You are here: Louk-Home ⇒ Genealogy ⇒ Kwartierstaat Van Schothorst ⇒ Gen. nr. 17 |
65584. ANO VAN DRONCKELER.
69248. GELIS (GELES, HEELIS, J(H)ELIS) HAELBOEM (HOELBOEM), geb. ca. 1360-1380, staat voor het volksgericht (....) [2].
In 1456 wordt bij een zitting van het Volksgericht(?) te Barneveld een zekere Aelbert Haelboom genoemd. [3]
86106. BOUDIJN MUYSZ (VAN DEN VELDE) , geb. vóór ca. 1400, ovl. vóór 22-7-1463[4] ,[5] leenman (1423), belender te Maesland aan de Westgaegh (1439)[6].
==== BELENINGEN ====
Grafelijkheid (nr. 20K) : 2 morgen 2 1/2 hond land te Maasland :
1457-1463 : verpacht aan Boudewijn Muusen voor 48 sc. 11 d. [7].
Hontshol (nr. 94) : 8 hond land te Maasland gemeen met het godshuis van Maeslant, Symon Willemsz en Boudijn Wiggersz. met zijn vader.[8]
22-3-1423: Floris Muysz. na overdracht door Boudijn Muysz., bij kinderloos overlijden achtereenvolgens te versterven op zijn 2 zusters Katrijn- en Geertruyt Muysdochters, bij gebreke van haar voor de ene helft op de rechte zwaardzijde van Muys Muysz. en de andere helft op die van Margriete Yewijn Heyendochter.
22-7-1463: Dirck Boudijn Muyszoonsz.
5-12-1486: Cornelis Boudijnsz. na overdracht door zijn broer Dirck Boudijnsz., te versterven op zijn oudste zoon Vrijese Cornelisz en bij gebreke van deze op zijn jongste zoon Jacob Cornelisz.
30-6-1509: Jacob Cornelisz. na overdracht door zijn broer Vrijese Cornelisz.
29-12-1536: Vranck Jacob Cornelisz. bij dode van zijn vader Jacob Cornelisz.
13-7-1548: Pieter Vranckez. bij dode van zijn vader Vranck Pietersz. en draagt met zijn moeder Maritgen Wiggersdochter het leen over aan zijn grootmoeder Katherina Dircxdochter, hulde door Claes Pietersz.
10-4-1570: Cornelis Jacobsz. te Vlaerdinck, oom van- en na overdracht door Pieter Vranckenz.
20-9-1572: Jacob Cornelisz. van de Velde bij dode van zijn vader Cornelis Jacobsz.
28-1-1598: Jan Jansz. Thoen na overdracht door zijn vader Jacob Cornelisz. van de Velde
10-3-1622: Cornelis Jansz. Thoen na overdracht door zijn vader Jan Jansz. Thoen.
17-1-1658: Ariaentge Cornelis Thoen, gehuwd met Andries Dircxz Bogaert, bij dode van haar vader Cornelis Jansz. Thoen.
11-11-1674: Meester Jacob van Rhijn te Utrecht bij brieven van decreet van het Hof van Holland. etc.
Hontshol (nr. 95) : 13 hond land gemeen met Jan van der Woude, Bertelmeus Bertelmeusz en zijn vader, te Maasland [9] :
22-3-1423 : Katryn Muysdr en Geertruyt Muysdr, elk voor de helft, na overdracht door Boudijn Muysz, bij kinderloos overlijden op elkaar te versterven, bij gebreke van beide te komen op Floris Muysz en bij gebreke van hem op Boudijn Muysz en bij gebreke van deze voor de helft op de rechte zwaardzijde van Muys Muysz en de andere helft op die van Margriet Yewijn Heyendr.
22-7-1463 : Cornelis Boudijn Muyszoonsz.
30-6-1509: Jacob Cornelisz. na overdracht door zijn broer Vrijese Cornelisz.
De overige beleningen zijn gelijk aan die van Hontshol. nr. 94.
86116. CLAAS DIRKSZ, geb. ca. 1440, volgens ref. [10] CLAAS DIRKSZ (THOEN (VAN BRONKHORST),
welgeboren man (1468). [11]
COMMENTAAR(¥) vul aan Prom. 14 p343 |
COMMENTAAR(¥) voeg toe Prom. 4 p97 |
In 1555 bracht Willem Jansz Thoen (van Bronckhorst) het hiernaast afgebeelde wapen, tesamen met een drietal gelijke wapens van zijn voorvaders, aan in de ramen van zijn Maaslandse boerderij. De voorvaderreeks bestond uit zijn overgrootvader Dirrick Claesz, zijn grootvader Claes Dirricksz en zijn vader Jan Claes Dirricsz.
