You are here: Louk-Home ⇒ Genealogy ⇒ Varia ⇒ Gen. nr. 29 |
De 17de-eeuwse generaties Van Tets /Tetz .. |
I |
Ia. Willem van Tetz, geb. vóór ca. 1600, wordt als Willem Theth op 11-4-1641 poorter van Amsterdam, afkomstig uit Wan(de)lo,
tr. vóór 1624
NN, ovl. na 1652.
Uit dit huwelijk (o.a.?) de broers
II
COMMENTAAR(¥)
Zij moet niet verward worden met de gelijknamige Margareta Verwers, geb. 1634 ex Hendrik Claesz Verwer x Maria (de) Vlamingh van Outshoorn, die tr. Dirk Steenoven, "opperclerck ende
eerste bode van de weescamer" (1656-1696).[3]
[4]
Hieruit o.a.
|
Op 26-10-1632 bieden Pieter Laurensz Spiegel, Laurens Spiegel en Willem Henricx als vader van de kinderen verwekt bij wijlen Annetgen Spiegel te koop aan: "Een bruykweer land met een schoone welbeplante boomgaard, stenen kamer, bovenhuis en beplanting, gelegen bij de Overtoom, in de banne van Slooten, neffens 't huys ter Vraech, groot 41 Rijnlandse Morgen zijnde gedurende vele jaren gedurig en met groote kosten toegemaakt, strekkende van drie voeten in de Schinckel aff tot de Slooterwegh toe, geteekent met de letter A, belend ten O. 't huys ter Vraech ende ten westen het Weeshuys tot Amsterdam". Het perceel werd gekocht door Melchior van Hoorn voor 900 gulden per morgen. Het transport geschiedde op 3-1-1635 door Pieter Louriesz Spiegel en Louris Spiegel woonende te Amsterdam soo voor haer selven ende als voogden van de kinderen van Willem Hendriksz Verwer geprocreert by Annetgen Spiegel sal. [6]
Op 7-2-1650 verkoopt H..en Mauritsz bontwercker aan Gerrit van Tetz, een huis en erf op het westeijnde van de Prinsengracht te Amsterdam. Hij heeft als principael Hans Houpsdorp? en Baltes Pietersz Bontwerker als borg. Koopprijs ƒ 8500,-- [7]Op 23-12-1649 wordt bij executie verkocht aan Gerrit van Tets en Willem van Tetz tsamen een huis en erf aan de oostsijde van de Prinsengracht te Amsterdam, belend Jeuriaen Hendricks Backer ZZ en Aegje Cornelis NZ, strekkende voor vanaf de gracht tot achter aen de huisinge toecomende de erven van Jan Claesz de Boer. Het huis heeft toebehoord aan Mr. Simon Molerius, chirurgijn. De koopsom is ƒ 4603,--, die Gerrit van Tets en Willem van Tetz op 28-6-1651 hebben betaald. [8]
Op 19-12-1651 verkopen Margareta Verwers bejaerde dochter wonende tot Haerlem, geassisteerd met Jan van der Mije, haer oom en vooght in desen (hij was gehuwd met Machteltje Pieters Spiegels, zuster van Margareta's moeder) en Jan van der Mije als gemachtigde van Pieter Willemsz Verwer wonende tot Leuven, aan Dirck van Cattenburgh oud president der stadt 's Hertogenbosch, een packhuijs en erve met huijsinge daerachter op de Cloveniersburghwal te Amsterdam, belent de erfgenamen van de heer burgermr. Joppen doorgaens aen de ZZ ... de (erven?) van heer Claes Verwer voor ende de clr? van Steven Jansz Meulen achter ende NZ, streckende voor van de straet tot achter op de Groeneburghwal, ende dit met sodanige vrije ofte gemeene muijren met sijvers? met al sulcke gerechtigheden van waterlosingen ende andersints als vercopers 't versz packhuijs, erve ende huijsinge tsedert 1-4-1642(¥) to nu toe gepostuleert hebben ende voorts in alle schijne? deselve aldaer gelegen zijn, beheijnt ende betimmert staen ende zijn comen staen. So datse daeromme in de versz. qualite als principalen Andries van der Laen ende Francoijs Deleeu mede comparerende als borgen, beloofden onder't verband respectieve van allle hunne? ende des versz. P(iete(r) Verwers goederen .. 't versz. packhuijs, erve ende huijsinge te vrijen ende vrij te waren jaer en de dagh als men.in gee.. schultis? te doen ende alle(ha?)nde brieven aff te nemen, des beloofden ende sonder argh ende (list?) oirconde den 19-12-1651. Koopprijs ƒ 19050,--. [9]
COMMENTAAR(¥) Het betreft hier het pakhuis en erf met huizing op de Raamburgwal (Raamgracht) genaamd Het Blauwe Laken (in de ververij zijnde een gedeelte van de huizing) dat op 1-4-1642 wordt verkocht door Volckert de Vlamingh van Outshoorn en Dirck Claesz Verwer, als geordonnerde voogden van de kinderen van Hendrick Claesz Hendrixsz en Maria Vlamings, aan de kinderen van Willem Hendriksz Verver, wednr. van Annetje Spiegels. [10] Laatstgenoemde was al begraven Nieuwe Kerk 14-12-1624.
Begraafregister van de Weeskamer Amsterdam:
Cornelia van Schorel op de Heeregraft de h.v. Gerrit van Tets 20 feb 1653 -- 1 (nagelaten kind)
in margine: bewesen den 3-7-1653 [11]
Op 4-1-1662 hoort de Schout van Amsterdam Isaac Cooijmans coopman en inwoner, en Gerard van Tets coopman en burger van Amsterdam.
Gerard van Tets "heeft geagnosceert (als echt erkend) sekere Portugeessen brief en ondertekeninge voor sijne eijgen handt, geschreven uijt Amsterdam op dingsdagh koningendagh in de maent regentijt in den jare 1660, aen Jan Claesz, groot capiteijn der swarten en blancken op Cabo Cors in Guinea (mede int informatieboeeck geregistreert) inhoudende dat hij den selven capiteijn, (de welcke geen versekert vrint van de Westindische Comp(agnie) en is), waerschouwt dat de Comp(agnie) op hem aenleijt om hem omhals te doen brengen, en dat hij hem sal hebben te wachten."
