This page was last updated : 161121.
File size is: 88 k.
Fragment Genealogie Leupenius
Generatie 1
Refer to these data as:
L. Lapikás,
Fragment Genealogie Leupenius,
version 1.1,
Muiden, 2016.
© Copyright 2016 : L. Lapikás, Muiden, The Netherlands. No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means, electronic, mechanical, photocopying, recording or otherwise without the prior written permission of the publisher. An exemption is made for genealogical publications provided that adequate reference is being made.
You are here: Louk-Home Genealogy Leupenius Gen. nr. 1

Dit fragment werd opgezet om de herkomst van Ds. Petrus Leupenius in beeld te brengen. Hij trouwt in 1634 met Sara Becouw, dochter van Pauwels (Paulus) Be(c)kau(d) (Be(c)kou) en van Mayke Van Overbee(c)k, nr. 12840 en 12841 in de Kwartierstaat Lapikás.


I

Ia. Pieter Leupen, geb. vóór ca. 1575, ovl. (koor?) voor 1634, doopget. (1628? kan ook zijn zoon Petrus zijn)), tr. vóór ca. 1600 Barbera van Heule(¥), huw. get. (1626 (Barbera van Heule), 1634 (Barbertgen Leupen) wonend op de Middelwech (1626), en sinds het overlijden van haar man Pieter (kort? voorr 1634) bij haar dochter Barbara op het Hogelantschekerckhoff (1634).

COMMENTAAR(¥) Diverse auteurs [1] [2] noemen haar Barbera Elsevier van Heule, zonder een oorspronkelijke bron te noemen. In de Leidse archivalia heb ik zo'n bron niet kunnen vinden, evenmin als in de complete Nederlandse genealogische literatuur 1850-2000. Hoe komt die naam Elsevier erbij?

Op 13-2-1634 compareerde Barbertgen van Heule, wed. van Mr. Pieter Leupen wonend binnen Leiden, met "Pieter Leupen hare soon, bedienaer des goddelijcken woorts als haren gecoren vocht ten desen, verclarende ende te kennen gevende sij comparante voornoemt hoe dat sij tegenwoordich inne woont met Barbertgen Leupe hare alsnoch ongehuwde dochter, ende dat naer haer comparantes overlijden tusschen hare kinderen lichtelijc questij mochte ontstaen door ende tersake d'selve mochten sustineren dat den huijsraet imboedel ende andere haer comparante toegecomen goeden, die de voorsz hare dochter alsnu heeft ofte naer desen sal vercrijgen, ende dienwegens daeraen souden willen parten ofte deelen, Zoo ist dat sij comparante omme alle questijen ende geschillen die naer haer comparantes overlijden tusschen hare naer te laten kinderen souden mogen ontstaen, voor te comen, bij desen ter goedertwillen verclaert, dat alle de huijsraet ende imboedel geene wtgesondert die sij comparante voor desen mach hebben gehadt ende alsnu bij de versz hare dochter ende hare comparante te samen werden gebruijct ende die de voorsz hare dochter noch mach vercrijgen, de voorsz Barentgen Leupe hare dochter in vrij eijgendom toecomt sonder dat sij comparante daeraen eenichen rechtte off aenseggen es behoudende in geene maniere, alle dselve huijsraet imboedel ende andere voor so veel ?? sij hare voorsz dochter transporterende, cederende ende overgevende bij desen, omme daer mede gedaen gewonnen ende verloren te werden gelijc men met vrij eijgen goeden vermach te doen, van welcke transporte sij comparante haer ten volle ende genoucht voldaen ende betaelt heeft den laetsten penningen mette eersten, ende dat ten aensien sij comparante eenige jaren herwaerts vermits haere ouderdom hare cost niet heeft cunnen winnen ende bij de versz hare dochter bijgestaen is ende noch naer desen bijgestaen mochte werden, versoeken sij comparante dat vantgunt voors(chreven) staet kennisse gedragen gemaect ende geexpedieert mochte werden openbaer instrument in gewoone formen. Aldus gedaen verleden ende gepasseert binnen deser stadt Leijden ten huijse mijns nots. staende opte Hogewoert, present Joost Deneut ende Pieter Deneut de Jonge als getuijgen van goeden gelove neffens mij nots. ten desen versocht ende gebeeden". W.g. 't merc van Barbertgen van Heule, Petrus Leupenius, get. en nots. [3]
Getuigenisboeken Leiden:[4]
Pieter Leupe, baeywerker, 42 jaar, L 161v, d.d. 1611-1615
Pieter Leupe, saeywerker, 48 jaar M 228 d.d. 1615-1619

COMMENTAAR(¥) Uit deze gegevens kan men concluderen dat deze Pieter Leupe 1568-1571 geboren is. Of hij identiek is met nr. Ia. kan pas blijken uit opzoeken van de tekst van bovenstaande getuigenissen.
Bonboeken Leiden (tekst nog opzoeken):
Pieter Jansz. Leupen saaiwerker, Zuidsingel bon Waardbon [5] woont buiten de Sijlpoort tr 1628 Belytgen Muliers


