You are here: Louk-Home ⇒ Genealogy ⇒ Kwartierstaat Van Schothorst ⇒ Gen. nr. 18 |
131168. AELT VAN DRONCKELER.
In een lijst van de Abt van Paderborn, gedateerd ca. 1400/1430, komt voor: "Item dese nabeschreven sijn angewisselt (met de Abdes van Elten) en hoeren nu den Abte (van Paderborn)". Slicher van Bath vermeldt over haar: "27 Jny 1430 (des Dinxdages nae Sente Johansdach Babtiste te Midzomer), Arnold van Gelre etc. verklaart, dat hij Geertruydt Huysselmansdoghter als horige van de Abt van Paderborn heeft ontvangen en dat hij daarvoor inruil heeft gegeven Bya Aelts van Dronckeler. Zij was dus horig aan de Hertog en daar de horigheid via de moeder ging, was de echtgenote van Aelt ook een horige vrouw. [3]
172212. MUYS MUYSZ (VAN DEN VELDEN(¥)), parentatie niet bewezen, vermeld (1322, 1329), pachter (1351-1377), tr. 2o voor 1369 ERMEGAERT NN, tr. 1o [4]
172213. MARGRIET YEWIJN HEYENDR, geb. vóór 1331.
COMMENTAAR(¥)
ONGEPLAATSTE FRAGMENTEN VAN DEN VELDE
|
20-8-1322: De graaf oorkondt dat er geschillen zijn tussen Ghizekyn Jansz, Florijs van den Velde en Aernout Rotemuyl enerzijds, en Mouwerijn Diericsz, Jan Gheredsz en Jan van den Hofdijc anderzijds en dat beide partijen 200 pond hollands als borgsom voor het nakomen van zijn uitspraak moeten geven. Mouwerijn Diericxz, Jan Gherijtsz en Jan van den Hofdike zullen met 50 man zweren, dat zij Hughe van Putte niet geslagen of gestoken hebben, zodat hij stierf. Ghizekine Jansz zal met 10 man zweren dat hij Mouwerijn Diericsz niet heeft gekwetst voor de poort van Pieter van Rode. Mouwerijn Diericsz zal met 50 man zweren, dat hij geen vredebreuk heeft gepleegd tegenover Florijs van den Velde en hij moet met zijn helpers aan Florijs 8 pond Tornoys betalen, omdat hij hem dwong om over de watering te zwemmen, welk geld hij aan Arnoud van den Dorpe, baljuw van Delflant, ter hand moet stellen. Jacob Hannenz moet moet 10 man zweren dat hij geen vredebreuk heeft begaan tegenover Muus van den Velde, noch hem gestoken of geslagen heeft. Mouwerijn Diericsz moet met 5 man zweren dat hij Ghisekyn Jansz geen hinderlaag heeft gelegd, toen deze naar Antworpen voer. Jan van Rosenburch en Arnoud van den Dorpe zullen voor 15 augustus naar Maeslant gaan om in de twist tussen Arnout Rotemuyl, Mouwerijn Diericsz en Jan Gherytsz over het voorofferen en paesnemen uitspraak te doen. Jan Gherijtsz en zijn zoon Jacob zullen zweren dat zij niet gezegd hebben dat Arnout Rotemuyl een onvrije was. Ghisekyen Jansz zal zweren dat hij de knecht van Mouweryn Diericsz niet geslagen heeft in de kerk in de Liere, dat Ghisekyn Jansz met een aantal vergaderden naar het huis van Jan Gherijtsz kwam, geschiedde buiten vrede en wordt hem niet aangerekend. De baljuw van Delflant en Scielant zal een en ander bekend maken in de kerk van Sciplede.[21]
Muys van den Velde pacht (6?) morgen land te Maasland van de de Graaf:[22]
1351 : 3 penningen.
1354-1362 : 5 penningen.
1364-1377 : 5 penningen.
Muus van den Velde, belender te Maeslant (1329) [23].
Boudijn van den Velde zegelt met een klimmende eenhoorn (1370)[25]. |
Daem van der Duyn koopt in 1376 te Maasland uit de goederen die Symon Voddinc heeft verbeurd wegens het doodsteken van Boudijn van der Velde.[26] Is deze Boudijn de bovenstaande?
