nr. 453, f169r
  496. RA Bredevoort, inv.nr. 455, f167v
  497. RAG, Archief van de Staten van het Kwartier Zutphen, inv. nr.342
  498. NL 47(1929)287
  499. NL 47(1929)383
  500. OTGB (1999)19
  501. Afschrift OGTB van het verpondingscohier van 1647/1648 over Winterswijk. Opgave Te Walvaart.
  502. OTGB (1999)17
  503. RA Heerlijkheid Bredevoort, inv.nr. 116. Opgave Te Walvaart.
  504. ORA Borculo, inv.nr. 88, d.d. 17-6-1678, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  505. RA Heerlijkheid Borculo, inv.nr. 378
  506. Protocol der Kentenissen van Zutphen
  507. OTGB (1999)19
  508. NL 70(1953)220
  509. OTGB (1999)17
  510. NL (1931)237-238
  511. RA Stad Zutphen, inv.nr. 515. Opgave Te Walvaart
  512. RA Heerlijkheid Bredevoort, inv.nr. 102. Opgave Te Walvaart
  513. RA Heerlijkheid Bredevoort, inv.nr. 106. Opgave Te Walvaart.
  514. RA Heerlijkheid Bredevoort, inv.nr. 106. Opgave Te Walvaart.
  515. RA Heerlijkheid Bredevoort, inv.nr. 107, f. 129v.
  516. Mededeling E. Roscam Abbing te Nijmegen, 1999
  517. RA Bredevoort, inv.nr. 118, f183r
  518. RA. Borculo,inv. nr. 400, fol. 89, gecit. in OTGB (1999)19
  519. Specification deren in parochia Vreden anno 1559 (sic!) befundenen Reformierten Burgeren und Bauerslauthen. SlA, Mu\"nster, Fstm. Mu\"nster, Landesarchiv 146 I, Nr. x.
  520. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 336, f3, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  521. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 55, f2, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  522. R.A. Borculo, inv. nr. 407, fol. 97, gecit. in OTGB (1999)20
  523. R.A. Borculo, inv. nr. 408, fol. 115, gecit. in OTGB (1999)20
  524. R.A. Borculo, inv. nr. 378, fol. 126, gecit. in OTGB (1999)20
  525. R.A. Borculo, inv. nr. 378, fol. 129, gecit. in OTGB (1999)20
  526. ORA Borculo, inv.nr. 379: protocol van opdrachten ten stadgericht, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  527. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 288, f3 ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  528. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 147, f1, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  529. RA. Borculo, mv. nr. 410, fol. 253, gecit. in OTGB (1999)2
  530. R.A. Borculo, inv. nr. 410, fol. 310, gecit. in OTGB (1999)20
  531. RA. Borculo, inv. nr. 410, fol. 381, gecit. in OTGB (1999)20
  532. R.A.Borculo, inv. nr.380, fol.19, gecit. in OTGB (1999)20
  533. R.A. Bredevoort, inv. nr. 438, fol. 198, gecit. in OTGB (1999)20
  534. OTGB (1999)19
  535. GA Zutphen, Archief der classis van Zutphen, inv.nr. 199 (De gemeente Rekken)
  536. NP 31(1945)321
  537. RA Bredevoort, inv.nr. 436 f104v, ook gecit. in OTGB (1999)20
  538. Aantekeningen uit de kerkenrekeningen van Borculo betreffende begravingen, 1623-1795, SSHB Bronnenpublicatie 5, 2e deel, BP5e_begraafaantekeningen
  539. RA Bredevoort, inv.nr. 438
  540. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 288, f2, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  541. OTGB (1999)19
  542. OTGB (1999)19
  543. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 261, f11, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  544. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 269, f11, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  545. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 277, f5, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  546. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 290, f2, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  547. RA Bredevoort, inv.nr. 438, f198r
  548. OTGB (1999)19
  549. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  550. ORA Borculo, inv.nr. 88, d.d. 17-6-1678 en 1-7-1678, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  551. Streekarchivariaat Regio Achterhoek, Plaatselijk bestuur van Borculo, 1590-1817, "Legerboeck" van de stad Borculo (inv. nr. 1), blz. 21
  552. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 138, f1, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  553. RA Heerl. Bredevoort, inv.nr. 402, 28 mei 1629