II

IIa. Ds. Petrus L(e)upenius, geb. Colchester (Engeland) tussen 15 jan. en 18-5-1607, ovl. Amsterdam 15-1-1670,[11] beg. Amsterdam Oude Zijdskapel 21-1-1670 (graf nr. 142, ƒ 8,--), predikant en taalkundige, ingeschreven als student artes liberales aan de Universiteit van Leiden 16-11-1622 ("Petrus Lupe, Leydensis. An. 15 stud. bon. Artium. Apud Matrem in de Heerensteeg"),[12] [13] woont bij zijn moeder in de Herensteeg (1622), verkrijgt als Petrus Leupen, geboren te Colchester in Engeland als zn. van Pieter Leupen en Barabara Leupen, oud 23 jaren, op 18-5-1630 te Leiden de (studie)Beurs van Roon (opgerigt door Mr. Pieter van Duvelant en van Roon, ruwaard en bailluw van den lande van Putten, volgens diens testament van 1539), werd in 1633 als proponent beroepen te 's-Hertogenrade (Classis Maastricht), wordt de eerste predikant aldaar (1634-1635), wordt vandaar in 1635 door de Spanjaarden verjaagd, en richt zich op 7 en 28 dec. 1635 tot de Kerkeraad van Leiden met het verzoek om ergens bevorderd te worden,[14] [15] probeert in 1636 de vacante predikantsplaats in Lisse te krijgen maar wordt uiteindelijk in 1637 geref. predikant te Hattem, woont in het College van de Ed. Mo. HH Staten (1634), op de Middelwech (1636), doopget. (1634), huw. get. (1636), ingeschreven als student aan de Universiteit van Leiden 10-1-1639 ("Petrus Leupenius, Leidensis. Pastor Ecclesiae. 29 (jaar)"),[16] wordt op 2-5-1642 beroepen naar Amsterdam, "moest voor de Approbatie eerst prediken", en werd op 30-1-1642 in de Oude Kerk bevestigd door Ds. P. Wittewrongel, predikant aldaar, is vervolgens geref. predikant te Amsterdam (1642-1670) tot zijn overlijden in 1670,[17] [18] woont aldaar In de Witte Gans op de Prinsegracht tegenover de Noorder Kerk (1651),[19] keert zich tegen het gebruik van leenwoorden in het Nederlands (1651), levert kanttekeningen bij grammaticale geschriften van andere taalkundigen en geeft spellingregels (1653), waartegen Joost van den Vondel in het geweer kwam met een Noodigh berecht over de Nederduitsche misspellinge achter de uitgave van Lucifer, waarna Leupenius via de kerkenraad de verdere opvoering en de uitgave van Lucifer weet te verbieden, en in Naaberecht gedaan op J. v. Vondelens Noodigh berecht (1654) fel uithaalt naar Vondels spellinginzichten.[20] otr. Leiden geref. 11-1-1634 (get. voor hem: Barbertgen Leupen wonend op het Hogelandse Kerckhoff, voor haar: Maeycken Becouw, haar moeder wonend op de Middelwech, mede wed.) Sara Becouw, geb. vóór ca. 1615, beg. Amsterdam Oude Zijds Kapel 29-9-1678 (Sara Bekau, wed. van Luepenius), afkomstig van Leiden, wonend op de Middelwech (1634), doopget. (1634..1637, 1668 te Nijmegen), huw. get. (1654, 1670), woont te Amsterdam (1654), dr. van Pauwels (Paulus) Be(c)kau(d) (Be(c)kou) en van Mayke Van Overbee(c)k (zie Kwartierstaat Lapikás nr. 12840 en 12841 voor haar voorgeslacht en verder familie).

Op 17-7-1637 legt Isaack Loot wonende te Aken, ca. 48 jaar, een verklaring af op verzoek van Jan de Grande, coopman te Rotterdam. Op 2-10-1634 heeft hij met Petrus Leupenius, dienaar des Goddelijcken Woorts binnen Ceulen (sic!) gezien dat de waert in de Harde Vuyst te Ceulen een zak met 125 rijksdaalders aan de Grande heeft gegeven, die deze hem in bewaring had gegeven. De Grande betaalde de waard 10 rijksdaalders en nam er nog 5 uit, zodat er 110 rijksdaalders overbleven. De Grande heeft deze zak in bewaring gegeven aan de vrouw van Aernout Hack, schipper van Ceulen op Hollant. [21]
Na het het afzetten in 1633-1635 van Ds. Samuel Baselius, geref. predikant te Lisse, wordt een opvolger gezocht. In het Archief Heereman van Zuydtwijck[22] zijn daarover een flink aantal akten te vinden. In 1636 bevindt zich onder de kandidaten o.a. Petrus Leupenius met een aanbeveling van Nijclaes Dehondt. Er ontstaat kennelijk onenigheid over het beroep van Petrus Leupenius als predikant van Lisse tussen de kerkeraad, de heer van Lisse Hendrick Valckenaer, de baljuw van Noordwijkerhout, de Grafelijkheidsrekenkamer van Holland, de schout van Lisse, de Staten van Holland en West-Friesland en de classis Rijnland. Ook Festus Hommius schrijft een brief. In 1637 volgt een brief van Petrus Leupenius aan de heer van Lisse Hendrick Valckenaer over zijn beroep naar Hattem. De benoeming in Lisse gaat blijkbaar niet door want Petrus wordt in 1637 predikant te Hattem. In Lisse volgt de benoeming van Ds. Johannes Romswinckel in 1638.
Op 10-6-1666 rapoporteert Ds. Petrus Leupenius aan de Amsterdamse kerkenraad over zijn bezoek aan de gebroeders Johannes en Adriaan Koerbagh die onder veel meer werden beschuldigd van ketterse en ongezonde opvattingen en overspelig gedrag. Zie voor een uitvoerige bespreking Adriaan Koerbagh, Een ligt schijnende in duystere plaatsen, 1668. [23]
Publicaties van Petrus Leupenius:
  • Resp. Theses physicæ de natura. Praes. D. Sinapio, Lugduni Batavorum J. Marci, 1627[24]
  • De geessel der sonden, vertoonende het wesen, oorsaken, eigenschappen en werkingen der sonden, als ook middelen tegen deselve. uitg. Hendryk Donker, Amsterdam, 1651.
  • Petrus Leupenius. Aanmerkingen op de Neederduitsche taale. uitg. Hendryk Donker, Amsterdam, 1653.
  • Petrus Leupenius. Naaberecht gedaan op J. v. Vondelens Noodigh berecht over de nieuwe Nederduitsche misspellinge. uitg. Hendryk Donker, Amsterdam, 1654
Advertentie in de Oprechte Haerlemse Courant d.d. 21-6-1670:[25]
Tot Amsterdam sal op Dinghsdagh den 8 Iuly verkocht werden een seer curieuse Bibliotheeck, bestaende in schoone, soo Latijnsse, Engelsse als Nederduytse Boecken, fraey gebonden, naergelaten by zal: Do. Petrus Leupenius, in sijn leven getrouw Dienaer Iesu Christi in sijn Gemeynte aldaer: waer van de Catalogi te bekomen zijn by de Weduwe van zal: Abraham vanden Burgh en by Hendrick Doncker, by de Nieubrugh, tot Amsterdam.

