You are here: Louk-Home ⇒ Genealogy ⇒ Varia ⇒ Gen. nr. 32 |
Van Schadick / Schayk /Schaeck / etc. | |
Lenen van het huis Lokhorst:[1]
Ia. Cornelis van Schadick, administrateur over de goederen van Pieter van Dam den Jongen (1564),[2]
huw. get. (1588).
Hieruit verm.:
IIa. Willem van Schayk, beg. Veenendaal 23-9-1624 (betaald om het graf te openen ƒ 0,4,0), beleend 1613, woont te Veenendaal.
verm. identiek met
IIIa. Cornelis van Schadick, ovl. 1650-1665, beleend 1630.
|
![]() |
Wapen Sevender:
Op een gouden veld twee zwarte, beurtelings gekanteelde dwarsbalken.
Helm: gekroond. Helmteken : een zwarte olifantskop met zilveren slagtanden. Helmdekkleden : goud en zwart.
Bron: De Familiewapens der Ambachtsheeren en Heeren van Maassluis. [8] |
Van Zevender |
Op zoek naar de herkomst van Aernt van Zevender overleden 20-10-1628 volgens zerk in de Kapel van de Mannenzaal van het St. Pieters en Bloklands Gasthuis in Amersfoort.[9]
De basis voor het onderzoek vormde de onderstaande reeks beleningen waarin leden van het geslacht (Hey)van Zevender voorkomen.
Lenen van de Hofstede Arkel en Haastrecht te Bergambacht[10]Uit bovenstaande beleningen vallen vijf generaties van dit geslacht (Hey) van Zevender af te leiden. Deze zijn aangevuld met gegevens uit nader onderzoek naar deze personen.
n° ll. Een huizing en hofstede (1436: met geboomte en poting) en een hoeve land beneden Haastrecht, (1514: groot 13; 1595: à 14, morgen; 1521: strekkend van de IJssel tot achter aan de nieuwe kade, west: Jacob Jansz. en Muel van der Goude met zijn steenplaats en de oude wetering, genaamd de Zijl, oost: de kapel).
....
31-8-1521: Gerard Hey Adamsz. bij overdracht door Pieter van de Boekhorst Jansz.
20-9-1546: Jan Hey bij overdracht door Gerard, zijn vader.
18-8-1575: Mr. Gerard Hey, advokaat postulant bij het Hof van Utrecht, voor heer Dirk Jansz Hey van Zevender, priester, vikaris van St. Jan te Utrecht, zijn broer, bij dode van Jan Hey, diens vader.
10-7-1595: Arnout van Zevender voor mr. Gerard Hey van Zevender, advokaat, zijn broer, bij dode van Dirk Jansz., diens broer.
10-4-1608: Arnout van Zevender bij dode van mr. Gerard van Zevender, zijn broer.
28-9-1619: Jan van Zevender te Utrecht bij dode van Arnout, zijn vader.
2-11-1620: Mr. Johan Oom van Wijngaarden, advokaat bij het Hof van Holland, voor Hendrik van der Burch voor Dina van der Burch, diens zuster, te Utrecht voor Willem van Zevender, haar zoon, bij dode van Jan, diens vader, met haar lijftocht.
17-11-1638: Mr. Johan de Cocq, advokaat bij het Hof van Holland voor Hendrik van Zevender te Utrecht bij dode van Dina van der Burch, diens moeder, die aankwam van Willem van Zevender, haar zoon, na verzuim.
18-9-1641: Johan van der Meer, solliciteur te Den Haag, voor Willem van der Burch bij dode van Hendrik van Zevender, diens neef.Van het leen n° 11 zijn 11A en 11B afgesplitst.
n° 11A. Een werfje, waar Schinkel op woont, zuid: Arnout Gijsbersz. Schijf, noord: Jan Cornelisz. met zijn zusters en broers.
28-3-1539: Frans Simonsz bij overdracht door Anton Bertoutsz, raad van Gouda, voor Gerard Hey Daamsz.
...
n° 11B. 28-3-1539: Een werfje, waar de leenman op woont, zuid (1554: erven Jan Andriesz.; 1642: kinderen Meeus Jansz.), noord (1554: Frans Simonsz.. 1642: kinderen Arnout Vet Andriesz.).
28-3-1539: Frans Simonsz bij overdracht door Anton Bertoutsz, raad van Gouda, voor Gerard Hey Daamsz.
...
I |
Ia. Gerard Hey Adamsz (Daamsz/Daemsz), geb. vóór ca. 1485, ovl. na 1546, beleend met de hofstede te Bergambacht 1521, splitst een deel daarvan af 1539.
IIa. Jan Hey (Gerrit Daemsz), geb. vóór ca. 1510, ovl. kort voor 1575, beleend met de hofstede te Bergambacht 1546.
De genoemde Jacob (Taets)van Amerongen (zn. van Johan van Amerongen (burgemeester van Utrecht) en Johanna van Gaesbeek) werd later landcommandeur van de balije der Duitse Orde te Utrecht (1587), week uit naar Antwerpen en overleed aldaar in 1612.[21]
IIIa. Arnout van Zevender, geb. vóór ca. 1555, ovl. kort voor 1619, heeft vorderingen in Holland en elders (1579),
woont te Zuijlen 1588, vermeld 1592,
doet hulde voor zijn broer Gerard 1595,
huismeester van het Heylich Cruysgasthuys buyten Utrecht (1607),
beleend met de hofstede te Bergambacht 1608.