  554. NP 12(1921)56
  555. NP 12(1921)56
  556. Mededeling E. Roscam Abbing te Nijmegen, 1999
  557. NP 12(1921)56
  558. RA Heerlijkheid Borculo, inv.nr. 396
  559. RA Heerlijkheid Bredevoort, inv.nr. 109, f. 258r.
  560. Mededeling E. Roscam Abbing te Nijmegen, 1999
  561. Mededeling E. Roscam Abbing te Nijmegen, 1999
  562. Borculo, procesdossiers, vonissen, inv. nr 336, f3, ⇒ www.heerlijkheidborculo.nl
  563. RA Heerlijkheit Bredevoort, inv.nr. 138 tot en met inv.nr. 140 (acte van 13 februari 1679). Opgave Te Walvaart
  564. Stads- en Streekarchief Zutphen, ORA Zutphen, inventaris
  565. R.A. Bredevoort, inv. nr. 460, gecit. in OTGB (1999)20
  566. Stadsarchief Zutphen, Inv. RA Scholtambt Zutphen, nr. 338, Civiele Procesdossiers
  567. NP 12(1921)56
  568. NP 76(1992)4
  569. zie ook NP 76(1992)4
  570. NP 76(1992)4
  571. NP 12(1921)56
  572. ⇒ need-nee-000501-pframeset.htm?need-nee-000501-p.htm
  573. Aantekeningen uit de kerkenrekeningen van Borculo betreffende begravingen, 1623-1795, SSHB Bronnenpublicatie 5, 2e deel, BP5e_begraafaantekeningen
  574. GN 37(1982)133
  575. zie ook GN 37(1982)133
  576. zie ook GN 37(1982)133
  577. ORA Scholtambt Lochem, Protocol van Opdrachten en Vestenissen, inv. 132, f. 71v
  578. ORA Lochem, Archiefblok: 0177 - Inventarisnummer 132 fol. 80
  579. ORA Scholtambt Lochem, Protocol van Opdrachten en Vestenissen, inv. 132, f. 84
  580. GN 37(1982)133
  581. ORA Stad Lochem, Vrijwillige Rechtspraak / Protocol van Opdrachten Gelders Archief / Archiefblok: 0178 - Inv. nr. 255, f129v