Titelblad van het boek "Aanmerkingen op de Neederduitsche taale" door Petrus Leupenius (1607-1670).
Bron: Ref. [26].
Bijdrage d.d. 5-5-1667 van Petrus Leupenius (1607-1670) aan het Album Amicorum van Jacob Heyblocq, praeceptor en rector, aan de Latijnsche school te Amsterdam.
Bron: KB Den Haag

klik op plaatje(s) om te vergroten


III
IIIa. Sara L(e)upen(ius), ged. geref. Leiden Hooglandsche Kerk 14-12-1634 (get. Andries Hanszen, Arnoldus de Rycke, Barbeltgen Leupen), beg. Amsterdam Oude Zijds Kapel 28-12-1701 (Sara Leupenius wed. van Hendrick Doncker, in de Nieuwe Brughsteegh, graf. nr. 142, ƒ 8,--), afkomstig van Amsterdam, out 40 iaren (sic!) wonend op de Princengraft (1676), doopget. (1675 te Brielle), otr. Amsterdam geref. 9-10-1676 (get. haer moeder Sara Bouckhout (!) wed. van Domine Lupenius) Hendri(c)k Doncker, ged. geref. Amsterdam Oude Kerk 22-4-1627, beg. Amsterdam Oude Zijds Kapel 2-6-1699 ("in de Nieuwenbrughsteegh"), boekvercooper van Amsterdam (1648, 1674), wednr. van Elisabeth Rensingh (bij wie voorkinderen, zie hieronder Doncker - Rensingh ) wonende in de Nieuwe Bruchsteech (1648, 1676), graveur, uitgever van maritieme kaarten, boekverkoper en gradenboogmaker te Amsterdam, in de Nieuwe Brugsteeg int Stuurmans Gereetschap (1647-1699),[30] lid van het boekdrukkersgilde (1647), doopget. te Rotterdam (1678), zn. van Heindrick Doncker en Giert Heinrix.
Links: Frontpagina van "De zee-atlas ofte water-waereld: vertoonende alle de zee-kusten van het bekende deel des aerd-bodems seer dienstigh voor alle schippers en stuurlieden, mitsgaders koop-lieden om op 't kantoor gebruyckt te werden. Nieuwelijcks aldus uytgegeven." t'Amsterdam. By Hendrick Doncker Boeckverkooper en Graet-boogh-maecker, in de Nieuwe-brug-Steegh, in't Stuurmans Gereetschap. Anno 1659

Rechts: het voorwoord van Hendrick Doncker (1625/26-1699) op deze zeeatlas.
Bron: National Library of Australia


klik op plaatje(s) om te vergroten

Doncker - Rensingh
Hendri(c)k Doncker, ged. geref. Amsterdam Oude Kerk 22-4-1627, beg. Amsterdam Oude Zijds Kapel 2-6-1699 ("in de Nieuwenbrughsteegh"), boekvercoper van Amsterdam, out 22 jaer, wonende in de Nieuwe Brughsteeg (1648), zn. van Heindrick Doncker en Giert Heinrix, otr. 1o Amsterdam 16-10-1648 (get. Jacob Dercksz zijn voocht, zijn ouders dood, en haer vader Abraham Jansz Rensing) Elizabeth (Lijsbet) Abrahams van Rensing(h), ged. geref. Amsterdam Oude Kerk 11-6-1626, beg. Amsterdam Oude Zijds Kapel 30-7-1675, afkomstig van Amsterdam, out 22 Jaer wonende in de Nieuwe Brughsteeg (1648), dr. van Abraham Jansz (Rensing), koster, en Anna Hermans.
    Uit het huwelijk (Doncker - Rensingh):
  • 1. Geertruijt Doncker, ged. geref. Amsterdam Oude K. 7-8-1650 (hier heet de moeder Elisabet Donckers), tr. wellicht Jan de Heus.
  • 2. Anna Doncker, ged. geref. Amsterdam Oude K. 3-5-1657 (hier heet de moeder Elisabet Rensing), beg. Amsterdam Oude Zijds Kapel 12-10-1683, uit Amsterdam, wonend in de Nieuwe Brugsteeg (1681), otr. Amsterdam 20-6-1681 (get. zijn moeder Angnieta Haringh),[33] Cornelis Leeman (Lemannus), ged. geref. Tiburg 23-1-1656, beg. Amsterdam Nieuwe Zijds Kapel 7-6-1687, winkelier en pennenkoper in de Hoogstraat (1681), poorter van Amsterdam 24-10-1681, zn. van Ds. Paridanus (Pondanus) Leeman (Lemanius, Lemannus), geref. predikant te Hellouw en Herwijnen (1645-1648), Goorle/Tilburg (1649-1669] )[34] [35] wonende in huize Moerenburg te Tilburg (1648-1660),[36] [37] , en van Angnieta Haringh.
  • 3. Abraham Doncker, ged. geref. Amsterdam Nieuwe K. 11-6-1659 (hier heet de moeder Lijsbet Abrams).
  • 4. Hendrik Doncker (Jr.), ged. geref. Amsterdam Nieuwe K. 16-8-1661 (hier heet de moeder Lijsbet Abrams Rensingh), graveur en/of uitgever, werkzaam in Amsterdam vanaf 1699(?).[38]
  • 5. Elisabet Doncker, ged. geref. Amsterdam Nieuwe K. 6-2-1664 (hier heet de moeder Elisabet Doncker).

IIIb. Ds. Paulus (Pauwels) Leupen(ius), ged. geref. Leiden Pieterskerk 10-9-1636 (get. Pauwels Becou, Janneken Verschoten), ovl. Kuik 1679, krijgt in afwachting van een plaats in het Staten College te Leiden in 1652 een beurs van ƒ 80,-- toegekend voor een jaar studie aan het Athenaeum Illustre te Amsterdam,[39] ingeschreven als student aan de Universiteit van Leiden 28-1-1654 ("Paulus Leupenius. Coll(egii Ordiuum) al(umnus)"),[40] studeerde af op 2-4-1659 op een Dissertatio theologica Anti-Sociana in Col. I vs. 15, 16, 17,[41] als proponent beroepen te Kuik (166l),[42] en geref. predikant aldaar (1661-1679), j.m. van Leijden en predicant tot Kuijk (1662), dingt mee voor de vacatures Schulerus en Heidanus (1670) en Knibbe (1671) als predikant te Amsterdam, maar wordt niet verkozen,[43] doopget. te Rotterdam (1670), otr. Amsterdam 30-7-1662[44] en otr./tr. Cuijk geref. 4/30-7-1662 (met consent van zijn ouders Petrus Leupenius en Sara Becau, get. haar ouders de E. Berend Verhaer, capiteijn op den Uijtlegger voor Moocq, en Meijntje Hamsaarde) Maria Verhaer, ged. geref. Amsterdam Oude K. 2-2-1640 (get. Judit Verhaer in plaats van Captyn Commandeur Duijmaff), ovl. 1703-1711, j.d. van Amsterdam (1662), wordt geref. lidmaat van de St. Stevenskerk te Nijmegen 21-12-1703 komende van Cuijck, dr. van Barent Verhaer, kapitein op den Uitlegger voor Mook, later burgemeester van Schoonhoven, en Maijnsge (Meijntge, Clementia) Jans Hamseerden (Hamsaarde).[45] Zij hertr. Cuijk/Beugen 24-10/23-11-1687 Anthony Verspreet, lantschrijver en vendumeester van het Land van Cuijck.[46]

