In de quantummechanica treffen we een vergelijkbare situatie aan.
Tijdens de behandeling van het waterstofatoom hebben we
kennis gemaakt met de operator voor baanimpulsmoment. Deze
operator beschrijft de beweging van het elektron rond het proton en
kan enkel integerwaarden aannemen. Het is echter zo dat
het elektron (en trouwens ook het proton) nog een andere
vorm van impulsmoment met zich meedraagt en dit wordt spin
genoemd. Spin heeft niets te maken met enige ruimtelijke
beweging (voor zover we weten is het elektron puntvormig), maar
is het een intrinsieke eigenschap van het deeltje.
We zien nu dat de hierboven gevonden
halftallige waarden van impulsmoment gerelateerd zijn aan de spin
van deeltjes. Verder is het zo dat niet alle waarden van optreden
voor een bepaald systeem. Terwijl in de discussie van het waterstofatoom
we hebben gezien dat het baanimpulsmoment , diverse waarden kan aannemen,
ligt de waarde van de spin voor elk deeltje vast.
Voor ieder deeltje is er maar één waarde. Zo hebben het elektron,
proton, neutron, quarks, enz. allemaal een spin van (in
eenheden van ), terwijl pionen bijvoorbeeld spin 0 hebben.
Verder zijn er voor elke waarde van die optreedt,
altijd waarden voor . Als er geen voorkeursrichting
in de ruimte is, omdat er bijvoorbeeld geen magnetisch veld aanstaat,
dan zijn deze waarden ontaard (ze hebben dezelfde energie).