IVa. jonker J(oh)an Hey van (der) Zevender, geb. vóór ca. 1580, ovl. aug. 1619 - nov. 1620, woont te Utrecht (1604, 1619), beleend 1619,
tr. Utrecht gerecht 20-10-1604
Di(g)na van der Burch, ovl. 1636-1638, woont te Utrecht 1604, lijftocht 1620,
dr. van Willem (Henrickz) van der Burgh en van Magdaleen (Willensdr) Foeyt.[44]
[45]
Va. Hendrik Hey van Zevender, ovl. kort voor 1641, woont te Utrecht (1638), beleend met de hofstede te Bergambacht 1638,
voogd over de onmondige dochter van zijn zuster Isabeau.
Xa. Hendrik Hey van Zevender, geb. vóór ca. 1545.
Ia. NN van Zevender, geb. vóór ca. 1595.
Uit hem:
II
Mogelijk identiek met Jan Heye Gerritsz die 1536-1547 veertigraad en meermalen schepen van Leiden was en het wapen van Zevender voerde.[11]
Aanwinstenlijst KNGGW:[12]
NN, Parenteel van Jan Hey van Zevender en Baerte van Schouwen Aelbrecht Maertenszdr te Gouda (met necrologie van laatstgenoemde door Erasmus, 1489).
NB is dit nr. IIa? of een eerdere generatie?
Uit hem (volorde onbekend):
COMMENTAAR(¥)
De volgende Mechteltgen zou een (bastaard?)dochter van Dirk Jansz Hey van Zevender kunnen zijn:
Mechteltgen Dircks van Sevender, wonende te Utrecht (1634),
tr. Utrecht gerecht 27-12-1634
Ambrosius Jansz van Reckelinghuysen, wednr. van Henrickgen Bastiaens wonende te Utrecht (1634)
Het Manuscript Roest vermeldt mr. Gerrit van Sevender, advocaat van de Hove van Utrecht als echtgenoot van Elisabeth Medenblick, dr. van mr Hendrick Medenblick en Christina van Loenresloot.[18]
Nederlandse studenten in de rechten te Padua 1545 -1700:[19]
n° 133. Gerardus Hey a Zevender. 22-3-1569.
Niet geïmmatriculeerd, de aangegeven datum is die waarop hij zich inschrijft te Padua in het Album Amicorum van Jacob van Amerongen n° 131. Wellicht een zoon van Jan Heye Gerritsz die 1536-1547 veertigraad en meermalen schepen van Leiden was en het wapen van Zevender voerde. Diens zoon Floris, wellicht dus een broeder van Gerrit, was jur. lic. geboren te Leiden, kanunnik van St. Pancras en vicaris van St. Agatha altaar [20] Hijzelf genoemd Gen. Her. Bladen II, 205 als mr. Gerrit Hey van Zevender.
Handschrift Van Buchel:[22]
Hieronymuskapel te Utrecht.
Latijnse tekst:[23]
obiit ann(o) domini 1603, mensis..., aetatis suae 60
Anno Chr(ist)i MDCXV, idibus martii, e sarcoph(ago) Hieron(ymi..), huc tra(n)slata sunt ossa nobilis atq(ue) eruditi viri, m(a)g(ist)ri Gerardi Hey a Sevender, i(uris) u(triusque) l(icentiati), iuncta cineribus charissimae prioris suae conthoralis, d(ominae) Elisabet a Mede(m)blic, postqua(m) secu(n)da eius uxor, d(omina) Soph(ia) de Pallais, peculiare(m) sibi elegerat sepulturam in sacello Brandoliensi
Vertaling (zo dicht mogelijk bij de Latijnse tekst gebleven):
overleden in het jaar onzes heren 1603, in de maand ..., oud 60 jaar
Op de ides van maart (=15 maart) 1615 zijn uit een graf in de Hieronymus(..) hierheen overgebracht de beenderen van de edele en geleerde meester Gerard Hey van Zevender, licentiaat in beide rechten, vergezeld van de as van zijn zeer geliefde eerste echtgenote, vrouwe Elisabeth van Medemblik, nadat zijn tweede echtgenote, vrouwe Sophia van Pallaes, een speciaal graf voor haarzelf had verkozen in het Braem Dolieclooster (=Abraham Doleklooster te Utrecht)
Erbij staat het volle wapen Van Zevender, met helmteken: olifantenkop
Akte gerecht Leusen 7-7-1606:
Jkhr. Aernt Boll is een jaarlijkse rente van 75 gulden schuldig aan jkvr. Sophia van Pallaes, getrouwd (sic!) met Gerrit van Sevender. Aflosbaar met 1200 gulden. Onderpand: een erf genaamd Hamersveld gelegen op Hamersveld. Bruiker: Saer Jansz.