==== BELENINGEN ====
Grafelijkheid (nr. 2) : een korentiende te Maasland :
1358 : verpacht aan Boudijn van den Velde voor 69 pond 11 d. [27].
Grafelijkheid (nr. 20K) : 2 morgen 2 1/2 hond land te Maasland :
1388 : verpacht aan de wed. van Boudijn Jan Muisz (sic!) voor 29 sc. 8d.
1389-1392 : verpacht aan Ymme Boudijns voor 38 sc. 8d.
1394-1401 : verpacht aan Ymme, de wed. van Boudijn Muysz, voor 4 pond 16 sc. 8d. [28].
1403-1405 : verpacht aan Muys Muysz voor 3 pond, 14 sc. 6d. [29]. Wie is deze Muys Muysz?
Hodenpijl (nr. 8) 4 morgen land met een huis in Maasland,[30] bewoond door Boudijn van der Velde Muysz, (1517: Mees de weduwe van Nee1 Bouwensz, 1537: Jacob Cornelisz), in het Corteland, belend ten noorden: de Schede, ten oosten: (1521: de leenman , 1537: Vranck Jacob Cornelisz met zijn evenknieen en Len Vriesen, 1548: Pieter Vranckez met zijn evenknieen en Len Vriessen), ten zuiden: de weg, (1521: de Gaechweg, 1537: de Goechsweg), ten westen: (1521: de witte monniken te Haerlem, 1537: de bruikwaar van Jacop Aertsz).
29-12-1369: Boudijn van der Velde Muysz, gehuwd met Ymme, na overdracht door Wiger Jacobsz, bij kinderloos overlijden te versterven op zijn 2 jongste broers uit het laatste huwelijk van Muys van den Velde, nl. Boudijn en Muys.
.-.-1384: Muys van der Velde bij dode van zijn vader Boudijn van der Velde
.-.-1399: Boudijn van der Velde
26-7-1463: Cornelis Boudijnz
22-9-1485: Cornelis Boudijns lijftocht zijn vrouw Agnijs Willemsdr.
9-7-1499: Cornelis Boudijnsz
1-3-1511: Vries Cornelisz
17-7-1517: Jacob Cornelisz na overdracht door zijn broer Vries Cornelisz
17-7-1519: Jacob Cornelisz (22-10-1521: te Wateringen) na overdracht door zijn broer Vries Cornelisz
25-1-1537: Vranck Jacop Cornelisz te Wateringen bij dode van zijn vader Jacob Cornelisz
6-11-1548: Pieter Vranckez te Wateringen bij dode von zijn vader Vranck Jacopsz
.-.-1570: Cornelis Jacobsz, oom van - en na overdracht door Pieter Vranckenz
.-.-1572: Jacob Cornelisz van der Velde bij dode van zijn vader Cornelis Jacobsz
.-.-1594: Dirck van der Velde na overdracht door Jacob Cornelisz van der Velde
.-.-1621: Cornelis van der Velde bij dode van zijn vader Dirck van der Velde
Hontshol (nr. 95) : 13 hond land gemeen met Jan van der Woude, Bertelmeus Bertelmeusz en zijn vader, te Maasland [31] :
22-3-1423 : Katryn Muysdr en Geertruyt Muysdr, elk voor de helft, na overdracht door Boudijn Muysz, bij kinderloos overlijden op elkaar te versterven, bij gebreke van beide te komen op Floris Muysz en bij gebreke van hem op Boudijn Muysz en bij gebreke van deze voor de helft op de rechte zwaardzijde van Muys Muysz en de andere helft op die van Margriet Yewijn Heyendr.
22-7-1463 : Cornelis Boudijn Muyszoonsz.
30-6-1509: Jacob Cornelisz. na overdracht door zijn broer Vrijese Cornelisz.
De overige beleningen zijn gelijk aan die van Hontshol. nr. 94.
==== BELENINGEN ====
Grafelijkheid (nr. 3) : een korentiende te Maasland :
1400 : verpacht aan Florijs Muysz voor 9 pond [32].
Grafelijkheid (nr. 20R) : 11 1/2 morgen land te Maasland :
1394-1397 : verpacht aan Florijs Muysz voor 10 pond, 18 sc. 6d.
1398-1401 : verpacht aan Florijs Muysz en Ansem Boen voor 10 pond, 18 sc. 6d. [33].
