This page was last updated : 161128. File size is: 44 k.	Kwartierstaat Van Schothorst Generatie 19 NB Het symbool voor een kwartiernummer leidt naar de vader en/of moeder	Refer to these data as: L. Lapikás, Kwartierstaat Van Schothorst, version 10.2, Muiden, 2016.
© Copyright 2016 : L. Lapikás, Muiden, The Netherlands. No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means, electronic, mechanical, photocopying, recording or otherwise without the prior written permission of the publisher. An exemption is made for genealogical publications provided that adequate reference is being made.

262336. GOSEN VAN DRONCKELAER.

Uit hem :^[1]

• a. Aelt van Dronckeler, (=kw. nr. 131168).

344426. YEWIJN HEIJEN, ovl. tussen 1324^[2] en 1331^[3] ,^[4] vermeld 1316-1324,^[5] leenman van de hofstad van der Wateringe (1320),^[6] stamvader van een geslacht van Coudenhouven, tr. vóór 1324

344427. LIZEBETTE (JACOB WILLEMSDR), ovl. na 1-4-1331^[7] ,^[8] vermeld 1324, koopt op 1-4-1331 een grafelijk leen in Maasland.^[9]

25-9-1324: De graaf doet uitspraak tussen Florens van den Velde en Yewijn Heye over de voorrang tijdens de dienst in de kerk van Maseland: De vrouw van Florys zal het eerst offeren en daarna die van Yewijn, maar de laatste zal het eerst de paes nemen en daarna de eerste. Deze volgorde geldt ook voor de vrouwen van de broers van beide partijen.^[10].

Uit zijn huwelijk(en) geboren (o.a.?) :

• a. Margriet Yewijn Heyendr, geb. vóór 1331, (=kw. nr. 172185).

• b. Gherijt Boeijen Ywein Heijensz, ovl. vóór 15-2-1370,^[11] vermeld als landbezitter te Maasland 7-9-1320,^[12] vermeld 1320-1370,^[13] belender te Hodenpijl en Coudenoven (1344),^[14] leenman van Holland, tr. 1^{o [15]} NN, tr. 2^o voor 7-11-1352 (tocht),^[16] Rikaerde Dirc de Vissersdr, ovl. vóór 20-9-1391,^[17] bezit slot Bulgersteijn, beleend met leen van Voorne en van de Grafelijkheid (1349,1390),^[18] dr. van Diederic die Visscher, bezitter van het slot Bulgersteijn bij Rotterdam, en Hildegonde van Cralingen.^[19] (zie kw. nr. ⇒ 177635489 sub a3aa)

Uit dit huwelijk geboren (o.a.?) :

• 1. Oudzier Gherijt Boeijens van Coudenhoven, beleend te Maasland 12-10-1385, gegoed in Coudenhoven bij de poort van Delft,^[20] ontvangt 20-9-1391 slot Bulgersteijn, leenman van Holland, tr.^[21] Aelwair Jacob Kerstantszoondr, getocht 14-1-1402.

• c. Willem van Coudenhoven, ovl. vóór 1340, tr. vóór 1340 Katherine Coppaertsdr, ovl. na 1340, dr. van Coppaert NN (zie kw. nr. ⇒ 11102216 ).

344466. JACOB JACOBSZOON.

Op 9-4-1446 verklaart Heer Otto van Bronkhorst dat zowel Jacob Jacobszoon, als Philips Willemszoon en Dirck Claeszoon zijn magen zijn. Zij stammen in mannelijke lijn van Bronckhorst, en hij bekrachtigt dit door middel van zijn zegel. Deze erkenning is bevestigd door Philips de Goede, hertog van Bourgondie in 1458. De Attestatie uit 1446 en de bevestiging uit 1458 worden aangehaald in een sententie van het Hof van Holland van 17-12-1468, waarin bij de uitspraak van het Hof bovengenoemde Dirck Claesz als welgeboren man uit het geslacht van Bronckhorst erkend wordt.^[22]

Uit hem :

• a. NN Jacobsdr, (=kw. nr. 172233).