TEKST NOG DOEN
Op 8-3-1636
verkopen
de kinderen en mede-erfgenamen van Henrick van Medenblick en mede voor de helft erfgenamen van Cornelia van Medenblick, in leven gehuwd met Johan van Cootwyck,
met name
Margareta van Medenblick,
Ghysbrecht de Milde, haar zoon,
Rombout van Medenblick, oom van Ghysbrecht de Milde,
Maria van Medenblick, tante van Ghysbrecht de Milde,
Marten van der Meer, wednr. van Barbara van Medenblick,
namens de erfgenaam van Barbara van Medenblick, haar zoon Johan van der Meer,
Jan van Leeuwen dict Cootwyck, zoon van wijlen Johan van Leeuwen,
Johan de Bruyn van Berendrecht, oom
Dina van der Borch, wed. van Johan Hey van Sevender,
en zijn haar broer Henrick van der Borch,
Poulus Cornelisz Bolnes,
brouwer wonende te ter Goude,
Jacob Dirxssoon de Zwaen wonende te ter Goude,
Johan Reyniersz de Zwaen oom of neef van Poulus Cornelisz Bolnes en Jacob Dirxssoon de Zwaen
xssoon,
de broers en zusters van Nicolaes van Crimpen
aan Jacques van Oenama collonell, Johannes van Crack, Gerrit van Sickinga
en Jan Andriesz van Loenen laeckencoper wonende te Utrecht,
de resterende gedeelten, actien, rechten en gerechtigdheden in hun 1/5 portie in de venen en gronden, gelegen in Heerenveen in Friesland, in de grieteny van Schoterland en in Opsterland, niet inbegrepen de vulling die verkopers reeds hadden verkocht aan Ysbrant Kempis
Er wordt verwezen naar een
procuratie d.d. 21-2-1634 voor notaris W. van Galen, procuratie d.d. 14-3-1634 n.s. voor notaris C.E. Puttershouck te Gouda, en een procuratie d.d. 13-8-1632 voor notaris Johan van der Snell te Lopik.
In de marge: verklaring d.d. 11-3-1636: Jan Andriesz van Loenen heeft de akte van koop en verkoop gehaald van notaris Gerrit van Waey om deze te tonen in Friesland en aldaar goedkeuring te krygen met belofte de akte terug te geven by de eerstvolgende gelegenheid en de notaris te vrywaren voor eventuele schade.
TEKST NOG LEZEN
[24]
Verbaal van de aanslag op de stad Utrecht door het Hof van Utrecht afgenomen op 29-4-1577 van Mr. Gerrit Hey van Zevender.
Bron: Ref. [25]
klik op plaatje(s) om te vergroten
Fragment van een pagina uit het Handschrift Van Buchel beschrijvende de graven van Gerard Hey van Zevender en zijn eerste vrouw Elisabeth van Medemblik in de Hieronymuskapel te Utrecht. Zie vertaling hierboven.
Bron: Utrechts Archief, Handschrift Van Buchel,[26]
Fragment van een pagina uit het Handschrift Van Buchel beschrijvende objecten in het Abraham Doleklooster te Utrecht.
De tabel vertoont het wapen Van Pallaes (waaronder in een andere hand: Sophia Pallaes Florentii filia O(biit) aet(ate suae) 73, 3-12-1612) vergezeld van haar 8 kwartieren (Pallaes, Taets van Amerongen, ..., Lockhorst, ..., ..., Sanwijck, Snelleberch).
Bron: Utrechts Archief, Handschrift Van Buchel,[27]
klik op plaatje(s) om te vergroten
Op 19-8-1621 doen
Cornelis van Crimpen den Ouden en zijn vrouw Maria van Ophemert
aan
hun dochter Geertruyt Cornelisdr van Crimpen
als huwelijkscadeau een schenking van 1/5 deel van twee
rentebrieven uit de erfenis van Huych Jansz Hey van Zevender
gepasseert voor notaris Thomas Evertsz. De erfenis omvatte
tevens twee hypotheekbrieven, een d.d. 3-10-1618
gepasseerd de schepenen van Gouda en de ander
d.d. 11-10-1618 voor de schepenen van Moordrecht.
Haar oom is wijlen Huych Jansz Hey van Zevender.
Thomas Evertsz van Puttershouck is notaris
te Gouda
Willem Jacobsz alias Willem Theuwen schuytvoerder
Peter Jacobsz schoenmaker (zijn getugen?).
[28]
Op 23-1-1622 machtigt
Maria Huijgensdr van Ophemert haar man Cornelis van Crimpen den Ouden
om voor schout en schepenen van Bodegraven aan haar broer Ghijsbrecht van Ophemert een losrentebrief op Pieter Claesz Spreij te transporteren, die zij erfde
van haar oom Huijch Jansz van Sevender. De opbrengst van de brief komt ten
goede aan haar kinderen Martina van Crimpen en Gerrit van Crimpen.
[29]
Op 14-3-1633 verlenen
Huych en Gerridt van Crimpen,
kinderen van wijlen Cornelis van Crimpen,
in leven drossaert van Langerack,
en zijn vrouw Maria van Ophemert
machtiging aan Nicolaes van Crimpen, hun broer,
om alle plechten, rentebrieven, obligaties,
landerijen etc. in ontvangst te nemen die hun
moeder heeft geërfd van Huych Jansz Hey van Sevender, haar oom.
Na de dood van hun moeder zouden
de goederen volgens testament
voor notaris Thomas Evertsz Puttershouck
binnen der Goude d.d. 23-2-1618
aan haar kinderen toevallen.