Op 29-1-1711 zijn Schepenen van Cuijk verzocht ten huize van Anthony Verspreet en Maria Verlaan, de eerste ziek en bedlegerig, de tweede gezond. Zij maken een testament op de langstlevende. Na hun beider dood erft hun schoondochter Maria Crebber weduwe van procureur en notaris Peter Leupenius. [47]

Boven: Bevestiging van Ds. Paulus Leupenius als geref. predikant te Cuijck op 20-3-1661, ingeschreven in het Doopboek van Cuijk.
Onder: Inschrijving van diens huwelijk te Cuijk met Maria Verhaer.

klik op plaatje(s) om te vergroten

IIIc. Maria L(e)upenius, ged. geref. Hattem 14-3-1641 (hier heet de vader Petrus Lippenius, geen moedersnaam vemeld), ovl. 1678-1687, j.d. wonende tot Amsterdam (1670), afkomstig van Amsterdam, oud 25 jaren (sic!), wonend op de Princegracht (1670), otr. Amsterdam geref. 31-10-1670 (get. Hend. Panser, zijn ouders doot, en haer moeder Sara Boucau) en otr. Brielle geref. 2-11-1670 (in margine: "hebben attestatie om te Amsteldam te trouwen den 16-11-1670" Wil(le)m (Wilhem) Verniel, ged. geref. Rockanje 2-10-1644 (get. Soetie Barents, Neeltie Cornelis), ovl. 1681-1687, j.m. wonende in Brielle (1670), chirurgijn uit Den Briel en wonende aldaar, oud 26 jaren (1670), chirurgijn te Rotterdam (1679), belender met een boomgaard aan het Maarlandse kerkhof in Brielle (1681),[50] zn. van Cornelis Pietersz Verniel (Vernyel) en van Lijsbeth Barends (zie Verniel - Barends voor dit jong overleden echtpaar en hun twee weeskinderen Jannetje en Willem)
Verniel - Barends
Cornelis Pie(te)rsz Verniel (Vernyel), ovl. Rockanje 14-5-1646[51], wordt geref. lidmaat op belijdenis te Rockanje 7-5-1634 als Cornelis Piersen, j.m., wordt te Rockanje op 27-5-1640 (pinksterdag) tot diaken bevestigd, en op 7-6-1643 tot ouderling, veelvuldig genoemd in transporten te Rockanje en Brielle (1633..1645), woont te Rockanje (1638), diaken (1640) en schepen (1642, 1644) te Rockanje, verm. zn. van Pieter Cruynesz Verniel en van Griette Jacobs, tr. Rockanje geref. 21-11-1638[52] Lijsbeth Barends, geb. 1615/16, ovl. 2-9-1644 (oud 28 jaar[53]) j.d. wonend te Rockanje (1638), wordt geref. lidmaat op belijdenis te Rockanje 13-5-1640 als Lijsbet Barents, h.v. van Cornelis Verniel, dr. van Barend NN en Maertge Cornelisdr Jongejan.[54]
Op 8-4-1679 transporteert Willem Verniel, chirurgijn te Rotterdam, aan Jacob Arensz Kleyburch 3 gem. 35½ r. land in Outjaer nr. 36 voor 450 gulden contant. [55]
Op 29-10-1642 testeren Kornelis Pieters Verniel, schepen van Rockanje, en Lijsbeth Barends, echtelieden te Rockanje. Het erfdeel van hun dochter Jannetje Kornelis Verniel en eventuele verdere kinderen samen is ƒ 1400. Seclusie van de weeskamer. Getuigen: Leendert Mantels en Aart Thomas Limburch, beiden te Brielle. [56]
Op 30-7-1646 transporteren Barent Jopsz, schepen van Rockanje, en Cornelis de Jongh, secretaris aldaar, als voogden over de twee nagelaten kinderen van Cornelis Pietersz Verniel en Lijsbeth Barents, beiden overleden, aan Jan Pietersz van der Burch een landstede op 4 G erfpacht op de Moordijk in Strype, belast met ƒ 2 tbv. de rentmr. Johan Stoop en 7½ stv. t.b.v. de armen van Oostvoorne. Volgt schuldbrief ad ƒ 1000. Afgelost 15-6-1648. [57]
Op 1-4-1647 bekent Pieter Bouwensz Quacq, wonend onder Helvoet, aan de nagelaten weeskinderen van Cornelis Pietersz Verniel een schuld van 340 car. g. wegens doding en tenietdoening voor een vierdepart van een notariële akte, gepasseerd voor notaris Johan van Aelmonde. Hij belooft een jaar na dato met rente te betalen. Zijn broers Aren Bouwensz, dijkgraaf van de Quacq, en Jan Bouwensz stellen zich borg. [58]
Op 19-4-1647 verzekert Barent Jopsz, capiteijn en schepen van Rockanje, t.b.v. de kinderen van Cornelis Pietersz Verniel en Lijsbeth Barents , beiden overleden, een schuld van ƒ 305 op en wegens koop van een huis in Oud-Rockanje in het achterdorp, belend: n. het predikantshuis, z. de tuin van Cornelis Jooste Luche. Volgt transport door Cornelis de Jongh als mede-voogd. [59]
Op 2-5-1649 verzekert Jan Jacobsz Poel t.b.v. de kinderen van wijlen Cornelis Pietersz Verniel een schuld van ƒ 600 wegens overname van de beternis van diverse landerijen bruikwaar volgende zijn landstede op de Vleerdamsedijk bij het Stuifakkerse Sluijsge en op 2½ G aldaar belend: o. de Langeweg, w. Barent Jopsz, n. Witte Palinck met bruikwaar, z. de weg van Job Haddensz. Nog op de beternis van 16 G 100 R in Stuifakker, 3 G in Oud-Rockanje genaamd De Muncke drie gemeten, 3 G in de Ommeloop voor het huis van de wed. van Vincent de Graeff en 2 G aan de Groeneweg. [60]
Op 12-6-1651 transporteert Cruijne Arens Verniel aan de twee weeskinderen van Cornelis Pietersz Verniel en Elisabeth Barents 7 G 51 R in Stuifakker in de hoek genaamd Slickland nr. 15, belend: o. en z. de Vleerdamsedijk, w. de voornoemde kinderen en Pieter de Jongh, n. Jacob van Couwenhoven, ambachtsheer van de Oude en Nw. Struijten. [61]
Op 19-6-1654 verzekert Jacob Cornelisz Care, armmeester van Rockanje, t.b.v. de onmondige kinderen van wijlen Cornelis Pietersz Verniel en t.b.v. Leendert Arens Boelhouwer, beiden als beschadigde borgen van Arentie Arens, wed. van Bouwen Sents een schuld van ƒ 460 op en wegens koop van een huis op de Meuldijk onder Rockanje met 3 lijnen bruikwaar genaamd Het Hoffsteetie, aankomend de erfgenamen van Jan Claesz Boutcanne. Borgen: Leendert Cornelisz Care, comparants broer, en Witte Cornelisz Palingh. [62]
Op 23-10-1654 transporteren Job Barentsz voor zich, Aren Leendertsz 't Mannetge nom. ux. en schout Willem Pootael voor de kinderen van wijlen Cornelis Pietersz Verniel aan Gerrit Willemsz Buyre als in huw. hebb. Pietertje Pieters, eerder wed. v. Eeuwout Jacobsz Meuldijck de landstede van wijlen kapitein Barent Jobsz, in leven schepen van Rockanje, met ca. 12 G eigen land (waaronder in het Slachtvelt) en met gevolg van 66 G bruikwaar. [63]
Op 20-2-1655 bekent Hallinck Cornelisz Colvert als getr. met Trijntge Arens, wed. van Cornelis Arensz Quacq, aan de twee weeskinderen van Cornelis Pietersz Verniel een schuld van 500 car. g. wegens geleende en door de adm. voogd Willem Potael, schout van Rockanje, aangetelde penningen, die hij belooft 1-3-1656 met rente te restitueren onder verband van 3 gem. 36 r. land in OUt Jaer nr. 36 genaamd het Potlant. [64]
Op 25-5-1657 Cornelis Jacobsz Quack als in huw.hebb. Pietertge Pieters Arkenbout transporteert aan Job Barentsz als oom van de onmondige kinderen van Cornelis Pietersz Verniel 8 G in Oud-Rockanje in de Kerkhoek nr. 23. [65]
Op 14-6-1657 transporteert Job Barentsz mede namens Aren Leendertsz 't Mannetge als ooms van de onmondige kinderen van wijlen Cornmelis Pietersz Verniel, aan Aldert van Dryel, leenman v. Voorne, 10 G 272 R onder Rockanje in de Moorhoek nrs. 17 t/m 21. [66]
Op 22-5-1659 transporteert Job Barentsz v.der Duijn als oom en voogd van de kinderen van wijlen Cornelis Pietersz Verniel aan Aldert v. Driele, leenman v. Voorne, 2 G 144 R in Stuifakker in Nw. Olaertsduinen nr. 3. [67]
Op 25-10-1660 transporteert Cornelis Jacobsz Quack aan Job Barentsz van der Duijn als oom v.d.kinderen van Cornelis Pietersz Verniel 3 G in Oud-Rockanje aan de Achterweg. [68]
Rekening van den 200sten penning voor 1665 te Amsterdam:[69]
blz. 24v: "De twee naergelaten weeskinderen van Cornelis Pietersze Verniel getaxeert op 1000 £, dan alsso één van de voorseyde kinderen es getrout met Hendrick Panser tot Amsterdam ende aldaer overgeschreven, comt, etc."
    Uit dit huwelijk:
  • 1. Jannetje Cornelis Verniel, ged. geref. Rockanje 16-10-1639 (get. Soetie Barents, oudersnamen beide onder patroniem), afkomstig van Den Briel en wonend tot Rotterdam (1670), otr. Amsterdam geref. 3-1-1658 (met attestatie van Rotterdam) en otr./tr. Rotterdam geref. 6/22-1-1658 Hendrick Cornelisz Panser, j.m. en apothecar van Rotterdam wonende op de Egelantiersgraft (1658), huw. get. te Amsterdam bij zijn zwager Willem Verniel (1670), verm. zn. van Cornelis Hendricx Pansert en van Maria Jacobs Bontebal.
  • 2. Lijsbeth Verniel, ged. geref. Rockanje 2-10-1644 (get. Soetie Barents, Neeltie Cornelis), ovl. vóór 1646, tweeling met
  • 3. Wil(le)m (Wilhem) Verniel, ged. geref. Rockanje 2-10-1644 (get. Soetie Barents, Neeltie Cornelis), ovl. 1681-1687, tr. Maria Lupenius. Zie hierboven onder nr. IIIc