Hierna volgen conclusies van de schout en beschrijving van verdere acties. [12] Volgen verdere verhoren op 6-1-1662 waaruit blijkt dat Gerard van Tets in 1644 als supracargo in dienst van de WIC naar Brasil gevaren is en in 1645 als ondercommies naar de Cust van Africa en aldaer 4 jaeren in dienst gebleven is, waarna hij "cael ende gesont" thuis gekomen is, en vervolgens 7 jaren op zijn geld heeft moeten wachten. In een tweede verhoor beaamt Gerrit van Tets dat hij omtrent 10 jaren geleden in dienst van de WIC met het schip Carolus op de Cust van Guinea was. [13]
Op 26-1-1662 wordt de zaak vervolgd. Hij heet dan Gerrit van Tets uit het Lant van Gulick van geboorte, coopman en burger out 39 jaren. Verdere ondervraging. Op 31-1-1662 ontseggen Schepenen mijn heer de Schout sijnen eijsch en absolveren Gerrit van Tets die al op 8-1-1662 uit gevangenschap was ontslagen. Hij wordt wel veroordeeld om de kosten van sijne gevancenisse en mise van justitie betalen. [14] zie voor deze kwestie ook Consultatien, advysen, en advertissementen dl. V, Amsterdam, 1728
Op 1-11-1666 compareren Sr. Gerrit van Tets (tekent Gerrardt van Tetz), coopman te Amsterdam voor 1/32 part, Crijntje Arens Mijnema wed. van Dirck Stenove voor 1/16, Anna Maria, wed. van Jan Jacobsz Reus voor 5/16 part, Jan van Goedesbergen voor 13/32 parten, sulx alle medereders waren aan den schepe genaamt De Reus, schipper Jan Jacob Reus. Ende bekenden ontfangen te hebben uijt handen van de SS(eigneu)ren Gotarde en Jan Casper Hatting mede reder voor 1/8 part sodanige somme van penningen als ijder a rato sijn voorsz aandeel was competerende in de somme van (niet ingevuld) st (niet ingevuld) die deselve SSrs Hatting door hun comp(aran)ten procuratie mi? onlangs van desen staat heeft uijt cragte ende op rekeninge van d'assignatie van 1000 stucken van achten getrocken uijt Algiers door den Consul van der Burgh tot laste van desen staat, uijt te betalen aan hun comp(aranten) schipper Jan Jacobsz Reus voorsz. Dien..olijens? die voorsz SSrs Hatting daaervan niet alleen quiterende voor soveel te? verwijderen aamaninge indemnerende maar beloven oock sij comparanten henlieden tallendagen van alle open aanspreecken konnen. Gelasten dien aangaaende ijder na sijne parten t ontheffen, guaranderen ende bevrijden, ende elck sijn ontfangen penningen int root, wederom te restitueren ende teberde te brengen, daaronder verbinden den comparanten elcx persoon en goederen, roerende, onroerende , hebende ende verkrijgende, alle de selve ende den keur van dien submitterende ten bedwange van alle regten ende geregten, ende consenterend mij Nots. An. van de Ven openbaar acte dat aldus psseerde binnen Amsterdam in presenie van Pieter de ... ende Pieter Basis? als getuigen. Wg. allen, behalve Anna Maria met een kruisje. [15]
NB Jan Casper Hatting is directerur van de Levantschen Handel, Gotharde zijn zoon. Met "stucken van achten" wordt bedoeld het spaanse muntstuk van 8 Reaal. 1 Reaal was waard "twee gulden vyff stuvers".
Inventaris van het familie- en bedrijfsarchief van Henri François Schilders en Sibilla Bosschaert 1657-1693: [16]--- Inbrengregister Weeskamer Amsterdam: [18] [19]
Overeenkomst tussen Gerrit Tetz, scheepskapitein, en Giovanni Ant. Huygens, koopman, om samen een reis naar West-Indië te ondernemen op het schip St-Christoffel met de belofte dat de langstlevende zorg zal dragen voor de nalatenschap van de ander. Zonder datum (ca. 1674).Volgens Ref. [17] blijkt dat op 14-11-1676 de heer Gerard van Tetz, capiteijn en coopman, met Jan Anthony Huygens, coopman, met het schip S. Christoffel na de Rivier van Buenos Aires reist, anno 1675
Op 2-7-1681 heeft Mr. Guiljelmus van Tets, adv(ocaa)t, de meerderjarige broeder, alhier opgebraght staet en inventaris van de goederen naegelaten bij Gerrit van Tets en Margareta Verwers, gepass(eer)t voor den no(tari)s Mr. David Doornick op den 23-4-1681.(¥) Hij verklaart dat ingevolge deze inventaris en een rekening die door hem als rendant thans wordt opgebracht, toekomt aan de drie minderjarige kinderen van Gerrit van Tets en Margareta Verwers "soo van vaeders als moeders erff": aan Agatha van Tets, oud 16 jaar ƒ 320:8:8, aan Margereta van Tets, oud 14 jaar ƒ 185:18:8 en Gerardus van Tets, oud 13 jaar ƒ 264:0:8. Tesamen is dit ƒ 770,7,8 van welk bedrag terstond ƒ 470,7,8 is belegd "aen 't lant" tegen 4% per jaar, en in een obligatie van ƒ 300,-- op Hendrik Roelofsz botterverkooper d.d. 3-1-1681. Verder blijven nog in de gemene boedel enige quaede schulden zoals gespecificeerd in de inventaris. [20]
COMMENTAAR(¥) De akten van Mr. David Doornick van het jaar 1681 zijn niet digitaal beschikbaar.