Bij de vier in glas gestelde wapens valt op dat
slechts het wapen van Willems grootvader niet gewend is, de drie andere zijn dat wel, overigens zijn zij identiek. Het gevierendeelde wapen bevat twee kwartieren die zijn te benoemen: I = Van Bronckhorst, IV = Pols van der Mije. Het is onbekend welke families de wapens vormden uit de kwartieren II en III.[18]
Familiewapen Thoen, gevierendeeld: I. in rood een gewende zilveren klimmende leeuw, goud gekroond, getongd en genageld. II. in zilver een zwart gewend gaand paard. III. in groen drie gewende gaande vogels van zilver 2 - 1 [19] . IV. in goud drie groene palen. [20] Bron: Jan 't Hoen, 2010 klik op plaatje(s) om te vergroten |
==== BELENINGEN ====
Domproostdij te Utrecht : 1. 12 morgen land in Ruischen hoeve in de oude inlage, tussen de weg en de dijk, ten zuiden van de kerk, te Maasland [21] gesplitst in
1A. 6 morgen land.
.-.-1556: Albert Egbertsz. na overdracht door Adriaen Aertsz Roos.
22-3-1569: Thijman Cornelisz. bii dode van zijn vader Cornelis Thijmansz. en draagt het leen over aan Willem Jansz. alias Hoen
24-11-1579: Jan Willemsz. Thoen bij dode van zijn vader Willem Jansz. Thoen.
2-4-1638: Willem Jansz. Thoen bij dode van zijn vader Jan Jansz. Thoen
1B. 6 morgen land.
.-.-1556: Cornelis Tijmansz., na overdracht door Adriaen Aertsz. Roos
22-3-1569: Thijman Cornelisz bij dode van zijn vader Cornelis Thijmasz. en draagt het leen over aan Willem Jansz. alias Hoen
24-11-1579: Elysabeth Gerritsdochter, hulde door Adriaen Anthonisz. Boschman volgens procuratie d.d. 18-11-1579, bij dode van haar man Willem Jansz. Thoen.
.-.-1587: Barbara Francken, gehuwd met Peter Claesz., bij dode van Elisabeth Gerrits, weduwe van Willem Jansz. Thoen
5-5-1591: Jan Jansz. Thoen na overdracht door Barbara Francken, gehuwd met Peter Claesz.
2-4-1638: Willem Jansz. Thoen bij dode van zijn vader Jan Jansz. Thoen
Volgens een sententie van het Hof van Holland gedateerd 19-2-1577 zijn onderstaande vijf kinderen allen uit het eerste huwelijk van Willem Jansz. Thoen en dus geboren voor 1558. Bij zijn tweede vrouw had hij geen kinderen. [23]
COMMENTAAR(¥) voeg toe aanvullingen copie. |
86120. VRANCK POLS, geb. vóór ca. 1420, ovl. ca. 1475[27], belender in Berchpolre[28].
==== BELENINGEN ====
Memorierenten St. Laurenskerk te Rotterdam :
nr. 491 : 10 scell. per jaar
1481-1501 : op Dirc Ijsbrantsz's huys, wonende achter Vranck Pols pro memoria Vranconis Pols et uxoris sue.
1502-1524 : op Dirc Gheraertsz sat wonend after Vranck Polsen.
1525-1534 : op Dirc Gheryts achter Jan Pols.
1535-1542 : op Dirc Gerytsz huys achter Vranck Pols.
Capelle aan de IJssel nr. 47: 4 morgen land te Hillgersberg,[29] belend ten westen: Jan Tyemansz, ten oosten: Engebrecht Heynricxsz, ten noorden: de Broeckse wat/ring, ten zuiden: de hoefsloot. (1472174: in Berchpolre.)
27-3-1365: Jan Arentsz na opdracht uit eigen, bij kinderloos overlijden te versterven op zijn zusters zoon Dirck Treveysz
23-3-1439: Diedewair Dirck Pols.
.-1473: Dirck Pols Vranckenz (als leenmannen voor o.a. dit leen worden 1472/74 vermeld Pieter Vrancken en Dirck zijn broer).
27-2-1502: Jacob van Dorp, baljuw van Schielant, kriigt het leen ten vrij eigen in ruil voor het leen 52.
Op 21-12-1486 brengen Dirck Hoeck Pieter Mondfoerdenzn, Pieter Vranck Polsz en Cornelis Hugez als voogden het goed aan van Cornelis en Alijt, weeskinderen van Aernt Vranckezoon Pols, voor de weeskamer van Rotterdam. Het bestaat uit land in IJsselmonde, Huych Odzierszoonszate ten Berge (=Berchambacht?), Scoenreloe, land achter Bokelsdijc, in het Hoelcampgen, land in Barchpolre (o.a. in het Smalweer aan de Cleywech), in Barchambacht in Huych Dircxzoonszate, een huis staande in de Nupoort te Rotterdam, en diverse inkomsten en schulden uit los- en lijfrenten. De voogden leggen jaarlijks (1486-1497) rekening af voor de weeskamer, waarbij blijkt dat het ene kind bij Claas Hoeck woont en het andere bij Pieter van Mondfoirt. In 1497 treedt Margriet (Jacobsdr) op voor Pieter Vranckez Pols, die dan is overleden [30].
