You are here: Louk-Home ⇒ Genealogy ⇒ Kwartierstaat Lapikás ⇒ Gen. nr. 18 |
226560. HENDRICK JANSZ SNOECK, geb. vóór ca. 1420, heeft een geschil met de stad Woudrichem over de visserij (in de Lek),[1] schepen van Gorinchem (1456..1465).[2]
Op 5-8-1510 werd tussen de onmondige kinderen van Henrick Jansz Snoeck en diens weduwe het ouderlijk goed verdeeld, waarbij oom Jan Snoeck als voogd der minderjarigen optrad. [7]
226562. EVERT LOEFF, geb. vóór ca. 1415, mogelijk identiek met Evert Loef vermeld te Culemborg (1419, 1420).
Stadsrekeningen van Culemborg
Dit is dat Lambert van der Weteringh ende Willem Zuermont uutghegeven hebben als borghermeisters van weghen der stat van Culenborch sint Sente Mertiins dach in den wiinter doe men schreef MCCCC ende XIX tot op Sente Mertiins dach toe in den wiinter doe men schreef int jair ons Heren MCCCC ende XX. Uutghegeven den auden sc. gherekent voir 3 gld. 10 wit.
Dit siin die in den Harfst ghereetuunt hebben, riise ghehouden, hord ghetuunt, die bolwerken ende alre hand dinc helpen maken in dachhueren elcs daechs vuer 2 pl.:
- Evert Loef van 4 boom after Lubberts aen den toorn 16 wit [15]
.. Opghebuert van der stat guede die vercoft worden des Sonnendages voir Sente Jansdach te mydzomer in 't jair ons heren MCCCCXX.
Evert Loef van den rughensiis 16 aude sc.[16]
226576. ROELOF WILLEMS VAN DALEM, geb. vóór ca. 1405, ovl. feb-sept. 1479, heer van Dongen (na 1438), erfde de hoeve Lichtenberch te Tilburg uit de nalatenschap van zijn vader, trof hierover in 1423 en 1424 vele regelingen met zijn broeder Willem, erfde diens heerlijkheid Dongen en droeg 26-3-1439 de Zwaluwe op aan zijn broeder Jan, wordt nog vermeld op 19-2-1479, doch was op 10-9-1479 niet meer in leven,[17] tr. ca. 18-9-1428 [18] JUTTA VAN DYEMERBROECK.
COMMENTAAR(¥) Van een huwelijk/relatie met Engel NN volgens Ref. [37] wordt in Ref. [38] niet gerapporteerd. |
226580. OTTO HERBARENSZ heer VAN ASPEREN EN VUREN, geb. vóór ca. 1385, ovl. 1473-1475, beleend met Huis te Vuren 1424,[39] beleend met de tiende uit heer Koenenhoeve te Asperen (1430), heer van Spijk (1434..1441), neemt de leenhoogheid over van een leen te Beesd leenroerig aan de hofstad te Spijck (15-3-1438),[40] beleend met Enspijk (1438),[41] beleend met goederen te Rumpt, Tricht en Vuren (1468) leenroerig aan Ark.Hoeve/huis Rumpt,[42] dagelijks gerecht Enspijk 1468 (archief Huis Spijk), vermeld te Enspijk (1475),[43] tr. 2o [44] AGNES VAN RIJN, ovl. na 20-11-1478[45], wed. van Jan Renesse, (zij hertrouwt 1475 Johan van Noordwijk[46]) tr. 1o vóór ca. 1420[47]
226581. ARNOLDA DE COCK VAN OPIJNEN.
Wapen Van Asperen: 2 beurtelings
gekanteelde dwarsbalken, schildhouder: een leeuw.[48]
Lakzegel van Otto van Asperen, Heer tot Spijk. |
Bezitting den wind te Herwijnen samen met Johan van Herwinen Johanssoon te Herwijnen 1438 [49] , verkoopt dit aan Walraven van Haeften 1445 [50] , Johan van Herwinen Willemsz tot behoeff van Otto 1438 [51] , bezitting in Enspijck 1456, getuige 1458 bij Agnes weduwe van Otto van Heukelom (Archief heren/graven van Culemborg). [52]
Lenen Gelre en Zutphen:[53]
nr. 46 Buren: 8 mergen lants, gelegen tot Tricht, in den lande van Buren, daer an d' een sijde naest gelant plag te wesen Johan van der Donck ende an d' ander sijde Willem Rolofssoons erfgenamen.
geerft tot Zutphenschen rechten van Herman van Hoekelom op Jut Wannen, weduwe Rolof Gadertssoon, diet met haren soon Gadert transporteert op Otto van Vueren tot eenen rechten erfleen, anno 1439.