IIId. Jo(h)annes Leupen(ius), geb. Leiden 1647, beg. Amsterdam Oude Zijds Kapel 24-12-1693 (Johannis Leupenius), schilder, tekenaar, graveur en vervaardiger van landkaarten, leerling van Rembrandt, gezworen landmeter, geadmitteerd in Holland op 29-1-1688,[71] [72] doopget. (1675 te Brielle) en te Rotterdam (1678), otr. Sloten 19-4-1677[73] Maria Min(n)ui(c)t, ged. verm. geref. Amsterdam ZuiderK. 29-8-1655, beg. Amsterdam Oude Zijds Kapel 13-3-1750 (op het Rokin, graf nr. 142), doopget. te Rotterdam (1678), doopget. te Amsterdam (1710..1719), huw. get. (1709), dr. van Esaijes Minuict en Eva Bodeus.

Op 28-7-1687 machtigt Joris van Ekeren 'de eerste notaris' (Paulus van Brakel) om namens hem Hendrik Donker, koopman te Amsterdam, en diens zwager Johannes Lepinius aldaar, samen voogden over Sara Elisabeth Verniel te verzoeken zijn gedane rekening over de goederen van dit weeskind te sluiten en hem te kwiteren. Paulus van Brakel doet deze aanzegging en krijgt als antwoord : 'Ik hoor en zie". [74]
Werken van Jo(h)annes Leupen(ius):[75] [76] Kaarten: delen van de Afrikaanse kust, ca. 1670, hoogheemraadschap van de Krimpenerwaard, 1681-1682, Purmer, 1683 heerlijkheid Jaarsveld, 1685, hofstede en landerijen in 's-Graveland, 1692-1693. Prenten: kasteel Nijenrode, Hooge Sluis te Amsterdam bij den Buiten-Amstel, landkaart van Cales tot Cadix.
Op 28-9-1688 leggen monsr. Johannes Leupenius, gezwore lantmeter te Amsterdam, en monsr. Francois van der Voort maeckelaar te Amsterdam een verklaring af ten verzoeke van Jacob Gorter van Amsterdam residerende in de Halsteeg in de Franse Braderij. Zij verklaren te hebben gekend Jan Gorter j.m. van Amsterdam in 1675 voor adelborst in dienst van de WIC ter camere Amsterdam, met het schip 't Huijs ter Laen naar Guinea gevaren en aldaar overleden. Hij heeft geen erfgenamen ab intestato nagelaten. De attestanten zijn lange jaren herwaerts familiarelijck met hem omgegaen als hier ter stede in eene buijrte seijnde opgebracht en grootgemaeckt, daeruijt 't geene voorsz. seer wel weten. W.g. Joannes Leupenius, Francois van der Voort en getuigen. [77]
In 1698 koopt Maria Minuit een huis op de Binnen Amstel te Amsterdam.
In 1717 koopt Maria Minuit een huis op het Rokin te Amsterdam. [78]