In 1493 rust een rente van 10 scel. hollands op Arent Pols' huis en erf in de Nyeupoert t.b.v. Ariaen, weesdr. van Willem Fijck Ariaensz.[31]
Evert Corneliszn (van der Duyn) bezit een rente op 21-12-1486 op het land van de weeskinderen van Aernt Vranckenzn Pols, die op 15-4-1495 wordt afgelost in handen van zijn erfgenamen.[32]
Omstreeks midden 1485 is Claes Pols 19 pond gr. schuldig aan de weeskinderen van Wijlen Adriaen Jansz de Vette en Katrijn Pieter Carrendochter.[33]
Midden 1485 is er door voornoemde weeskinderen een rentebrief gelost uit handen van Jan Pols, inhoudende 6 pond groot vlaams per jaar losrente op de stede van Rotterdam, te lossen de penning 14.[35]
Op 19-3-1473 heeft Jonge Vranck Pols 2 1/2 morgen land liggende in Barchambacht in Huych Dircxzoons zate in huur van (de weeskinderen van) Willem Dircxz en wijlen Claer Cornelis Pieterszoonsdr en van Margrietgen Geeryt de Cocx weduwe [36]. Indien deze Jonge Vranck Pols dezelfde is als Vranc Pols (kw. nr. 86120), dan zou dit er op kunnen duiden dat zijn vader ook Vranck (Pols) is genaamd. Deze zou dan weer een zoon kunnen zijn van Dirc Pols of Pieter Pols (zie voetnoot).
Voor 1444 is sprake van de zate in Berchpolre, waar Vranc Pols op woont [37] en in 1465 van 6 morgen land aan de Cleyweg die hij gehuurd heeft voor 15 pond/jaar [38].
86720. JAN ARENT(SZ) TOUWESZ[39], geb. ca. 1400, ovl. na 1437, beleend met 5 1/2 morgen land in 't Wout 21-8-1419,[40] treedt op als getuige in De Lier (1437).[41]
Grafschrift in de Oude Kerk te Delft:[43]
Op 't Choor. Hier leyd begraven ADRIAEN ARLEWIJNSZ VAN DER MADE en starff Anno 1580, den 20 Febr. en MACHTELD ADRIAENSdr VAN ADRICHEM syn huysvr. starff 1597, den 30 Aug. en BEATRIX ADRIAENSdr. VAN DER MADE, starff 30 Oct. 1620. Met het wapen van VAN DER MADE en dat van zijne dochter.
Het gemeente archief van Oost-Flakkee:[44]
Nr. 607. 20-2-1561: Jacop Botter, landscriver op de Veluwe, mede namens Agniet van Dompselaer, zijn vrouw, verkoopt aan Adriaen Arlewijnsz 10 morgen land te Maeslant bij de kerk tussen de weg en de zeedijk, die zij heeft geërfd van haar broer Jan van Dompselaer en met de waarborgen, die Agniet die Groet en haar zoon Vincent van der Hoefve hem in 1551 hebben gesteld, onbelast en leenroerig aan de grafelijkheid van Hollant, tegen 1.600 karolus gulden, eventueel als jaarrente de penning 16. De verkopers vrijwaren het land met 2 erfpachten in de ban van Stompick, n.1. 27 gulden door Cornelis Jacobsz en 21 karolus gulden door Dirck Joestenz. Getuigen: meester Arent van der Meer Vranckenz, secretaris van Delft, Johan van Achtevelt, Willem Thonisz, Cornelis Harmansz van Naerden en Frans Pietersz Ouderschie.
De Hofstede Van der Wateringe
Nr. 9. Het Elsgheestweer.[45] 9 is gesplitst in 9A en 9B bis.
Nr. 9B bis. 6 morgen 1½ hond land gemeen met de leenvrouwe
23-3-1468: Arent Tou Pietersz na overdracht door Allaert Aelbrechtsz, te versterven op zijn zoons Pieter en Jan, elk voor de helft.
Het leen 9B is gesplitst in 9B en 9C.
Nr. 9B. 3 morgen 1½ hont land
2-5-1478: Pieter Arent Touwenz bij dode van zijn vader Arent Pietersz Tou
8-12-1517: Huybrecht Pieter Touwenz bij doge van zijn vader Pieter Arents Tou
6-5-1521: Arlewijn Pietersz, onmondig, oom: Maertyn Aert Touw, bij dode van zijn broer Huybert .
