Nederlandse ruimtetechnologie gaat geheimen heelal kraken

29 november 2013


De Europese ruimtevaartorganisatie ESA heeft deze week de onderzoekthema’s geselecteerd voor zijn komende twee grote ruimtemissies. De keuze voor respectievelijk ‘het hete, energierijke heelal’ (L2) en ‘gravitatiestraling’ (L3) is goed nieuws voor het Nederlandse ruimteonderzoek. Nederland heeft uitstekende papieren om belangrijke wetenschappelijke en technologische bijdragen te leveren aan missies die deze wetenschappelijke thema’s bedienen.
 

De volgende stap in het selectieproces is dat ESA de deelnemende landen vraagt om voorstellen in te dienen voor missies die de twee geselecteerde thema’s kunnen bestrijken. Nederland is betrokken bij de twee belangrijkste kandidaat-missies: Athena voor “het hete, energierijke heelal” en eLISA voor “gravitatiestraling”. Voor het hete heelal valt de beslissing in 2014, voor gravitatiestraling is dat later.

Röntgentelescoop
De missie voor onderzoek aan ‘het hete, energierijke heelal’ – met een geplande lanceerdatum in 2028 – moet twee grote wetenschappelijke vragen beantwoorden: Hoe en waarom klontert gewone materie samen tot de melkwegstelsels en clusters van sterrenstelsels die we nu zien? En hoe groeien zwarte gaten en beïnvloeden ze hun omgeving? Het onderzoek aan zwarte gaten, die schuil gaan in de centra van bijna alle sterrenstelsels, wordt beschouwd als de sleutel tot een beter begrip van hoe sterrenstelsels zich vormen en evolueren. Dit kunnen sterrenkundigen heel goed bestuderen met de kandidaat-missie Athena, een geavanceerde röntgentelescoop in de ruimte. "SRON heeft de afgelopen 15 jaar hard gewerkt aan de ultragevoelige detectoren en uitleeselektronica die dit type ruimtetelescoop mogelijk maken," zegt Jan-Willem den Herder (SRON), leider van het project dat moet leiden tot Nederlandse deelname. "Daarmee heeft Nederland goede papieren voor deelname aan de missie."

De wetenschappelijke instrumenten voor Athena – mits geselecteerd – zullen worden ontwikkeld en gebouwd door een internationaal consortium, met een belangrijke rol voor SRON en  Nederlandse sterrenkundigen.

Observatorium voor gravitatiestraling
eLISA (evolved Laser Interferometer Space Antenna) is de belangrijkste kanshebber voor het onderzoek aan gravitatiestraling, en kan naar verwachting 6 jaar na Athena de ruimte in. De missie gaat de door Einstein voorspelde gravitatiestraling meten van compacte dubbelsterren in de Melkweg, van objecten die worden opgeslokt door zwarte gaten en van samensmeltende superzware zwarte gaten. “Met deze revolutionaire metingen kunnen we te zijner tijd de vorming en evolutie van dubbelsterren, de dynamica van sterren rond zwarte gaten en de vorming van structuren in het heelal bestuderen,” zegt Gijs Nelemans, verbonden aan de Radboud Universiteit/Nikhef en leider van het Nederlandse eLISA-consortium. “Ook werpen de metingen nieuw licht op fundamentele natuurkundige vragen, bijvoorbeeld in hoeverre Einsteins relativiteitstheorie geldt in extreme omstandigheden. En misschien ontdekken we zelfs geheel nieuwe natuurkunde, zoals die vlak na de oerknal moet hebben geheerst."

Voor eLISA hebben de Radboud Universiteit, Universiteit van Amsterdam, Universiteit Leiden, Rijksuniversiteit Groningen, de Vrije Universiteit en SRON de krachten op wetenschappelijk gebied gebundeld. Nikhef, TNO, NOVA en SRON doen hetzelfde voor de technologie-ontwikkeling voor eLISA. In 2015 gaat eerst nog de LISA Pathfinder-missie de ruimte in. (Bron: SRON, Netherlands Institute for Space Research)