Ot van Asperen van Vueren ontfengt 8 mergen lants, gelegen op Tricht, geheiten die Arkelsche hoeve, gelegen in de Maet beneven Jans lant van der Donck, anno 1468.
Otto van Vueren Herbertssoon vernijt eed ende vercrigt dat dit leen erven sal op Alijt van Heukelom Adams dochter, ende so sij geen kinder nalaet, weder vallen op Otten erven, 5 Octobris 1473.
Alijt van Heukelom, huysfrou Jans van Weerdenborch, 24 Septembris 1475.
etc.
Hofstede Asperen
Asperen nr. 6.[54] De tiende uit heer Koenenhoeve in Asperen en uit alle hoeven tussen Koenenhoeve en de Lange steeg, strekkend van de tiendweg tot de achter dijk.
4-4-1413: De leenheer mag lossen met ƒ 1000,- hollands van Herbaren van Asperen alias van Vuren, die zegelt: twee beurtelings gekanteelde dwarsbalken, die dan binnensjaars zal beleggen, (Familie Van Boetselaer, inv. nr. 894.)
26-3-1430: Otto van Asperen van Vuren zoals Herbaren, zijn vader, (A fol. 8.)
20-12-1472: Gijsbert van Giessen, (RA. Utrecht, Collectie Van Winsen, VI fol. 227v.)
18-2-1486: Pieter van Boxmeer, bastaard van Willem van Boxmeer, ridder, bij overdracht door Gijsbert van Giessen en Maria van Groenenberg, diens vrouw, en Katharina van Giessen, gehuwd met Jan van Bommel, doen afstand van hun lijftocht met lijftocht van Adriaan, Pieters vrouw, op de helft, I fol. 5.
etc.
Hofstede Arkel
Heukelum nr. 17.[55] Een koren en smaltiende in Spijk, zijnde een derde van vier blokken, genaamd de Overste en Nederste Rietwortel, het Middelblok en de Vijfhoeven, en de helft van de Polre.
...
29-12-1437: Elisabeth, weduwe Jan Sandersz, draagt met Hendrik, haar zoon, over aan Otto van Asperen, heer van Spijk, (Spijk, charter). De volgende beleningen zijn gelijk aan nr. 16 (zie hieronder).
Lenen van de Graaf van Holland in Gelre
Heukelum nr. 24.[56] Zijn huis (1441: de burcht, genaamd Markenburg), met de singelgraaf (1441: met timmering en poting en twee voorburgen, gelegen tussen Boonackers hofstede en de Asperse vliet en strekkend van de Lingestroom tot de Heukelumse zijdwinde).
...
10-11-1441: Jan van Arkel, heer van Heukelum, verpandt samen met de hoge en lage heerlijkheid aan Otto van Asperen, heer van Spijk, wegens een schuld van ƒ 350.- rijns, te lossen binnen 10 jaar, (RA. Arnhem, Heren van Culemborg, inv. 6459).
Beleningen
Hofstede Arkel
Heukelom nr. 16.[64] Het halve dorp Spijk, waar de kerk in staat, met de heerlijheid hoog en laag, (volgen belendingen in verdere jaren).
31-3-1414: Heer Splinter van Loenersloot zoals hij en zijn ouders hielden van Arkel, (LRK 56 in fine).
30-11-1450: Johan van Vuren Ottenz, beleend door de hertog van Gelre met het huis, dat open zal zijn, (Leenhof Gelre, nr. 2 fo. 43v, nr. 4 fo. 62v, nr. 5 fo. 39v en nr..6 fo. 131).
2-1-1467: Jan van Vuren, heer van Spijk, (LRK 117b fo. 59~).
4-2-1473: Otto van Vuren en Spijk Walravenz bij dode van Jan van Vuren, zijn oom, (LRK 118 c.Arkel fo. 12~).
16-3-1480: Otto van Vuren en Spijk, (LRK 119 c.Arkel fo. 4.)
31-12-1518: Lijftocht van Janna, natuurlijke dochter van Jan van Wulven, maarschalk van Amersfoort en Eemland, wegens haar huwelijk met Otto van Asperen en Vuren, heer van Spijk, en ƒ l0.- goud van haar morgengave op de tienden en smaltienden en op een hofstede in de stad Heukelum, eigen, (LRK 124 c.Arkel fo. 12-13.)