15-8-1532: Adriaen Arlewijnsz, onmondig, voogd: Adriaen Cornelisz, bij dode van zijn vader Arlewijn Pietersz, die het leen verbeurd had, omdat hij het niet zelf had verzocht, toen hij mondig was, maar voor wie Willem Jansz Truythof hulde had gedaan als momber, omdat hij simpel was
26-2-1547: Adriaen Arlewijnsz doet zelf hulde .Nr. 9C. De helft van 6 morgen 1½ hond land
.-. -1489: Jan Arent Touwenz. krijgt het leen ten vrij eigen
==== BELENINGEN ====
Hofstad Van Der Wateringe
3 morgen 1½ hond land in een weer van 25 morgen te Wateringe:[46] nr. 9B
....: Pieter Touwe.
6-5-1521: Arlewyn Pietersz, onmondig, oom: Maartijn Aertsz, bij dode van Aernt Touwe.
15-8-1532: Adriaen Arlewijnsz, onmondig, voogd: Adriaen Cornelisz, bij dode van zijn vader Arlewijn Pietersz, die het leen verbeurd had, omdat hij het niet opnieuw verzocht had, toen hij mondig was.
l-4-1580: Hadewije Adriaensdochter van der Maede, gehuwd met Symon Adriaensz van Groenewegen, bij dode van haar vader Adriaen Arlewynsz van der Maede. 18-7-1596: Katarina Adriaensdochter van der Made: voogd: Franck Claessen, na overdracht door Hadewije Adriaensdochter van der Made, gehuwd met Symon Adriaensz.
Hofstad Hontshol
Nr. 3. 5 hond land in de Noordinge te Naaldwijk
...
4-5-1578: Adriaen Arlewijnsz van der Maede na overdracht door Gerrit Jansz Cappitein.
1-4-1580: Haedewije Adriaensdochter van der Maede, gehuwd met Symon Adriaensz van Groenenwegen te Delft, bij dode van haar vader Adriaen Arlewijnsz van der Maede.
18-7-1598: Beatrix Adriaensdochter van der Made, gehuwd met Gielis Cornelisz Fijck, na overdracht door Hadewije Adriaensdochter van der Made, gehuwd met Symon Adriaensz
28-4-1621: Catharina Adriaens van der Made, gehuwd met Jacob Hogenhouck, bij dode van haar zuster Beatrix Adriaensdochter.
4-9-1625: Claes Govertsz van der Tack te Naeldwijck, na overdracht door Catharina Adriaens van der Made, gehuwd met Jacob Maertensz Hoogenhouck.
Hofstad Hontshol
Nr. 89J. 3 morgen land te Maasland[47]
9-12-1566: Adriaen Arlewijnsz te Delft na overdracht door Jan Vos Claesz
1-4-1580: Hadewije Adriaensdochter van der Made, gehuwd met Symon Adriaensz van Groenewegen, bij dode van haar vader Adriaen Arlewijnsz van der Made.
18-7-1598: Hester Adriaensdochter van der Made, hulde door Franck Claesz, na overdracht door Hadewije Adriaensdochter van der Made, gehuwd met Symon Adriaensz
20-6-1626: IJsbrant Jansz Delff na overdracht door Hester Adriaensdochter van der Made en draagt de helft van het leen over aan Maerten Cornelisz Dorp te Maeslant.
De Hofstad Groeneveld in 't Woud
Nr. 6. 9 morgen 1 hond land te Wateringe [48]
2-4-1580: Hadewijch Adriaensdochter van der Maede, gehuwd met Symon Adriaensz van Groenewegen, bij dode van haar vader Adriaen Arlewijnsz van der Maede (21-11-1561: Octrooi voor Adriaen Arlewijnsz te Delft om bij testament over zijn leengoederen te beschikken, 6-2-1580: Adriaen Arlewijnsz van der Made gehuwd met Machtelt Adriaensdochter, testeren, waarbij hun zoon Arlewijn wordt uitgesloten en bepaald wordt dat het leen de Madewerf door de gezamenlijke erfgenamen zal worden bezeten). 15-4-1598: Lijsbeth Adriaensdochter, gehuwd met Symon Willemsz, na overdracht door haar zuster Hadewijn Adriaensdochter, gehuwd met Symon Adriaensz van Groenewegen, nadat bij dode van haar moeder Machtelt Adriaensdochter 5 morgen 2½ hond ontslagen zijn van het vruchtgebruik, dat deze erven hadden.
28-8-1612: Jacob Jansz Verloo te Delft na overdracht door Lijsbeth Adriaensdochter, gehuwd met Symon Willemsz van Dingenhoven.