Op 19-9-1681 is de bovengenoemde obligatie door weesmeesters overhandigd aan Hendrick Roelofs, die daarvoor opbrengt een weesmeesterkennisse van ƒ 300,-- op Hendrick Roelofs kuijper, botterverkooper en Catharina Joosten echtelieden. [21]
Op 25-11-1683 zijn aan Willem van Tets postmeester, uit de renten van het kapitaal overhandigd (inktvlek).. en veertig gulden en twee stuivers ter voldoening van de doodschulden van de voornoemde Gerard van Tets deser wereld overleden sijnde, door hem Willem van Tets voorgeschoten. [22]
Op 14-3-1684 heeft Willem van Tets, den oom, opgebracht ten behoeve van de voorsz kinderen ƒ 300,--, "geprocedeert" van 1/16 part in het schip de St. Salvador, waar schipper van is Jan Jansz Timmerman, welke ƒ 300,-- is belegd "aen 't lant tegens 4% per jaar". [23]
Op 5-4-1686 is van de voorsz beleggingen aen 't lant overgeschreven op rekening van Adam de Wees ƒ 83,-- en overhandigd aan Christophorus Hellerus, die bij akte van 24-9-1685 voor Nots. David Doornick is gemachtigd door Joan in Bona als man en voogd van Geertruijd Adriana van Tets. Dit bedrag komt haar toe ter voldoening van 1/6 part in de voorsz ƒ 300,-- wegens het hierboven ingebrachte scheepspart, en dan op rekening in mindering van de portie die haar toekomt in de erfenis van haar broer Gerard van Tets deser wereld overleden. Akte is opgemaakt in het bijzijn van de meergedaghte Geertruijd Adriana van Tets. [24]
Op 18-7-1686 zijn van der voorsz penningen nog op rekening van Adam de Wees overgeschreven ƒ 33,-- en van deselve de Wees daer voor ontvangen gelijke ƒ 303,-- in gelt, die aanstonds wederom zijn overhandigd aan Geertruijd Adriana van Tets, die machtiging heeft van haar man Johan in Bona coopman te Hamburg volgens acte d.d. 23-8-1686 oude stijl bij Nots. Elias Frahm te Hamburg, ter voldoening van - 1/4 part die haar toekomt als erfgenaam ab intestato van haar broeder Jacob van Tets die in Westindien is overleden, volgens bescheiden daarvan aan de weesmeersters vertoond, - 1/5 part die genoemde Jacob van zijn vooroverleden broeder Gerard van Tets had geërfd, - 1/5 part die haar zelf van haar overleden broeder Gerard van Tets toekomt, Zij behoudt alsnog het recht op wat haar uit de voorsz twee erfenissen toekomt uit de voorsz obl(igati)e van ƒ 300,-- op Hendrik Roelofsz, en bekende hiermee voldaen te zijn in de erfportie van haar vader, moeder en twee overleden broeders. Acte in het bijzijn van Agatha en Margaretha van Tets. [25]
Op 1-11-1686 zijn van der voorsz penningen nog op rekening van Adam de Wees overgeschreven ƒ 300,-- en van deselve de Wees daer voor ontvangen gelijke ƒ 300,-- in gelt, die aanstonds wederom zijn overhandigd aan Agatha van Tets en aan Margaretha van Tets die beide van de "hooge overigheijt" venia aetatis hebben ontvangen, op rekening van hun portie in de voorsz goederen. [26]
Op 16-1-1687 zijn van der voorsz penningen nog op rekening van Adam de Wees overgeschreven ƒ 275,-- en van deselve de Wees daer voor ontvangen gelijke ƒ 275,-- in gelt, daaervan aanstonds wederom aan Agatha van Tets zijn overhandigd ƒ 205,-- en aan Margaretha van Tets de resterende ƒ 70,--, waarmee zij bekenden voldaen te zijn in de erfportie van hun vader, moeder en twee overleden broeders. Zij behouden hun portie in de voorsz weesmeesterkennisse van ƒ 300,--, en de verdere uitstaande schulden. Acte in het bijzijn van Gillis Verhoeven de goede bekende. [27]
Op 18-9-1687 zien schepenen een acte gepasserd voor Nots. Jacob de Winter d.d. 14-8-1687, waarin Siberta Damen voor haar zelf als wed. en boedelhoudster van Mr. Willem van Tets en als voogdes over haar kinderen bij hem, afstand doet van van de portie die haer uit voorsz goederen toekomt zijnde ƒ 79,7,8, waarvan zij aan Geertruijd Adriana van Tets, die machtiging heeft van haar man Johan Inbona volgens acte d.d. 23-8-1686 bij Nots. Elias Frahm te Hamburg, ƒ 18,13,- overhandigt, en de resterende ƒ 60,14,8 aan deze Geertruijd Adriana en Agatha en Margareta van Tets, die daer mee en met de voorsz weesmeesterkennisse van ƒ 300,-- op Hendrik Roelofs Kuijper bekennen voldaan te zijn. [28]--- einde Inbrengregister
Op 14-8-1687 compareert Juffr. Siberta Damen voor haarzelf en als wed. en boedelhoudster van Mr. Willem van Tetz, advocaat, en als moeder van haar minderjarige kinderen bij hem ingevolge mutueel testament d.d. 11-1-1677 voor Nots. David Doornick, ten behoeve van Juffr. Geertruijd van Tetz huisvrouw van Johannes Bona woonachtig te Hamburg, die machtiging heeft van haar voornoemde man anno 1686 stilo veteri voor Nots. Elias Frahm te Hamburg, en ten behoeve van Agata en Margareta van Tetz meerderjarige dochters wonend te Amsterdam, alle drie zusters van haar man Mr. Willem van Tetz zaliger. Zij doet afstand van alle erfenissen, middelen, actien en gerechtigheden die haar zijn aangekomen door het overlijden van Gerrit van Tetz, vader van haar man, en eveneens van wat haar is aangekomen door het overlijden van Jacobus en Gerrit van Tetz haar mans broeders. Dit alles met uitzondering van schulden en lasten, die zij zelf wil afhandelen. De drie zusters compareren eveneens en accepteren datgene waarvan Siberta Damen afstand doet en vrijwaren haar voor eventuele aanspraken die haar man in zijn leven gehad zou mogen hebben "wegens de affairen van sijn vader Gerrit van Tetz". [29]
COMMENTAAR(¥) Geboortemaand berekend met door hem opgegeven leeftijd bij inschrijving als student en bij huwelijk. |
In de lijst van leden van het gilde der makelaars in Brugge komen voor:[34]
Corneel Imbona (f(ilius) Adriaen), 1633
Jan Inbona, 1649 mogelijk identiek met Jan Inbona f. Cornelis die op 23-3-1650 de eed aflegt
Adriaen Inbona (f(ilius) Cornelis), 1670
Jaques Inbona (f(ilius) Jans), 1672, schrijver van een Handschrift (dagboek) 1645-1684.[35]
Het lijkt waarschijnlijk dat Joan in Bona die voor 1681 met Geertruyd Adriana van Tets trouwt een verwant van deze familie is.
IIb. Willem van Tetz (Teths), geb. 1624/25, beg. Amsterdam Oude Kerk 20-8-1694 ("Willem van Tets op de Oude Schans, ƒ 8,--"), afkomstig van Wandelo, out 26 jaer, wonend opt Jorispleijn (1651)
ambtenaar ter thesaurie (1647, 1653, 1655),[38]
bode op Atnwerpen (1658),
later postmeester en bode op Antwerpen te Amsterdam
otr. Amsterdam geref. 14-9-1651 (hij vertoont acte van moeders consent, zij geen ouders hebbend, get. haer petemoij Machtelt Lodders, in margine: transactie te tonen name w... waer hij voordesen hier ter camer is verschenen, en is acte verleent den 30 september, present Reijnst en Hinlopen)
Jacomina (Mientje) Lodders, ged. geref. Amsterdam Nieuwe Kerk 20-6-1634 (get. Hilobrant Pietersz Vinc);, beg. Amsterdam Oude Kerk 16-11-1688 ("Jacomina Lodde van de Oude Schans, ƒ 8,-,-") , afkomstig van Amsterdam out 17 jaren wonende op de Coninxgracht (1651),
dr. van Jan Jaspersz Lodder en van Marritje Jans van Hoorn.
