Samenvatting van het boek Deuteronomium.

Het woord Deuteronomium betekent tweede wet. Het gaat in dit boek namelijk onder meer om een nieuwe, tweede uitleg van de torah, die nodig was geworden toen Israël in nieuwe omstandigheden kwam te verkeren. In vergelijking met de voorafgaande boeken van de torah heeft Deuteronomium een geheel eigen karakter. Het boek heeft voor een groot deel de vorm van een serie toespraken van Mozes aan de vooravond van zijn dood en van de verovering van Kanaän. Het doet een bewogen beroep op de Israëlieten om zich nauwgezet te houden aan hun godsdienstige grondwet en aan de voorgeschreven leefregels, wanneer zij zich eenmaal in het land gevestigd zullen hebben. Als ze dat doen, mogen ze Gods zegen verwachten. Doen ze dat niet, dan zullen ze door vele rampen worden getroffen.

Er kunnen vijf delen worden onderscheiden.
Hoofdstuk 1:1 - 4:43. Eerste redevoering: een terugblik. De eerste drie hoofdstukken bevatten een overzicht van de voornaamste gebeurtenissen vanaf het ogenblik dat de Israëlieten vertrokken van de berg de Sinaï (hier steeds Horeb genoemd) tot zij aankwamen in de vlakte van Moab. Dit overzicht wordt gevolgd door een ernstige vermaning aan het volk om zijn God trouw te blijven. Zij moeten zich er niet toe laten verleiden andere goden te dienen of afgodsbeelden te maken.
Hoofdstuk 4:44 - 11:32. De tweede redevoering betekent vooral een blik vooruit. Dit gedeelte begint met een krachtig beroep op de Israëlieten om goed te beseffen dat God met hen een verbond gesloten heeft op basis van de tien grondregels. Deze grondregels (zie Éxodus 20:1-17) worden hierin gewijzigde vorm herhaald. De Heer is de God van Israël, daarom mag het volk niets te maken hebben met andere goden. De liefde tot de Heer is in Deuteronomium het grote gebod. Dat houdt in dat de Israëlieten, als volk van de Heer, zich niet mogen inlaten met de andere volken die in Kanaän wonen. Deze moeten integendeel uitgeroeid worden, omdat zij Israël tot afgodendienst zouden kunnen verleiden (hoofdstuk 7). Tenslotte wordt het volk opgeroepen om de liefde van God te beantwoorden, als ze eenmaal in Kanaän wonen. Want ze zullen daar alleen maar gelukkig kunnen zijn als ze zich nauwgezet houden aan de grondwet en de voorgeschreven gedragsregels.
Hoofdstuk 12 - 26. De nieuwe voorgeschreven gedragsregels. Het zijn voorschriften voor het godsdienstig leven, voor de rechtspraak en het burgerlijk recht. In een slotwoord wordt het volk herinnerd aan het verbond met de Heer.
Hoofdstuk 27 - 30. Mozes' laatste grote redevoeringen. Zij bevatten aanwijzingen met het oog op de intocht in het land Kanaän en dringende vermaningen aan het volk. Het staat voor de beslissende keus tussen gehoorzaamheid en ongehoorzaamheid. En het moet goed bedenken wat de gevolgen zijn van die keus: òf ongekende zegen, òf verschrikkelijke vervloekingen.
Hoofdstuk 31 - 34. In dit gedeelte gaat het om de laatste maatregelen die Mozes vóór zijn dood neemt. Hij wijst Jozua aan als zijn opvolger. Hij geeft opdracht aan de priesters om elke zeven jaar deze wetstekst aan het volk voor te lezen. Daarna volgt het Lied van Mozes en de zegening van de twaalf stammen van Israël. Het slothoofdstuk vertelt over Mozes' dood en wijdt waarderende woorden aan zijn persoon en betekenis.

DE BOEKEN VAN HET OUDE TESTAMENT OMHOOG NAAR HET BEGIN