You are here: Louk-Home ⇒ Genealogy ⇒ Van Papenbroeck ⇒ Gen. nr. 1 |
![]() | Wapen Van Papenbroeck: In blauw een gouden dwarsbalk, boven vergezeld van vijf gouden sterren 2,1,2.[1] |
Inleiding |
Volgens Ref. [2] is onderstaande Marten van Papenbroeck (
⇒ n° Ia)
), een zoon van Heer Henricus van Papenbrouck, ridder, en Vrauw Maria van der Linde. Eerdere generaties zijn hier niet verder onderzocht.
I |
COMMENTAAR(¥) Elias verwijst naar Geneal. v. Papenbroeck door Mr. Harman Berewout in het gem.-archief te Amsterdam :"Collonel in dienst des Keizers" ... "Dit zal wel moeten zijn: Collonel der Antwerpsche Burgerij". |
Archief van de Familie Moens en Aanverwante Families:[10]
Uit een attestatie van Vrouwe Anna Maria van Rijswick, wed. van Jonker Jan van Walehem, heer van Ter Borchtwegens de origine en het geslacht van den Heer Marten van Papenbroeck den Ouden, d.d. 11-2-1702. van NN blijkt dat de voorouders van Marten van Papenbroeck in Trier hebben gewoond en dat hij zelf "sijne keijserlicke majesteit als colonel in diversche oorloghen ende menigvuldige eerlijcke posten heeft gedient" en zich vervolgens "hier int lant gecomen als noch jonck sijnde ende heeft geweijst in diversche landen en de steden ende te lesten is comen wonenen binne de stadt Antwerpen alwaere hij is getrouvwt met jofff. Margarite Luijck en de heeft hem begeven to negotie ende coopmanschape, de welcke tsamen gheprocreeert hebben vier sonen met namen Jan, Adriaen, Marten ende Guilliam van Papenbroec ende drie dochters" etc. [11]
![]() |
Extract uit het testament van Marten van Papenbroeck (de Oude) te Antwerpen 31-8-1606
Bron: Archief van de Familie Moens en Aanverwante Families:[12] klik op plaatje(s) om te vergroten |
![]() |
Wapenkwartierstaat van Marten van Papenbroek, zn. van Marten van Papenbroek x Margaretha Luijcx,
Datering: 1700. Bron: Familiearchief Moens - Cabinet d'Armes du Chevalier Henrij Moens etc. [13] | ![]()
Afschrift uit 1700 van een akte voor schepenen van Antwerpen Meijerije van Turnhout d.d. 12-11-1566 waarin Martinus van Papenbrouck en zijn vrouw Margareta Luijckx ten behoeve de Armen van Antwerpen afstand doen van goederen die Catharina van haar moeder Catharina van den Berge heeft geërfd.
| Bron: Familiearchief Moens - Cabinet d'Armes du Chevalier Henrij Moens etc. [14] klik op plaatje(s) om te vergroten |
![]() |
Afbeelding van de wapens van de families Van Papenbroeck en De Meyere in het Sint Martensgodshuis in de Schuitstraat te Antwerpen, gesticht door Marten van Papenbroeck
Datering: onbekend Bron: Familiearchief Moens - Cabinet d'Armes du Chevalier Henrij Moens etc. [18] klik op plaatje(s) om te vergroten |
II |
IIa. Ma(a)rten (Maartensz) van Papenbroe(c)k, geb. 1569/70 (volgens Ref.[21]
[22]
in 1567), ovl. Amsterdam 14-4-1640,[23]
[24]