346880. CLAES TOUDE (DOUDE) AERNTSZ, geb. ca. 1345 ^[23] , beg. Delft Oude K. (graf vermeld tussen 1420 en 1470 : "dit waren Claes Touwenkinderen oude vader")^{[24] (¥)},^[25] samen met Jan Doude vermeld als pachter van grafelijke goederen te Dixhorne (Dijkshoorn) en op Woutharnas (1354-1356),^{[26] [27]} inwoner van 't Woudt/Harnas (1367..1372),^[28] ,^[29] betaalt als Clays Toude voor een graf in de Grote Kerk van Delft (1367),^[30] beleend in 1392,^[31] tr. verm.^[32] ca. 1370^[33] .

346881. (ANE?) HEYN ALLERTSZDR^[34], geb. Maasland ca. 1350, vermeld 6-4-1390^[35].

COMMENTAAR(¥) Het is niet zeker of deze grafvermelding wel dezelfde Claes Toude betreft.

COMMENTAAR(¥) vul aan Kron. 6(1997)152, Kron. 3(1994)52

Wapen Allart : Twee naast elkaar geplaatste vissen.[36] Dit wapen komt voor op een grafzerk in 't Woudt.

14-1-1388: Kerstant van Alcmade en Louwerijs Jansz schepenen te Delf, oorkonden dat Clais Toude Aerndsz, koopt van Zibrant Post de in de volgende brief vermelde rente. Volgt de tekst van de rente brief uit 1383.^[37]
10-1-1385 : Buekel Arndsz en Jan Hughe Starkenz, schepenen te Delf oorkonden dat Heynric Buekel en Heynric Beyn Splintersz verkopen aan Clais Toude ten behoeve van het gasthuis aldaar de in de volgende acte vermelde rente. Volgt de tekst van de rentebrief uit 1349.^[38]
13-11-1380: Boudijn Ruter en Jan Aebbaernsz, schepenen te Delf oorkonden dat Pieter Everoutsz verkoopt aan Aernt Toude Aerntsz een jaarrente van 14 sc. hollands, verzekerd op het erf, breed 2 gaarde, in de steeg van Jacob Boudijnsz naast het erf van Claes Helmer aan de westzijde.^[39]

Uit zijn(dit?) huwelijk (o.a.?):

• a. Claes Touwensz, vermeld 14-2-1392. ^[40]

• b. Aernt Touwe Claes Touwensz^[41], (=kw. nr. 173440).

  In 1478 is sprake van een kapelrie die bediend wordt door Aernt Thou Claisz.^[42]

• c. Adam Claes Touwensz (van der Burch), geb. verm. 1350/60 of ca. 1365^[43] , ovl. vóór 1440^[44] , beg. 't Woudt^[45] ,^[46] beleend met 4 morgen 1,5 hond land aan de Zweth in Wateringen 8-2-1392, vermeld 1392-1431^[47], en beleend met 2 morgen land onder De Lier (8-2-1392),^[48] beleend 20-10-1431,^[49] tr.^[50] Margriet Willemsdr van Foreest^[51];^(¥) dr. van Willem van Foreest, knaap^[52] , genoemd 1349-1396^[53] , Hoeks edelman ^[54] en Cunegond van Hodenpijl. Margriet Willemsdr van Foreest tr. 2e. Jan Dirck Oem.^[55]
  
  

  COMMENTAAR(¥) Volgens ref. [56] zijn er twee dochters van Cunegond van Hodenpijl, namelijk : Alijt Pieter Vrankenz en Margriete Jan Dirc Oems. Alijt tr. 2e. (?) Pieter Vranckenz (van Voorhout).[57]

  
  
  

  COMMENTAAR(¥) zoek op NL 1945/46

  8-2-1392 . Adam Claes Toudenz wordt beleend met 4 morgen 1 1/2 hond land onder Wateringen, strekkend van de Zwette noordwaarts.^[58] Het leen zal versterven op zijn twee oudste wettige zoons. ^[59]
  1417 : "item Jan Dirc Oomsz van vier graven" genoteerd onder de Volrestraat.^[60]
  vul aan OV 1966p488, 503, 1980p355

Uit dit huwelijk (o.a.?) :