Leen van Naeldwijk:[49]
één morgen land in het ambacht van Wateringen
... Jacob Arlewijnsz
20-3-1506: Jacob Arlewijnsz transporteert op zijne zuster Aleyt Arlewijn Vranckensdochter, hulde door haar man Pieter Arent Touwenszoon
20-4-1520: Arlewijn Pieter Touwensz na het overlijden van zijne moeder Aleyt Arlewijn Vranckensdochter, hulder trad op zekere Maerten Aertszoon, zijn oom.
...: het leen verstierf van Arlewijn Pieter Touwensz op diens zoon Aryaen Arlewijn Pieterszoon, die zich later van der Made noemde.
Grafelijke Lenen te Delft
Nr. 25A. De Madewerf met de laan, groot 11 hond, bij het klooster van de carthuysers buiten Delff, in de Vrijenban.[50]
16-10-1563: Adriaen Aerlewijnsz Touwe na overdracht ten overstaan van Cornelis Barthoutsz, griffier van het leenhof van Hollandt, en Pieter van der Houwe Cornelisz, leenmannen van Hollandt, op 8-10-1563 door Jan Govertsz namens Janneke Heyndrickzoonsdochter .
2-4-1580: Hadelijk Adriaensdochter van der Made, gehuwd met Simon Adriaensz van Groenewegen, bij dode van haar vader Adriaen Arlewijnsz.
28-4-1631: Symon Adriaensz van Groenewegen bij dode van zijn grootvader Sijmon Adriaensz van Groenewegen, die het leen van zijn vrouw Hadewijk Adriaensz van der Made had geërfd.
De Hofstad Van Der Wateringe Nr. 9E. De helft van 6 morgen 1½ hond land,[51]
... 7-12-1575: Claes Adriaensz te Delft na overdracht door Sasbout Beukelsz van den Borch
1-4-1580: Adriaen Arlewijnsz te Delft na overdracht op 2-5-1579 ten overstaan van Cornelis Korstiaensz van der Duyn, schout-, Adriaen Aertsz Waert en Cornelis Aertsz, schepenen te Wateringe, door Pouwels Comelisz te Leyden (1580: te Goude), borg: zijn broer Michiel Cornelisz te Goude.
17-8-1588: Machtelt Adriaensdochter van Adrichem te Delft, hulde door haar zwager Simon Ariënsz, na overdracht door Claes Adriaensz van Adrichem te Delft, die het leen bezat na overdracht door jonkvrouwe Maria Duyst van Voorhout
18-7-1598: Hadewyh Adriaensdochter van der Made, gehuwd met Simon Adriaensz van Groenewegen, bij dode van haar moeder Machtelt Adriaensdochter van Adrichem en draagt het leen over aan Beatrix Adriaensdochter van Adrichem, gehuwd met Gielis Comelisz Fyck.
86736. KERSTANT JANSZ (VAN DER VLIET)[54], geb. ca. 1425, besprak een rente aan de Heilige Geest van het Kapittel van Naaldwijk,[55] landbouwer te Naaldwijk,[56] leenman van Oud Alkemade (1483) met land onder het Ambacht Hazerswoude.[57]
86740. HENRICK BERTELMEESZ (VAN DORP)[58], geb. ca. 1400, ovl. 1474-1477, vermeld van 22-11-1433 tot 1474,[59]
wanneer hij zegelt als poorter van 's Gravenzande met drie afgerukte
leeuwekoppen,[60]
heeft in leen 2 hond land binnen de vrijheid van 's Gravenzande, dat
hij op 22-11-1433 ten vrij eigen krijgt,
leenman van Binckhorst (1,5 morgen te Rijswijk) en waarsch. ook van
Hontshol.
COMMENTAAR(¥) vul aan ZH Gen. 1986, p83 |
86742. WILLEM PHILIPS HOECXZ, geb. vóór ca. 1420, ovl. na 1459, verm. voor 1472(¥), mogelijk identiek met de Willem Philipsz die in 1424 intreedt in de Leidse vroedschap, en in 1465 uittreedt,[61]
leenman van de Domproostdij te Utrecht (1442, 1452),
belender te Leiderdorp (1459, 1468).
COMMENTAAR(¥) In 1472 worden "de kinderen van Willem Philipsz" genoemd als belenders te Leiderdorp. Hij zal dus vermoedelijk (kort?) daarvoor overleden zijn. |
Brands, bijlagen, In- en uittrede Leidse vroedschappen 1410-1510.
Beleningen
Lenen van de Domproostdij te Utrecht in ZH:
nr. 10A. De helft van 8 morgen land, gemeen met Jacob van Sonnevelt, belend ten noorden: Willem van der Speck (te Leiderdorp).[62]
23-1-1452: Willem Philipsz na overdracht door Dirck Wouter Daniel Pieterszoonsz.
Het leen 10A gesplitst in 10C en 10D.