beg. Oude Kerk 18-4-1640 ("Marten van Papenbroeck komt uijt de Kalverstraet vandaen en is vier uren beluijt met de groote klock, ƒ 32,--"), koopman afkomstig uit Antwerpen en rond 1581/82 in Amsterdam gearriveerd[25]
[26]
neemt deel in de 1597 begonnen bedijking van de polder in de Zijpe met een kavel van 29 morgen (Maarten Maartensz van Papenbroek koopman te Amsterdam),
[27]
bij huwelijk afkomstig van Antwerpen, oud 38 jaren, en wonende in de Kalverstraat ,(1608), in den Swarten Leeuw op den hoek van het Popiussteegje, daarna Papenbroeksteeg geheten,[28]
welk huis hij op 12-1-1605 voor ƒ 12.575,-- kocht [29]
waar hij blijkens de nog aanwezige steen vermoedelijk zijn wapen ook in de gevel heeft laten zetten,[30]
koopman op Portugal te Amsterdam,[31]
dreef handel in compagnie met zijn broeders onder de firma Adriaen, Marten en Guilliame van Papenbroeck,[32]
otr./tr. Amsterdam pui 26-1/12-2-1608 (get. Adriaen Papenbroek zijn broeder ... vaders consent, voor haar Jacob Ottensz, haer vader, en Maarten Pietersz ....ekenen)
Elisabeth Jacobs Pancras (Panceras, Banckeras, van Bancken), geb. 1588/89[33]
, ovl. 5-9-1655,[34]
beg. Amsterdam Oude Kerk 10-9-1655 ("Elisabeth Jacobs Pancaris wed. van Marten van Papenbroeck comt van de Heeregraft, is 4 uijren beluijt met de Grote Clock, leijt opte hoochkoor, ƒ 32,--"), bij huwelijk oud 19 jaren, wonende opt Rokkin (1608),
nam als erfgename harer tante van moederszijde den 11-11-1639 den naam harer moeder aan,
huw. get. (1642, 1643, 1653)
dr. van Jacob Ottensz[35]
(Heer Jacob van Bancken, schildknape[36]
), en van Agatha (Aefge) (alias Eva) Pietersdr Pancras.[37]
IIIa. J(oh)an (Johannes) van Papenbroeck, geb. 1626/27, beg. Amsterdam Oude Kerk 25-2-1675 ("Jan van Papenbroeck van de Singel, ƒ 8,--"), afkomstig van Amsterdam oud 25 jaer wonend op de Heeregracht (1653)
wednr. van Maria Koeck afkomstig van Amsterdam en wonende op de Blommarckt)(1656),
otr. 1o Amsterdam pui 6-6-1653 (get sijn moeder Elisabeth Bancrus, en haer vader Jan Heijmensen Coeck en moeder Elisabeth van Kestel)
Maria Koeck (Coeck, Couck), geb. Amsterdam vóór ca. 1635, ovl. 1655,[66], beg. Amsterdam Oude Kerk 25-9-1655 ("Maria Coeck huijsvrou van Jan van Papenbroeck comt vant Rockin, leijt opt hoochcoor, is 3 ijren beluijt met de G(rote) K(lock), ƒ 34,--"), afkomstig van Brussel, out 20 jaer, wonende op het Rockin (1653),
zangeres,[67]
dr. van Jan Heijmensen Coeck en van Elisabeth van Kestel,
otr. 2o Amsterdam pui 19-8-1656 ("sijn op d'acte van J. Steijs secret(aris) tot Haerlem ingetekent"),[68]
Maria (Anna Maria) Blomma(e)rt (Bloemers), ovl. na haar echtgenoot, beg. Utrecht Mariakerk 31-10-1701 ("Vrouwe Anna Maria Blommert weduwe van Herman van Papenbroek sic! laat na mondige dochter, de wapens opgehangen, geeft ƒ 100,11,11"), wonend te Haarlem (1656),
huw. get. (1679).