Conclusie: Johannes van Tetz kan nooit geweten hebben dat zijn
zuster Maria een dochter Jacomina had. Kennelijk heeft Johannes
voor vertrek naar Indie (of nog in Indie) zijn zuster Maria van Tetz
als (een van) zijn erfgename(n) aangewezen. Door haar vroegtijdig
overlijden kwam dit erfdeel op Maria's dochter Jacomina. Onduidelijk
is vervolgens waarom Willem van Tets, Johannes vader, en
Johannes' broeder Jacobus in 1693 erfgenamen ab intestato worden genoemd.
IIIa. Dr. Mr. Willem van Tetz, geb. sep/okt(¥) 1652, ovl. "buitenslants"? 1687, ingeschreven als student rechten aan de Universiteit van Leiden 13-10-1672 ("Guilielmus van Tetz", Amstelodamus, 20 (jaar)"),[58]
ingeschreven als kandidaat rechten aan de Universiteit van Harderwijk 2-6-1675 ("Guilielmus van Tetz", Amst.-Bat."),[59]
en promoveert aldaar diezelfde dag in de rechten,
[60]
bij huwelijk advocaat van Amsterdam, out 23 jaar, wonend op de Oude Schans (1676),
vermeld als lid van het St. Caecilia-college van het Alderhoochweerdichste ende Alderheylichste Sacrament te Amsterdam (1678),[61]
otr. Amsterdam pui 23-9-1676 (get. haar vader Adam Damen en haar moeder Claasje Damen, in margine: (sijn) vaders consent door Booner goet ingebracht)
Ziberta (Sigiberta) Da(e)men, geb. 1651/52, beg. Amsterdam Oude Kerk 2-5-1727 ("Siberta Daemer wed. Mr. Guillelmo van Tets op de Heeregraft bij de Reguliergr(aft) bij avont begraven int graf Voetb(oog)capel n° 49, 50, ƒ 8,-,- , ƒ 2,10,-"), afkomstig van Amsterdam out 24 jaar wonende op de Fluweele Burghwal (1676),
huw. get. (1701, 1718),
dr. van Adam Damen en van Clasina Pater(s).
IIIb. Willem van Tets, ged. geref. Amsterdam Oude Kerk 17-8-1649 (als Wilhelmus van Test!, get. Aelige Aris), beg. Amsterdam Waalse Kerk 24-2-1690 ("Willem van Test (!), chirurgijn, in de Warmoesstraet bij de St. Annastraet, laet 5 onmondige kinderen (na), huergraft ƒ 15,--")[96], wordt chirugijn te Amsterdam 10-5-1673,[97]
bij huwelijk chirurgijn van Amsterdam oud 25 jaren wonend in de Papenburghsteegh (1674),
wordt poorter van Amsterdam 30-7-1675,[98]
otr. Amsterdam geref. 22-6-1674 (hij met sijn moeders consent, get. haer moeder Albertie Jans, in margine: acte gegeven 8-7-1674dese personen sijn op den 8-7-1674 tot Sloten getrouwt testa Jacobus Spieringh aldaar)
Maria van Rossen, ged. Amsterdam Nieuwezijds Kapel 22-6-1650 (get. Teuntien Jansz en Caetelintien Pieters")[99], beg. Amsterdam Waalse kerk 8-12-1727 ("Maria van Rossen wed. van Willem van Tets op de Keijsersgragt tussen de Uijtregtsestraat en den Amstel, ƒ 15,--), afkomstig van Amsterdam oud 29 (sic!) jaren (1674),
dr. van Jan Romboutsz en Alberta Jansdr.[100]
Op 23-12-1649 wordt bij executie verkocht
aan Gerrit van Tets en Willem van Tetz tsamen
een huis en erf aan de oostsijde van de Prinsengracht te Amsterdam,
belend Jeuriaen Hendricks Backer ZZ en Aegje Cornelis NZ, strekkende voor vanaf de gracht tot achter aen de huisinge toecomende de erven van Jan Claesz de Boer. Het huis heeft toebehoord aan Mr. Simon Molerius, chirurgijn.
De koopsom is ƒ 4603,--, die Gerrit van Tets en Willem van Tetz op 28-6-1651 hebben betaald.
[39]
Op 18-6-1655
verkoopt Willem Pietersz Dommer aan Willem van Tets,
een, huis, erf genaamd de De Vijf Kolommen op de Koningsgracht (Singel) te Amsterdam met een overtimmerde gang uitkomend in de Beulingstraat. Principaelen en borgen zijn Cornelis Joosten Glimmer en Salomon van Exel. Koopprijs ƒ 7300,--. In margine: den 22-6-1655 solvit voor de 40ste penning ƒ 178,1,-.
[40]
Op 4-9-1655
verkoopt Jan Albartsz Cloet aan Willem van Tetz,
een tuin en tuinhuisge daarin op het Jan Olienpadt te Amsterdam. Koopprijs ƒ 1750,--.
[41]
Op 18-5-1658
verkoopt Abraham Kerstensz, hoedecramer aan Willem van Tets, bode op Antwerpen
een ½ huis en erf in de Beulingstraat te Amsterdam. Principaelen en borgen zijn de gebroeders Isaac Ophogen en Jacob Ophogen.
Koopprijs ƒ 1200,-- contant.
[42]
Op 27-4-1661
verkoopt Willem van Tetz aan Henrick Staets,
een, huis en erf genaamd de De Vijf Kolommen op de Koningsgracht (Singel) te Amsterdam, met een ... ..(G?)angh tot desen huijse behorende, uijtcomende in de Zwaluwstraat.
Principaelen en borgen zijn Jacobus Wildschut secretaris van de Ca(ntore?) van Asseurantie, en Gerard van Tetz.
Koopprijs 14500,--
[43]
Op 29-4-1664
verkoopt Johan van Waveren, Heere van Waveren, raed ende oud-schepen van Amsterdam, aan Willem van Tetz,
een Tuin op het Overamstelpad tussen Zuijd Overamstelpad en noord Overamstelpad te Amsterdam, groot omtrent 8 roeden en strekkende van het ene tot het andere padt, belend Jonathan Levi Portugees met een gemeene schutting WZ en Marius Jansz Meij met een gemeene schutting OZ. Koper moet de paden hart, vast, wel beschoeijt ende wel gangbaer sonder eenige belemmering, tsij van stoepen, behuijsen, secreten, schuijtten, huijsen ofte andersints ten eeuwigh dagen onderhouden.
Koopprijs ƒ 1850,--.
[44]
Op 22-6-1666
verkoopt Willem van Tets en Joachim Gedeonsz Dronrijp gemachtigde van Gerard van Tets impetranten van willige decreet aan Johannes Bruijnenburgh,
een huis en erf op de Prinsengracht (OZ) het tweede huijs benoorden de Berenstraat te Amsterdam, belend Aeltgen Cornelis NZ , Daniele Croes met een gemeene muur en looden goot ZZ, strekkende voor van de straet tot achter aen de wed. Juriaen Weuts. Koopprijs ƒ 4500 te betalen op drie dagen : 1 mei en 1-11-1667 en 1-5-1668, telkens een derde.