[30]
"In't tweede deel van't Latijsche Batavia Sacra is breeder bescheid van deezen Floris Hey te vinden". Daarin leest men voorts dat hij een zoon is van Johannes Hey van Sevender.[35]
COMMENTAAR(¥)
In Ref. [36] wordt zonder verder bewijs nog een zoon vermeld:
Claes Jansz Hey, vermeld Reeuwijk 1557-1562, waaruit
Jan Claasz. Hey, vermeld Reeuwijk 1599 en 1602, waaruit
Pieter Jansz. Hey, vermeld Reeuwijk 1625-1669, ovl. na
1674,
III
Zegel van Aernt van Zeventer. Wapen: Twee beurtelings gekanteelde dwarsbalken. Een half aanziende gekroonde traliehelm met helmteken: een uitkomende olifantskop. Opschrift: S .AERT .HEY/(VAN .ZEVENDE)R/
Bron: Archief Ridderlijke Duitsche Orde Balije van Utrecht.
[37]
klik op plaatje(s) om te vergroten
Archief Ridderlijke Duitsche Orde Balije van Utrecht:[38]
Zegel OA.443.0.0.30 , Zegel van Aernt van Zeventer
Datering: 27-1-1595
Wapen: Twee beurtelings gekanteelde dwarsbalken. Een half aanziende gekroonde traliehelm met helmteken: een uitkomende olifantskop.
Opschrift: S .AERT .HEY/(VAN .ZEVENDE)R/
Op 28-12-1579 verleent de erentfeste joncheer
Aernt van Zevender machtiging aan
Huijch van Zevender, zijn broer
om vorderingen van comparant te innen in Holland en elders, desnoods met gebruik van rechtsmiddelen.
[39]
Op 20-3-1588 sluiten
Aernt van Zevender wonende te Zuylen, en
Ghijsbert Gelisz, een overeenkomst over het graven en onderhouden van een sloot tussen hun beider landen.
[40]
Op 23-2-1592 transporteren
de erentrijcke joncfrouwe Margrieta van Merenborch, wed. van Mr. Huybrecht Pauw in leven raet ordinaris in den hove van Utrecht, erfgename van wijlen joncffrouweMargareta Huyberts van Rhenen, dochter van Huybert van Rhenen en Alydt van Rhenen,
en
Aernt van Zevender haer gecoren voogd in dese, enerzijds,
een achterstand van renten van twee rentebrieven,
aan
Folpert Mertensz van der Meer wedr. van Alydt van Rheenen, eerder wed. van Hubert van Rheenen,
en
Gerrit de Ridder, erfgenaam van Alydt van Rheenen, anderzijds.
Er wordt verwezen naar
plecht d.d. 16-3-1560 voor gerecht van Lopik.
[41]
Nationaal Archief, Collectie Van Zijll:[42]
n° 151, 12-2-1595: Brief, waarbij Aert van Zevender verklaart, door opdracht van Johanna van Schroyesteyn als moeder harer onmondige kinderen, verkregen bij Gerrit Knoop, in erfpacht ontvangen te hebben een huis en hofstede, gelegen "in der Oudelle" in Zevender.
Tekst niet digitaal beschikbaar
Op 6-10-1607
leggen Gerrit de Lange en Aernt van den Sevender, huismeesters van het Heylich Cruysgasthuys gelegen buyten bij Utrecht een verklaring af.
Het betreft de aanwijzing van Jan Willemsz van Apcoude, burgerzoon te Utrecht, als bezitter van een vicarie in het Heylich Cruysgasthuys, vrijgekomen door overlijden van Johan Verschoor.
Met acceptatie door Jan Willemsz van Apcoude (Jan Willemsz van Abcau), met verzoek aan de staten van Utrecht om de aangewezene te admitteren.
[43]
AKTE NOG LEZEN
Uit hem:
IV
Historisch Centrum Leeuwarden: Archief Cammingha II
[46]
n° 13 Ongeteekende rekening van Dina van den Borch, weduwe van Jonkheer Johan van Zevender? van ontvangst van goederen betreffende de Commanderij van der Borch en door Jonker Henrick de Voogt van Rijneveldt bezeten, waarop bewijs van ontvangst van het saldo.
Civiele zaken ten overstaan van de magistraat van de stad Zwolle:
[47]
1625: Clara Jacobs, eertijds weduwe van Jacques de Lose en nu gehuwd met Johan Ras te Kampen, procedeert tegen de weduwe en verdere erfgenamen van Johan van Seventer, over een vordering in geld.