IIIb. Pieter van Papenbroeck, geb. 1611/12, ovl. Amsterdam 17-4-1641,[84]
overluid Alkmaar Grote Kerk 19-4-1641 ("geluyt over Papenbroek, 6 posen ende 4 gl. vant recht, ƒ 22,--"), beg. Amsterdam Oude Kerk 22-4-1641("Pieter Papenbroeck komt wijt de Kalverstraat vandaen en is vier uren beluijt met de groote klock, ƒ 32,--"), afkomstig van Amsterdam, out 22 jaer, wonend in de Calverstraet (1634),
laat bij overlijden een vermogen van ƒ 100.000,-- na [85]
otr. Amsterdam pui 3-2-1634 (get. sijn vader Marten van Paepenbroeck, en haer vader Jacob de Graeff outburgemeester deser stad")
Wendela (Wijntje) de Graaff, geb./ged. geref. Amsterdam Nieuwe Kerk 22/23-9-1607 (get. Dieuwer Bicker), ovl./beg. Nieuwe Kerk 27-2/8-3-1652 ("Wendela de Graeff op de Heeregracht, ƒ 8,--)[86]
[87]
in het kraambed, afkomstig van Amsterdam, out 24 jaeren, wonend op de Heerengracht (1634),
wed. van Pieter Paepenbrouck wonende op de Herengracht te Amsterdam (1645),
laat bij overlijden een vermogen van ƒ 439.000,-- na [88]
dr. van Jacob Dircksz de Graeff (zie Elias n° 80) en van Aaltje Boelens.[89]
IIIc. Gerrit (Gerard(us)) van Papenbroeck, geb. 1618, beg. Amsterdam Westerkerk 29-1-1670 ("Gerard van Papenbroeck op de Cloveniersburgwal, graf numero NK 271 en 272, ƒ 8,--"), afkomstig van Amsterdam out 24 jaer wonend in de Calverstraet (1642)
reeder en koopman op Venetië,
in 1642 wonende in de Kalverstraat, bij zijn overlijden op de Kloveniersburgwal (1670),
regent van het Rasp- en Tuchthuis 1655,
bewindhebber van de VOC 1658,[113]
otr. Amsterdam geref. 31-10-1642 (get. sijn moeder Elisabet Jacobs, wed. van Marten van Papenbrouck, en haer vader Philip de Bacher en Maria Bambeek haer moeder, in margine: dese persoenen sijn getrout tot Sloten den 23-11-1642 ten overstaan van Jan Pietersz JongeJan ende van Cornelis Gerritsz Struijs schepenen tot Sloten op den Vrije Geer ende was onderteekent Claes Pietersz secret(ari)s van Sloten),
tr. Sloten 23-11-1642
Catharina (Caetrina) (de) Bacher (Bach(a)er, Bachlar, Backer), ged. Amsterdam Oude Kerk 23-6-1620 (get. Cornelis van Bambeek en Barbara van Bambeek), beg. Amsterdam Westerkerk 2-11-1671 ("Catarijna de Bacher op de Cleveniersburghwal, graf numero NK 271 en 272, ƒ 8,--"), afkomstig van Amsterdam out 20 jaer, wonend op de Kleuvenierswall (1642),
doopget. te Beverwijk (1658),
dr. van Philips de Bacher, handelaar in Spaanse wol in compagnie met zijn zwagers Van Bambeeck,[114]
en van Maria van Bambeeck.[115]
IVa. Mr. Philips van Pape(n)broeck, ged. geref. Amsterdam Oude Kerk 30-11-1642 (get. Philips de Bacher en sijn huijsfrou Maria Bambeck), beg. Amsterdam Westerkerk 25-8-1682 ("Philips van Papenbroeck op de Heeregraft, ƒ 8,--"), afkomstig van Amsterdam, oud 27 jare (sic!) wonend op de Clovenierburgwal (1672),
was aangesloten bij het letterkundig genootschap Nil Volentibus Arduum,[121]
luitenant der burgerij (1672),[122]
woonde op de Kloveniersburgwal (1672), Nieuwe Herengracht (1677), Heerengracht (1682),
otr./tr. Amsterdam geref. 17-3/19-4-1672 (get. Christoffel Thijsse sijn neef, zijn ouders doot, en haer vader de heer Jacob van Neck, raed, en Marie Wttenbogaert, haer moeder)
Maria van Ne(c)k, ged. Amsterdam Westerkerk 19-12-1647 (get. Augustijn Utenbogaert), beg. Amsterdam Westerkerk 21-7-1681 ("Maria van Neck op de Nieuwe Heeregraft, ƒ 8,--"), afkomstig van Amsterdam, oud 24 jare wonende op de Heregracht (1672),
dr. van Jacob van Neck, handelaar op Italie en assuradeur te Amsterdam,[123]
en van Maria Wttenbogaert.[124]
Wapenkwartierstaat van het echtpaar Marten van Papenbroek x Elisabeth Pancras van Bancken.