[45]
,[46]
Op 19-12-1666 oorkonden schepenen dat op 5-1-1658 verkocht is een ½ huis en erf te Amsterdam in de Beulingstraat (NZ) waar het Wapen van Aecken in de gevel staet, destijds belend Jan de Visscher OZ, de ganck van Claes Woutersz steenhouwer WZ, strekkend voor van de straet tot achter aen 't erf van de voorsz Claes Woutersz, welverstaende dat dit huijs behouden sal een vrije waterlosinghe over de voorz ganck ende mogen timmeren over desen ganck mits latende totte deurganck zeven voeten totte hoogte ende wijte sulx die jegenwoordich is, voorts in allen schijne t voorsz huijs ende erve toebehoort hebbende Abraham van der Heijden voor ƒ 1032,-- die de voorsz Willem van Tets te borde gebracht (heeft) den 19-12-1666.
[47]
Op 16-6-1667
verkoopt Willem van Tetz, bode op Antwerpen, aan Hendrik Staets,
een huis en erf genaamd Het Wapen van Aken in de Beulingstraat (NZ)Amsterdam,
met een overtimmerde gangh etc zoals beschreven in vertoonde brieven. Koopprijs ƒ 1775,-- contant.
In margine: De brieven in desen gemelt sijn gepassert d'eerste bij Jan Michiels de Witt, cleermaker, ten behoeve van Jan Carstensz, timmerman, den 8-8-1622, en bij Abram Cerstens hoedecramer, voor d'helft aen de comp(arant) in dato 18-5-1658
[48]
Deselve hebben op 22-6-1667 bij decreet verkocht aan Isack van der Heijden, een huis en erf op de Prinsengracht (WZ) te Amsterdam.
Koopprijs ƒ 7500,--.
Volgen aantekeningen over Pieter Bouwens en Cornelis Berckman die borgen zijn voor
Gerard van Tetz, voor respectievelijk ƒ 1602,-- en ƒ 4237,-- (Bouwend) en . ƒ 4000,-- (Berckman). Van november 1667 tot juni 1668 worden door hen bedragen afgeboekt of geïnd voor een totaal van ƒ 7500,--. Onderaan staat:
geliquideert den 19-6-1668 ende de decreet brief overgelevert.
[49]
Op 28-6-1667 wordt een copie opgemaakt van
verkoopt Willem van Tets aan Isack van der Heijden,
een huis en erf op de Prinsengracht (WZ) te Amsterdam.
[50]
TEKST nog aanvullen.
copije acte
verkopers Willem van Tets en Joachim Gedeonsz Dronrijp gemachrigde van Gerard van tets
impetranten van wilig decreet voor het Hof van Holland
zij hebben het genoemde huis verkocht moet betaald in drie termijnen 1mei , 1nov en 1 mei 68 en darenboven toto een vereringde een silvere beker tot discretie van den cooper voor de huijter (afko streep er boven) van Gerard van Tets. belovvende de vercoopers het huis op 1 mei te leveren
volgens koopvoorwaarden van 24-12-1666
Op 20-4-1679
verkoopt Barend Willemsz aan Willem van Tets,
een huis en erf in de Korte Keizersstraat (ZZ) te Amsterdam.
[51]
TEKST nog aanvullen.
Hof van Holland, Rekesten om mandement
3-7-1716: Mandament van Rau Actie
Suppliant Jacobmina Matton, weduwe van wijlen Pieter Vessuip te Delft, wijlen Willem van Tets, grootvader van moederszijde, in zijn leven posstmeester van 't Antwerpse kantoor te Amsterdam, Jacob Tets, een dochter van Jacobmina Matton (geen naam genoemd). Hendrik Faese (zoon van de zuster van Willem Tets, de neven Egbert Lodders en Barent Rutgers (of Nutgert). Beiden executeurs van het testament.
Tegenpartij: Jacob Reesse, koopman te Amsterdam
Betreft: Supplianten verzoeken het Hof om de tegenpartij te bevelen, de nagelaten boedel en goederen van wijlen Willem Tets over te dragen aan de supplianten.
Beschikking van het Hof van Holland: Fiat ut Petitur
Bijzonderheden Na het overlijden van beide executeurs, Egbert Lodders en Baarent Rutgers is de plaatsvervangende executeur Jacob Reesse benoemd.
[52]
Uit een relatie van Willem van Tetz met Ariaentje Arens (weduwe Anthoni Backers) een natuurlijke zoon geref. gedoopt:
Uit het huwelijk (Van Tets-Lodders):
Scheepssoldijboeken VOC:[55]
- 29-9-1693: ƒ 215,9,- soo veel voor Jacomina Matton sijn susters dochter wert ingehouden
- 29-9-1693: ƒ 648,1,8 Op dato per ordre van de H(eer)en van Dam ende Valckenier betaelt aen Willem van Test (!) sijn vader, soo voor hem selven , alsmede voor Jacobus van Test sijn broeder sijne erfgenamen ab intestato, onder borge van Egbert Lodder wijncoper op de Keijsersgracht bij de Elantstraet? en Arnout Nutgers oostindische winckelaer, woont op den Vijgendam, die beloven beijde en elcx in solidum de E. Comp. voor alle vermaninge ende aenspraecke te indemneren cost ende schadeloos te bevrijden onderde den verbande als naer rechten oirconde geteeckent W. van Tetz, Egbert Lodder, Arnout Nutges.
- ongedateerd: ƒ 11,9,- voor de schulden die op Waterlant soude mogen gemeact hebben (sic!)
- 4-2-1694: ƒ 229,17,- op dato per ordre van de Heer W. Alstorphius en de Hr van Domburgh betaelt aen Johannes Maton als in huwelijck gehadt hebbende Maria v Tetz sijn suster en als vader over Jacomina Maton voor soo veel hier boven is ingehouden onder borge van ditto Johannes Maton in sijn prive Medicini Dockter woont bij de Nieuwe Mart, en Philippus Wolsoet wijncooper woont op de Keijsersgraeft bij de Commedij, die belooven alle beijde ende elcx een voor all in solidum als principaele de E. Compagnie wegens dese betalinge voor alle naermaningen te bevrijden onder verbant als naer rechten ooircode, getekent Joan Maton med. doctor en Philipus Wolsoet.
COMMENTAAR(¥)
Jacomina Matton als erfgename van Johannes van Tetz roept vragen op.
Daarom een tijdlijn.
1692
30 jan: Johannes van Tetz vertrekt met de Waterland uit Batavia naar de Kaap
6 feb: zijn zuster Maria van Tetz trouwt te Sloterdijk Dr. Johannes Maton
27 mei: Johannes van Tetz arriveert op de Kaap
26 juni: en vertrekt vandaar met de Waterland naar patria
12 sept: De Waterland vergaat op zee terhoogte van Bordeaux (met Johannes?)