Archief van de Decama-, Cuyck- en Foeyts Veencompagnie (Schoterlandse Veencompagnie)
Authentiek extract uit 1651 van de Koopbrief van een perceel veen te Katlijk:[48]
Proclamatie van Schoterland, gedateerd 15 oktober - 12-11-1628,
voor Sioerd Wijbes wonende in Nieuw Brongerga met zijne consorten, op de koop van alzulke 5e part of gedeelte veens en gronds onder Katlijk in 35 morgen, de compagnie van Medenblick en 't gemeen competerende alsnog ongescheiden en ongedeeld zijnde, bedragende de voors. 5e part 7 morgen, met of zonder gronde, gekocht van meester Marten van der Meer en Johan van Cootwijk, als weduwnaars en boedelhouders van hunne huisvrouwen, mede voor de andere kinders en erfgenamen van Mr. Hendrick van Medenblick, mitsgaders Jhr. Hendrick van der Burgh als momber en voogd van de onmondige kinderen (van) Jr. Johan van Zevender, geprocreerd bij jufvrouw Dina van der Burgh c.s. voor de som van 1800 carolische gulden boven de 25 gulden per morgen van 't groot morgengeld, die de kopers tot hun laste genomen hebben. In margine: Protestatien van Jr. Gerrit van Sickinga voor zich en van wege Dekema compagnie enz.
Op 1-3-1638 (OS)
verlenen de erven ab intestato van Dina van der Borch, weduwe van Johan Hey van Sevender, met name
jonker? Wilhelm van der Borch, haar broer,
zich sterk makend voor zijn neef jonker? Henrick Hey van Zevender, voogden van
Joffer Isabella Fleminghs, het onmondig kind van wijlen Joffer Isabeau Hey van Zevender,
machtiging aan
Balthazar de Leeuw, ontfanger staten van Utrecht,
Marcelis Wtenwael, convoy en licentmeester, en
Aert de Voorne, tollenaer op De Vaert,
om ten behoeve van Peter van Dam, doctor in de medicynen en Wilhelm van Dam, doctor in de rechten, burgemeester van Amersfoort, te transporteren het directum dominium van de helft van 6 morgen land, gelegen in Vreeswyk genaamd De Vaart.
[49]
Op 23-8-1658 verleent
de Wel Ed. Gerard Zaudenbalch als gemachtigde van de Wel Edel Geboorene Heer
Wilhelm van Zevender en de Joffrouwen Margareta van Zevender en Magdalena van Zevender, broeders en zusters,
machtiging aan Antony Peterss van Lottem
om innen ten laste van de generale middelen 's lands van Utrecht ten behoeve van de beide zusters ƒ 25,-- jaarlijks, alsmede een lyfrenten van ƒ 90,-- jaarlijks,
alsmede lyfrenten van ƒ 90,-- jaarlijks ten behoeve van Margareta van Zevender en ƒ 12, ten behoeve van Magdalena van Zevender.
Er wordt verwezen naar de procuratie van Gerard Zaudenbalch voor burgemeesteren en schepenen der stadt Embrich (=Emmerich) op 7-5-1657.
Akte gepasseerd ten huize van Gerard Zaudenbalch op de Nieugracht te Utrecht.
[50]
Uit dit huwelijk:
Lenen van De Hofstede Zuilen 1290-1664:[51]
Breukelen
n° 5. Een achtste van een viertel in Breukelerveen in het gerecht van de heren van St. Pieter te Utrecht gemeen met heer Otto van Nijenrode en met Jacob Mant (1537: Dirk Cornelisz.) met nr. 4, boven: Gijsbert Ruysch en Jan Albertsz. (1537: Joris Willemsz.), beneden: de heren van St. Pieter.
...
1-12-1627: Nikolaas Cornelisz Block voor Willem Hey van Zevender, onmondig, bij overdracht door Simon Jansz.
5-10-1639: Simon Jansz bij overdracht door Willem van der Borch voor Willem Hey van Zevender, diens oomzegger, waarna overdracht aan Nikolaas Pater te Utrecht, 203 fol. 91.
COMMENTAAR(¥)
Mogelijk identiek met Joost Fleming(h), schepen van Grave (1602),[52]
gerichtsman in Maas en Waal (1619).[53]
Uit dit huwelijk (o.a.?):
Op 25-11-1637 verleent
Isabella Flaemige, onmondige dochter van Diederick Flaemig
en wijlen joncfr. Isabella van Zevender, vertegenwoordigd door
joncker Willem van der Borch, haar oom,
machtiging
aan Willem Pauw, haar neef,
tot inning by NN Nierop, ontvanger-generaal van Holland,
van renten die eerste party toekomen.
[56]
Op 11-9-1652 verleent
Gerard Soudenbalch gehuwd met Isabella Margareta Flemingh tot Middelaer, enige universele erfgename van haar grootmoeder Dina van der Burch, in leven weduwe van Johan van Sevender,
machtiging aan
Anthoni Peterss van Lotthem wonende te Utrecht
om voor het gerecht van Utrecht een plecht van ƒ 600-- te transporteren ten behoeve van Anthonis van Loenen gehuwd met Elisabeth Antonis van Vianen.
Er wordt verwezen naar een
plecht d.d. 4-9-1620 voor het gerecht van Utrecht.