Datering: 1700.
Bron: Familiearchief Moens - Cabinet d'Armes du Chevalier Henrij Moens etc. [38]
Extract uit het testament van Marten van Papenbroek x Elisabeth Pancras van Bancken te Amsterdam 23-2-1629.
Bron:
Archief van de Familie Moens en Aanverwante Families:[39]
klik op plaatje(s) om te vergroten
Reeds in Maart 1589 komt te Amsterdam voor:
Marten Papenbroeck coopgeselle van Antwerpen.[40]
Correspondentie tussen de families Van Papenbroeck en Van Foreest (te Alkmaar):[41] (inhoud nog bekijken)
- brief van M. van Papenbroeck jr. aan Jan van Foreest 1621[42]
- brief van de wed. van Marten van Papenbroeck aan Dirk van Foreest, 1641[43]
Op 23-3-1629 testeren voor Nots. Palm Matthijszoon te Amsterdam Marten van Papenbroeck en Elisabeth Pancras van Bancken echtelieden.
Erfgenamen zijn hun reeds verwekte en eventuele volgende kinderen. Etc.
[44]
TEKST NOG UITWERKEN.
Elisabeth Pancras koopt
in 1644 voor ƒ 38.000.--
twee naast elkaar gelegen huizen en erven op de Herngracht, n.1. de tegenwoordige
nummers 210 en 212.[45]
In mei 1650 heeft notaris Albert Eggericx, als procuratie hebbende van
Gijsbert de Coninck, het huis (in de Kalverstraat in den Swarten Leeuw) voor een som van ƒ 15.500,- verkocht aan
Elisabeth Jacobs Pancras (1589-1655), weduwe van Marten van Papenbroeck.[46]
Landeigenaren en -gebruikers in Langeweide, Ruigeweide en Kortenhoeven in 1536,1599 en 1656.[47]
Cortehoeven
art. 83
Bartholdus Niehusius (geboren 1589 in Brunswijk), aanvankelik Luthers, werd te Keulen door Marius tot het Roomse geloof gebracht. In 1629 werd hij tot abt van Ilefeld in Neder-Saksen benoemd, maar vandaar door de Zwaben verdreven. Daarna was hij werkzaam bij de Holl. zending. Nihusius woonde te Amsterdam op de Heerengracht bij de vermogende weduwe van Maarten Papenbroeck. Hij was werkzaam in de drukkerij van Joan Blaeu als corrector voor de Roomse boeken.[48]
Inventaris der nagelaten goederen van Elisabeth Jacoba Pancras, weduwe van Marten van Papenbroeck, 1656.[49]
ca. 130 bladzijden. In de inventaris komt een flink aantal schilderijen voor.
NOG IN DETAIL BEKIJKEN
Uit dit huwelijk (o.a.?):[50]
(volgens Elias[51]
vijf kinderen (die volwassen werden?) waarvan Elias er twee noemt)
Op 4-3-1693 verleent
Anna Maria Bloemert wed. van Jan van Papenbroek,
wonende te Utrecht,
machtiging tot het procederen tegen de erven van Jacob de Raet
aan Jacob van Ravesteyn, procureur voor het hof en hoge raad van Holland,
tot het procederen tegen de erven van Jacob de Raet.
[65]
(tekst nog lezen)
III
Bruiloftsgedicht door Joost van den Vondel bij het huwelijk in juni 1653 van Jan van Papenbroeck (1627/27-1675) en Maria Coeck (ca. 1635 -1655).
