In memoriam: Prof.dr. Bert Diddens

5 september 2018

Met grote verslagenheid namen wij kennis van het bericht dat op 28 augustus, na een kort ziekbed, onze vriend en collega Bert Diddens op de respectabele leeftijd van 90 jaar is overleden. Hij was een van de veteranen uit de trotse geschiedenis van CERN op het gebied van deeltjesfysica en de eerste wetenschappelijk directeur van het Nederlandse Nationaal instituut voor subatomaire fysica, Nikhef.

Bert werd geboren in de provincie Groningen, waar de mensen overwegend rechtdoorzee, nuchter en zakelijk zijn, en Bert voldeed geheel aan die beschrijving, zelfs in zijn laatste dagen, toen hij zijn familie liet weten dat hij geen bloemen op zijn begrafenis wenste omdat dat geld beter aan wetenschap zou kunnen worden besteed. Maar tegelijk was hij een zachtaardig en gevoelig mens, loyaal aan zijn vrienden en collega’s. Tot zijn laatste dagen bleef hij geïnteresseerd in wetenschap en bezocht hij regelmatig de bibliotheek van Nikhef om op de hoogte te blijven. En dat hij op de hoogte bleef, bleek uit zijn opmerkingen – die altijd relevant en zinvol waren – tijdens het overleg van een jury, bestaande uit alle voormalige Nikhef-directeuren, over de vraag wat het beste proefschrift van het jaar was.

Bert studeerde natuurkunde aan de Rijksuniversiteit Groningen, waar hij ook promoveerde. Het experimentele werk dat aan zijn promotie voorafging, deed hij echter in Leiden, waar hij de gammastraling uitgezonden door gerichte kobalt- en mangaankernen onderzocht met behulp van technieken bij lage temperaturen. Na zijn promotie sloot hij zich aan bij een kleine groep natuurkundigen die in Liverpool bezig was met de voorbereiding van het eerste experimentele programma van CERN, nog voordat het CERN-laboratorium was opgericht. Daar werkte hij met de synchrotron van de universiteit aan proton-protonverstrooiing, een onderwerp dat in zijn vroegste werk als onderzoeker bleef terugkeren. In 1963 vormde hij samen met Giuseppe Cocconi en Alan Wetherell een groep om bij het Proton Synchrotron (PS) onderzoek te doen naar proton-protonverstrooiing, later versterkt door Jim Allaby. Uit dat experiment bleek dat de helling van de diffractiepiek kleiner wordt naarmate de energie toeneemt. Enkele jaren later nam hij met Alan en Jim het initiatief voor een experiment in Serpoechov om onderzoek te doen naar de productie van deeltjes en de totale werkzame doorsnede voor hadron-hadronverstrooiing bij de toen hoogst haalbare protonenergie van 70 GeV. Toen in 1970 de ISR in aanbouw was, sloot Bert zich samen met zijn CERN-collega’s aan bij Ugo Amaldi en Giorgio Matthiae van de groep van het ISS in Rome, om een experiment te ontwerpen voor onderzoek naar pp-verstrooiing onder een kleine hoek, waarbij gebruik werd gemaakt van een nieuwe techniek, die later bekend werd als ‘Roman Pots’. Vlak voordat hij in 1975 werd gevraagd om de eerste wetenschappelijk directeur van de sectie hoge-energiefysica van Nikhef te worden, richtte hij zich op neutrinofysica, toen zijn CERN-team zich bij Klaus Winter aansloot voor het CHARM-experiment (CERN-Heidelberg-Amsterdam-Rome-Moskou).

Als directeur van Nikhef was hij verantwoordelijk voor de opzet van het eerste experimentele programma, waarvan CHARM – het zal geen verrassing zijn – een waardevol onderdeel werd. Omdat Nikhef nog geen eigen gebouw had, was het zijn verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat het ontwerp en de bouw van een nieuw laboratorium aansloten bij de ambities van de Nederlandse gemeenschap van hoge-energiefysici. Het succes van Nikhef vandaag is voor een groot deel te danken aan deze eerste ontwikkelingen. Toen Nikhef moest beslissen aan welke LEP-experimenten het zou meedoen, was het duidelijk dat Delphi daar een van zou zijn, zodat Berts vriendschappelijke band met voormalige CERN-collega’s werd voortgezet tot in het LEP-tijdperk. Hij nam nadat zijn directeurschap in 1983 ten einde liep actief deel aan het experiment en was promotiebegeleider voor een groot aantal promovendi van zowel Delphi als CHARM.

Wij denken met groot respect aan Bert Diddens terug als een prachtig mens, een uitstekend natuurkundige en een sleutelpersoon in de vestiging van Nikhef als een belangrijke speler in de internationale gemeenschap van instituten voor hoge-energiefysica.