30-3-1519: Walraven Rudolfsz bij dode van Otto van Vuren van Spijk, zijn oom, (LRK 124 c.Arkel fo. 13.)
9-8-1532: Belast voor mr. Cornelis Bertout Jansz met ƒ 24.- karolus goud door Walraven Rudolfsz, te lossen 1: 16, (LRK 125 c.Arkel fo. 24v-25~).
21-5-1533: Belast voor mr. Cornelis Bertout Jansz met ƒ 36.- karolus door Walraven Rudolfsz, te lossen 1: 14, (LRK 125 c.Arkel fo. 29v-30~).
8-11-1534: Belast voor mr. Cornelis Bertout Jansz met ƒ l00.- karolus door Walraven Rudolfsz, te lossen 1: 14, (LRK 125 c.Arkel fo. 36-37). De rentes zijn gelost.
27-7-1542: Mr. Gerard van Rhenoy, raad en meester van de rekeningen te den Haag, bij overdracht door Walraven Rudolfsz, heer van Spijk, (LRK 126 c.Arkel fo. 32).
etc.
Beleningen
Lenen Gelre/Zutphen
Enspyck
nr. 261[67]: Eenen camp lants tot Enspick gelegen, geheiten "die Hoeve" tot Zutphensen rechten ontfangen bij
Otto van Vueren Otten soon, anno 1451 (het leen heet hier de Lange Hoeve en was mogelijk met nr. 260 eerder een geheel)
Griet van Vueren Otten dochter eedt vernijt van een camp lants to Enspick gelegen, geheiten die Lange Hoeve anno 1465. Haer hulder is Henrick van Tuyl.
Margriet van Vueren Otten dochter eedt vernijt van een camp lants to Enspick gelegen, geheiten die Lange Hoeve, daer naest gelant is Jan Pieck an d'een ende die gemeyn stege an d'ander sijde, 15 Octobris anno 1473. Haer hulder is Gijsbert van Haeften.
Otto van Asperen ende van Vueren Walravens soon, heer tot Spijck, thoont bescheyt dat Johan, Otto ende Walraven, sonen sijnes ooms Otten, gewesen heer to Spijck, op malcanderen erven sollen tot der derden cluften to sonder hare angedeylde goeder te mogen vercopen noch alieneren, ende dan dieselve gebroder alle 3 sonder andere kinder als hij doot ende sijn ooms Otten dochter Margriet, cloosterjuffer t'Utrecht, oyck gestorven sijnde, wort beleent als erve sijner nichten Margriet, 9 Julij 1481.
Hofstede te Boxmeer.
nr. 1. Een derde van de tienden met smaltiende in Enspijk.[68]
12-5-1454: Otto van Vuren, neef van de leenheer, zoals Otto, zijn vader, met lijftocht van Klara van Gellicum, zijn vrouw, "zwager" van de leenheer, 6667 p. 8.
1-6-1461: Hendrik van Tuil Gijsbertsz voor Klara van Gellicum voor haar leven, 6667 p. 13.
18-8-1472: Otto van Tuil Gijsbertsz met lijftocht van Klara van Gellicum, zijn moeder, 6667 p. 17.
18-8-1472: Gijsbert van Haaften bij overdracht door Margaretha van Vuren zoals Otto van Asperen van Vuren, haar vader, met lijftocht van haar moeder, 6667 p. 18.
30-1-1474: Gijsbert van Haaften met lijftocht van Klara van Gellicum, 6667 p. 21.
12-7-1481: Otto van Vuren, heer van Spijk, met lijftocht van Klara van Gellicum, 6667 p. 33.
24-3-1482: Gijsbert van Giessen met lijftocht van Klara van Gellicum, 6667 p. 33.
22-3-1489: Gijsbert van Herwijnen, gehuwd met Gerard, dochter van Wouter van Beesd, bij overdracht door Gijsbert van Giessen, waarna overdracht aan Jan van Herwijnen, zijn jongste zoon, met hun lijftocht, 6667 pp. 36-37.
etc.