• 1. Heijndrick Aemsz, ovl. (kort) voor 10-5-1440, beg. Delft Oude Kerk noordkerk XX 12,^[61] beleend met de helft van het land inWateringen,^[62] getuige 20-10-1431,^[63] belender te Woudharnasch 20-11-1433,^[64] stichtte een memorie te Delft, getuige in de leenakte van 20-10-1431 waarin Adam Claesz, de zoon van zijn broer, beleend wordt met het halve leen van Adam Claes Touwensz. Zijn zoon Aem Heyndricksz wordt in 1440 met de andere helft beleend, zodat Heyndrick is overl. voor 1440. Hij tr.^[65] ca. 1410^{[66] [67]} of ca. 1418,^[68] Catharina IJsbrant Dircxzdr, beg. Delft Oude K. (noordkerk XX 12) 1463,^[69] dr. van IJsbrant Dircxs,^[70], belendster te Den Hoorn en Woudharnasch 8-5-1457,^[71] en 14-5-1465,^[72] wordt ook nog vermeld 6-4-1464 en 15-6-1464^[73]. woont te Delft aan het Oude Delft nabij het St. Agatheklooster (1461).^{[74] [75]} Op 14-5-1465 is sprake van haar erfgenamen.^[76]. Zij droeg haar zoons op om na haar dood een vicarie op het altaar van St. Crispijn en Crispiaan in de Sint Hippolytuskerk (Oude Kerk) te Delft te stichten, waarvoor zij 23 morgen land in Zouteveen bestemde. Door verschillende moeilijkheden voldeden haar zoons pas op 18-1-1481 aan dit verzoek. ^[77]

  20-10-1431 : Claes Jansz verklaart dat Henrick Aemsz biezenland in Wateringen van hem heeft afgewonnen.^[78]

Uit dit huwelijk:^{[79] [80]}

• aa. (Aernt) Tou Hendricksz, ovl. vóór 26-3-1507, op 9-10-1467 beleend met een smaltiende in Monsterambacht. eveneens bezat hij de helft van een korentiende in 't Woudt. Op 22-6-1473 samen met zijn broer Aam beleend met 14 morgen land in Honselersdijk achter de molen, elk de helft. Op 17-4-1476 beleend met land te Overschie. Als onderpand voor een aan de grafelijkheid geleende geldsom wees het Hof van Holland hem tijdelijk het schoutambt van Nieuwland toe, ondanks verzet werd hij in 1479 daarin hersteld, eveneens schout van Hof van Delft (vermeld 1494 en 1499) en van Pijnacker (vermeld 1496), ambachtsheer van Hoogeveen, waarmee hij op 13-10-1469 werd beleend. Op 29-5-1478 zegelde hij met 'een linker schuinbalk, waarover een barensteel met drie hangers'. Hij bezat o.a. 12 morgen 1 hond hofland, dat in 1532 in vijf delen gesplitst in eigendom is van zijn erfgenamen. ^[81] Hij tr. 1^{o [82]} Mergriet Gerrits (Diricxdr. ?), gelijftocht op 22-6-1473, tr. 2^{o [83]} Dirickghen Jacobsdr, ovl. na 18-1-1510. Zij hertr. Jacob van der Gouwe. Hieruit nageslacht, (nog) niet verder onderzocht.

• bb. Aem Hendricksz (opt Wout) (bijgenaamd Aam Vader), geb. ca. 1415, ovl. 3 april 1505, beg. 't Woudt, hij zou gewoond hebben op de plaats waarin in 1899 nog een boerenwoning met de naam 't Oude hof, de Hofwoning' stond. Hij komt zeer vaak voor in de leenregisters: in 1440 beleend met de helft van het land aan de Zweth in Wateringen, op xx mei 1440 met land ter Yemondt in De Lier, op 11-2-1462 te Naaldwijk te komen op zijn zoon Jan en bij diens vooroverlijden op zijn andere zoon Heyndrick, op 24-3-1468 met de helft van het van Doe Claes Touwenz afkomstige land in De Lier, op 23-3-1468 met de helft van het Elsgheestweer in Wateringen, op 22-6-1473 samen met zijn broer met 14 morgen te Honselersdijk, zijn helft is te komen op zijn zoons Jan, Cornelis en Ijsbrand, en tenslotte op 8-3-1486 te Monster, gegoed in Kethel, gezworene van Hof van Delft (1494). Hij stichtte op 18-1-1481 met zijn broer (Arent) Touw Heyndricksz op last van zijn overleden moeder een vicarie in de Oude Kerk te Delft. ^[84] Hij tr. Margriet Jan Symonszoondr, ovl. 31 juli 1479 (61), begr. 't Woudt, dr. van Jan Sijmonsz en Machteld NN, als haar voogd wordt Aem Heyndricksz vermeld in 1445 en 1447. ^[85]