7 dec: Maria van Tetz' dochter Jacomina Maton wordt in Amsterdam gedoopt
1693
7 mei: Maria van Tetz wordt te Amsterdam begraven
29 sept: in het scheepssoldijboek van de Waterland wordt ƒ 215 ingehouden
1694
4 feb: Dr. Johannes Maton int dit geld bij de VOC voor zijn dochter Jacomina
Relaas over het vergaan van het spiegelretourschip De Waterland op 12-9-1692 als gevolg van een beschieting door een Frans eskader. Johannes van Tets (1667-1692) kwam hierbij om het leven
Bron: Lambert van den Bos, Tweede vervolg van saken van staat en oorlog, Volume 1, Amsterdam, 1699.[56]
klik op plaatje(s) om te vergroten III
Op 21-9-1676 maken Mr. Willem van Tetz advocaat, jongman ende verkregen hebbende veniam aetatis, en Jouffr. Siberta Damen, jongedochter, huwelijks voorwaarden.
De aanstaande bruidegom wordt geassisteerd met Pieter van Schorel, zijn oom, de bruid met Adam Damen, haar vader, Jouffr. Clasina Paters haar moeder, Jacobus Damen, haar broeder en Jan van Kempen, haar schoonbroeder. Er worden nadere afspraken gemaakt over ingebrachte goederen en de duarie. Bij kinderloos overlijden van de langstlevende gaan de goederen naar de zijde vanwaar zij gekomen zijn.
W.g. alle comparanten en getuigen.
[62]
Op 11-1-1677 compareren Mr. Willem van Tetz, advocaat, en Jouffr. Siberta Damen, echtelieden wonende te Amsterdam. Zij maken een mutueel testament op de langstlevende, onder herroeping van de eerder gemaakte huwelijkse voorwaarden voorzover strijdig met het huidige testament. Zij benoemen elkaar tot algeheel erfgenaam, met dien verstande dat als een van hen kinderloos overlijdt er een uitkering gedaan dient te worden door de langstlevende. Als Willem van Tetz de langstlevende is dan dient hij uit te keren aan Adam Damen en Clasina Paters, de vader en moeder van testatrice of aan de langstlevende van hen beiden, en anders niet. Als Siberta Damen de langstlevende is dan dient zij uit te keren aan Gerrit van Tetz, vader van de testateur, alleen als deze nog in leven is en anders niet. De uitkering is de legitieme portie. Als de eerststervende kind of kinderen heeft, dan zijn deze kinderen erfgenamen bij representatie van diens goederen, behoudens dat de "langstlevende tot sterven ofte wederhuwelijcken toe sal bliven sitten rustelijck ende brediglijck" in al deze goederen, en deze zal administreren. De langstlevende dient ook de kinderen "op te voeden ende groot maecken met cost, dranck, cledinge, schoolgaen, exercitie leeren", en uit te zetten bij meerderjarigheid of wanneer de langstlevende hertrouwt. Testateurs benoemen elkaar tot enige en absolute voogd(esse) over eventuele nagelaten omondige kinderen. Bij hertrouwen van de langstlevende dient deze een of meer "eerlijcke manspersonen uijt de respectieve naeste vrienden of anderen" als medevoogd te kiezen. Dit alle onder uitsluiting van de weeskamer etc. Acte in presentie "van Johannes ten Hove en Johannes Trip inwoonders deser stede als getuijgen hierover gestaen sonderlinge versocht ende gebeden."
[63]
Medio 1682 zijn Siberta Damen en Willem van Tets in het bezit van een huis op de Nieuwe Herengracht ZZ, een erf op de Keizersgracht NZ, een huis op de Kloveniersgracht, en het huis Dortmont op het Singel. In het voorjaar van 1683 schenkt Willem van Tetz de eerste drie aan zijn drie onmondige kinderen (dan resp. 5, 3 en 1 jaar oud). In juni van dat jaar tekenen zij een scheidingsakte en geven machtiging om hun laatste onroerend goed, het huis Dortmont te verkopen aan Siberta's vader Adam Damen. Willem verklaart "buijtenslants te gaan". Hij overlijdt volgens Ref. [64] in 1687 wanneer Siberta zijn weduwe (sic!) wordt genoemd. Siberta is met de drie dochters in het huis op de Nieuwe Heeregracht gaan wonen, vanwaaruit twee dochters trouwen (in 1701 en 1718), en waarvandaan Siberta in 1727 wordt begraven. In verschillende stukken wordt Siberta steeds de weduwe (sic!) van Mr. Willem van Tets genoemd.
Op 24-2-1682
compareert Susanna Noirot, wed. van Gerard Hasselaer hoofdofficier, burgemeester en raed van Amsterdam, geassisteerd met Mr. Henrik Hooft als haar voogt in deze, en voorts met Mr. Nicolaes Hasselaer, Kornelis de Roos en de voornoemde Henrik Hooft als haar vierendelen. Zij verkoopt
aan Mr. Guillelmus van Tetz, advocaet,
een huis en erf op de Nieuwe Herengracht ZZ tussen Reguliersgracht en Utrechtsestraat te Amsterdam, belend Catarina Martins, de wed. Scheerman, Dirck Back en Catarina van Duijssel achterzijde, Catharina van Duijssel, Cornelis Corver, Hendrik Staets, Dirk Back en Sieuwert Jansz WZ, voorts aen François Pardique. Principaelen zijn Mr. Hinrik Hooft en Mr. Nicloaes Hasselaer.
Koopprijs ƒ 15000,-- contant.
[65]
Op 8-4-1682
verkoopt Frans Pardique, coopman, aan Mr. Guillielmus van Tetz, advocaet,
een erf geteekent op de stadscaert n° 11 op de Keizersgracht NZ tussen Reguliersgracht en Utrechtsestraat te Amsterdam, breed 26 en lang 181½ voeten, belend Francois Pardique met een gemeen schutting OZ, Daniel Molenijser WZ, strekkende voor van de straet tot achter aen de erven van de Heeregracht.
Koopprijs ƒ 1760,-- contant.
[66]
Op 30-7-1682
verkopen Anna Haen wed. van Pieter de Witte, Johannes de Witte en
Arnold de Witte voor zichzelf en vervangende hun broeder Jacobus de Witte jegenwoordig in Oostindien, erfgenamen onder benificie van inventaris van wijlen hun moeder Geertruijd Roepe, in haer leven wed. van Paulus de Witte, bij willig decreet
aan Guillmus van Tets,
een, huis en erf op het Singel te Amsterdam over de Zwaantjesbrouwerij, het hoogste van de twee daar Dortmont in de gevel staat.
Koopprijs ƒ 17000 contant.
[67]
[68]
Op 26-3-1683 doet Willem van Tets een donatie aan zijn drie kinderen.