Schets van een Boerderij op de noordhoek van de Amstelveense weg en de Kalfjeslaan door Johannes Leupenius (1647-1693).
Datering: 10-4-1684.
Locatie: Gedeelte van schetsblad van terreinmeting uit het Scbetsboek van J. Leupenius. Archief Hoogheemraadschap van Zeeburg en Diemerdijk.
Bron: Ref. [79]
Gravure (tekening?) van huize Goudesteyn te Maarssenveen aan de Vecht door Johannes Leupenius (1647-1693).
Datering: ca. 1690.
Goudesteyn was in het bezit van de rijke Amsterdamse koopmansfamilie Huydecoper.
Bron: Ref. [80].

klik op plaatje(s) om te vergroten

Bijdrage d.d. 5-5-1667 van Joannes Leupenius (1647-1693) aan het Album Amicorum van Jacob Heyblocq, praeceptor en rector, aan de Latijnsche school te Amsterdam.
Bron: KB Den Haag
Het Valkhof te Nijmegen door Joannes Leupenius (1647-1693).
Gewassen penseeltekening.
Datering: 1647-1693
Locatie: Fotocollectie Regionaal Archief Nijmegen

klik op plaatje(s) om te vergroten


IV

IVa. Petrus (Peter) Leupenius, ged. 16-3-1670[81] (niet gevonden RK te Cuijck, geref. te Nijmegen), ovl. 1704-1711, landschrijver (1694-1696),[82] diaken te Kuik (1695),[83] notaris te Cuijk (1704) en Mill (1706),[84], procureur en notaris (voor 1711), tr. vóór 1701[85] Maria Margareta Crebber(s) (Crabbers), ged. RK Cuijk 27-9-1677 (get. Henricus Crebbers en Margareta de Bont), ovl./beg. Ravenstein RK Kerk 24/27-8-1749 ("24ta Aug. obiit Maria Margarita Crebber vidua Lupenius extrema unctione munita et 27ma ejusdem sepulta in templo), wed. van Lupenius voorzien van de laatste zalving (1749), dr. van Joannes Crebbers, burgemeester van Ravenstein (1675), en van Gertrudis Antonii.

Op 26-1-1704 machtigt Petrus Lupenius, notaris, Libertus Loeff, procureur voor de Raad van Babant, namens hem op te treden tegen Mr. Cornelius Heijnsius landschrijver van het Land van Cuijk. [86]

IVb. Sara Elisabeth Verniel (Ferniel), geb. Schiedam[91] (Brielle?) 1670, ovl./beg. Haarlem Groot Proveniershuis/Groote Kerk 17/23-1-1747, afkomstig van Den Briel, oud 17 jaaren, wonende in de Nuwenbrughssteeg (1687), vestigt zich te Zwolle omstr. 1705, als weduwe opgenomen in het Groot Proveniershuis te Haarlem 16-6-1729, huw. get. (1720, 1730), doopget. (1721), otr./tr. 1o Amsterdam geref. 15-5/3-6-1687 (get. haar oom en voogt Hendr. Doncker, haar ouders doot, en sijn voogt Jan Markensz, zijn ouders doot,[92] Pieter van den Eeckhout, geb. 6-4-1663, ovl. Zwolle 15-12-1689 (kinderloos), afkomstig van Amsterdam oud 24 jaaren, wonende op de Nieuwendijk (1687), zn. van Jan van den Eeckhout, wijnkooper op de Kloveniersburgwal, en van Maria van Schilperoort, tr. 2o Windesheim geref. 26-10-1690[93] Ds. Petrus Voltelen, geb. Westzaandam 20-10-1662, ovl. Windesheim 3-3-1703, ingeschreven als student aan De Illustre School te Deventer 7-2-1682 ("Petrus Voltelen, Swollanus"),[94] ingeschreven als student theologie aan de Universiteit van Groningen 7-9-1682 ("Petrus Voltelen, Sardammensis"),[95] geref. lidmaat te Zwolle met attestatie van Groningen 1685, wordt als kandidaat beroepen te Windesheim 30-3-1687, bevestigd na april 1687 en geref. predikant aldaar (1687-1703) tot zijn overlijden,[96] [97] zn. van Ds. Arnoldus Voltelen, predikant te Westzaandam (1653-1663), Gorinchem (1663-1669) en Zwolle (1669-1687),[98] en diens eerste vrouw Susanna Fockenbergh.[99]

Op 13-4-1691 transporteert Nicolaes Magerus, wonend in Brielle, als gemachtigde (akte van 10-8-1689 voor notaris Adriaen van Santen te Amsterdam) van Pieter van den Eeckhout, gehuwd met Elisabeth Verniel, aan Willem de Beer, wonend in Brielle, een tuin aan het Maarlandse kerkhof in Brielle, belend: z. en n. Juriaen van Oldenburgh met twee huizen. [100]
In 1882 werd op de Tentoonstelling te Zwolle door de Ned. Herv. Gem. aldaar ingezonden: Een zilveren avondmaalsbeker met gegraveerden bladrand waartusschen drie gegraveerde cartouches , op de eene het beeld der Waarheid , op de tweede dat der Gerechtigheid , en op de derde het volgende opschrift : "Kerkenraedt tot Windesheym" PETRUS VOLTELEN, HENDRIK THIJSSEN, ARNOLDUS GREVEN, HENDERICK ASSIES, AELBERT HENDRICKS, DRIES WILLEMS, JAN JANSEN, 1690". [101]

IVc. Sara L(e)upenius (Luijpenius), ged. geref. Amsterdam Noorder K. 1-2-1679, beg. Amsterdam Oude Zijds Kapel 10-2-1752 ("Sara Lapenius wed. van Jacob Torion op het Rokin, graf nr. 142), afkomstig van Amsterdam, oud 28 jaren (!), wonend opt Rockin, otr./tr. Amsterdam geref. 15-2/3-3-1709 (get. sijn moeder (sic!) Marretje Andries, haar moeder Maria Minnuiet) Jacob(us) Torion, geb. 1683/84, ged geref. Amsterdam Wester K. 21-7-1686(¥), beg. Amsterdam Oude Zijds Kapel 17-9-1748 (op het Rokin, graf nr. 142), afkomstig van Amsterdam, oud 25 jaren, wonend in de Rosestraat (1709) zn. van Jacobus Torion (Torjon) en Annetie Bartels.