Bron: DBNL[69]
klik op plaatje(s) om te vergroten
De nieuwe eigenares van het huis heeft dit nagelaten aan haar zoon
Jan van Papenbroeck, die in de verpondingsboeken van die jaren steeds
als eigenaar vermeld staat. Na de dood van Jan van Papenbroeck heeft
diens weduwe, Maria Blommaert, het huis als huwelijksgift geschonken
aan haar dochter, Elisabeth van Papenbroeck, gehuwd met Pieter d' Aguerre.[70]
Op 10-7-1692 leggen
de erven van Jan van Papenbroeck, in leven gehuwd met Anna Blommerts,
met name: Martin van Papenbroeck, hun zoon wonende te Utrecht,
Anna Maria van Papenbroeck, hun onmodige dochter
wonende te Utrecht,
en Piere d Aguere gehuwd met Elisabeth van Papenbroeck, hun dochter
wonende te Utrecht, een verklaring af
over te geven goedkeuring aan Albert Schuyt, koopman te Amsterdam, inzake de verkoop aan hem van landeryen.
Er wordt verwezen naar een
overdracht d.d. 19-7-1692 voor dykgraaf en heemraden van de Watergraafsmeer.
[71]
(tekst nog lezen)
Op 4-3-1693 verleent
Anna Maria Bloemert wed. van Jan van Papenbroek,
wonende te Utrecht,
machtiging tot het procederen tegen de erven van Jacob de Raet
aan Jacob van Ravesteyn, procureur voor het hof en hoge raad van Holland,
tot het procederen tegen de erven van Jacob de Raet.
[72]
(tekst nog lezen)
Uit zijn tweede huwelijk (van Papenbroeck-Blommaert) (o.a.?):
Op 19-10-1686 worden huwelijkse voorwaarden gesloten tussen
Marten van Papenbroeck bruidegom, wonende te Amsterdam, geassisteerd met zijn moeder
Anna Maria Bloemert, wed. van Johan van Papenbroeck enerzijds en
Bruid: Catharina Theresa van der Burgh bruid, wonende te Utrecht, geassisteerd met haar moeder Anna Christina van der Burgh, moeder, laatst wed. van Willem van Wynbergen
wonende te Utrecht.
[75]
(tekst nog lezen)
Op 24-12-1686 maakt Marten van Papenbroeck een Catharina Theresia van der Burgh echtelieden,
wonende te Utrecht, een
testament met lyftocht op de langstlevende,
met benoeming van langstlevende tot voogd. Tevens vermeld eeen codicil: comparant wyst legaat toe aan de armen van zyn religie te Amsterdam, indien hy kinderloos overlydt.
[76]
(tekst nog lezen)
Op 13-5-1691 verleent Catharina Theresia van der Burgh, gehuwd met Martin van Papenbroeck machtiging aan haar echtgenoot
tot vrywaring van een huis cum annexis te Amsterdam
[77]
(tekst nog lezen)
Op 29-6-1691 maken Marten van Papenbroeck en Catharina Theresia van der Burgh echtelieden, wonende te Utrecht,
een testament met lyftocht op de langstlevende.