  582. Scholtambt Lochem, fol. 86v. dd. 12.12.1657, gecit. in GN 37(1982)134
  583. ORA Scholtambt Lochem, Protocol van Opdrachten en Vestenissen, inv. 132, f. 87
  584. ORA Scholtambt Lochem, Protocol van Opdrachten en Vestenissen, inv. 138 f. 44
  585. ORA Scholtambt Lochem, Protocol van Opdrachten en Vestenissen, inv. 138 f. 60
  586. ORA Scholtambt Lochem, Protocol van Opdrachten en Vestenissen, inv. 132, f. 68
  587. RAG, Contentieuze Rechtspraak, inv. nr. 236, gecit. in Scholtampt van Lochem 6(1985)68
  588. Scholtampt van Lochem 27(1992)78
  589. ORA Lochem, Archiefblok: 0177 - Inventarisnummer 132, f94v
  590. ORA Lochem, Archiefblok: 0177 - Inventarisnummer 135, f142v
  591. Regesten Lochem RAGld, inv. nr. 2555 f87
  592. Protocollen van het Oldenzaalse Landgericht
  593. Ten Cate, l.c.
  594. Ten Cate, l.c.
  595. S. Blaupot ten Cate, Geschiedenis der Doopsgezinden in Groningen, Overijssel en Oost Friesland, dl. II, ...
  596. Mr. G. J. ter Kuile Sr., Twentsche Eigenheimers, pag 313, ...
  597. ⇒ Accijns
  598. Fam. blad Ten Cate, l.c.
  599. ⇒ Accijns
  600. ⇒ Accijns
  601. ⇒ twentebestand
  602. ⇒ twentebestand
  603. ⇒ Accijns
  604. ⇒ Accijns
  605. HCO, Toeg. nr. 0045.2 Stadgericht Delden, nr. 46
  606. ⇒ Accijns
  607. ⇒ Accijns
  608. ⇒ twentebestand
  609. ⇒ Accijns
  610. ⇒ twentebestand
  611. ⇒ twentebestand
  612. zie ook NL 102(1985)52
  613. ⇒ Accijns
  614. ⇒ Accijns
  615. NL 102(1985)58
  616. NL 102(1985)58
  617. ⇒ twentebestand
  618. ⇒ Accijns
  619. ⇒ Accijns
  620. ⇒ ~blangenburg
  621. ⇒ ~blangenburg
  622. ⇒ twentebestand
  623. ⇒ twentebestand
  624. ⇒ ~blangenburg
  625. ⇒ Accijns
  626. NP 60(1974)173 e.v.
  627. ⇒ twentebestand
  628. ⇒ twentebestand
  629. ⇒ twentebestand
  630. ⇒ Accijns
  631. ⇒ twentebestand
  632. ⇒ twentebestand
  633. ⇒ twentebestand
  634. ⇒ twentebestand
  635. ⇒ Accijns
  636. ⇒ Accijns
  637. Menn. Encycl. Suppl., l.c., sub voce Hesselink
  638. Prometheus VII
  639. Prometheus VII
  640. NP 60(1974)399
  641. GN 35(1980)219
  642. GN 52(1997)5
  643. NP 60(1974)399
  644. NP 60(1974)399
  645. NP 60(1974)399
  646. NP 60(1974)399
  647. NP 60(1974)399
  648. NP 60(1974)399
  649. NP 60(1974)399
  650. NP 60(1974)399
  651. NP 60(1974)399
  652. NP 60(1974)399
  653. NP 60(1974)399
  654. NP 60(1974)399
  655. ⇒ leenders.htm
  656. ⇒ leenders.htm
  657. NP 60(1974)399
  658. NP 60(1974)173 e.v.
  659. Wap 18(1914)220
  660. NP 60(1974)173 e.v.
  661. Fam. blad ten Cate
  662. NP 60(1974)399
  663. NP 60(1974)399
  664. NP 60(1974)399
  665. NP 60(1974)173 e.v.
  666. NL 49(1931)205
  667. NL 49(1931)235
  668. NP 60(1974)173 e.v.
  669. NL 49(1931)204
  670. NP 60(1974)173 e.v.
  671. ⇒ twentebestand
  672. GN 35(1980)219
  673. ⇒ twentebestand
  674. ⇒ twentebestand
  675. ⇒ twentebestand
  676. Prometheus 8
  677. Prometheus 8
  678. Prometheus 8
  679. Prometheus 8
  680. zie ook Prometheus 8
  681. Prometheus 8
  682. RA Noordbroek d.d. 21-6-1659, volgens mededeling Hans Homan Free, 2013