Grafelijkheid (nr. 20W) : 20 morgen 1/2 hond land te Maasland :
1394-1401 : verpacht aan Florijs Muysz voor 25 pond, 2 sc. 1d. [34].
Floris Muisz pacht 2 morgen 2 1/2 hond land te Vlaardingen (1371-1375 : 3 pond 2 sc. 10d., 1381-1388 : 3 pond 12 d.) [35].
Hontshol (nr. 94) : 8 hond land te Maasland gemeen met het godshuis van Maeslant, Symon Willemsz en Boudijn Wiggersz. met zijn vader.[36]
22-3-1423: Floris Muysz. na overdracht door Boudijn Muysz., bij kinderloos overlijden achtereenvolgens te versterven op zijn 2 zusters Katrijn- en Geertruyt Muysdochters, bij gebreke van haar voor de ene helft op de rechte zwaardzijde van Muys Muysz. en de andere helft op die van Margriete Yewijn Heyendochter.
22-7-1463: Dirck Boudijn Muyszoonsz.
5-12-1486: Cornelis Boudijnsz. na overdracht door zijn broer Dirck Boudijnsz., te versterven op zijn oudste zoon Vrijese Cornelisz en bij gebreke van deze op zijn jongste zoon Jacob Cornelisz.
30-6-1509: Jacob Cornelisz. na overdracht door zijn broer Vrijese Cornelisz.
29-12-1536: Vranck Jacob Cornelisz. bij dode van zijn vader Jacob Cornelisz.
13-7-1548: Pieter Vranckez. bij dode van zijn vader Vranck Pietersz. en draagt met zijn moeder Maritgen Wiggersdochter het leen over aan zijn grootmoeder Katherina Dircxdochter, hulde door Claes Pietersz.
10-4-1570: Cornelis Jacobsz. te Vlaerdinck, oom van- en na overdracht door Pieter Vranckenz.
20-9-1572: Jacob Cornelisz. van de Velde bij dode van zijn vader Cornelis Jacobsz.
28-1-1598: Jan Jansz. Thoen na overdracht door zijn vader Jacob Cornelisz. van de Velde
10-3-1622: Cornelis Jansz. Thoen na overdracht door zijn vader Jan Jansz. Thoen.
17-1-1658: Ariaentge Cornelis Thoen, gehuwd met Andries Dircxz Bogaert, bij dode van haar vader Cornelis Jansz. Thoen.
11-11-1674: Meester Jacob van Rhijn te Utrecht bij brieven van decreet van het Hof van Holland. etc.
172232. DIRK CLAAS (VAN BRONKHORST), geb. ca. 1410, op 9-5-1446 door baljuw en vierschaar van Delfland als welgeboren man van Delfland erkend, tr.
172233. NN JACOBSDR.
Op 9-4-1446 verklaart Heer Otto van Bronkhorst dat zowel Jacob Jacobszoon, als Philips Willemszoon en Dirck Claeszoon zijn magen zijn. Zij stammen(¥) in mannelijke lijn van Bronckhorst, en hij bekrachtigt dit door middel van zijn zegel. Deze erkenning is bevestigd door Philips de Goede, hertog van Bourgondie in 1458. De Attestatie uit 1446 en de bevestiging uit 1458 worden aangehaald in een sententie van het Hof van Holland van 17-12-1468, waarin bij de uitspraak van het Hof bovengenoemde Dirck Claesz als welgeboren man uit het geslacht van Bronckhorst erkend wordt.[37] [38] [39] [40]
COMMENTAAR(¥) In een genealogie van de heren en graven van Bronckhorst in Ref. [41] kan niet worden gevonden hoe deze afstamming (via een bastaard?) dan zou lopen.
COMMENTAAR(¥) Vul aan copie Thoentertijd. |
172240. DIRC POLS, vermeld in 1417[42], tr.[43]
172241. DIEDEWAER NN, vermeld 23-3-1439
==== BELENINGEN ====
Capelle aan de IJssel nr. 47: 4 morgen land te Hillgersberg,[44] belend ten westen: Jan Tyemansz, ten oosten: Engebrecht Heynricxsz, ten noorden: de Broeckse watering, ten zuiden: de hoefsloot. (1472/1474: in Berchpolre.)