thumbnail
Er wordt verwezen naar een
schuldbekentenis voor notaris S. van den Aelpoel, en naar
de helfte in huysinge - naar echtgenote - op de Heeregraft by de Hartestraet te Amsterdam,
Voorts is er sprake van 48 morgen land in De Zijpe
[78]
(tekst nog lezen)
Zij
otr. 2o Leiden geref. 1645 ("de welcke niet en sijn gecompareert maer is vanhaerentwegen behoorlijcke attestatie door Dr. Petrus Schrijverius, vader des bruidegoms overgebracht", in margine "moet attestatie van Amsterdam overbrengen")
en
otr. 2o Amsterdam geref. 8-5-1645 (get. Cornelis de Graeff burgemeester haer broeder en Agniete de Graeff haer suster zijde weefrau te kennen, en sijn vader Petrus Schriverius, in margine: "de geboden sijn tot Leijden sonder verhinderinge gegaen getuicht Petrus Cabeliauw", "zij heeft den 10-5-1645 bewijs gedaen ter Weescamer")
Willem Schrijver, ovl. 1661, (zie Elias n° 179)
j.m. van Leyden, out 37? jaer, wonende opten Nyeuwen Rijn (1645),
raad van Amsterdam (1656), 1658 gecommitteerde raad ter Admiraliteit in West-Friesland en het Noorder Kwartier (1658).[90]
Wendela de Graeff had zoal het een en ander meegemaakt toen zij
in 1645 met Willem Schrijver trouwde. In 1632 had zij het leven
geschonken aan een dochtertje Margarita. De vader van het kind
was Willem Nooms, Heer van Aerlanderveen. Haar doopinschrijving
werd niet gevonden en Margarita zal ongetwijfeld rooms-katholiek gedoopt
zijn, in het geloof van haar vader. Tot een huwelijk van de ouders is
het nooit gekomen, vermoedelijk door tegenwerking van Wendela’s familie.
Kort daarop sloot Willem Nooms een goed katholiek huwelijk, terwijl
Wendela de Graeff de vrouw van Pieter van Papenbroeck (1612-1641)
werd. Voor Margarita Booms waren financiële regelingen getroffen, maar
het kind heeft er niet meer van geprofiteerd, want vóór 21-1-1650
blijkt het reeds te zijn overleden (Inbr. Reg. Weesk. no 26, blz. 244, dd. 10-5-
1645 en Div. Mem. Weesk. no 970, blz 86 ev).
[91]
Eigenaren van 't Huijs te Vroech Op in de Zijpe:[92]
1597-1641: Jacob Pieterszn Hoochcamer, alias Bijlevelt, heemraad en ingeland van de Zijpe.
1641-1670: Kinderen van Pieter Papenbroeck en Wendela de Graaff.
1670-1680: Willem Willemsz Schrijver verhuurde de boerderij aan Jan Jansz Kuijper.
1680-1703: Arnoldina de Graeff, echtgenote van Jhr. Transisulanus Adolphus van Voorst.
1703-1738: Alida de Graeff, zuster van Arnoldina voormeld.
...
Uit "Eigenaren en bewoners van 't Huijs te Vroech Op in de Zijpe"
[93]
...
Jacob Pietersz Hoochcamer, verwierf in
1619 zijn vaders bezit in de Zijpe.
De boerderij droeg toen al de huidige naam.
Zijn bezitting werd omschreven als 25 morgen en 372
roeden land, met de woninge daerop staende, genaemt
't Huijs te Vroech op, gelegen in de Sijpe in de groote F,
streckende van de Grootesloots kae tot aen de
Ruijgewech, in de kleine b."
Na Jacobs overlijden "kwamen in 1641
de Zijper bezittingen in handen van de kinderen van
Pieter van Papenbrouck en Wendela de Graef. Pieter
die juist voor de overschrijving was overleden, liet
een vermogen na van 100.000 gulden. Aanvankelijk
kreeg Wendela de boerderij op haar naam en na haar
tweede huwelijk, haar echtgenoot Willem Schrijver.
Na Wendela’s dood in 1653 werd Jacob Pietersz van Papenbrouck,
een zoon uit haar eerste huwelijk, eigenaar.
Na diens dood, erfde zijn zuster Alida van Papenbrouck
de boerderij met het bijbehorende land en
bleef zij als eigenaresse fungeren tot aan haar overlijden in 1656.
Alida was in 1655, juist een jaar voor haar dood, in
het huwelijk getreden met Dr. Gerard Bicker van Swieten.
Dr. Gerard was een goede partij, want een
aanzienlijk man, die in 1674 voor een vermogen van
140.000 gulden werd aangeslagen. Door het overlijden van zijn echtgenote Alida werd Bicker ook nog eigenaar van het Zijper bezit.
