Samenvatting van het boek Éxodus.

Éxodus is het vervolg van het boek Genesis. De naam betekent uittocht. Deze naam heeft betrekking op de belangrijkste gebeurtenis uit de vroege geschiedenis van het volk Israël: de uittocht uit Egypte. Voorouders van dit volk woonden daar als slaven. In Éxodus wordt het verhaal verteld van de bevrijding uit Egypte, de doortocht door de Rietzee en de reis door de woestijn tot bij de berg de Sinaï. Daar maakt de Heer zich aan het volk bekend. Daar wordt ook de relatie geregeld tussen God en Israël: God legt het volk de verplichting op zich te houden aan de tien grondregels en de andere voorschriften voor het leven. De centrale figuur in dit boek is Mozes. Hij wordt door God geroepen om het volk uit Egypte te leiden. Hij bemiddelt tussen God en het volk, en geeft de wil van God aan het volk door.

Het boek bestaat uit vijf hoofddelen:
Hoofdstuk 1 - 18. De bevrijding uit Egypte en de tocht naar de berg de Sinaï. Het boek begint met een beschrijving van de toestand van onderdrukking en uitbuiting waarin de Israëlieten in Egypte verkeren. Dan wordt Mozes voor het eerst genoemd. Hij is een man uit de stam Levi. God maakt zich aan hem bekend als Ik ben er. De Hebreeuwse naam Jahwe duidt dit aan. De Joden spreken deze Naam uit eerbied niet uit. In het Nederlands wordt deze meestal weergegeven met (de) Heer. Hij geeft Mozes de taak om samen met zijn broer Aäron de farao aan te zeggen dat hij het volk moet laten vertrekken. De farao weigert. Dan wordt verteld van de tien plagen of rampen en van de uittocht van de Israëlieten. Tenslotte wordt een beschrijving gegeven van de instelling van het Paasfeest, van de wonderbaarlijke tocht door de Rietzee en de tocht door de woestijn tot aan de Sinaï.
Hoofdstuk 19 - 24. De ontmoeting tussen God en het volk, en de regeling van de betrekking tussen beiden. Na een beschrijving van de indrukwekkende verschijnselen die zich voordoen als God zich bekend maakt, worden de tien grondregels (de tien woorden) aan het volk voorgehouden, evenals een aantal voorschriften en bepalingen voor het maatschappelijk en godsdienstig leven. Vervolgens wordt verteld hoe het verbond tussen God en de Israëlieten werd gesloten.
Hoofdstuk 25 - 31. Dit gedeelte vertelt hoe Mozes van God de opdracht krijgt een heiligdom te vervaardigen: de ontmoetingstent met toebehoren, en de verbondskist.
Hoofdstuk 32 - 34. Deze hoofdstukken bevatten het verhaal van het gieten van het gouden stierebeeld, dat de Israëlieten oprichten tijdens de afwezigheid van Mozes. Hij maakt duidelijk dat God zo niet gediend kan en mag worden. Hoe is God onder het volk aanwezig? Niemand kan God zien, maar Mozes ervaart hem en spreekt met hem.
Hoofdstuk 35 - 40. Het verhaal van de vervaardiging van de ontmoetingstent gaat hier verder: het werk wordt uitgevoerd en het heiligdom wordt in gebruik genomen als ontmoetingsplaats voor God en Mozes.

DE BOEKEN VAN HET OUDE TESTAMENT