COMMENTAAR(¥) Dat Jacob Torion een zn. is van Jacobus Torion en Annetie Bartels is wel zeker. Elisabeth Torion, die als doopgetuige optreedt in 1714 moet zijn in 1683 gedoopte zuster van deze ouders zijn. De Marretje Andries die in 1709 als getuige bij zijn huwelijk zijn moeder wordt genoemd is mogelijke zijn stiefmoeder. Een tweede huwelijk van zijn vader Jacob Torion met deze Marretje kon echter niet gevonden worden.

National Archives, Kew (UK) Prerogative Court of Canterbury[126]
Testamenten van diverse leden van de familie Torion in Canterbury (GB), de data zijn blijkbaar meestal die van opening of openbaarmaking (een paar weken na de begrafenis in Amsterdam). De inhoud van de akten is (nog) niet beschikbaar.
13-10-1748: Will of Jacob Torion of Amsterdam,[127]
19-3-1752: Will of Sara Lupenius, Widow of Amsterdam, Holland,[128]
10-7-1766: Will of Maria Torion of Amsterdam,[129]
10-7-1766: Will of Johannes Torion, Gentleman of Amsterdam,[130]
23-11-1767: Will of Johannes Torion of Amsterdam, Holland,[131]

Het lijkt er op dat Jacob Torion en Sara Leupenius met hun kinderen Maria en Johannes tussen 1719 en 1748 naar Engeland zijn vertrokken. Zij zijn allen in de periode 1748-1767 in Amsterdam begraven, of zij aldaar zijn overleden of in Engeland is onduidelijk.

Op 16-1-1751 verkoopt en transporteert Jacob van Dam, ontfanger van 't ene deel der generale middelen der provincie Utrecht, wonende te Utrecht, aan Mej. Sara Leupenius, wed. van Jacob Torion, een ordinaris kleine prijs obligatie groot 400 pond ten laste van Holland en West Friesland, gesproten uit een loterij van tien millioenen gearresteerd 4-3-1746, houdende ten behoeve van Lidia Adriana van Dam d.d. 1-4-1746, die hem deze obligatie heeft gelegateerd d.d. 18-10-1747 voor notaris J. Ardinois te Amsterdam. [132]
Op 19-10-1751 verkopen de erven van Jan van der Burgh, echtgenoot van Clara Sara Braams, aan Sara Leupenius, wed. van Jacob Torion, een huis, achtertuin en erf op de Keizersgracht (ZWZ) het vierde huis benoordwesten de Nieuwe Spiegelstraat te Amsterdam. [133]