TEKST NOG LEZEN
[57]
V Nog te plaatsen
Uit hem:
Uit dit huwelijk (o.a.?) de tweeling:
Van Zevender te Amsterdam en Utrecht
Uit hem (o.a.?):
COMMENTAAR(¥)
Onduidelijk i of volgende Jacomina een dochter is:
Jacomina van Sevender, ged. rem Utrecht 7-9-1643 (geen moedersnaam genoemd, get. Heijltje Stellen huijsvrouw van Antonis Joosten van Euwijck) dr van Johan van Sevender. |
Uit de rekening "der leveranciers ende dienaers ter saecke van de oncosten ghevallen aangaende de maeltijt, sijn Hoochheit mijn Here den Prince van Oraengien etc. bij d'Ed. Mo. Heeren Staten 's Lands van Vtrecht ten Duytschen-huyse aldaer gedaen den 7-11-1640": [64]
Johan van Sevender, voor twelff kanne rooden franschen wijn ende twee glaesen gelevert, £ 14,16,--
Op 23-3-1642 leggen Franchois Jacobs Vermande en Jacobus Rentiers, cooplieden, een verklaring af op verzoek van Jan van Seventer, coopman te Utrecht, dat deze hen twee randen voor vrouwenmoffen van sabelbont heeft verkocht, waarvan 1 slecht was. [65]
Op 21-11-1643 bekent Johan van Zevender coopman wonende te Utrecht schuldig te zijn aan Aert van Ingen, ƒ 1275,- wegens restant kooppenningen van een huis en ƒ 800,- wegens gepresteerde borgtocht. [66] TEKST NOG LEZEN
Op 21-11-1643 verlenen Aert van Ingen wonende te Utrecht, Adriaen van Ingen, zijn zoon, en Henrickgen van Lambalch, diens echtgenote, Sophia van Ingen, zijn dochter, Maria van Ingen, zijn dochter, Cornelis van Ingen, zijn zoon wonende uitlandig, machtiging aan Nicolaes van Merkerck, Didolff van de Poell, en Jacob Boesingh alle drie procureur voor den gerechte van Utrecht, tot transport ten behoeve van Johan van Zevender, borger en koopman te Utrecht, van huis, hofstede op de Jansmerckt te Utrecht. [67] TEKST NOG LEZEN
Op 12-12-1643 verleent verleent Johan van Sevender machtiging aan Willem van Galen en Henrick Ruysch, beiden notaris 's hooffs van Utrecht, om geld te innen van personen die meespelen in lotery te Vianen en om met dat geld gekochte en te kopen pryzen te betalen. [68] TEKST NOG LEZEN
Op 12-8-1644 verleent Johan van Sevender wonende te Utrecht, machtiging aan Cornelis Portengen notaris 's hooffs van Utrecht tot transport ten behoeve van Ghysbert van Syll, boekverkoper te Utrecht, van een huis en winkel te Utrecht. [69] TEKST NOG LEZEN
Op 16-8-1644 bekent Johan van Sevender wonende te Utrecht, schuldig te zijn aan Jaques Casteleyn, ƒ 97,-- vanwege geleverde zydewaren. [70] TEKST NOG LEZEN
Op 27-2-1645 transporteert Johan Louys d' Arsys taelmeester wonende te Utrecht, aan Johan van Sevender, ƒ 32-8- uit een vordering van ƒ 40-- op Coenraad Diderick van Mijnden, voortvloeiende uit geleverde wijnen, welke \forijn 32-8- joncker Johan Bastiaen Grootsvaders Velder aangenomen had te betalen. Er wordt verwezen naar een akte d.d. 5-12-1644 voor notaris N.N. Obijn [71] TEKST NOG LEZEN
Op 17-5-1645 bekent Jean Boroche lieutenant de la compagnie de monsieur Raymont, wonende te in garnizoen te Utrecht, geld schuldig te zijn aan Jean van Sevender wegens lening en geleverde koopwaren, onder herroeping van eerdere van eerdere schuldbekentenissen. Akte in het Frans. [72] TEKST NOG LEZEN
Op 12-7-1645 bekent Johan van Sevender wonende te Utrecht schuldig te zijn aan Willem van Weede, schout van den Broeck des gemeyne lants van Cuylemborch, ƒ 70,- vanwege overname huurschuld van Nicolaes van der Meer. Johan van Sevender zal twee schulden van Willem van Weede aflossen aan Henrick Blommert, kunstschilder, en aan Gerrit van Dyck, gewezen deurwaarder van het hof van Utrecht. Er wordt verwezen naar een akkoord d.d. 10-1-1645 voor notaris L. van Vuyren. [73] TEKST NOG LEZEN
Op 9-4-1646 bekent Antoni Genout vendrich, afkomstig uit Agene (Agen ?) in Frankryk schuldig te zijn aan Jean van Sevender wonende te Utrecht in de Minnebroerstraet ƒ 970,-- vanwege verteringen, koop van waren en voorgeschoten bedragen. [74] TEKST NOG LEZEN.