  Over Aem Hendricksz doet het volgende verhaal de ronde. Toen de graaf van Holland in de nabijheid was, reed Adam hem tegemoet met zijn twaalf zonen, ieder te paard in volle wapenrusting en dezen bood hij de graaf aan. Een man te paard en in volle wapenrusting werd een 'harnas' genoemd, zo zou deze streek aan de naam 'Harnasch' (Woutharnasch) komen. Als beloning voor dit aanbod zou 't Woudt voortaan zijn eigen pastoor mogen kiezen. Dit verhaal blijkt niet meer dan een legende te zijn, in werkelijkheid schonk graaf Floris V bij oorkonde van 1-11-1277 dit recht aan de parochianen. De streek stond verder al in 1228 onder de naam Harnas bekend. En verder had Adam wel veel kinderen, maar 'slechts' acht zoons, waarvan een aantal priester! Dit verhaal, dat in het Vaderlandsch Woordenboek van Kok geillustreerd is, zal naar het rijk der fabelen verwezen moeten worden. ^[86]
  
  Op verzoek van Francois van der Burch werd op 22-10-1610 een verklaring afgelegd door twee oude inwoners van 't Woudt, nl. Jan Jansz, oud 64 jaar, en Cornelis Lenertsz, oud 58 jaar. Zij verklaarden dat zij hun ouders hadden horen zeggen dat hun voorouders gezien hadden dat Aem Heyndricksz paarden hield 'ten dienste van den Coninck'. Deze koning is wellicht Filips de Schone, geboren in 1478 en sedert 1482 hertog van Bourgondië en heer van de Nederlandse gewesten, in werd hij 1504 koning van Castilië. De attestanten zijn waarschijnlijk ook nakomelingen van deze Aem. Cornelis Lenertsz was gehuwd met Maritge Jansdr, een zus van de eerste attestant Jan Jan Corsz. Hun ouders waren Jan Jan Cors de Oude en Maritge Jansdr, die weer een dochter was van Jan Heyndricksz, kleinzoon van Aem. De attestatie krijgt hierdoor de waarde van een familie-overlevering, die de basis geweest kan zijn van het bovenstaande verhaal, waarin de paarden zo'n belangrijke rol spelen. ^[87]

Uit dit huwelijk 15 kinderen bekend..

• 2. Claes Adamsz.

Uit hem :

• aa. Adam Claesz, op 20-10-1431 beleend met de helft van het leen van Adam Claes Touwenz te Wateringen en in De Lier met de helft van het leen in het Honterland, afkomstig van Doe Claes Touwenz.^[88]

• d. Doe Claes Touwensz. NB Ref. [89] geeft deze zoon niet. Op 14-2-1392 beleend na opdracht uit eigen met 2 morgen land in Honterland onder De Lier, bij zijn kinderloos overlijden te versterven op zijn broers Aernt Toude en Adam, elk voor de helft. ^[90]

346944. KERSTANT COPPAERTSZ, geb. De Lier^[91] ca. 1380^[92] , ovl. De Lier 1424,^[93] welgeborene in De Lier (1424)^[94] , Heilige Geestmr. te Naaldwijk (1402)^[95] , betaalt in 1424 als welgeborene in De Lier 1 gulden 100e penning.^[96]

Uit hem geboren :

• a. Jan Kerstantsz, geb. ca. 1405^[97] ,^[98] , ovl. op zaterdag na St. Geertruyd 1425, (=kw. nr. 173472).

• b. Jacob Kerstantsz^[99], filiatie niet bewezen.

Uit hem geboren (o.a.?) :

• 1. Aelwair Jacob Kerstantszndr, getocht 14-1-1402,^[100] tr. Oudzier Gherijt Boeijens van Coudenhoven^[101], zn. van Gherijt Boeijen Ywein Heijnsz en Rikaerde Dirc de Vissersdr (zie kw. nr. ⇒ 344426 sub b), ontvangt 20-9-1391 slot Bulgersteyn, leenman van Holland.

346960. THYEMAN BERTOLOMEUSZ (VAN DORP) , geb. ca. 1330^{[102] [103]} , ovl. na 1376, beleend met 1,5 morgen land te Rijswijk 27-7-1364, leenroerig aan de hofstad Binckhorst. tr.