OPZOEKEN Nots. Bocx. 26-3-1683 (nog niet gdigitaliseerd).
Op 26-3-1683 compareert voor schepenen van Amsterdam Arnout Vosdijck als gemachtigde van mr. Guillielmo van Tets advocaat volgens procuratie d.d. 25 en 26-3-1682 voor Nots. Michiel Bockx. Hij
verklaart een onwederroepelijk donatie te doen aan zijn drie kinderen en aan kinderen die hij nog mocht krijgen bij
Siberta Damen zijn huijsvrouw, voor welke kinderen zijn schoonvader en grootvader maternel Adam Damen mede compareert. Deze accepteert de schenking die bestaat uit:
- Een huijs en erve op de Nieuwe Heeregraft ZZ, tussen de Reguliersgraft en de Uijtersche Straet, dat hij op 24-2-1682 heeft gekocht (zie acte hierboven),
- een erve op de Keijsersgraft NZ tussen de Reguliersgraft en de Uijtersestraet belend Francois Pardique OZ en Daniel Molenijser WZ, dat de constituant op 8-4-1682 heeft gekocht (zie acte hierboven),
- een huis en erve op de Kolveniersgraft OZ, dat hij heeft geërfd van zijn grootmoeder Fijtjen Dirks, wed. van Thomas Pieter Schorel.
[69]
Op 5-6-1683 passeren Guillielmus van Tets en Siberta Damen een acte van separatie.
OPZOEKEN Nots. Wilhelmus Silvius d.d. 5-6-1683 (nog niet gdigitaliseerd).
Op 18-6-1683 compareren
Mr. Guillielmus van Tets advocaet enerzijds en ju(fr?) Siberta Damen anderzijds.
Ingevolge hun acte van separatie d.d. 5-6-1683 voor Nots. Wilhelmus Silvius en approbatie daarvoor door schepenen d.d. 13-6-1683 en na intercessie door Mr. Paulus Buijs en Arnout Vingboons en Alexander Rind procureurs daartoe genomineert, komen zij thans het volgende overeen.
Siberta Damen behoudt de educatie van en directie over hun drie kinderen. Tot alimentatie van haar en de kinderen strekken de vruchten van goederen door hem comp aan zijn kinderen gedaan, waarvoor procuratie is gegeven d.d. 26-3-1683 voor Nots. Bocx.
Jacob Daemen, respectievelijk hun swager en broeder, wordt verzocht de boedel te suiveren en de schulden en lasten te betalen waarvoor beschikbaar is de
- huisraet ter waarde van ƒ 2000,--,
- het huijs op de Cinjgel genaamd Dormont op de Cingel ter waarde van ƒ 16000,--,
- een obligatie ten laste van het Cappittel St Gerven tot Collen (Keulen) ter waarde van ƒ 2500,--,
- rente- en custingbrieven o.a. wegens hypotheek van de brouwerij de Arent ten laste van Johannes van den Heuvel ter waarde van ƒ 4000,--.
Van de Huisraet zijn uitgezonderd voor
Guillielmus van Tets sijn cleederen, sijn bibliotheecq en seekere partije geweren, die hij meeneemt,
voor Siberta Damen haar cleederen en juwelen, die zij meeneemt.
Wat hiervan overblijft wordt overgedragen aan Jacob Daemen.
Het overschot zal worden verdeeld voor 1/3 aan Guillielmus van Tets en 2/3 aan Siberta Damen waarvan zij de vruchten moet gebruiken tot alimentatie van de kinderen.
Indien Guillielmus van Tets dat begeert kan hij later op speciaal verzoek nog recht doen gelden op 2/3 van genoemde 2/3 deel aan Siberta.
De actien die Guillielmus van Tets nog heeft lopen bij de Oost- en Westindische Compagnieën blijven bij hem en worden buiten deze boedelverdeling gehouden.
Voorts wordt overeengekomen
"dat eijntelijck de eerste comparant als van meening sijnde buijtenslants te gaan eerst daachs uijt den huijse sal vertrecken".
Mede comparant is Jacob Daemen die het gedane verzoek accepteert.
[70]
Op 6-7-1683 compareert voor schepenen van Amsterdam Arnout Vosdingh als gemachtigde van mr. Guillelmus van Tets, en zijn huijsvrouw Siberta Daemen volgens procuratie d.d. 18-6-1683.
Hij verkoopt aan Adam Daemen, een huis en erve op de Cingel over de Swaentjesbrouwerije het hoogste van de twee waar Dortmond in de gevel staat.
Koopprijs ƒ 16.000,-- contant.
[71]
Op 14-8-1687 compareert Juffr. Siberta Damen voor haarzelf en als wed. en boedelhoudster van Mr. Willem van Tetz, advocaat, en als moeder van haar minderjarige kinderen bij hem ingevolge mutueel testament d.d. 11-1-1677 voor Nots. David Doornick,
ten behoeve van Juffr. Geertruijd van Tetz huisvrouw van Johannes Bona woonachtig te Hamburg, die machtiging heeft van haar voornoemde man anno 1686 stilo veteri voor Nots. Elias Frahm te Hamburg, en ten behoeve van
Agata en Margareta van Tetz meerderjarige dochters wonend te Amsterdam, alle drie zusters van haar man Mr. Willem van Tetz zaliger. Zij doet afstand van alle erfenissen, middelen, actien en gerechtigheden die haar zijn aangekomen door het overlijden van Gerrit van Tetz, vader van haar man, en eveneens van wat haar is aangekomen door het overlijden van Jacobus en Gerrit van Tetz haar mans broeders. Dit alles met uitzondering van schulden en lasten, die zij zelf wil afhandelen.
De drie zusters compareren eveneens en accepteren datgene waarvan Siberta Damen afstand doet en vrijwaren haar voor eventuele aanspraken die haar man in zijn leven gehad zou mogen hebben "wegens de affairen van sijn vader Gerrit van Tetz".
[72]
Hof van Holland: Rekesten om mandement,
11-5-1712: Mandament om procureur acceptant te stellen
Supplianten: Anna Maria Damen, weduwe van wijlen Joan van Cempen, Siberta Damen, weduwe van Meester Guillielmo van Tetz, en Maria Jacoba Damen, allen voor zichzelf en zich sterkmakende voor Adam Damen, voor hemzelf en als voogd over de minderjarige nagelaten kinderen van Jacob Damen, tesamen erfgenamen van wijlen Clasina Pater, in haar leven weduwe van Adam Damen de oude en als execteurs van de uiterste wil van de voornoemde Clasina Pater.
Tegenpartij: Adam Simonsz Veenrale, eerst koopman te Amsterdam en later wonende te Rotterdam.
Betreft: Clasina Pater voornoemd heeft 2 processen lopen bij het Hof van Holland tegen tegenpartij. Beide zaken zijn voldongen maar kunnen niet verder bepleit worden omdat de procureur van tegenpartij, Abraham Selkaart van Wouw, is overleden. Tegenpartij moet een nieuwe procureur aanstellen en betalen de kosten hierom gedaan.