10C. De helft van 5 morgen land (1558: 2 morgen met een huis), belend ten noorden: Katherijn Gherijt Mourijnsdochter, ten zuiden: Dirck Bouwensz van Zweten.[63]
1-6-1474: Zasborch Willem Philips Hoecksdochter, gehuwd met Dirck Henricksz.
23-7-1492: Henric Bogge Dircxsz bii dode van zijn moeder Zasborch.
9-2-1501: Erkenroy Dirck Henrickszoonsdochter, gehuwd met Jan Jansz te Alcmaer bij dode van haar broer.
30-4-1555: Willem Aertsz.
...
10D. De helft van 5 morgen land, (1558: 2 morgen land), belend ten noorden: Katherijn Gherijt Mourijnsdochter, (1572: Claes Vranckenz) ten zuiden: Dirck Bouwensz van Zweten (1572: Jan van Endegeest), (1572: gemeen in 16 morgen land, waarin Isaack Symonsz van der Graft 8 morgen, de erfgenamen van Willem Aertsz 2 morgen, Willem van Zijll 2 morgen en heer Foye van Zijll 2 morgen bezitten).
1-6-1474: Lijsbeth Willem Philips Hoecksdochter, gehuwd met Joas van der Laen.
15-1-1523: Jonkvrouwe Berte van der Laen, gehuwd met Adriaen van Zonneveld Noutenz, na overdracht door haar broer Willem van der Laen Philipsz.
10-1-1544: Willem Aertsz.
...
nr. 13B. De helft van 12 morgen land (te Leiderdorp).[64]
23-1-1452: Willem Philipsz na overdracht door Dirck Wouter Danel Pieterszoonsz.
Het leen 13B gesplitst in 13C en 13D.
13C. De helft van 5 morgen land.
1-6-1474: Zasborch Willem Philips Hoecksdochter, gehuwd met Dirck Henricksz.
23-7-1492: Henric Bogge Diericxz bij dode van zijn moeder Zasborch.
9-2-1501: Erkenroy Dirc Henrickszoonsdochter, gehuwd met Jan Jansz te Alcmaer, bij dode van haar broer Henrick Bogghe Dircksz.
13D. De helft van 5 morgen land (1532: gemeen met Gherit van Zijll, Willem Foeykensz van Zijll).
1-6-1474: Lijsbeth Willem Philips Hoecksdochter, gehuwd met Joes van der Laen.
15-1-1523: Jonkvrouwe Berte van der Laen, gehuwd met Adriaen van Zonnevelt Noutenz na overdracht door haar broer Willem van der Laen Phillipsz.
nr. 15. 18 morgen land met huis en boomgaard tussen de Rijn en Achterdijk, belend ten zuiden: Dirck Jansz van Zijl (1474: Cleymens Dirck Janszoonsdochter van Zijl, gehuwd met Lourens Wilhelmsz, 1523: de erfgenamen van Florijs van Zijll), ten noorden: het kapitel van den Hogenlande te Leyden, (1611: ten zuidwesten: de weduwe en de erfgenamen van jonkheer Pieter van der Dous, ten noordwesten: Henrick Simonsz). [65]
29-11-1442: Willem Philips Hoecksz bepaalt dat zijn oudste zoon het huis met 3 morgen land, zijn beide volgende zoons elk 7 morgen land zullen erven.
15-6-1474: Leenert Wilhelmsz met het huis, de boomgaard en 3 morgen land, meester Jacob Hueck Wilhelmsz en meester Jan Wilhelmsz elk met 7 morgen land bij dode van hun vader Wilhelm Philips Hoecxz.
9-2-1505: Meester Jacob van den Houc, doctor in de godgeleerdheid, deken te Naeltwijck, gemachtigde Henrick die Jonghe, bij dode van zijn broers Leenert Willamsz en meester Jan Willamsz met hun aandeel.
24-7-1510: Jonkvrouwe Elisabeth Willamsdochter, weduwe van Joest van der Lane, bij dode van meester Jacob van der Hoec, doctor in de godgeleerdheid, deken te Naeltwijck.
14-5-1521: Jacop Adriaensz van der Wijele alias Stalpert, hulde door meester Willem Willemsz, na overdracht door meester Jacop van Medenblick namens jonkvrouwe Elisabeth Willemsdochter, weduwe van Joost van der Laen.
15-1-1523: Willem van der Laen Phillipsz na overdracht door Jacop van der Wijele.
...
COMMENTAAR(¥) Dit gegeven wordt zonder duidelijk argumentatie betwist in Ref. [68] |
COMMENTAAR(¥) Hoezo het patroniem Philipsz? Of zit er nog een generatie tussen: Joost: Philip: Willem? |
87136. GIJSBERT VAN LANGERAK, geb. ca. 1385 (naar berekening),[69]
verm. zoon van Gijsbert, heer van Langerak en half~Nieuwpoort (1371-1398), en diens tweede vrouw Johanna van Drongelen,[70]
tr.