346961. KAT(E)RIJN (NN) (TYEMANS), ovl. na 1376,^{[104] [105]} parentatie niet bewezen, vermeld 15-5-1376^[106].

COMMENTAAR(¥) vul aan ZHG 86/82

Uit dit huwelijk:

• a. Bertelmeus Tymansz (Van Dorp), geb. ca. 1360, ovl. na 1396, (=kw. nr. 173480).

346962. HEYNRIC KERSTANTSZ^[107].

Uit hem:

• a. Pieternelle Heynric Kerstantszoondr, (=kw. nr. 173481).

348544. JAN HEER VAN LANGERAECK, geb. ca. 1320, ovl. tussen 25 april en 4 nov. 1378, jongste nagelaten zoon van Gijsbert van Langheraeck en van verm. een dochter uit den huize van Teylinghen,^[108] tr. 2^o volgens Ref. [109] JUTTA DE COCK VAN OPIJNEN, of tr. 2^o volgens Ref. [110] vrou ELISABETH VAN WADENOY, tr. 1^{o [111]}

348545. NN VAN HEUCLUM, zuster van den heer van Heuclum.

In 1362 vergunt Jan van Blois aan heer Jan van Langerak, dat een jaarrente van 100 pond "comen sellen op Ghiselbrecht van Langheraec, sinen soen, dien hi hadde bi sheren suster van Hueclem, die sine ghesellinne was".^[112]

Wapen Van Wadenoy: in zilver twee zwarte dwarsbalken.^[113]

Op 25-4-1378 was Jan van Langheraec, ridder, nog in leven, maar op 4-11-1378 was hij overlieden en wordt er gesproken van de heredes Domini Johannis de Langreke militis (erfgenamen van Heer Johannes van Langerak, ridder), wier land ligt in de jurisdictie van Vaudric (Varik).^[114]

Akten AANVULLEN NL 67(1950)219

Uit zijn eerste huwelijk (van Langeraec-van Heuclum):^[115]

• a. Heer Gijsbert heer van Langheraeck, ridder, geb. ca. 1340-1350, ovl. vóór 1400;, (=kw. nr. 174272).

• b. Joncfrou Beerte van Langheraeck. AANVULLEN

• c. Joncfrou Margriet van Langheraeck, filiatie niet bewezen, AANVULLEN

Uit zijn eerste of tweede huwelijk:

• d. Symon van Langheraec. AANVULLEN

• e. Willem van Langheraeck. AANVULLEN

• f. Jutte, filiatie niet bewezen, tr. Simon Wouterszoon van Teylingen, volgde in 1414 zijn overleden vader op in 1 hoeve lands in Gerwerscoop.^[116]

350982. = 688854. JACOB WILLEMSZ.

372736. GODFRIED (GODERT) VAN STEENHUYS, geb. vóór ca. 1380, ovl. 08-03-1406, beg. Reesz in het hoge koor, ridder, Heer van Bellinckhoven,^[117] tr. na 1386 (vóór ca. 1400)^{[118] [119]}

372737. AGNES ARNOLDSDR VON WACHTENDONCK, geb. vóór ca. 1380.

Wapen Van Wachtendon(c)k: In goud een rode lelie.[120]

Die Ehepacten sind geschrieben worden 1386 auf St. Gertrudis Abend, dabei Zeugen waren Costen von Steenhuis, Wolff von Rijndorp, Herman von Mittelen, Wensel von Boetzelaer, Carselis von Palant, Arnt von Beuningen, Godert von Eijll, Rutger sijn Bruder, Paschier von Ossenburch (andere sehen Ossenbrock) und Jancken? von Resdorp, Rittere.^[121] (NB Het Ehepact kan gesloten zijn terwijl de beoogde huwelijkspartners nog zeer jong waren, het huwelijk kan dus ruim na 1386 gesloten zijn.)

Uit dit huwelijk:^[122]

• a. Godert (Godfried) van Steenhuys, geb. vóór ca. 1400, (=kw. nr. 186368).

• b. Johann van Steenhuys, kanunnik te Xanten.

• c. Henrie van Steenhuys, amptman te Aspel, tr.^[123] Agate van Kemnade.