Op 8-5-1647 verlenen Johan van Zevender, wonende te Utrecht, Aernt de Bruyn, Hermanus Ribbius, Johan van Waesbergen, Jacob van Wasenaer, en Steven Janss van Everdingen machtiging aan Aernt de Bruyn om ƒ 139,18,- te innen van Rodrigo Dozen en Eberhard Dozen. [75] TEKST NOG LEZEN
Op 13-8-1649 wordt op verzoek van Francois Goetheels, constverkoper wonende te Antwerpen, een aanzegging gedaan aan Johan van Zevender herbergier in de Plaets Royaell wonende te Utrecht, om zyn toezegging zes Spaanse comptoiren en vier scribanen ter somme van ƒ 2220,-- binnen drie weken na levering te betalen, en dat als onderpand een juweel was gesteld. De geïnsinueerde antwoordt dat het juweel via een tussenpersoon in handen is gesteld van insinuant. [76] TEKST NOG LEZEN
Op 21-11-1649 bekent Johan van Sevenderwonende te Utrecht, schuldig te zijn aan Hubert van Reynouwen, ƒ 800,-- als rest van de koopsom van een huis dat hij gekocht heeft van Henrick Verstraeten voor ƒ 2500,--. Zijn borg is Nicolaes van Leeuwen, zijn zwager. [77] TEKST NOG LEZEN, zoek uit wie die zwager is.(¥)
COMMENTAAR(¥) Nicolaes van Leeuwen j.g. van Amsterdam en Elisabeth van Seventer (sevender), 19-12-1648 dus Elsabeth is zijn zuster! Zij laten te Amsterdam kinderen dopen waarbij nog meer zeventers get. zijn
Op 8-7-1650 transporteert Robbert Laisle (Leslie aan Jean van Sevender een loterij en bijbehorende goederen die bewaard worden door de magistraat van Cuylenburch, met toestemming om de loterij onder zijn eigen naam en op mondeling afgesproken condities voort te zetten. TEKST NOG LEZEN [78]
Op 23-9-1650 bekennen Johan van Sevender wonende te Utrecht in de Minnebroedersstraet, in De Plaetsche Royael, en Niclaes van Leuwen coopman van France waren wonende te Utrecht, schuldig te zijn aan Louis van Renesse, ƒ 1310-6- vanwege huishuur en onkosten, onder overdracht van vorderingen. De arresten en verbodeming blyven van kracht. Bylage: de boedelbeschryving. TEKST NOG LEZEN [79]
Op 19-10-1650 leggen Johan van Sevender wonende te Utrecht en Niclaes van Leuwen wonende te Utrecht een verklaring af. Eerste comparant verklaart dat hy huis en klein huis zal verlaten en leeg opleveren en resterende huur zal voldoen, tweede comparant blyft instaan voor bewaring van geïnventariseerde goederen. Er wordt verwezen naar een schuldbekentenis d.d. 23-9-1650 (voor notaris H. van Merkerck), zie hierboven. TEKST NOG LEZEN [80]
Op 14-8-1652 bekent Charles Besanson vaendrich, schuldig te zijn aan Johan van Sevender gewesene herbergier in de Plaets Royael te Utrecht, ƒ 700,- die debiteur beloofd heeft te betalen voor Johan Baros, vanwege vertering en geleend geld die Baros ten huize van tweede party heeft genoten, welke belofte debiteur heeft gedaan vanwege de koop van baros (?) en vaandel. TEKST NOG LEZEN [81]
Verder niet geplaatste personen Van Zevender |
Xb. Arnold (Aer(n)t) van Sevender, treedt op als not. get. in een akte te Amersfoort d.d. 5-1-1651.
Xc. NN van Zevender, geb. vóór ca. 1665;, tr. vóór ca. 1690
Barber Jans. Hieruit:
Xd. Johan van Zevender, meester Johan van Zevender huw.get. 1693 bij zijn dienstmeid,
idem huw. get 1689 bij een vrouw die bij hem inwoont.
Xg. Hendrick Bartelsen van Seventer, geb. vóór ca. 1630, j.m. van Amsterdam (1654),
otr. Amersfoort geref. 27-1-1654 (get. Jacob Saab en Geertruit de Ridder) 27-1-1654 en
tr. Soest 19-11-1654
Maria de Ridder, j.d. wonende te Amersfoort (1654).
Xh. Henderick van Seventer, geb. vóór ca. 1630, wordt op 22-6-1656 wonend op de Camp met attestatie van Leiden geref. lidmaat Amersfoort.
Xi. Henrick van Zevender, coopman te Amersfoort (vermeld ONA Utrecht 1649, verm. ook 1650)
Xl. Gerrit Henrixss van Sevender, geb. vóór ca. 1630
huw. get. (1653, ONA Utrecht)
Xr. Henrick van Zevender,[82] 1648, 15-12-1650
0039 Weeskamer te Amersfoort Henrick van Zevender 1644
0039 Weeskamer te Amersfoort, Joanna van Zevender 1655
Xj. P(i)eter van Seventer, geb. vóór ca. 1605, chirurgijn, legt een verklaring af (1672, ONA Amersfoort),
tr. vóór 1628
Geertruijt Sijmons van Velsen, dr. van Symon Claesz van Velsen, brouwer, en van Francisca (Fransgen) van Schayck (zie hieronder
Van Schadick
).