Beschikking van het hof: Fiat
[73]
Op 23-4-1720 verlenen de erven van Vrouwe Clasina Pater, weduwe
van den Heer Adam Damen, een volmacht aan Nicolaas van Kempen De acte vermeldt:
Vrouwe Anna Maria Daemen, weduwe Jan van Kempen,
gerechtigd tot 1/5 in 4/9,
Vrouwe Ziberta Daemen, weduwe Quillelmo van Tetsz,
gerechtigd tot 1/5 in 4/9,
Juffr. Maria Jacoba Daemen, gerechtigd tot 1/5 in 4/9,
eadem als universeel erfgename van Adam Daemen,
gerechtigd tot 1/5 in 4/9, en als voogdes over twee
kinderen van Jacob Daemen, gerechtigd tot 1/5 in 4/9.
[74]
Op 22-5-1733 overlijdt ongehuwd te Amsterdam Maria Jacoba Damen, zuster van Siberta Damen. Haar vader Adam Damen bezat een dubbele grafstede in de Oude Kerk te Amsterdam en wel in de Voetboogkapel {numero 49 en 50).
Na het overlijden van Maria Jacoba bleek, dat
deze grafstede onverdeeld eigendom was gebleven der
nazaten van genoemde Adam Damen. Er waren bovendien ook onverdeeld gebleven,
circa acht bunders weiland
in de gemeente Weespercarspelt aan den Keverdijk gele-
gen benevens een Erfpacht groot acht gulden 's jaars,
en nog andere waarden, die later bleken te bedragen
drie duizend gulden.
Genoemde Maria Jacoba heeft bij uitersten wil,
de wettige descendenten van haren broeder Jacob Damen en van
hare zuster Siberta tot erfgenamen benoemd. Bovendien heeft
deze erflaatster nog jaarlegaten vermaakt aan :
Clasina Damen, Maria Theresia Damen, Catharina Clasina Stier en Maria Jacoba van Tetz.
[75]
Uit dit huwelijk:
Op 28-1-1701 betalen Hendricus Stier en Cornelia van Tets ƒ 200,-- (!) boete vanwege trouwen buiten de stad, "voort gerecht van Amsterveen".[80]
Uit dit huwelijk:
Op 6-7-1736 betalen Albertus Johannes Stier en Isaletta !) Helena de la Bistrate ƒ 6,-- boete vanwege trouwen buiten de stad Amsterdam, te Abcoude.[82]
Op 26-1-1731 betalen Catharina Maria Stier en F.J. grave de Baillet ƒ 6,-- boete vanwege trouwen buiten de stad Amsterdam, te Abcoude.[87]
Op 12-2-1774 transporteert
Catharina Clasina Maria Stier, douairière van Graaf de Baillet haar rechten
op een groot aantal graven in de Oude en de Nieuwe Kerk te Amsterdam
aan de acht kinderen van haar overleden broeder
Jhr. Albertus Joannes Stier.
Tegelijkertijd transporteert
Isabella Helena de Labistrate, weduwe van Jhr. Albertus Joannes Stier aan
haar kinderen voornoemd ook een aantal graven,
"zooals de vrouwen comparanten hiertoe gerechtigd zijn als
erfgenamen van wijlen Hendrik Stier en Cornelia van Tetz,
de ouders van de eerste comparante". Onder deze graven
komen voor het graf in de Oude kerk op het
Vrouwenkoor No. 43/44 met de prachtige gebeeldhouwde
zerk met het wapen Rijser n° C 203/204.
[88]
COMMENTAAR(¥)
De getuige is de grootvader Adam Daemen in de plaats van (diens zoon) Adam Damen kanunnik van de St. Gerons Kerk te Keulen. Laatstgenoemde wordt later Aartsbisschop van Adrianopel.[89]
Op 7-6-1718 worden huwelijksche voorwaarden geamaakt van Mr.
Theodorus Steenoven, jongeman, geassisteerd met Hendrik Steenhoven, zijn vader,
en Juffr. Maria Jacoba van Tets,
jongedochter, geassisteerd met Vrouwe Siberta Damen,
weduwe van Guilliam van Tets, haar moeder, en Juffr.
Maria Jacoba Damen, haar moeye. Tusschen de aanstaande
echtelieden zal geen gemeenschap van goederen,
doch alleen gemeenschap van winst en verlies bestaan.
De bruid zal een duarie van ƒ 10.000 hebben. Mr.
Th. Steenoven kreeg ƒ 5000.
[94]
Op 1-7-1718 betalen Teodorus Steenoven en Maria Jacoba van Tetz ƒ 100,-- boete vanwege trouwen buiten de stad, "tot Muijden met een karos voort geregt".[95]
Op 30-8-1675 compareren "de Eersame Mr. Willem van Tetz,
cirurgijn, ende d'eerbare Maria van Rossen, echteluijden,"
wonende in de Warmoestraet te Amsterdam. Zij maken een mutueel testament op de langstlevende.
De testateuren verklaren verder
"dat soo wanneer geen
kint off kinderen mogte comen . . . . , en hij testateur
de eerststervende quame te . . . . en sijn moeder nogh in
het leven mogte wesen'.... aen deselve sijn testateurs
moeder sal moeten uyttekeren en laten genieten de bloote
en ligitime portie haer naer scherpheyt van regte inde
natelaten goederen van hem testateur competerende" enz.,
"gelijck oock hij testateur in cas sij testatrice eerst mogte
coomen te overlijden egene kint off kinderen nalatende
gehouden sal wesen aen desselfs moeder als dan
noch int leven sijnde te voldoen en uyttekeren mede
desselfs blote en ligitime portje". W.g.
Mr. Wilhem van Tetz, Maria van Rossen.
[101]
Begraafboek van de Weeskamer Amsterdam: (1690)
Na de dood van Willem van Tets wordt door Sara van Rossen,
de zuster van Maria van Rossen, ter weeskamer het
testament van de echtelieden vertoond.
[102]
Uit dit huwelijk (o.a.?):
COMMENTAAR(¥)
Het valt niet uit te maken wie van beide kinderen Arnoldus en Maria in juni of in agustus 1681 is overleden.
Referenties van de gegevens van generatie 29 staan ook hier
Referenties Varia --- Generatie 29 ( 104 refs.) Referenties voorafgegaan door het ⇒ symbool verwijzen naar (aanklikbare) externe url's waarvan alleen het laatste deel van de naam wordt vermeld. | ||
Verkorte verwijzingsvormen voor veelgebruikte literatuur
| ||
|
|
|
Back to the genealogy page |
Back to the contents |
Go to the index |
Forward to next generation 30 |
Back to previous generation 28 |
Directly go to generation : 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 |