Referenties van de gegevens van generatie 1 staan ook
hier
Referenties Fragment Genealogie Leupenius --- Generatie 1 ( 136 refs.)
Referenties voorafgegaan door het ⇒ symbool verwijzen naar (aanklikbare) externe url's waarvan alleen het laatste deel van de naam wordt vermeld.
Verkorte verwijzingsvormen voor veelgebruikte literatuur
  1. ⇒ pafg02.htm
  2. ⇒ leupen.htm
  3. RAL, ONA Leiden, Nots. Kaerl Outerman, Archiefnr. 506, inv. nr. 428, akte nr. 010
  4. GA Leiden, ORA, Getuigenisboeken, inv. nr. 79
  5. RAL, Bonboeken Leiden, Archiefnr. 501A, inv. nr. 6632, f551
  6. ⇒ www.dbnl.nl
  7. Nav 3(1853)361
  8. RAL, ONA Leiden, Nots. Kaerl Outerman, Archiefnr. 506, inv. nr. 432, akte nr. 006
  9. RAL, ONA Leiden, Nots. Kaerl Outerman, Archiefnr. 506, inv. nr. 431, akte nr. 094
  10. RAL, ONA Leiden, Nots. Kaerl Outerman, Archiefnr. 506, inv. nr. 436, akte nr. 113
  11. Nav 3(1853)361
  12. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  13. Nav 3(1853)361
  14. Jan Pieter de Bie, Johannes Lindeboom, G.P. van Itterzon, Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden in Nederland. Deel 5
  15. NA, 4.ZHPB4 Inventaris van de verzameling Ernsting afkomstig uit de provincie Zuid-Holland, Predikanten van de hervormde gemeenten 's-Hertogenrade en Gulpen, 1634-1820, Fr.G.H.M. Crutzen 2008
  16. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  17. Predikanten-Amsterdam1692
  18. ⇒ www.dbnl.nl
  19. Nav. 17(1867)93
  20. ⇒ www.dbnl.nl
  21. GA Rotterdam, ONA toeg. nr. 18, Nots. Jacobus Delphius, inv. nr. 390, aktenr. 136/blz. 215 t/m 216
  22. NA, inv.nr. 3.20.23
  23. Adriaan Koerbagh, A Light Shining in Dark Places, Ed. Michiel Wielema, Leiden, 2011
  24. ⇒ kjwapaper.html
  25. ⇒ ohc
  26. ⇒ www.dbnl.org
  27. zie ook ⇒ www.mijnstambomen.nl
  28. NNBW dl. 10 sub voce Heymont
  29. GA Rotterdam, ONA, Nots. Daniel de Olyslager, inv. nr. 1244, aktenr./blz. 77/266
  30. Marijke Donkersloot-de Vrij, Repertorium van Nederlandse Kaartmakers, Utrecht, 2003
  31. GAA, Transportakten voor 1811; NL-SAA-21622182
  32. GAA, Transportakten voor 1811; NL-SAA-21733329
  33. BL (2000)221
  34. Nav. 36(2886)14
  35. Dominees.nl
  36. ⇒ Huize_Moerenburg
  37. ⇒ verslagenomtren08rijkgoog_djvu.txt
  38. Marijke Donkersloot-de Vrij, Repertorium van Nederlandse Kaartmakers, Utrecht, 2003
  39. Peter Jan Knegtmans, Professoren van de stad: het Athenaeum Illustre en de Universiteit van Amsterdam, 1632-1960, Amsterdam 2007
  40. Album Studiosorum Academiae Lugduno-Batavae, 1575-1875, 's-Gravenhage, 1875
  41. Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden in Nederland. Deel 5, ⇒ bie_005biog05_01_0289.php
  42. ANF 15(1902)521
  43. Predikanten-Amsterdam1692
  44. ANF 15(1902)521
  45. 32
  46. ⇒ www.bernard-mandeville.nl
  1. BHIC, Index schepenprotocol Land van Cuijk toeg. nr. 7040 inv.nr. 258, akte nr. 11
  2. zie ook ANF 15(1902)521
  3. ANF 15(1902)521
  4. SA Voorne-Putten en Rozenburg, toeg.nr. 031 Stad Brielle, inv. nr. 1345
  5. OV 36(1981)343
  6. zie ook Nav. 65(1916)429
  7. OV 36(1981)343
  8. OV 56(2001)564
  9. SA Voorne-Putten en Rozenburg, toeg.nr. 040 Ambacht Nieuwenhoorn, inv. nr. 79, akte nr. 609
  10. SA Voorne-Putten en Rozenburg, toeg.nr. 110 Notarissen, Nots. Jan de Bruyne inv. nr. 1012
  11. SA Voorne-Putten en Rozenburg, toeg.nr. 045 Ambacht Rockanje en annexe polders, inv. nr. 87, akte nr. 261
  12. R.A. Brielle 60, gecit. in OV 56(2001)566
  13. SA Voorne-Putten en Rozenburg, toeg.nr. 045 Ambacht Rockanje en annexe polders, inv. nr. 87, akte nr. 266
  14. SA Voorne-Putten en Rozenburg, toeg.nr. 045 Ambacht Rockanje en annexe polders, inv. nr. 87, akte nr. 297
  15. SA Voorne-Putten en Rozenburg, toeg.nr. 045 Ambacht Rockanje en annexe polders, inv. nr. 87, akte nr. 349
  16. SA Voorne-Putten en Rozenburg, toeg.nr. 045 Ambacht Rockanje en annexe polders, inv. nr. 87, akte nr. 385
  17. SA Voorne-Putten en Rozenburg, toeg.nr. 045 Ambacht Rockanje en annexe polders, inv. nr. 87, akte nr. 406
  18. SA Voorne-Putten en Rozenburg, toeg.nr. 040 Ambacht Nieuwenhoorn, inv. nr. 78, akte nr. 539
  19. SA Voorne-Putten en Rozenburg, toeg.nr. 045 Ambacht Rockanje en annexe polders, inv. nr. 87, akte nr. 448
  20. SA Voorne-Putten en Rozenburg, toeg.nr. 045 Ambacht Rockanje en annexe polders, inv. nr. 87, akte nr. 451
  21. SA Voorne-Putten en Rozenburg, toeg.nr. 045 Ambacht Rockanje en annexe polders, inv. nr. 87, akte nr. 476
  22. SA Voorne-Putten en Rozenburg, toeg.nr. 045 Ambacht Rockanje en annexe polders, inv. nr. 87, akte nr. 498
  23. ANF 16(1903)244
  24. NL 13(1895)62
  25. Marijke Donkersloot-de Vrij, Repertorium van Nederlandse Kaartmakers, Utrecht, 2003
  26. NNBW VI, blz. 943
  27. ⇒ www.mijnstambomen.nl
  28. SA Voorne-Putten en Rozenburg, ONA toeg. nr. 110, Nots. Paulus van Brakel, inv.nr. 1020
  29. Marijke Donkersloot-de Vrij, Repertorium van Nederlandse Kaartmakers, Utrecht, 2003
  30. NNBW VI, blz. 943
  31. GA Amsterdam, ONA, Nots. Stephanus Pelgrom, f548, file.pub/eknwvk5n2
  32. GA Amsterdam, Kwijtscheldingen
  33. Jb. Amsteldamum 70(1978)104
  34. ⇒ 1650.htm
  35. ANF 15(1902)521
  36. BHIC, Index schepenprotocol GAssel 7040.493
  37. ANF 15(1902)521
  38. BHIC, Index schepenprotocol Land van Cuijk, 7040.607
  39. zie ook ANF 15(1902)521
  40. BHIC, Index notarieel protocol Cuijk (7127.5), toeg. nr. 7127.5 inv.nr. 5, akte nr. 144
  41. ANF 15(1902)521
  42. BHIC DTB Cuijck
  43. ANF 15(1902)521
  44. Nav. 30(1880)564
  45. NL 13(1895)62
  46. NL 13(1895)62
  1. zie ook NL 58(1940)266
  2. J.C. van Slee, De Illustre School te Deventer 1630-1878, 's-Gravenhage, 1916
  3. Album Studiosorum Academiae Groninganae, Groningen, 1915
  4. Dominees.nl
  5. HCO, toeg. nr. 1141 Nederlands Hervormde gemeente Windesheim
  6. Dominees.nl
  7. NL 58(1940)261
  8. SA Voorne-Putten en Rozenburg, toeg.nr. 031/RA27 Stad Brielle, inv. nr. 2054
  9. Wap. 12(1908)282
  10. NL 58(1940)266
  11. zie ook NL 58(1940)266
  12. ⇒ vocopvarenden.nationaalarchief.nl
  13. ⇒ vocopvarenden.nationaalarchief.nl
  14. ⇒ vocopvarenden.nationaalarchief.nl
  15. ⇒ vocopvarenden.nationaalarchief.nl
  16. NL 58(1940)267
  17. NL 58(1940)267
  18. NL 58(1940)267
  19. zie Jaarboek Amstelodamum XXIX, 1932, blz. 210)
  20. NL 58(1940)267
  21. GAA, Transportakten voor 1811: NL-SAA-21674818
  22. ⇒ vocopvarenden.nationaalarchief.nl
  23. Wap. 3(1899)22
  24. Cornelis Wilt, Naam-boekje van de wel ed. heeren der hoge Indiasche regeringe ... zoo als dezelve ultimo maart 1760 in wezen zyn bevonden, Amsterdam, 1751, 1760, 1761
  25. Wap. 3(1899)22
  26. zie ook NL 58(1940)266
  27. Ind. Nav. 2(1936)37
  28. zie ook NL 58(1940)266
  29. NL 58(1940)266
  30. NA, NL-HaNA, VOC, 1.04.02, inv.nr. 6865
  31. ⇒ databases.tanap.net
  32. NA, fonds 1.04.02, nr. 2599, Ceylon 2403 - 2404
  33. Cornelis Wilt, Naam-boekje van de wel ed. heeren der hoge Indiasche regeringe ... zoo als dezelve ultimo maart 1760 in wezen zyn bevonden, Amsterdam, 1761
  34. ⇒ discovery.nationalarchives.gov.uk
  35. PROB 11/765/123
  36. PROB 11/793/294
  37. PROB 11/920/250
  38. PROB 11/920/251
  39. PROB 11/934/76
  40. GA Utrecht, ONA, Nots. E. Vlaer , inv.nr. U166a028, akte nr. 3
  41. GAA, Transportakten voor 1811: NL-SAA-21678645
  42. GAA, Transportakten voor 1811: NL-SAA-21697290
  43. GAA, Transportakten voor 1811: NL-SAA-21697292
  44. GAA, Transportakten voor 1811: NL-SAA-21697291

Back to the
genealogy page
Back to the
contents
Go to the
index
Forward to next
generation 2
Back to previous
generation 0
Directly go to generation :
1