  683. zie ook Prometheus 8
  684. S.H. Abels, Doopsgezinde familie in het Oldambt, dl. 1, Eexterzandvoort, 2002
  685. zie ook Prometheus 8
  686. S.H. Abels, Doopsgezinde familie in het Oldambt, dl. 1, Eexterzandvoort, 2002
  687. zie ook Prometheus 8
  688. GAG 985rnr
  689. 3660 RA Noordbroek, volgens mededeling Hans Homan Free, 2013
  690. 3660 RA Noordbroek, volgens mededeling Hans Homan Free, 2013
  691. 3660 RA Noordbroek, volgens mededeling Hans Homan Free, 2013
  692. -731-7430 f31v
  693. zij geeft toestemming met handtastinge
  694. tekent met een merk
  695. 3660 RA Noordbroek, volgens mededeling Hans Homan Free, 2013
  696. Prometheus 8
  697. S.H. Abels, Doopsgezinde familie in het Oldambt, dl. 1, Eexterzandvoort, 2002
  698. Prometheus 8
  699. Prometheus 8
  700. Uit Spanheim: 16 pl: Hilligerlee Ibid:H:T:Fol:286, volgens mededeling Hans Homan Free, 2013
  701. RA Westerlee d.d. 24-04-1650, volgens mededeling Hans Homan Free, 2013
  702. RA Westerlee d.d. 22-02-1656, volgens mededeling Hans Homan Free, 2013
  703. RA Westerlee d.d. 3-3-1656, volgens mededeling Hans Homan Free, 2013
  704. Romein, l.c.
  705. NL 99(1982)460
  706. NL 31(1913)127
  707. Romein, l.c.
  708. NL 30(1912)169
  709. NL 99(1982)460
  710. NL 30(1912)169
  711. NL 30(1912)169
  712. NL 99(1982)460
  713. NL 99(1982)460
  714. NL 30(1912)169
  715. NL 99(1982)460
  716. NL 30(1912)169
  717. ⇒ dokkumhuw.htm
  718. NL 30(1912)169
  719. GN 32(1977)13
  720. GN 45(1990)137
  721. GN 45(1990)137
  722. GN 45(1990)137
  723. GN 45(1990)137
  724. GA Leeuwarden, 1621 Klein-Consentboek Folio: 104
  725. ⇒ lijstgrcons.htm
  726. Mededeling J. Rienstra
  727. GN 57(2002)539
  728. W.G. Doornbos et al., Lidmatenboek van de Geref. Kerk van de Stad Groningen 1594-1660, Gronigen 2001
  729. zie ook Mededeling J. Rienstra
  730. GN 57(2002)539
  731. Wap. 21(1917)32
  732. Groot-Consentboek Folio: 209
  733. NL 64(1947)278
  734. Nav. 93(1950)23
  735. NL 64(1947)278
  736. NL 64(1947)278
  737. NL 64(1947)278
  738. NL 64(1947)278
  739. Nav. 93(1950)23
  740. ⇒ lijstgrcons.htm
  741. ook Mededeling J. Rienstra
  742. RAF, Gr. Consentboek, 8 mei 1657
  743. GA Leeuwarden, 1620 Proclamatieboek Folio: 328
  744. GA Leeuwarden, 1620 Groot-Consentboek Folio: 208
  745. GA Leeuwarden, 1620 Groot-Consentboek Folio: 229
  746. GA Leeuwarden, 1620 Klein-Consentboek Folio: 56
  747. Groot-Consentboek Folio: 209
  748. GA Leeuwarden, 1627 Klein-Consentboek Folio: 157
  749. GA Leeuwarden, 1633 Klein-Consentboek Folio: 218
  750. GA Leeuwarden, 1638 Groot-Consentboek Folio: 17
  751. GA Leeuwarden, 1642 Klein-Consentboek Folio: 51
  752. GA Leeuwarden, 1645 Klein-Consentboek Folio: 22
  753. GA Leeuwarden, Gr. Consentbk, 21 april 1665
  754. Wap. 21(1917)32
  755. S.J. Fockema Andreae en Th. J. Meijer, Album Studiosorum Academiae Franekerensis I, Franeker, 1968
  756. J. Visser, Album Collegii Studiosorum ex Gymnasio Leovardiensi 1626-1668, Franeker 1985
  757. Romein, l.c.