Uit dit huwelijk:
Een groep te Amersfoort waarvan de samenhang blijkt uit de volgende transportakte
Op 2-2-1659 transporteren
verkopen - de gemachtigde van Claes Simonz van Velsen en zijn vrouw Elisabeth van Lommetzum en deze in plaats van de gezamenlijke kinderen van Evert Simonzen van Velsen, - Simon van Seventer en zijn vrouw Rijckge Hillebrants van Swijnevoort; - Henrick van Seventer en zijn vrouw Dirckgen van Liender; - Herman van Bornbergen als momber over de onmondige kinderen van Willem van Bornbergen zijn overleden broer en diens vrouw Cornelia van Muijlenburgh, samen erfgenamen van Henrica van Schadijck in leven vrouw van Johan van Schadijck voor twee parten. - Voor de andere delen gemachtigde van Johan van Grootvelt en zijn vrouw Elisabeth van Schadijck; - Willem van Grootvelt en zijn vrouw Cornelia van Schadijck. Willem Bouwmeyster, ook voor zijn broer en zuster, kinderen van wijlen Johanna van Schadijck, weduwe van Christoffel Boumeyster. - Mede voor Johan Claesen en Aelbert Steck, mombers over de kinderen (twee onmondige) van wijlen Cornelis van Schadijck. Samen erfgenamen van voornoemde Henrica van Schadijck,
aan Gerrit Schade, zijn vrouw en hun erfgenamen,
een huis, hof en hofstede in de Krommestraat,
belend aan de ene zijde: Aert Huybertz, karman,
aan de andere zijde: het buursteegje,
[83]
In de periode
1-1-1628 tot 1-1-1629
verkoopt Peter van Zevender
als man en voogd van: Geertruijt Sijmons van Velsen bij openbare opslag:
aan de meest biedende : - zekere huysinge, brouwerij, ketel, kuipen, koelvaten, tonnen en verder gereedschap tot de brouwerij behorende. Strekkende voor van de Langegraft (ook: Langegracht) tot in de Breulstraat. Met de daartegenover staande schuur, met de hof en hofstede die daarachter zijn gelegen en tegenwoordig in gebruik zijn van de verkoper. Medegebruikers: de erfgenamen van Fransgen van Schadijck.
- Belend aan de ene zijde van de huysinge: borgermeester Coothenberghe, aan de andere zijde: Adriaen Jansz Schipper (achternaam of beroep?). - Belend aan de ene zijde van de schuur: de weduwe van Goort Thoenisz, aan de andere zijde: Rijck Evertsz (pompemaecker).
- Te betalen in Carolus gulden, in 3 termijnen, resp. bij de aanvaarding, per mei 1629 en mei 1630. Waarna op kosten van de koper transport zal worden gedaan volgens erfkoopsrecht. - De koper zal bovenop de kooppenningen van elke gulden tot rantsoen betalen een blanck (= een zilveren muntje ter waarde van ½ stuiver ). Waarvan de verkoper 20 gulden zal verstrekken ten gelage. - De koper alleen zal de ongelden (soort grondbelasting) van de 40e penning dragen en 5 gulden betalen aan de notaris. - De koper zal 2 borgen stellen die gegoed zijn in het Gesticht van Utrecht, tot genoegen van de verkoper. - Mocht de koper geen borgen kunnen stellen dan zal de opslag hervat worden onder gespecificeerde voorwaarden. Eveneens ten aanzien van het gelijktijdig "mijn" zeggen. Indien er geen koop is, zal er ook geen wijnkoop zijn.
[84]
Uit dit huwelijk:
Fragment Van Westrenen. | |||
Ia. Jan van Westrenen, geb. vóór ca. 1540, ovl. na 1570, huw. get. 1599,
raad van Amersfoort en stichter en weesmeester van het weeshuis aldaar,
burgemeester van Amersfoort (1570),
tr. vóór ca. 1565
Everdina Boll, dr. van Jan Boll en Elisabeth van Hove van Zijll.[87]
tr. 2o wellicht voor 1571
Johanna (Jannitgen) Dirck Dircxzdochter (van Crachtwyck), ovl. na 1571, dr. van Dirck Dircx van Crachtwyck, schepen.
IIa. Heer J(oh)an (Jansz) van Westrenen (de jonge), geb. vóór ca. 1570, ovl. na 1630, ook genaamd Johan van Westrenen Dyer (1630)
schepen (1579),
weesmeester (1580), te Amersfoort,
wednr. van NN,
huw. get. 1588, 1599,
tr. 1o Amersfoort gerecht 22-10-1593 (get. zijn broeder Rutger van Westrenen, en haar oom Jan Verburch)
Aeltgen Jacobs van Dolre.
tr. 1o, voor 1570 CHECK KLOPT NIET [90] {of is dit zijn eerste huwelijk?)
Alidt van Deuverden, geb. vóór ca. 1550, ovl. vóór 1629[91].
Voor voor- en nageslacht van Alidt van Deuverden zie
Fragment Van Duverden.
IIb. Rutger van Westrhenen, geb. vóór ca. 1565, ovl. 1629/30, huw. get. 1593,
otr. Amersfoort gerecht 15-11-1588 (get. zijn broer Johan van Westrenen, voor haar Gerrit Both)
Alidt Jelisdr van Muyden, ovl. na 1629, erft van haar vader (voor 1600),
dr. van Gillis (Jelis) van Muyden, Schout van St. Marie, in 1566 burger van Utrecht, en verm. van diens eerste vrouw Catharina van Lanscroon. [97]
|
Referenties Varia --- Generatie 32 ( 104 refs.) Referenties voorafgegaan door het ⇒ symbool verwijzen naar (aanklikbare) externe url's waarvan alleen het laatste deel van de naam wordt vermeld. | ||
Verkorte verwijzingsvormen voor veelgebruikte literatuur
| ||
|
|
|
![]() genealogy page |
contents |
![]() index |
generation 33 |
generation 31 |
Directly go to generation : 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 |