NN.
Wapen Langerak: Op goud een rode klimmende leeuw, getongd en genageld van blauw, met over de borst een zilveren barensteel van drie hangers.[71] |
COMMENTAAR(¥) NB in Ref. [76] is hij een zoon van Joost van Langerak Gijsbertsz hieronder! Zie kw. nr. 21784. |
Jan (Johan) van Langerak wordt naast zijn functie als schepen van Huissen slechts één keer vermeld, namelijk in het lijfrenteregister van de stad Utrecht van 1468. Hij sluit in dat jaar lijfrenten af op het leven van Gijsbert en Bertha, kinderen van Joost van Langerak, ieder kind voor 12 pond 10 st. Het kan niet anders dan dat hij directe familie (een broer) is van Joost van Langerak. Althans in dat kader valt het sluiten van de lijfrenten op het leven van Gijsbert en Bertha, die in dat geval zijn neef en nicht zijn, te begrijpen. Bovendien verwijst zijn voornaam naar een vernoeming naar zijn overgrootvader Jan, heer van Langerak en half-Nieuwpoort (1350-1379).[77]
87138. JAN EGBERTSZ.
87148. ROELOF (ZUERMONTS) VAN WYCKERSLOOTH, vermeld in 1416, door Pieter van Haeften, verlijd met 4 morgen lants in de Veertighoeven te Neerlangbroek en 3 morgen lant te Cothen, ontving in 1417 goed te Neerlangbroek van Reinier van Grevenbroeck. wordt in 1426 Roelof Zuermonts van Wyckersloot genoemd, is tinsgenoot in Cothen in 1423 en zegelde met de 3 bemmels en rondschrift S. Roelof van Wikersloet, is in 1444 Richter te Cothen van Bisschop Rudolf van Diepholt, thinsmeester 1445, 1449, borge voor Jan van Bemmel 1441, hij zegelde in 1438 met de 3 bemmels bij een hbeleening met goed te Langbroek, verkocht op 22-3-1441 des Woensdags nae Sinte Geertrudendach 10 hont lands te Cothen aan het kapittel van St. Pieter,[79] tr.[80]
87149. BELYE SCADE, zuster van Wouter Scade.
In 1419 kregen Zuermont en Roelof van Wyckersloot, gebroeders met Arent en Willem de Wit van Weeresteyn, Dirk, Herman en Floris van Heyligerlande ende meer buitenluyden van omtrent Wyck, vrijgeleide.[81]
In 1453 geeft Lambert Cloetinck goed te Cothen aen zyn dochter Machteld.
In 1470 bezwaarde Machteld vrouw van Jan van Wyckerslooth Roelofsz haar goed te Cothen met een rente.[86]
87744. = 172212. MUYS MUYSZ (VAN DEN VELDEN?).
87745. = 172213. MARGRIET YEWIJN HEYENDR.
88644. JOHANNES VAN CLEVE [87], ovl. vóór 1464, schepen van Tiel (1460-1461).
88645. MECHTELD (VAN HEESSEL?)(¥).
COMMENTAAR(¥)
Als zij een Van Heesell is, welk vermoeden gesteld is in Ref. [88],
dan zou zij een dochter kunnen zijn van Jan van Heessell, brouwer,
schepen (1453..1463) en substituut richter (1454) te Tiel[89].
Diverse Van Heessel's worden ca. 1300 beleend te Deil[90]. |
Op 27-10-1460 lijftocht Johannes van Cleve zijn vrouw Mechteld [91].
93184. GOSEN (GOSWIN) VAN STEENHUYS, geb. vóór ca. 1430. Heer op Bellinghoven bij Erkelenz, in het hertogdom Gulik (Westfalen), verkoopt Bellinghoven later aan zijn zwager Wilhelm von Uelft, tr. 18-09-1453[93] [94] [95]
93185. ANNA (ALIDE) (HORST) VON OSSENBROCK (OSSENBROECK).
Wapen Van Ossenbroeck: [96] |
93186. NN VAN DER VOORDT, tr.[100]
93187. NN VAN MERWICK.
COMMENTAAR(¥) Volgens Ref. [102] zijn de ouders JOHAN VAN DER VOORDT x DOROTHEA PLEYS. |
96272. JAN BANEN, geb. Sliedrecht ca. 1445, tr. Sliedrecht ca. 1475[103] NN.
96280. = 96272. JAN BANEN.