  758. Anny Bokkinga, Pensiën, Betalingen aan kloosterlingen, geleerden en ambachtslieden, 1592-1646, ISBN-10: 90-806528-5-7 ISBN-13: 978-90-806528-5-9
  759. Romein, l.c.
  760. Henricus Grevenstein, Naamlyst der predikanten ... in de Steden en Dorpen der Classis Bolswert en Workum, Leeuwarden, 1751, ⇒ books.google.nl
  761. J. Visser, Album Collegii Studiosorum ex Gymnasio Leovardiensi 1626-1668, Franeker 1985
  762. ⇒ lijstgrcons.htm
  763. ⇒ lijstgrcons.htm
  764. S.J. Fockema Andreae en Th. J. Meijer, Album Studiosorum Academiae Franekerensis I, Franeker, 1968
  765. J. Visser, Album Collegii Studiosorum ex Gymnasio Leovardiensi 1626-1668, Franeker 1985
  766. Romein, l.c.
  767. J. Visser, Album Collegii Studiosorum ex Gymnasio Leovardiensi 1626-1668, Franeker 1985
  768. S.J. Fockema Andreae en Th. J. Meijer, Album Studiosorum Academiae Franekerensis I, Franeker, 1968
  769. Romein, l.c.
  770. Van Veen, l.c.
  771. ⇒ vocopvarenden.nationaalarchief.nl
  772. ⇒ 92779
  773. Mededeling Enneke Posthumus, 2013
  774. S.J. Fockema Andreae en Th. J. Meijer, Album Studiosorum Academiae Franekerensis I, Franeker, 1968
  775. Album Studiosorum Academiae Groninganae, Groningen, 1915
  776. Romein, l.c.
  777. Album Studiosorum Academiae Groninganae, Groningen, 1915
  778. Romein, l.c.
  779. NP 86(2005)366
  780. NP 86(2005)366
  781. NP 86(2005)366
  782. zoek op Oude Kunst ..(1930)188
  783. Henricus Grevenstein, Naamlyst der predikanten ... in de Steden en Dorpen der Classis Bolswert en Workum, Leeuwarden, 1751, ⇒ books.google.nl
  784. Ds. T.A. Romein, Naamlijst der predikanten, sedert de hervorming tot nu toe in de hervormde gemeenten van Friesland, Leeuwarden, 1886-1888
  785. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  786. S.J. Fockema Andreae en Th. J. Meijer, Album Studiosorum Academiae Franekerensis I, Franeker, 1968
  787. Henricus Grevenstein, Naamlyst der predikanten ... in de Steden en Dorpen der Classis Bolswert en Workum, Leeuwarden, 1751, ⇒ books.google.nl
  788. Ds. T.A. Romein, Naamlijst der predikanten, sedert de hervorming tot nu toe in de hervormde gemeenten van Friesland, Leeuwarden, 1886-1888
  789. S.J. Fockema Andreae en Th. J. Meijer, Album Studiosorum Academiae Franekerensis I, Franeker, 1968
  790. ⇒ Sternsee.htm
  791. Burgemeesters van Franeker 1657-1700, ⇒ mpaginae
  792. H. de Walle, Friezen uit vroeger eeuwen, 2007, Franeker, 2007, ⇒ books.google.nl
  793. H. de Walle, Friezen uit vroeger eeuwen, 2007, Franeker, 2007, ⇒ books.google.nl
  794. S.J. Fockema Andreae en Th. J. Meijer, Album Studiosorum Academiae Franekerensis I, Franeker, 1968
  795. Th.J. Meijer, Album Promotorum Academiae Franekerensis (1591-1811), Franeker, 1972
  796. M.H.H. Engels, Advocaten bij het Hof van Friesland, 1995, ⇒ m.bourgonjen
  797. Burgemeesters van Franeker 1657-1700, ⇒ mpaginae

Back to the
genealogy page
Back to the
contents
Go to the
index
Forward to next
generation 13
Back to previous
generation 11
Directly go to generation :
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56