Toen hij in 1658 met zijn nicht hertrouwde kwam de
jeugdige Alida Bicker uit zijn eerste huwelijk in het
bezit van 't Huijs te Vroech op. Toen twee jaar later
ook Alida kwam te overlijden, werd in 1660 de jonge
Willem Willemsz Schrijver eigenaar. Hij was een
zoon van Wendela de Graeff en haar tweede echtgenoot Willem Schrijver.
Behalve de boerderij werd
Willem Jr. van moederszijde ook nog een fortuin van
580.000 gulden in de schoot geworpen.
Huwelijkse voorwaarden van Pieter van Papenbroek en Wendela de Graaff. Ongedateerd afschrift:
[94]
Op 31-1-1634 "sijn vergadert"
Pieter van Papenbroek toekomstig bruidegom met Marten van Papenbroeck en Elisabeth van Papenbroeck zijn vader en moeder enerzijds en Wendela de Graaff toekomstige bruid met Jacob de Graaeff haar vader, anderzijds. Zij komen overeen dat de toekomstige echtelieden elk zullen inbrengen de goederen nader te beschrijven in cedullen "ter eerster gelegenheijt en ter goeder trouw". Bij het overlijden van een van de toekomstige echtelieden zullen de ingebrachte goederen gaan naar de zijde vanwaar zij gekomen zijn, zonder vererving en vervreemding. Voorts dienen klederen, kleinodiën en andere meubelen ongedeeld te blijven en terug te gaan naar de zijde waarvan zij kwamen. Winst en verlies zullen door de echtelieden half half genoten en gedragen worden, erfenissen tellen niet als winst. Voorts is afgeproken dat de ingebrachte goederen en die staande huwelijk bij erfenis en winst verkegen, bij overlijden van een van de echtelieden zullen gaan naar de kinderen binnen het huwelijk verwekt of hun wettige nakomelingen. Mocht een van deze kinderen sterven zonder nageslacht dan gaat diens portie over op de andere kinderen tot het laatste toe. Sterft ook dit laatste kind zonder nageslacht dan gaan alle goederen naar de zijde vanwaar zij gekomen zijn, zonder dat de langstlevende aanspraak kan maken op een legitieme portie.
W.g. alle vijf bovengenoemde personen.
Testament van Piter van Papenbroecq. Gewaarmerkt afschrift d.d. 27-3-1668:
[95]
Op 19-3-1640 testeert Sr. Pieter van Papenbroecq, poorter van Alkmaar voor Nots. Jacob van der Heck te Alkmaar.
Indien testateur voor zijn huisvrouw Wendela Graaf overlijdt, dan moet zij uit zijn nalatenschap uitkeren aan "nootsaeckel(ijcke?) armen daart haar believen sal" ƒ 2000,--. Zij krijgt het vruchtgebruik en lijftocht van al zijn goederen haar leven lang of tot haar hertrouwen. Wanneer zij hertrouwt of sterft gaan al zijn goederen naar de kinderen, die hij bij haar heeft of nog krijgt, en die hij tot zijn universele erfgenamen benoemt. Mocht een van deze kinderen sterven zonder nageslacht dan gaat diens portie over op de andere kinderen tot het laatste toe incluis. Sterft ook dit laatste kind zonder nageslacht dan gaan al zijn goederen naar "de bloede sijns testateuers sijde". Zijn huisvrouw of haar erfgenamen mogen de juwelen die hij haar bij het huwelijk heeft gegeven behouden. De Weeskamer wordt uitgesloten.
Getuigen zijn Maarten van Heemskerc en Jacob Claasz Coppe. W.g. testateur, getuigen en notaris.