• d. Mechteld van Steenhuys, tr.^[124] Arnt von Kessel.

• e. Alexe van Steenhuys, non.

• f. Apollonia van Steenhuys, non.

• g. Sophia van Steenhuys, tr.^[125] Emund von Dodenweert.

385088. DIRC WOUTERSZ, geb. Sliedrecht ca. 1395, tr. Sliedrecht ca. 1420^[126] NN.

Uit dit huwelijk:^[127]

• a. Baen Dircxsz, geb. Sliedrecht ca. 1420, (=kw. nr. 192544).

• b. Wouter Dirck Woutersz, geb. Sliedrecht ca. 1425.

385120. = 385088. DIRC WOUTERSZ.

432704. WIJNAND DIEDERIKSZOON VAN ARNHEM (WYNAND TIKE), ovl. na 9-4-1351, vermeld 1313-1351, meermaals schepen van Arnhem tussen 1317 en 1332, krijgt de helft van het veer op de Praets in erfpacht 1323, knape 1324, ridder 1335, tr.^[128]

432705. MECHTELD PUNDER.

Uit dit huwelijk o.a.:^[129]

• a. Gerrit van Arnhem heer Wynandszoon, ovl. na 29-5-1391, (=kw. nr. 216352).

432712. JOHAN I HEER VAN KUINRE, ovl. 1337, ridder, vermeld 1317, tr. vermoedelijk^[130]

432713. NN VAN VOERST, parentatie niet bewezen.

Uit dit huwelijk:

• a. Johan van Kuinre, volgt later.

• b. Herman I van Kuinre, ovl. 1376 (gedood), (=kw. nr. 216356).

• c. Aleid van Kuinre, volgt later.

432714. BOLDEWIJN HEER VAN DE EEZE.

Uit hem (o.a.?):^[131]

• a. Mechtelt van der Ese, (=kw. nr. 216357).

432720. FREDERIK VAN HEKEREN genaamd VAN DER ESE, ovl. 6-4-1357, ridder, schout van Twenthe 19-8-1327, woont 1345 "ter Eze", vermeld als "scultetus Zallandie" 1346, 1348, als "scultetus Zallandie et Twenthie" 1352, hoofd van de partij der Hekeren's in de Geldersche twisten, testeert 3-11-1349 met medewerking van zijn oudste zoon Frederik,^[132] tr.^{[133] [134] [135]}

432721. NN (VAN HONNEPEL?).

Uit dit huwelijk (o.a.?):^[136]

• a. Frederik van Hekeren van der Ese, ovl. 1376, (=kw. nr. 216360).

432722. SWEDER VAN RECHTEREN of VAN VOERST genaamd RECHTEREN, tr.

432723. MARGARETHA VAN RECHTEREN.

Uit dit huwelijk (o.a.?):^{[137] [138]}

• a. Luitgardis van Rechteren of Van Voerst genaamd Rechteren, (=kw. nr. 216361).

432730. OTTO II VAN ARKEL-HEUKELOM, ovl. Stavoren 26-9-1345 (gesneuveld) heer van Asperen en Hagestein, ridder, zn. van Otto I van Arkel-Heukelom, en NN, (zie ⇒ Kwartierstaat Lapikas nr. 3625281 ), tr. vóór 29-11-1316^[139]

432731. ALEID VAN AVESNES^(¥), ovl. na 19-3-1347, dr. van Guy van Avesnes X NN.

COMMENTAAR(¥) Volgens Ref. [140] is ALEID VAN AVESNES(¥), ovl. na 19-3-1347, weduwe van Wolfert II van Borselle 1312 (van wie 6 voorkinderen: 1. Wolfert III, 2. Aleid en Elburg, 3. Dirk, Hebert en Willem). Zij hertrouwt 1327 Jan van Foreest. Volgens Ref. [141] moet dit zijn Aleid van Avesnes x Otto van Buren.

Uit dit huwelijk (o.a.?):^[142]

• a. Elburg van Asperen, ovl. na 1401, (=kw. nr. 216365).

• b. Aleid van Asperen en Hagestein, tr. 1^o 1346^[143] Robrecht van Arkel, tr. 2^{o [144]} Walraven van Valkenburg.

Back to the genealogy page

Back to the contents

Go to the index

Forward to next generation 20

Back to previous generation 18

Directly go to generation : 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56