27-3-1365: Jan Arentsz na opdracht uit eigen, bij kinderloos overlijden te versterven op zijn zusters zoon Dirck Treveysz
23-3-1439: Diedewair Dirck Pols.
.-1473: Dirck Pols Vranckenz (als leenmannen voor o.a. dit leen worden 1472/74 vermeld Pieter Vrancken en Dirck zijn broer).
27-2-1502: Jacob van Dorp, baljuw van Schielant, kriigt het leen ten vrij eigen in ruil voor het leen 52.[45]
173440. AERNT TOUWE CLAES TOUWENSZ, geb. ca. 1375[46] , ovl. vóór aug. 1419[47] ,[48] beleend met 3,5 hond land in 's Gravenzande 1393, 24-10-1393 in 't Woud,[49] op 24-10-1393 beleend met twee morgen land onder De Lier, koopt 5 morgen land bij Delft ten behoeve van Jacob Aernt Toude Aerntskinderen [50]. tr.[51]
173441. MACHTELT NN, geb.
173472. JAN KERSTANTSZ, geb. ca. 1405[52] , ovl. op zaterdag na St. Geertruyd 1425 (24-3-1425)[53] ,[54] beleend met 5 1/2 morgen land in 't Wout,[55] tr. ca. 1425[56]
173473. KATRIJN NN, ovl. na St. Geertruiddag 1425[57] ,[58]
Register van het kapittel van St. Adriaen te Naaldwijk: 23-3-1395 : Jan Coppart Kerstansz verkoopt aan het kapitttel van St Adriaan te Naaldwijk 1/12 deel van een weer van 12 morgen, waarop het kapittel van oudsher een rente heeft van 10 pond, gelegen in Wateringen, hem aanbestorven van zijn moeder[59].
173480. BERTELMEUS TYMANSZ (VAN DORP)[60], geb. ca. 1360, ovl. na 1396, beleend met 5 hond land in de Noordinge te Naaldwijk 13-12-1390, leenroerig aan de hofstad Hontshol. koopt een morgen land in de Noordbroek te Naaldwijk 1396, tr. voor 1390
173481. PIETERNELLE HEYNRIC KERSTANTSZOONDR[61].
COMMENTAAR(¥) vul aan ZH Gen. 1986, p83 |
174272. GIJSBERT VAN LANGERAK, geb. ca. 1340-1350, ovl. vóór 1400,[62] heer van Langerak en half~Nieuwpoort (1371-1398), volgde zijn vader heer Jan van Langheraeck op in Langheraeck en in Nypoort, ridder, tr. 1o volgens Ref. [63] Bertha van Blois, een bastaarddochter van Johan van Chatillon en van Sophia van Dalen, of tr. 1o volgens Ref. [64] vrou Margariete van Chastillon gravinne van Bloys, tr. 2o [65]
174273. JOHANNA VAN HEUSDEN EN DRONGELEN.
In 1362 vergunt Jan van Blois aan heer Jan van Langerak, dat een jaarrente van 100 pond "comen sellen op Ghiselbrecht van Langheraec, sinen soen, dien hi hadde bi sheren suster van Hueclem, die sine ghesellinne was".[66]
Op 20-7-1395 geeft Gijsbert heere van Langerak aan de buren en onderzaten van Langerak eenige rechten.[67]
174296. ZUERMONT VAN WYCKERSLOOTH, leefde in de 14de eeuw.
"Wyckersloot was een Ridderhofstede onder Wyck anno 1350 bekend, welke kwam aan het geslacht Proeys en daarna aan het geslacht Van Zyll, welk geslacht daarna den naam Van Wyckersloot zou hebben aangenomen". (Van Buchell).[71]
175490. = 344426. YEWIJN HEIJEN.
175491. = 344427. LIZEBETTE (JACOB WILLEMSDR).