107008. HERMAN PALTE, burger te Schüttorf, vermeld (1384), tr. vóór 1384
107009. ODE NN, vermeld (1384).
6-5-1384 : Herman Palte en zijn vrouw Ode transporteren een rente.[107]
108160. HERMAN VAN STEENRE, ovl. 1361/62, heer van het huis ten Weerde bij Steenderen en van den Hof te Rheden, gegoed te Dieren, tr. vóór ca. 1335[108]
108161. NN VAN MIDDACHTEN, ovl. vóór 1357.
108176. WIJNAND VAN ARNHEM HEER GERRITSZ, ovl. 30-4-1433 (Mei-avond 1433), beg. Velp 3-5-1433, vermeld 1367-1433, schepen van Arnhem 1367-1372, 1391-1410, bezegelt als knape de landvrede van 1377, burgemeester van Arnhem 1391, 1399, richter van Veluwe 1391, 1401, ridder 1419, bezit het grote huis op de Oude Markt [110] stichter van het klooster Mariëndaal (ca. 1392),[111] tr. 2o 26-3-1400[112] MIE (EUFEMIA) VAN BUCKHORST, vermeld 1400-1423, bezat in Hattem het goed van Bartold van Eek, waarvan in 1430 en 1441 wordt gezegd, dat het eens toebehoorde aan Effemye (= Eufemia, Mie) van Buckhorst en dat van haar in het bezit van Johan III van Buckhorst kwam,[113] dr. van Willem van Buckhorst, richter van Zalk, en Lutgard NN,[114] tr. 1o ca. okt. 1370[115]
108177. UDELA VAN DEN GRUYTHUYS, geb. vóór ca. 1365.
Omstreeks 1392 stichten Wijnand van Arnhem en Arent van den Gruythuys het klooster Mariëndaal, op een stuk grond aan Wijnand toebehoorde. [116]
108178. HERMAN II graaf en heer VAN KUINRE, ovl. 1411/12, vermeld 1376, tr. vóór 1387 mogelijk[119]
108179. HILLEGONDA VAN HEECKEREN gen. RECHTEREN alias VAN DER ESE.
108180. SWEDER VAN HEKEREN GENAAMD RECHTEREN, ovl. Coevorden 17-4-1404, heer van Rechteren, Hekeren en Rhaen, raad van den bisschop van Utrecht (1395), ambtman en drost van Coevorden en Drenthe 1396 tr. Vrijdag na Hemelvaartsdag 1387[120] [121] [122]
108181. SOPHIA VAN GROESBEECK, ovl. 1429 of kort daarna.
108182. OTTO VAN POLANEN, ovl. 1426-1429, heer van Voorst en Keppel, 3e heer van Asperen, tr. vóór 1401[124] [125] [126]
108183. JOHANNA VAN RECHTEREN, vrouwe van Voorst en Keppel, stamt af van Suederus van Voerst (zie kw. nr. ⇒ 1730852 ).
110592. NN REDERING.
Beleningen van het goed Rederinck te Hengelo (Gld) :[135]
Dat gued "to Redering", in groten : die hofstat ende 35 maldersaets hoges lants, to gueder maten. Item een weidemait, schiit an Mennynck, geheiten "Rederinx-weidemait". Item 1 stuck beneven Widenstraet, geheiten "Rederinx slach". Item 1 slageken in den Ongevoirde. Ende 1 1/2 slegekijn in den Eketghoir, myt al des gudes tobehoir, als dat leget in den kirspel van Hengel, to 5 marcken.
Oct. 1417 : Ailbert Redering. Hulder is Henric Redering.
11-12-1420 : Ailbert Redering, mondig, doet zelf den eed, na doode van zijn oom en hulder Henric.
27-5-1468 : Johan Rederinck Aelbertsz.
23-1-1495 : Derick Rederinck na doode van zijn vader Johan.
12-12-1517 : Johan Rederinck, onmondig, na doode van zijn vader Derick, en na verzuim. Derick Putzeller, rentmr. van het land van den Berge, is hulder.
30-1-1560 : Idem doet zelf den eed, en lijftocht zijn vrouw Elisabeth Ridders.
11-4-1570 : Derick Rerinck, na doode van zijn vader Johan.
114624. BERNT HESSELINCK, geb. Bocholt ca. 1422, parentatie niet bewezen, Op 11-11-1449 wordt van hem en van zijn broer Dierick vee gestolen.[136]
127374. FEDDE MERNSTRA (HAERDA), te Pietersbierum, tr.[137]
127375. CATHARINA NN.
Referenties Kwartierstaat Van Schothorst --- Generatie 17 ( 137 refs.) Referenties voorafgegaan door het ⇒ symbool verwijzen naar (aanklikbare) externe url's waarvan alleen het laatste deel van de naam wordt vermeld. | ||
Verkorte verwijzingsvormen voor veelgebruikte literatuur
| ||
|
|
|
Back to the genealogy page |
Back to the contents |
Go to the index |
Forward to next generation 18 |
Back to previous generation 16 |
Directly go to generation : 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 |