Uit het huwelijk (van Papenbroeck-de Graeff):[96]
[97]
Hij hertr. 2o Amsterdam 7-5-1658 [104]
[105]
Cornelia Bicker, ged. Amsterdam Nieuwe Kerk 14 Mrt 1638 , dr. van Dr. Jan Bicker, koopman op Italië en de Levant, scheepsbouwmeester etc. te Amsterdam,[106] en van Agniet de Graeff,
Uit het huwelijk (Bicker van Swieten-Bicker) zes kinderen.[107]
Hij hertr. 3o Amsterdam? Aug. 1677 ,[108]
[109]
Catharina van Sijpesteyn, geb. 9-3-1629, ovl. 27-5-1709,[110]
Vrij vrouwe van Oud-Haarlem enz.,
wed. van Mr. Cornelis Fannius, Vrijheer van Oud-Haarlem enz., en Raadsheer in den Hove van Holland,
dr. van Cornelis van Sijpesteyn, Domheer te Utrecht, en van Geertruid van den Corput.[111]
in 1655 werd op de hofstede Akerendam te Beverwijk
de bruiloft gevierd van Gerard Bicker van Swieten (1632-1716) en Alida van Papenbroeck (1636-1656).[112]
Correspondentie tussen de families Van Papenbroeck en Van Foreest (te Alkmaar):[116] (inhoud nog bekijken)
- brief van Jan van Foreest aan de moeder van G. van Papenbroeck, 1642[117]
- brieven van G. van Papenbroeck aan Dirk van Foreest, 1642-1643[118]
- brief van G. van Papenbroeck aan Jan van Foreest, 1644[119]
Op 13-12-1669 testeren voor Nots. Adriaan Look te Amsterdam Gerard van Papenbroeck en Catharina de Bacher echtelieden.
Erfgenamen zijn hun vier kinderen Philips, Marten, Maria en Catharina van Papenbroeck. Etc.
[120]
TEKST NOG UITWERKEN.
Uit dit huwelijk (o.a.?):
IV
Op 2-10-1674 testeren voor Nots. Adriaan Look te Amsterdam Philips van Papenbroeck en Maria van Neck echtelieden.
Erfgenamen zijn hun enige zoon Gerard van Papenbroeck en eventuele volgende kinderen. Etc.
[125]
TEKST NOG UITWERKEN.
Uit dit huwelijk:
Buitenplaats Huis te Papenburg
Bron: Noord-Hollands Archief.[133]
klik op plaatje(s) om te vergroten
Zie
⇒ Fragment Genealogie Emtinck IVb sub 4
voor verdere gegevens over het echtpaar Emtinck-Papenbroeck.
Nog plaatsen | |
Catharina van Paapenbroek, geb. 165(6/7?), afkomstig van Amsterdam oud 2(8?) jaren wonend op de Heeregracht (1685), otr. Amsterdam geref. 6-7-1685 (haar ouders doot, get. ... (niet ingevuld), zijn ouders na West Indien, get. ... (niet ingevuld), in margine: acte verleent den 2-8-1685) Hendrik Broen, geb. 1655/56, afkomstig van Amsterdam, schepen der stad Maastricht en daer woonende, oud 29 jaer (1685), zn. van Marcus Broen, bewindhebber der VOC en gouvernements-secretaris van Suriname (ex Hendrik Broen, bewindhebber der WIC, x Anna van Uffelen), en van Sofia Thiens.[143] Hieruit geen nakomelingen.[144] Papenbroek. (van) Nakomelingschap van Jan van Papenbroek (* 1510.) In een verzamelband, met familiewapen. Archief van Amsterdam. [145] NN van Papenbroeck, beg. Amsterdam Oude Kerk 11-1-1651 ("een kint van Marten van Papenbroeck op de Deventer Houtmarck, opte hoochcoor, ƒ 8,--). https://archief.amsterdam/inventarissen/inventaris/192.nl.html A26281000001
Archief van de Familie De Graeff, Amsterdam:[146] |
Referenties Fragment Genealogie Van Papenbroeck --- Generatie 1 ( 146 refs.) Referenties voorafgegaan door het ⇒ symbool verwijzen naar (aanklikbare) externe url's waarvan alleen het laatste deel van de naam wordt vermeld. | ||
Verkorte verwijzingsvormen voor veelgebruikte literatuur
| ||
|
|
|
![]() genealogy page |
contents |
![]() index |
generation 2 |
generation 0 |
Directly go to generation : 1 |