177288. JAN VAN CLEVE [74], vermeld (1432) met vier meerderjarige kinderen .[75]
186368. GODERT (GODFRIED) VAN STEENHUYS, geb. vóór ca. 1400, heer van van Bellinghoven, vom Niederrhein, vermeld ca. 1430,[76] tr. 2o [77] [78] NN VAN HIESFELD, tr. 1o 21-04-1419[79] [80] [81]
186369. MARGRET VON STREITHAGEN.
Wapen Van Streithagen: [82] |
COMMENTAAR(¥) Als Wolter van Ulft hieronder in 1447 al getrouwd blijkt moet hij dus vóór ca. 1430 geboren zijn en zijn moeder Elisabeth van (den) Steenhuys(en) dus zeker vóór ca. 1415. Dat lijkt niet te kloppen met de eerste trouwdatum 21-04-1419 van Elisabeths vader Godert van Steenhuys! Of zou Marget von Streithagen Goderts tweed vrouw zijn en niet diens eerste? |
186370. NN HORST, HEER VAN OSSENBROICK (OSSENBROECK), tr.[96]
186371. SOPHIE VAN PALLANT.
Wapen Van Palant: [97] |
192544. BAEN DIRCXSZ, geb. Sliedrecht ca. 1420, tr. Sliedrecht ca. 1445[99] NN.
192560. = 192544. BAEN DIRCXSZ, geb.
214016. BERTOLD PALTE, raadsman der kerk te Ootmarsum, vermeld in 1350.[103] [104] [105]
Corpus van 14e en 15e eeuwse oorkonden ... Twente:[106]
nr. 1350b: Ootmarsum 6-9-1350
TRANSCRIPTIE: Ich her Werner kerchere tod odmersem . ludiken goseninc . ende bertold palte / raetlude der kerken vorghenoemt . doen kvndich allen luden de dessen breef / svn zeen ofte horen lesen . dat vor vns quam tod odmersem Eckbert Tackinc / de tho der tijt meyger was in den houe tod odmersem . ende gaf daer vor / vns als in de kerken tod odmersem achtyen sceppel rogghen . vet den hues / dat gheheten is dat hulscote ende leget inder bŭrscap tho roetmen . ende / inden kerspele van odmersem alse tho der lampen behoef de in der kerken / hanghet also dat se daer van nachtes ende daghes ewelike ende vmmer/meer bernen sal . Ende de achtyen sceppel vorghenoemt heeft he ghegheuen / vor sine zijlen . lůcken sines wiues zijlen ende erre kindere zijlen willen . / Vortmer vor sinen vader en(de) sir moder sin zustere ende sir brodere zijlen / willen wo se ghenoemt sin . Ende de achtyen sceppel rogghen Jaerlikes tho ghevene / in de kerken tod odmersem also alse se sin weren en(de) ewelike ende vmmer meer / Jn eyn orku(n)ne ende vestnisse deser dinch vorghescreuen so heb ich her W(er)ner / kerchere tod odmersem vor ghenoemt dessen breef beseghelt med minen / seghele vmme bede willen bi beyden zijden . Ghegheuen Jnt Jaer vnses h(er)en / Dusent . drehondert . en(de) vieftich . des manendaghes na svnte Egidius da/ghe enes heylighen abbats .
REGEST: Heer Werner, pastoor van Odmersem (Ootmarsum), Ludiken Goseninc en Bertold Palte, kerkmeesters aldaar, verklaren dat Eckbert Tackinc, meier in de hof te Odmersem, een rente van 18 schepel rogge uit het erve het Hulscote, gelegen in de buurschap Roetmen (Reutem) en het kerspel Odmersem, ten behoeve van de ziel van hem en van zijn vrouw en kinderen evenals voor de ziel van zijn vader en moeder en van zijn broers en zusters, aan de kerk van Odmersem heeft geschonken voor de verlichting van de kerk.
216322. EVERT HEER VAN MIDDACHTEN, vermeld 1299-1331, draagt in 1315 het huis Middachten aan den graaf van Gelre op, en ontvangt het van deze weer in leen terug, [107] tr.[108]
216323. MEYNE NN.
Wapen Van Middachten: In rood een zilveren getand kruis, vergezeld
van vier zilveren droogscheerdersscharen met de punten
naar beneden. Een aanziend-gestelde zilveren traliehelm,
rood gevoerd, goud omboord, met gouden tralies, om het
halsgedeelte een gouden koord, waaraan een gouden
medaillon, gekroond met een vijfbladige kroon.
Helmteeken: Een roode stappende vos. Helmkleeden: Rood en zilver.