231428. EVERT VAN DOMSELER, ovl. na 1515 en voor 23-2-1518, beg. in de kerk te Barneveld (mits hij dezelfde is als Evert dye olde),[77] gerichtsman te Barneveld 1458-1500, 1506, Ede 1484-1501 (zie echter ook bij zijn vader Evert) oordeelwijzer 1499, bezit een huis i n het dorp Barneveld, het goed Malckenhorst, het erf Willickhuizen in het Woold onder Ede, erft van zijn schoonvader Roelof Vonck van Ewijck de pandschap van het goed te Uddel, Uddelermeer, het 's-Grevenholt en de Hof in het Kootwijkerbroek, valt in de slag bij Stralen in 1468 de hertog van Kleef bij, wordt na de val van hertog Adolf van Gelre weder in het bezit van zijn goederen gesteld, houdt de zijde der Bourgondiërs met zijn zoons Brant en Daniël, welke laatsten in dienst waren van de Bourgondiërs, wijkt na de verovering van Wageningen in 1492 door hertog Karei van Gelre uit naar Amersfoort, terwijl Brant te Naarden ligt en Daniël te Arnhem, maakt zich met zijn zoons schuldig aan plunderingen en mishandeling, mag met zijn twee zoons weer op hun goed komen 25-4-1494, wordt opnieuw in genade aangenomen na overlevering van zijn pandgoederen, de raaitiende van Uddelermeer, het goed te Uddel, de tiend te Kootwijk en het doen van oorvede (1496),[78] tr. 2o [79] FYA VAN EMELER, dochter van Gijsbert van Emeler, wordt als diens erfgenaam beleend met de Bylaerse tiend in Achteveld, krijgt bij magescheid met haar broeder Gijsbert van Emeler het erf Roseler (Rootseler), woont met haar drie dochters te Barneveld, tr. 1o 21-12-1455[80]
231429. ELISABETH VAN EWIJCK, ovl. 14-8-1476, beg. te Barneveld.
231920. GISBERT TEN RYSE, parentatie niet bewezen, tr. vóór 1432
231921. NN "Gysberts wijff" (=ALEYD SEMANS?), parentatie niet bewezen.
Dat goet ten Ryse heft Gisbert ten Ryse myt die moder en andere kynderen end Gisbert myt sijne moder syn overkomme myt den Abt dat sy na oer dode ellic besund, den Abt geven sullen 4 goltguldens en veur sijn ongehorsamheit sal hij geven 3 goltgl. op Martini en Petri en op Mey neghest komende 143 end voert is bededingen end gegut van den Abt dat Gisberts wyff myt den kinderen dynstlude blijven sullen en dairveur sal Gisbert synen oldsten soen horich end lodigh maken na de olde schilden. Acto anno 1432 den vierden dach may.[83] [84]
231922. BER(E)NT HENDRICKSEN VAN WESTENAPPEL, ovl. na 1546, van tenminste 1532 tot 1546 bezitter van het goed Westenappel te Appel,[85] tr. vóór ca. 1490
231923. ANTHONIA (O?)VERHORST.
Bernt van Westenappel wordt in de veetelling van 1526 vermeld met 5 paarden, 7 koeien, 3 tweewinters, 6 eenwinters, 2/4 vierdell schapen (een vierdel is ca. 25 stuks), 2 vette koeien en 2 veulens.[86]
Uit het testament d.d. 16-11-1627 van Matheus Gerbrantszn, wonend aan de Molm (of Melm) onder het gerecht van Soest, blijkt dat hij dan in het bezit is van en dus eerder gekocht heeft: de helft van een huysinge, hof, hofstede, schuur, berg en bouwland, weiland en maatland, genaamd Het Rosenlandt, van Berent Henricxzn van Westenappel en Aeltgen Segers zijn vrouw, inlusief land boven de hofstede, een stuk aan de weg en midden op de Enghe plus een stuk over de Barenschewech bij de Blauwe Steen, waarvan Gerbrant reeds de andere helft bezit. [90]
250272. DIRCK VAN VOERST, geb. ca. 1410, ovl. na 1460, vermeld met "eenige andere butenluden" (1460).[92]
Referenties Kwartierstaat Lapikás --- Generatie 18 ( 92 refs.) Referenties voorafgegaan door het ⇒ symbool verwijzen naar (aanklikbare) externe url's waarvan alleen het laatste deel van de naam wordt vermeld. | ||
Verkorte verwijzingsvormen voor veelgebruikte literatuur
| ||
|
|
|
Back to the genealogy page |
Back to the contents |
Go to the index |
Forward to next generation 19 |
Back to previous generation 17 |
Directly go to generation : 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 |