[109]
Bij besluit van den Souvereinen Vorst d.d. 28 Aug. 1814, nr. 14 werd Reinier Willem van Middachten tot Vrieswijk en Oldhagen benoemd in de Ridderschap van Overijssel, met dit wapen. |
216352. GERRIT VAN ARNHEM HEER WYNANDSZOON, ovl. na 29-5-1391, ridder, vermeld 1353-1392, knape 1368, ridder 1382, schepen van Arnhem 1353..1372, richter 1358, ook van Rheden, Brummen en Veluwezoom 1359, burgemeester van Arnhem 1359-1360, 1388, bezegelt de Veluws-Betuwse landvrede 1377, tr. 1379[112]
216353. JUTTE NN, ovl. kort voor 19-4-1382, dr. van Willem Gruter?[113].
216354. AREND (ARNT) VAN DEN GRUYTHUYS, geb. vóór ca. 1345.
Wapen Van den Gruythuys: Op zilver een roode blauwgebekte en gepoote adelaar met een zilver schildje op den borst, beladen met een blauwen dwarsbalk. [115] |
216356. HERMAN I graaf en heer VAN KUINRE, ovl. 1376 (gedood). vermeld 1331, tr.[117]
216357. MECHTELT VAN DER ESE.
216360. FREDERIK VAN HEKEREN genaamd VAN DER ESE, ovl. 2-11-1386 of 1387, ridder, vermeld 1351-1377, wordt als hoofd van de partij der Hekeren's met Hertog Reinoud van Gelre bij Tiel gevangen genomen 1361, drost van Salland, stichter eener kapel te Rechteren, geeft zijn goed te Hekeren (bij Doesburg) in leen uit aan Heilwich, dochter van Evert de Rode van Heker (gehuwd met Herman van Eyl) 25-11-1375,[118] houdt verdeling zijner goederen 1377, tr. vóór 1345-1347[119] [120] [121]
216361. LUITGARDIS VAN RECHTEREN of VAN VOERST genaamd RECHTEREN.
216362. ZEGER VAN GROESBEECK, heer van Heumen.
216364. DIRK VAN POLANEN, ovl. na 30-8-1412; 2e heer van Asperen, drost van Heusden, zn. van Jan van Duivenvoorde I, Heer van Polanen en van Catharina van Brederode, tr. vóór 1377[125]
216365. ELBURG VAN ASPEREN, ovl. na 1401, vrouwe van Asperen, ontvangt de heerlijkheid Asperen 9-5-1366 van haar vader.
216366. WOLTER VAN VOORST, stamt af van Suederus van Voerst (zie kw. nr. ⇒ 1730852 ). tr.
216367. KUNIGUNDA VAN MEURS.
221184. NN (REDERING?).
Beleningen van het goed Rederinck te Hengelo (Gld) :[130]
Dat gued "to Redering", in groten : die hofstat ende 35 maldersaets hoges lants, to gueder maten. Item een weidemait, schiit an Mennynck, geheiten "Rederinx-weidemait". Item 1 stuck beneven Widenstraet, geheiten "Rederinx slach". Item 1 slageken in den Ongevoirde. Ende 1 1/2 slegekijn in den Eketghoir, myt al des gudes tobehoir, als dat leget in den kirspel van Hengel, to 5 marcken.
Oct. 1417 : Ailbert Redering. Hulder is Henric Redering.
11-12-1420 : Ailbert Redering, mondig, doet zelf den eed, na doode van zijn oom en hulder Henric.
27-5-1468 : Johan Rederinck Aelbertsz.
23-1-1495 : Derick Rederinck na doode van zijn vader Johan.
12-12-1517 : Johan Rederinck, onmondig, na doode van zijn vader Derick, en na verzuim. Derick Putzeller, rentmr. van het land van den Berge, is hulder.
30-1-1560 : Idem doet zelf den eed, en lijftocht zijn vrouw Elisabeth Ridders.
11-4-1570 : Derick Rerinck, na doode van zijn vader Johan.
Referenties Kwartierstaat Van Schothorst --- Generatie 18 ( 130 refs.) Referenties voorafgegaan door het ⇒ symbool verwijzen naar (aanklikbare) externe url's waarvan alleen het laatste deel van de naam wordt vermeld. | ||
Verkorte verwijzingsvormen voor veelgebruikte literatuur
| ||
|
|
|
Back to the genealogy page |
Back to the contents |
Go to the index |
Forward to next generation 19 |
Back to previous generation 17 |
Directly go to generation : 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 |